31 maart 2011

Peiling La Libre Belgique: Zwaar verlies voor PS (Hoegin)

Zondagavond raakten de eerste resultaten bekend van een nieuwe peiling van La Libre Belgique. Het meest opvallende en meteen ook meest besproken resultaat was dat voor de PS: een achteruitgang van bijna vijf procent vergeleken met de laatste verkiezingsuitslag. Ook cdH deelt in de klappen, en scoorde het laagste resultaat sedert 2006. Aan Vlaamse zijde bevestigde de N-VA opnieuw haar score van 13 juni 2010, met nog een lichte vooruitgang erbovenop. Dé winnaar van de peiling is echter het Front National, maar daar hadden de «serieuze» media het blijkbaar liever niet over.

In deze peiling valt er aan Vlaamse zijde eigenlijk niet zo heel veel beweging te noteren. Vergeleken met de laatste federale verkiezingen gaat alleen de N-VA er significant op vooruit, terwijl de andere partijen binnen de foutenmarge lichtjes op of neer gaan. Vergeleken met de vorige peiling van La Libre Belgique is er zelfs nergens sprake van enige significante beweging. Als Eric van Rompuy stelt dat de nationale politiek zich een coma bevindt, dan lijkt dit op basis van deze peiling een stelling die ook van de Wetstraat naar de Vlaamse kiezers overgeplant kan worden.

Bij die stelling hoort echter wel een kleine nuance. Een vergelijking met de peiling van De Standaard en de VRT van amper een week eerder toont immers aan dat niet alles even stabiel is. Zo scoort het Vlaams Belang bijna drie procent hoger bij La Libre Belgique dan bij De Standaard en de VRT, terwijl CD&V en Open Vld iets meer dan twee procent lager scoren. Voor het Vlaams Belang is dit trouwens de eerste peiling die een resultaat boven dat van 13 juni 2010 geeft. Omdat het over amper een halve procent gaat is de winst statistisch gezien helemaal niet significant, maar psychologisch gezien natuurlijk wel.

Een simulatie voor de zetelverdeling in het Vlaams Parlement leert dat de zogenaamde V-partijen nog steeds over geen meerderheid beschikken. Die V-partijen zijn samen wel groter dan een klassieke tripartite met CD&V, sp.a en Open Vld. Een federale regering-Leterme III die aan Vlaamse zijde alleen maar uit die drie partijen zou bestaan beschikt dus al van voor de start over weinig of geen legitimiteit in Vlaanderen.

In verband met de existentiële problemen van LDD, die alleen in West-Vlaanderen nog uitzicht op een zetel heeft, is het interessant eens na te gaan wat het effect zou zijn als die partij zou aansluiten bij N-VA of Vlaams Belang. In de veronderstelling dat de kiezers van LDD de partij blindelings zouden volgen in een kartel met de N-VA, of zelfs een opslorping, kan LDD in deze simulatie bovenop die ene West-Vlaamse zetel nog een extra zetel in Antwerpen (Jurgen Verstrepen?) aanleveren. Het effect van zo'n aansluiting is dus al bij al beperkt. Een aansluiting bij het Vlaams Belang zou een groter effect hebben, en maar liefst drie extra zetels opleveren. Dit kan toeval zijn omwille van de grillen van zetelverdelingen, maar anderzijds moet toch ook gezegd worden dat voor een relatief kleine partij – en dat is het Vlaams Belang op dit moment – enkele procentpunten extra meteen een grote winst in zetels kunnen opleveren. Overigens zouden die drie extra zetels voor een politiek zeer onwaarschijnlijk kartel Vlaams Belang–LDD resulteren in een nipte V-meerderheid.

Niet alleen in Wallonië maar ook in Vlaanderen ontstond er naar aanleiding van deze peiling nogal wat opschudding omwille van het zware verlies van de PS. Eigenlijk is dit de eerste peiling sedert de verkiezingen van 13 juni 2010 die de PS op verlies zetten. Het verlies wordt bovendien nog dramatischer wanneer vergeleken wordt met de peilingen van ongeveer een half jaar geleden, toen de partij vlot boven de veertig procent uitkwam. Van die virtuele aanhang van een half jaar geleden is dus ongeveer een vijfde alweer naar andere partijen verdwenen. De vraag is dan natuurlijk: waar zijn die kiezers naartoe, en waarom?

Wat we met redelijk veel zekerheid kunnen stellen, is dat die PS-kiezers niet naar de cdH vertrokken zijn, want ook die partij deelt in de klappen. De strategie van Joëlle Milquet om het cdH-wagentje consequent aan dat van de PS te hangen lijkt voorlopig niet de juiste te zijn om bij de volgende verkiezingen een monsterscore te behalen. Het resultaat van de cdH in deze peiling is trouwens historisch slecht. En ter vergelijking: toen het Vlaams Belang enkele maanden geleden de psychologische drempel van de tien procent naderde, werd de partij al virtueel dood en opgedoekt verklaard.

Twee partijen die het relatief goed doen, zijn Ecolo en MR, omdat zij stilaan uit een «peilingdal» kruipen. Vergelijken we hun resultaten in deze peiling met die van de laatste verkiezingen, dan is er immers van winst helemaal nog geen sprake. Blijkbaar is Wallonië Baden-Württemberg niet, waar Die Grünen vermoedelijk dankzij Fukushima bij de laatste deelstaatverkiezingen vleugels kregen.

Daarmee blijft natuurlijk de vraag: als de PS op zwaar verlies staat, cdH op licht verlies, en Ecolo en MR geen noemenswaardige winst maken, waar zijn die PS-kiezers dan naartoe?

Inderdaad, waar er enorm veel te doen was over het verlies van de PS, is het toch merkwaardig dat een andere verschuiving, die zelfs die van de PS overtreft, veel minder weerklank kreeg in de media. Vergeleken met de verkiezingen van 13 juni 2010 gaat het Front National er immers een goede vijf procent op vooruit, en komt daarmee voor het eerst sinds lang weer boven de kiesdrempel uit. Daar hoort natuurlijk de kleine nuance bij dat het Front National bij de laatste verkiezingen niet in alle kieskringen lijsten indiende, en het percentage voor 13 juni 2010 dus een vertekend beeld geeft. Anderzijds moet toch ook opgemerkt worden dat de partij bij de vorige peiling van La Libre Belgique reeds net onder de kiesdrempel uitkwam, en er dus niet noodzakelijk sprake is van een opflakkering in één enkele peiling. En bij dat laatste hoort dan weer de nuancering dat de peiling van Vers l'Avenir géén winst voor het Front National aangaf.

Betekent dit dat het Front Nationaal aan een heropleving toe is? Daarvoor zijn waarschijnlijk eerst nog enkele peilingen nodig die de trend kunnen bevestigen, en ook op organisatorisch vlak is er voor de partij nog veel werk aan de winkel. Spreken van een Marine Le Pen-effect is waarschijnlijk iets te gemakkelijk, al valt het natuurlijk niet helemaal uit te sluiten. Maar het is toch wel merkwaardig hoeveel aandacht er aan het verlies van de PS geschonken werd, terwijl de winst van het Front National amper een zin waard was. Daar komt nog bij dat men zich dagenlang het hoofd brak over de oorzaak van het verlies van de PS – niet bepaald een gemakkelijke opgave als men tegelijkertijd de extreem-rechtse olifant in de kamer wil negeren.

Het is dus lang niet zeker dat het verlies van de PS te wijten is aan haar positie in de federale regeringsonderhandelingen, of dat het iets met Fukushima te maken zou hebben. En zolang men peilingen organiseert die alleen maar vragen naar de partijvoorkeur, maar bij een gewijzigd stemgedrag niet doorvragen naar de reden ervan, blijft het gissen wat er werkelijk omgaat in het hoofd van de kiezers. Zo zou het theoretisch bijvoorbeeld ook kunnen dat de PS wel degelijk kiezers verliest omwille van haar communautair standpunt, maar dat de helft van het verlies naar het radicalere MR gaat, en de andere helft naar het minder radicale Ecolo. Geen kwaliteitsjournalist echter die op dat idee zelf kon komen, laat staan bereid was het ook aan zijn lezers mee te geven.

Bijlage: Overzicht van alle peilingen in Vlaanderen sedert 2004 en Wallonië sedert 2006 (PDF).

Labels: , , , , ,

Read more...

30 maart 2011

Gezever, niets dan gezever

Is de postume literaire karaktermoord vanwege David Van Reybrouck op Patrice Lumumba een vingerwijzing naar de Vlaamse beweging? De Vlaamse beweging is geen snelstromende vloed. Veeleer kruipt ze traag en meanderend door het politieke landschap, gezapig, haast dicht slibbend en gestremd door het zwerfvuil dat er van her en der wordt in gekeild. Van een stroomversnelling is nooit sprake: het woord “revolutie” blijft een taboe. Men zal hier nog niet zo vlug een groenteverkoper zichzelf in de fik zien steken voor de Vlaamse zaak. De twee grote randvoorwaarden voor een volksopstand zijn bij ons overigens afwezig: er is geen voelbare repressie, de censuur- en manipulatiemechanismen zijn subtieler; en ten tweede is er nog een brede, relatief welvarende middenklasse: de Vlamingen lijden geen honger. Nog niet. Er rest dus slechts een diffuus onbehagen, ook wel zuurtegraad genoemd: het besef dat we opgescheept zitten met een slecht systeem, maar dat we veel te verliezen hebben als we dat systeem drastisch zouden kraken. Vandaar het fameuze anti-establishment-gevoel: overal tegen maar nergens voor. Als mensen vandaag voor de N-VA kiezen, is het vooral tegen iets, niet vóór een alternatief. En dus blijft men zich koesteren in zelfbeklag. De zelfverklaarde anti-revolutionair Bart De Wever belichaamt perfect die koudwatervrees. Het Vlaams Belang positioneert zich wél als radicaal alternatief, maar beseft al evenzeer dat het woord “revolutie” de Lamme Goedzak niet op het lijf geschreven is. Men spreekt dus van “propere opdeling”: als België barst, dan moet het zonder scherven gebeuren, haast als een stille, boekhoudkundige operatie. Er is ook al veel inkt gevloeid over de conservatieve opstelling van de Vlaamse cultuursector: een paar witte raven niet te na gesproken, wil onze intellectuele en artistieke elite nog veel minder weten van republikeinse motto’s en burgerrevoltes. Zij kiezen resoluut voor de achteruitversnelling, in de richting van een België dat zelfs nooit heeft bestaan: een multicultureel pretpark, met een Brussels Babylon als trefplaats van het artistiek en intellectueel kosmopolitisme. Het fameuze surrealisme zet de toon: alles is dubbelzinnig, grappig, gecompliceerd. Het recht-voor-de-raap-flamingantisme past daar totaal niet in: het is dus xenofoob en provincialistisch. De uit Amsterdam aangespoelde Nederbelg Benno Barnard is een van de vaandeldragers van deze mythologie. Van hem noteerden we de onvergetelijke uitspraak: “Moest Bart De Wever geen Vlaams-nationalist zijn, dan stemde ik voor hem”. Een dichterlijke doordenker van het type “Moest mijn kat een kip zijn, dan legde ze eieren”. Het koningshuis is en blijft voor Tom Lanoye, Dimitri Verhulst, Wim Delvoye, Luc Tuymans en consoorten de noodzakelijke spil van dit Belgisch circus. Alle aspecten van de monarchie worden met de mantel der liefde bedekt: de politieke machinaties in de coulissen, de connecties met het financieel-economische establishment, de uitgesproken francofone huiscultuur in Laken. Alleen het koloniale verleden, Leopold II en de afgehakte handen, daar zaten ze wel wat mee, die culturo’s. Hoe omgaan met de revolutionair, republikein en separatist Patrice Lumumba, die in zijn historische onafhankelijkheidsspeech van 30 juni 1960 koning Boudewijn-I ervan langs gaf? Die toespraak was niet voorzien in het protocol, en klonk des te harder, omdat ze vlak na de wollige, haast onnozele speech van Boudewijn zelf kwam. Kort daarna werd Lumuba gelikwideerd en zijn resten opgelost in salpeterzuur. Wat als de Vlaamse beweging zo iemand als republikeins icoon zou adopteren, zoals Frans Crols al heeft voorgesteld, waardoor dus ook heel het stigma van “racisme” zou vervallen? Het antwoord kwam in 2010, met de opmerkelijke docu-roman “Congo. Een geschiedenis.” van cultuurhistoricus David Van Reybrouck. Het boek werd bedolven onder de prijzen en de hoera-kreten. Vooral CD&V- en VLD-politici konden hun enthousiasme niet op (op zich al een veeg teken). Groen-politicus Jos Geysels, Minister van Staat, een van de steunpilaren van het Belgische regime én bedenker van het cordon, pleitte zelfs voor een buitengewone vertaalsubsidie om het boek als een “visitekaartje van een open en dynamische maatschappij” in het buitenland te promoten. Nu pas beginnen enkele nuchtere critici, zoals Ludo de Witte en Joris Note, echter te beseffen waar het Van Reybrouck om te doen was: een rehabilitatie van de Coburgs (en dus onrechtstreeks ook van de dictator Mobutu en zijn opvolgers Kabila I en II), én een compromittering van de figuur van Lumumba, die wordt geportretteerd als een verwarde fantast, zelfs een gevaarlijke psychopaat. De fameuze onafhankelijkheidstoespraak was in die optiek eerder een redeloze uithaal van een halvegare (Van Reybrouck gewaagt van “zielkundige zever”), goed dus dat die op tijd van het toneel verdween. De Belgicistisch-patriottistische en koningsgezinde oriëntatie van Van Reybrouck staat buiten kijf. Hij was o.m. de initiatiefnemer van de essaybundel “Waar België voor staat” (2007), een pleidooi voor het behoud van de Belgische constructie. Na herlezen van zijn Congoroman, vooral daar waar de rebel Lumumba het moet ontgelden, vermoed ik ook een verborgen agenda, gericht op een compromittering van de Vlaamse beweging en haar “zielkundige zever”, met name het onafhankelijkheidsdiscours. De betrokkenheid van de Belgische regering, het koningshuis, en de CIA, in de moord op Lumumba werd door Ludo de Witte al uit de doeken gedaan in zijn boek van 1999. Blijkbaar moest er nu een karaktermoord gepleegd worden op de onbeleefde neger, om Boudewijn postuum in ere te herstellen, en om het politieke radicalisme in het algemeen (en het Vlaamse separatisme in het bijzonder) tot “gezever” te herleiden. Het past perfect in de neo-Belgicistische restauratie die, naar goede traditie, de geschiedenis herschrijft. Het zou goed zijn, mochten er ook vanuit Vlaams-republikeinse middens kritische stemmen opgaan tegen de nieuwe pensée unique die Van Reybrouck ons voorschotelt. Een kunstenaar als Enca Caen legt de link wél tussen de Vlaamse onafhankelijkheidsstrijd en de Congolese. Patrice Lumumba kan voor het Vlaams-nationalisme van de 21ste eeuw wel degelijk uitgroeien tot een icoon. En ook wat hem overkomen is, strekt ons allen tot lering. Johan Sanctorum
Read more...

Bolland contra Mercier, ook vandaag


Een eeuw geleden, in december 1911 en januari 1912, hield de Leidse hoogleraar, wijsgeer en filoloog, Gerard Bolland (1) een Ronde van Vlaanderen voor “Het Nederlands als taal voor hogere aangelegenheden des geestes” (2). Zo luidde de titel van de lezing die hij hield in Antwerpen, Brussel, Gent, Brugge en Mechelen. Dit geschiedde op uitnodiging van de Vlaamse Vooruitstrevende Studentenkring “Geen Taal, Geen Vrijheid”. In een vurig betoog bestreed hij “de beledigende en leugenachtige praatjes over de minderwaardigheid van het Nederlands als voertaal der wetenschap” – denken we aan de onzin die in die zin werd uitgekraamd door kardinaal Mercier (3) – en de duldzaamheid der Vlamingen die te weinig voor hun taal opkwamen. Hij zette uiteen, in de traditie van zestiende- en zeventiende-eeuwse taalkundigen, waarom het Nederlands juist bij uitstek, meer dan het Frans en Engels geschikt is voor wetenschap en wijsbegeerte. Amusant zijn zijn uiteenzettingen over de betere geschiktheid van het Frans voor de omgang met maîtresses en andere onzedelijkheden, maar de ongeschiktheid van die taal voor de waarheid. Dat alles werd overigens uitgesproken in het Stadhuis te Brussel; het is zeer de vraag of dit vandaag nog zou kunnen. Voor ons vandaag van belang is vooral zijn betoog over de de noodzaak om de volkstaal niet enkel voor schone letteren te eren, maar vooral ook voor de wetenschap.

Een eeuw geleden heeft ons volk zijn weerbaarheid verzameld en voor het Nederlands de plaats veroverd die noodzakelijk was voor zijn emancipatie – te beginnen met de Vlaamse Leergangen tot de volledige vernederlandsing van onderwijs en wetenschap.

Maar l’histoire se répète. De Merciers van vandaag, een deel van de rectoren van onze universiteiten op kop, vinden het Nederlands opnieuw ongeschikt voor de wetenschap – omdat het auditorium geen Nederlands zou lezen – en het onderwijs – omdat we niet genoeg buitenlandse studenten zouden aantrekken. Ook uit “Leiden” komen vandaag meer diatriben tegen dan voor het Nederlands in het hoger onderwijs. Nochtans is de bestaande taalregeling meer dan soepel genoeg: een Universiteit mag nu al zoveel ze wil in andere talen onderwijzen; enkel is vereist dat bij een basisopleiding deze ook in het Nederlands blijft bestaan.. Is dat nu echt teveel gevraagd ? De eerste verantwoordelijkheid van onze universiteiten is zorgen dat het Nederlands op alle gebieden zijn functie als wetenschapstaal behoudt en dat de jonge mensen die hier wonen in de taal van het land kunnen studeren. Andere doelstellingen, hoe lovenswaardig ook, mogen maar op de tweede plaats komen. De verdringing van het Nederlands in de wetenschap is enkel een verarming, niet alleen voor ons volk, maar ook voor de wetenschap zelf. Denken vereist taal en een andere denktaal houdt vaak ook andere klemtonen en inzichten in. Een extra inspanning om in het Nederlands beoefende wetenschap vervolgens ook te vertalen in het Engels levert dan ook meer op dan wetenschappers die niet meer in hun eigen taal denken en schrijven. Ook vandaag geldt “Geen Taal, geen Vrijheid”.

(deze tekst verscheen in Doorbraak april 2011, p. 15)

(1) Zie meer op http://www.inghist.nl/Onderzoek/Projecten/BWN/lemmata/bwn2/bolland
(2) Facsimile op http://storme.be/Bolland.Hoogerleven.pdf.
(3) "Les Flamands qui voudraient flandriciser une université, n’ ont pas assez réfléchi au rôle supérieur auquel
doit prétendre une université. Si leurs revendications étaient accueillies, la race flamande serait au coup réduite
à des conditions d’infériorité dans la concurrence universelle", in de instructions collectives van 1906. Tekst in. K. VAN ISACKER, Herderlijke brieven over politiek, nederlandsche Boekhandel Antwerpen 1969, p. 81-82; zie ook KOSSMANN, De Lage Landen 1780-1940, http://www.dbnl.org/tekst/koss002lage01_01/koss002lage01_01_0032.php; R. BOUDENS, Kardinaal Mercier en de Vlaamse Beweging, (Davidsfonds Leuven 1975) p. 53
Read more...

29 maart 2011

Pinoy dans son rue (vpmc)

.
Het is mooi dat de kijkers van ARTE nu een goed beeld hebben van het taalniveau van de mensen van de Frietrevolutie, en van het artistieke wereldje in het algemeen.



"Si on va se diviser, qu’est-ce qu’on va en faire en Flandre? Je ne sais pas hein! je suis pas intéressée à faire des choses seulement en Flandre, dans mon, dans mon rue. Je veux dire: je pars de là, pour heu, les couleurs, heu et tout ça."

Ter stichting van dit kleurige, licht geklede en ook geestelijk niet te zwaar beladen kind: het is weliswaar "le rut", maar "la rue".
.

Labels: , , ,

Read more...

28 maart 2011

De knoeiers van Bruggen en Wegen

De Vlaamse overheid blijkt telkens weer een onbekwaam projectmanager om grote projecten te beheren: Liefkenshoektunnel, Deurganckdok, Antwerpse Leien, Oosterweelverbinding. Vandaag kan men aan de lijst toevoegen: wegwerken van gevaarlijke punten. Stevaert lanceerde dit dossier in 2002. Hij ging 800 zwarte verkeerspunten in vijf jaar tijd met 500 miljoen euro oplossen. Nu denkt men hiermee in 2014 klaar te zijn. Het Rekenhof schrijft dat in 2010 hiervoor al 897 miljoen euro was uitgegeven en we stevenen af op een miljard euro. Daarnaast werd aan het coördinerend studiebureau TV 3V al 54 miljoen euro aan erelonen betaald, in plaats van de geraamde 25 miljoen. Duidelijk geen briljante geesten bij Bruggen en Wegen. Bewijs: zelfs de verlichtingspalen hebben ze niet onder controle.

Dubbele termijn, dubbele kostprijs, het klinkt bekend in de oren als het om de ingenieurs van Bruggen en Wegen gaat (vandaag heten die officieel 'Agentschap Wegen en Verkeer'): in de zomer van 2008 werd bekend dat de kosten voor de heraanleg van de eerste fase van de Antwerpse Leien op het dubbele kwamen van de oorspronkelijke raming: 100 i.p.v. 47,2 miljoen euro. De Vlaamse overheid lijkt wel genetisch onbekwaam om grote projecten behoorlijk te beheren, schreven we toen: Liefkenshoektunnel, Deurganckdok, Antwerpse Leien, Oosterweelverbinding. ('Overheid is onbekwaam projectmanager', 07.08.08).

Een jaar later bekeken we de Oosterweelverbinding wat nader ('De kwelgeest Lange Wapper', 13.07.09), waar ook de ramingen steeds hoger uitkomen (ooit was er sprake van een kostprijs van 550 miljoen euro, nu hoort men al schattingen tot 5 miljard voor het gehele project), zonder dat al één spade in de grond gestoken was, en besloten we:
'zelfs een voorstander van de Oosterweelverbinding met een Lange Wapper-viaduct moet tot het besluit komen dat het hele project op elk mogelijk aspect rammelt: de randvoorwaarden, financieel, budgetair, juridisch, op het vlak van procedures, enz. Men kan dit toch niets anders dan onbekwaam projectmanagement noemen.'

Vandaag moet men aan de lijst van projecten die aantonen dat de Vlaamse overheid een totaal onbekwaam projectmanager is een nieuw project toevoegen: het wegwerken van gevaarlijke punten en wegvakken in Vlaanderen. Dat blijkt uit een vernietigend rapport van het Rekenhof dat midden maart '11 gepubliceerd werd en op donderdag 24 en 31 maart '11 besproken wordt in de Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken.
'Verslag van het Rekenhof over het wegwerken van gevaarlijke punten en wegvakken in Vlaanderen' doc g37-J (2010-2011) -Nr. 1

Lees niet te snel de titel van het verslag. Het gaat niet om het wegwerken van gevaarlijke putten, maar van gevaarlijke punten. Een vernietigend rapport over gevaarlijke putten hebben we vermoedelijk nog tegoed van het Rekenhof. Ondertussen moeten het doen met een verslag over gevaarlijke punten. Om het aantal doden en zwaargewonden ten gevolge van het wegverkeer terug te dringen, stelde de Vlaamse minister van Openbare Werken Stevaert in 2002 voor in sneltempo 800 zogenoemd gevaarlijke punten weg te werken. Het was de bedoeling op 5 jaar tijd alle punten aan te pakken voor een bedrag van 500 miljoen euro. Omdat de administratie Wegen en Verkeer - nu het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) - hiervoor over onvoldoende personeel beschikte, werd beslist een beroep te doen op een coördinerend studiebureau, dat als gedelegeerd bouwheer zou optreden en zou zorgen voor het voorontwerp van de infrastructuurwerken. De drie grootste studiebureaus van Vlaanderen, ARCADIS Gedas, Grontmij en Technum, groepeerden zich hiervoor tot één tijdelijke vennootschap (TV) “Veilig Verkeer Vlaanderen” (afgekort TV 3V). Die dienstverlening werd geraamd op 25 miljoen EUR. Daarnaast zou per provincie een studiebureau worden aangesteld voor het eigenlijke detailontwerp van de werken en de opvolging van de werkzaamheden. Vandaag schat men dat de 800 gevaarlijke punten in 2014 klaar zullen zijn. Niet enkel is de termijn meer dan verdubbeld, het Rekenhof zegt dat we er tot 2010 al 897 miljoen euro voor hadden uitgegeven. Vandaag stevenen we af op een miljard euro. Dat is al weer dubbel zoveel als vooraf geraamd, en het is nog altijd niet klaar.

Projectvoorbereiding en gunning

Het Rekenhof stelt vast dat noch de raming van de kostprijs, noch de raming van de uitvoeringstermijn met de nodige grondigheid is gebeurd. Ook het studieraamcontract met het coördinerende studiebureau is suboptimaal tot stand gekomen. Hoewel AWV koos voor een onderhandelingsprocedure, heeft de administratie de laatste BAFO (best and final offer) van TV 3V zonder meer aanvaard, zonder verdere onderhandelingen - of minstens verduidelijkingen - over prestaties en prijzen. De administratie heeft evenmin een degressieve ereloonregeling bedongen naarmate bepaalde ereloonbedragen werden bereikt.
Door de laattijdige Europese publicatie van het studieraamcontract was de inschrijvingstermijn de facto beperkt tot 1 dag, waardoor het werd onttrokken aan Europese mededinging. Verder werden bijkomende opdrachten voor in totaal 3,85 miljoen EUR aan TV 3V toegewezen, wat een schending vormt van de basisprincipes van gelijkheid en mededinging. Dat klinkt erg naar een genre Lange Wapper, waar er sinds november 2006 nog slechts met één aanbieder (Noriant) werd onderhandeld en finale contractbesprekingen gevoerd, nog voor alles rond was en de stedenbouwkundige vergunning was verkregen.

Projectuitvoering

Het Rekenhof constateert dat begin 2010 slechts 450 van de 800 gevaarlijke punten waren weggewerkt. Van de 50 gevaarlijkste punten zijn er 31 aangepakt en opgeleverd. De kostprijs van het project blijkt intussen sterk gestegen: de oorspronkelijke raming van 500 miljoen EUR diende te worden bijgesteld naar 897 miljoen EUR (een stijging met 54%, rekening houdend met een inflatiepercentage van 16,6%). Aan TV 3V werd al 54 miljoen EUR aan erelonen betaald, in plaats van de geraamde 25 miljoen EUR. Omdat na afloop van het studieraamcontract met TV 3V de opdracht nog niet was beëindigd, heeft AWV een bijkomende overeenkomst ter waarde van 1,3 miljoen EUR gesloten met TV 3V, die echter niet voldoet aan de voorwaarden van de Overheidsopdrachtenwet 1993 om onderhands te worden gegund.

Tijdens de uitvoering van het project heeft AWV daarnaast provinciale studieopdrachten toegewezen aan TV 3V voor een bedrag van 12 miljoen EUR. Het Rekenhof heeft in dit verband inbreuken vastgesteld op de onverenigbaarheidvoorschriften van de Overheidsopdrachtenwet. Algemeen vormt de substantiële (gecumuleerde) uitbreiding van de basisovereenkomst met TV 3V met 114 % een inbreuk op het Gemeenschapsrecht - inzonderheid op het mededingings- en gelijkheidsbeginsel.

De administratieve opvolging door AWV van het project gevaarlijke punten is over het algemeen suboptimaal. De financiële en uitvoeringsgegevens van TV 3V en AWV zijn niet altijd betrouwbaar. De definitieve eindafrekening voor de dienstverlening van TV 3V tot november 2008 ten bedrage van 34,4 miljoen EUR is ondoorzichtig en lacunair, waardoor onverschuldigde betalingen hebben plaatsgevonden. Verder werden aan de provinciale studiebureaus erelonen betaald voor verrekeningen, hoewel dat contractueel was uitgesloten.

Hoewel het studieraamcontract met TV 3V voorzag in de mogelijkheid de kwaliteit en kostgerichtheid van de door TV 3V afgeleverde studieopdrachten door te lichten, heeft AWV van die mogelijkheid geen gebruik gemaakt.

Evaluatie en informatievoorziening

Het Rekenhof stelt vast dat de monitoring en evaluatie van het project gevaarlijke punten gebrekkig verloopt. De ongevallengegevens die noodzakelijk zijn om de inmiddels afgewerkte gevaarlijke punten te evalueren, worden met belangrijke vertraging aangeleverd. Slechts voor 58% van de 50 afgewerkte gevaarlijke punten met de hoogste prioriteit zijn ruwe monitoringgegevens bekend. Het onderzoek van het Steunpunt Mobiliteit en Openbare Werken, spoor Verkeersveiligheid, dat de evaluatie wetenschappelijk moet onderbouwen, is uitgesteld.

De knoeiers van Bruggen en Wegen

Als er vandaag een miljard euro (= VEERTIG MILJARD oude frank!) moet uitgegeven worden om gevaarlijke punten en wegvakken veiliger te maken, betekent dit toch dat de administratie Wegen en Verkeer - nu het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) - die heel onveilig en gevaarlijk heeft aangelegd. In het rapport van het Rekenhof leest men:

"Als Vlaanderen wordt vergeleken met beter presterende landen (in de eerste plaats Nederland, het Verenigd Koninkrijk en Zweden) moet worden vastgesteld dat het doodsrisico bij een verkeersongeval in Vlaanderen nog altijd ongeveer tweemaal hoger is dan in die landen (Volgens het 'Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen', datum niet vermeld).
In 2001 stelde de Vlaamse Regering zich met het Ontwerp Mobiliteitsplan Vlaanderen tot doel de achterstand op de best presterende Europese landen te halveren tegen 2010.....
Naast maatregelen op het vlak van handhaving (o.a. flitscamera's), hogere veiligheid van voertuigen en bewustmaking van weggebruikers, werd een inhaalbeweging gepland om de infrastructuur te verbeteren. Een van de infrastructurele verbeterpunten betrof het wegwerken van de zogenoemde gevaarlijke punten."

Tien jaar geleden was het risico om te sterven bij een verkeersongeval tweemaal hoger in Vlaanderen dan bijvoorbeeld in Nederland, toch een zeer vergelijkbaar land, en dat zou dus voor een deel de schuld zijn van 'gevaarlijke punten'. We betalen nu dus EEN MILJARD EURO om het eerder geknoei bij de wegenaanleg door de ingenieurs van Bruggen en Wegen weg te werken. Kan het dan verwonderen dat ook dat wegwerken met geknoei gepaard gaat? Zo zeer dat het Rekenhof zelf het gerecht inschakelt voor verdenking van gesjoemel! Het Rekenhof besliste op 29 juni 2010 de Procureur des Konings te Brussel in te lichten over dit dossier. Het acht de toewijzing aan TV 3V van studieopdrachten als 'provinciaal' studiebureau voor de concrete uitwerking van de uitvoeringsplannen in strijd met de regelgeving inzake onverenigbaarheden. Daarnaast zijn er volgens het Rekenhof ook aanwijzingen van strafrechtelijke inbreuken en zijn de basisprincipes van gelijkheid en mededinging geschonden door overmatige uitbreiding van de oorspronkelijke kaderovereenkomst met TV 3V.

De achterstand halveren...

En wat voor een ambitieuse Vlaamse regeringen hebben we toch, die de achterstand willen halveren! Niet bijbenen dus, alleen maar de achterstand halveren... En zelfs dat is dus niet eens gelukt, want honderden opgelijste gevaarlijke punten zijn nog steeds niet aangepakt. Je moet gewoon de grens met Nederland oversteken op secundaire wegen om het verschil te zien. Hier: niet-afgeschermde bomen en verlichtingspalen, onoverzichtelijke bochten op drievakswegen, kruispunten zonder verkeerslichten. Daar: veilige fietspaden, veel ronde punten en andere maatregelen als wegversmallingen om ongevallen te voorkomen en de gevolgen van ongevallen te beperken. En na dat miljard te hebben uitgegeven, hebben we niet eens behoorlijke statistieken om de gevolgen te meten. De ongevallengegevens die noodzakelijk zijn om de inmiddels afgewerkte gevaarlijke punten te evalueren, worden met jaren vertraging aangeleverd. Slechts voor 58% van de 50 afgewerkte gevaarlijkste punten met de hoogste prioriteit zijn ruwe monitoringgegevens bekend.

Er zijn dus zelfs geen behoorlijke statistieken, terwijl er veel volk werkt in de Vlaamse administraties, altijd maar meer volgens een eerder rapport van het Rekenhof. De inspanningen om processen te vereenvoudigen zijn te weinig een hefboom om taken met minder ambtenaren uit te voeren. De onvoldoende optimalisering is volgens het Rekenhof mede de oorzaak van de groei van de Vlaamse ambtenarij sinds 2004 met 10 procent. (Artikel: 'Het Vlaams bestuur is duidelijk te duur' 25/01/2010). Er zijn zelfs blijkbaar onvoldoende bedienden bij Bruggen en Wegen om de facturen i.v.m. de gevaarlijke punten tijdig goed te keuren, want wat leest men in het rapport van het Rekenhof: “Laattijdige betaling van facturen heeft in de periode 2002-2009 in totaal 1,7 miljoen euro aan verwijlinteresten gegenereerd. Soms blijven belangrijke factuurbedragen verschillende jaren openstaan. De opgelegde maatregelen tot beheersing van de verwijlinteresten zijn weinig succesvol gebleken.” Alleen al met de verwijlintresten hadden een paar knelpunten kunnen weggewerkt worden.

Grondige analyse = Excel-tabel van één bladzijde

In 'Mobiliteitsplan Vlaanderen - Beleidsvoornemens', lezen we in het rapport van het Rekenhof, wordt verwezen naar 'een grondige analyse en evaluatie door AWV in 2000' van de toestand van de gevaarlijke punten en wegvakken op het gewestwegennet. Het Rekenhof heeft in 2010 die 'grondige analyse' bij AWV opgevraagd. Die blijkt uit niets meer te bestaan dan uit een Excel-tabel van één pagina, met een geschatte kostprijs van 620.000 EUR per gevaarlijk punt. Waarop is die kostprijs gebaseerd? Zomaar, uit de duim gezogen.

Verwondert het dan nog dat het steeds levensgevaarlijker wordt op Vlaamse wegen? Terwijl u diepe putten probeert te ontwijken kan het nu ook gebeuren dat u een verroeste of door betonrot aangetaste verlichtingspaal op uw dak krijgt. Vlaamse onafhankelijkheid als einddoel door een verdampend België? Neen, bedankt. Toch niet met dat soort administratie, die zeker niet beter is geworden nadat ze geen Belgisch Ministerie van Openbare Werken meer was, misschien zelfs veel slechter geworden, sinds dit ministerie bij de staatshervorming van 1988-1989 aan de gewesten werd overgedragen. We kunnen beter het beheer van de Vlaamse wegen overdragen aan Nederland, of waarom niet, aan Noordrein-Westfalen, waar de wegen er goed bij liggen, en men geen 'inhaalbeweging' nodig heeft om gevaarlijke punten minder gevaarlijk te maken.


TOEMAAT
Verlichtingspalen en de ingenieurs van Bruggen en Wegen

In februari '11 vallen twee verlichtingspalen om op de E19, met gewonden tot gevolg. Eerst gaat het volgens de ingenieurs van Bruggen en Wegen alleen om enkele doorgeroeste palen op de E19 ter hoogte van Rumst. Een paar dagen later gaat het om doorgeroeste palen 'enkel en alleen langs de E19' tussen Brussel en Antwerpen. Nog enkele dagen later gaat het al om 2.660 risicopalen op verschillende autowegen. Een week later komen daar plots 3.000 gevaarlijke betonnen verlichtingspalen bij. De ene dag zeggen ze dat er niet genoeg geld is om alle betonnen palen en de verroeste ijzeren verlichtingspalen te vervangen, enkele dagen later zeggen ze dat om in een eerste fase zeshonderd palen langs de E34 en E313 te vervangen, er 750.000 euro is uitgetrokken. Als zoiets eenvoudig als het beheer van verlichtingspalen zo een chaos is, moet het toch niet verwonderen dat de aanpak van 800 gevaarlijke punten helemaal in het honderd loopt... De chronologie meer in detail:

Za 5 febr '11: vrijdagmiddag en -nacht waren langs de E19 ter hoogte van respectievelijk Rumst en Mechelen Noord twee verlichtingspalen omgewaaid. Daarbij vielen twee gewonden. Het Agentschap Wegen en Verkeer is zaterdag begonnen met het preventief weghalen van in totaal zeven verroeste verlichtingspalen langs de E19. Vanaf maandag zullen alle vijfhonderd palen over heel Vlaanderen van hetzelfde type grondig worden onderzocht. Een inspectie zaterdagochtend toonde aan dat over een lengte van zeker 1 kilometer de verlichtingspalen langs de E19 ter hoogte van Rumst dringend aan vervanging toe zijn.

Woe 9 febr: problemen met doorgeroeste verlichtingspalen voorlopig enkel langs E19.
Het ziet er naar uit dat er enkel langs de E19 tussen Brussel en Antwerpen problemen zijn met verlichtinspalen die doorgeroest zijn. Dat blijkt uit de voorlopige resultaten van het onderzoek dat het Agentschap Wegen en Verkeer het afgelopen weekend opstartte nadat twee palen langs de E19 waren omgevallen.

Za 12 febr: Alle 2.660 risicopalen werden onderzocht, 128 worden preventief verwijderd.
Vorige week vielen twee verlichtingspalen om omdat ze onderaan van binnen doorgeroest waren als gevolg van insijpelend water. Daarop liet minister van Mobiliteit en Openbare Werken Hilde Crevits (CD&V) alle risicopalen controleren. Het ging om 2.660 palen. Alle door roest aangetaste ossenkoppalen worden de volgende dagen stuk voor stuk neergehaald. De meest kritische zijn al verwijderd. Naast de ossenkoppalen zijn ook alle 660 palen op een voetplaat gecontroleerd. Dat zijn palen die niet in de volle grond verankerd zijn, maar op een betonnen plaat. Wanneer in die palen water insijpelt, kan het niet weg door de betonnen plaat. Negenendertig palen op een voetplaat worden preventief verwijderd. 'De verlichtingspalen langs de Vlaamse wegen worden minstens een keer per drie jaar door een onderhoudsaannemer gecontroleerd. Bij de recentste controles op de E19 hebben de aannemers geen problemen gemeld', aldus Crevits.

Ma 21 febr: Drieduizend betonnen verlichtingspalen langs de Vlaamse autowegen lijden aan betonrot en moeten vervangen worden. De Vlaamse overheid heeft echter onvoldoende geld om zowel deze palen als de verroeste palen langs de E19 te vervangen. Het Agentschap Wegen en Verkeer erkent dat er een probleem is met drieduizend betonnen palen. 'De vervanging van al die palen stond op de planning van dit jaar', luidt het. Maar door de problemen met verroeste metalen palen langs de E19 tussen Antwerpen en Brussel moet de planning herbekeken worden. 'Het is een budgetkwestie', zegt de woordvoerster. Er is niet genoeg geld om alle betonnen palen en de verroeste ijzeren verlichtingspalen te vervangen.

Di 22 febr: Ook problemen met betonnen verlichtingspalen.
Na de doorgeroeste verlichtingspalen op de E19 blijken ook de betonnen palen op de E313 en de E34 niet in orde. De palen zijn meer dan 40 jaar oud en hebben te kampen met betonrot. ‘We gaan er in 2011 nog 940 vervangen', zegt de woordvoerster van het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV). ‘Dat is al vorig jaar afgesproken, want we weten dat de palen einde levensduur zijn. De andere tweeduizend palen worden in de loop van de jaren erop verwijderd. Maar er is geen onmiddellijk gevaar. Als één van de palen de verkeersveiligheid in het gedrang brengt, wordt hij onmiddellijk verwijderd.' Om de betonnen palen te vervangen is in de eerste fase, waarbij zeshonderd palen langs de E34 en E313 worden vervangen, 750.000 euro uitgetrokken.

Toemaat
lijst van de Vlaamse ministers van openbare werken:
1988-1992 Johan Sauwens (toen VU, nu CD&V)
1992-1995 Theo Kelchtermans (CVP)
1995-1999 Eddy Baldewijns (SP)
1999-2003 Steve Stevaert (SP)
2003-2004 Gilbert Bossuyt (sp.a)
2004-2007 Kris Peeters (CD&V)
2007- Hilde Crevits (CD&V)
Read more...

22 maart 2011

Bart De Wever's wegbereiders

Marc Platel wijst in zijn blog op deredactie.be terecht op het uitzonderlijke van gedoodverfd separatist Bart De Wever's bezoek aan Downing Street 10. De Vlaamse media hebben juist daarom dat bezoek zoveel mogelijk doodgezwegen. Het komt immers neer op een soort erkenning voor de Vlaamse beweging als legitiem vertegenwoordiger van de Vlaamse natie, zoiets alsof onze premier Yves Leterme de leider van de Catalaanse separatisten zou ontvangen. Dit is dus een klinkend succes voor de bijna-slimste mens van Vlaanderen. Maar dat succes is niet uit de lucht komen vallen. Bart De Wever is hiervoor dank verschuldigd aan twee niet-NVA'ers.



Derk-Jan Eppink heeft zowel vóór als na zijn intrede in de politiek het failliet van België aangetoond en gedocumenteerd. Sedert hij voor de LDD ("Libertair, Direct en Democratisch") in het Europees Parlement fractie vormt met de Britse Conservatieven van premier David Cameron, heeft hij ook hen voor de Belgische situatie gevoelig gemaakt.

Op grotere schaal nog is De Wevers weg naar Downing Street 10 door Paul Beliën geëffend, topmedewerker van de Nederlandse Partij Voor de Vrijheid van Geert Wilders en echtgenoot van VB-parlementslid Alexandra Colen. Beliëns boek A Throne in Belgium, een vulgarisering van zijn doctoraatsverhandeling in Buckingham University, heeft in brede Britse en Amerikaanse kring sympathie gewekt voor het Vlaamse verzet tegen België. Met of zonder bronvermelding hebben leidinggevende bladen als de Wall Street Journal, The Daily Telegraph, The Economist en The Spectator er hun skeptische Belgiëcommentaren op gebaseerd. Die hebben het klimaat geschapen waarin Cameron's uitnodiging aan de koning van Vlaanderen mogelijk werd.

Labels: , , ,

Read more...

21 maart 2011

De groeiende dictatuur der rechters en professionele mensenrechten-ngo's

Aan een teveel aan tegenstrijdige mensenrechten kan een beschaving ten onder gaan. Die uitdeinende mensenrechten moeten een halt toegeroepen worden, en tot minimale proporties herleid. Ze zijn van langsom minder een bescherming van de mensen tegen een te opdringerige overheid (recht op vrije meningsuiting, vrijheid van godsdienst, recht op privacy of een eerlijk proces) maar de basis van een strijd van allen tegen allen om zijn geliefkoosd 'mensenrecht' voor de rechter te zien zegevieren als een supergrondrecht. Moeten we daarom niet weg uit alle internationale verdragen en instellingen?


EHRM gaat zijn boekje te buiten

Rechters gaan steeds verder in het zich toeeigenen van het laatste woord. De afgelopen decennia heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) niet mis te verstane politieke uitspraken gedaan waaruit moet worden geconcludeerd dat hier sprake is van een machtsovername door het Hof. Zo schafte het EHRM op 16 juli 2009 de vrijheid van meningsuiting af. Het Hof vond sociale vrede en politieke stabiliteit belangrijker dan het recht op vrije meningsuiting. ('Hof Tegen de Rechten van de Mens?')

De voorzitter van het Belgische Grondwettelijk Hof, Bossuyt, stelt dat het EHRM zijn boekje te buiten gaat: "Mensenrechtenhof gaat boekje te buiten in asielzaken". In een artikel gaat John De Wit, Gazet van Antwerpen, 12.05.2010, daar dieper op in. Enkele uittreksels: Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens gaat zijn boekje steeds meer te buiten in asielzaken. Het beslist zelf in de plaats van de nationale instanties, het legt kortgedingmaatregelen op hoewel het daarvoor niet bevoegd is en eist dat die onmiddellijk worden uitgevoerd. Het riep bovendien een werkloosheidsvergoeding uit tot een eigendomsrecht en realiseerde daarmee wat Karl Marx nooit gelukt was. Het Hof wordt bedolven onder nieuwe rechtszaken, het aantal hangende rechtszaken per inwoner tegen België is sinds 2006 verdubbeld. Dat komt gedeeldelijk omdat het hof zijn bevoegdheden op sluipende wijze uitbreidt. Weinigen durven daar kritiek op geven. Maar Marc Bossuyt, naast voorzitter van het het Grondwettelijk Hof ook academicus, durft dat wel. Hij analyseert in een nieuw boek - in eigen naam - de rechtspraak van het Europees Mensenrechtenhof in Straatsburg in asielzaken. Hij is daarbij kritisch over de richting die het Hof de laatste jaren is ingeslagen.

'Bied dat mensenrechtenhof weerwerk' zegt dan weer Tom Zwart, hoogleraar rechten van de mens aan de Universiteit Utrecht: "Door de enorme werklast komen de rechters van het EHRM niet veel buiten de deur. Ze betrekken veel van hun informatie van mensenrechten-ngo’s. De uitspraken lijken vooral gericht op de kring van academici die het Hof intensief volgen. Door de enorme hoeveelheid zaken die het Hof jaarlijks behandelt, ontbreekt het overzicht. Tegenstrijdige uitspraken zijn helaas geen uitzondering."

'EHRM: ernstige inbreuk op de democratie' schrijft Thierry Baudet, verbonden aan de Universiteit Leiden: "Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in Straatsburg heeft zich de afgelopen jaren ontpopt als een allesverslindend monster dat zonder enige legitimiteit talloze nationale wetten en regelingen buiten werking stelt: democratisch tot stand gekomen asiel- en immigratiebeleid, de reikwijdte van de vrijheid van godsdienst, eventuele grenzen aan de vrijheid van meningsuiting, maar ook regels over huiszoeking en politieverhoor en de inrichting van het openbaar onderwijs. Door onze soevereiniteit via het Europees Hof aan de wilgen te hangen, heeft er dus een ernstige inbreuk op onze democratie plaatsgehad."

Ook in Frankrijk hoort men stemmen opgaan die spreken over de tirannie van de Straatsburgse rechters:
'Tyrannie des juges contre droit des peuples : les dérives de la Cour européenne des droits de l'homme (CEDH)' (artikel van 04.03.11)
Volgens Andrea Massari is het EHRM
schadelijk voor de individuele vrijheden
schadelijk voor de collectieve vrijheden van de volkeren
schadelijk voor de identiteit van de volkeren.
Het is zaak de soevereiniteit van het volk te heroveren:
De volkeren van Europa zijn geen baas meer in eigen huis. Handelend in de naam van de dominante belangen en ideologie, heeft een handvol rechters - de dwergen van Straatsburg - zich meester gemaakt van de soevereiniteit. De volkeren moeten ze heroveren. Naast het eventueel opzeggen van de Europese conventie over de mensenrechten of een hervorming van het EHRM, kunnen twee bijkomende wegen bewandeld worden:
- het herbevestigen van het primaat van het democratisch opgesteld nationaal recht boven het Europees en internationaal recht;
- directe deelname van het volk aan het uitwerken van het nationaal recht door bindende referenda.
Slechts zo kan het recht der volkeren het halen tegen de tirannie van de rechters.
(Andrea Massari is socioloog en bestuurder van de stichting Polemia. Polémia: 'à l'heure de la normose et des tabous imposés par le politiquement correct, il faut réintroduire la libre confrontation des idées dans le débat public').

In het Verenigd Koninkrijk zijn ook kritische stemmen te horen. Volgens een verslag in The Independent op 02-04-2010 door Robert Verkaik, Law Editor, moet terug de Britse rechter het eindwoord hebben inzake de interpretatie van het EVRM: 'Judge's warning over Europe's legal power' Subtitel: Britain's most senior law official attacks influence of Court of Human Rights. "British courts must have the final say over European human rights law, the country's most senior judge has warned. In an unprecedented defence of Britain's sovereignty, the Lord Chief Justice, Lord Judge, said that the European Court of Human Rights in Strasbourg is threatening to "assume an unspoken priority over [UK] common law".... (Tekst via Iskander)

Internationele verdragen verdringen landelijk recht

Er is wel kritiek op, maar het blijft ondertussen zo dat rechters
- vonnissen dat sociale vrede en politieke stabiliteit belangrijker zijn dan de vrijheid van meningsuiting;
- hun interpretatie doordrukken over asiel- en migratiebeleid en democratisch tot stand gekomen nationale wetten buiten werking stellen.

Advocaat Jelle Flo: "Allereerst dit: het is goed dat er mensenrechten zijn. Het mensenrecht op een eerlijk proces verhindert bijvoorbeeld dat een rechter een vonnis mag vellen op basis van stukken die niet alle partijen hebben mogen inkijken. Het recht op privacy verbiedt dat iemand kan worden geconfronteerd met grootschalige huiszoekingen die niet gebaseerd zijn op betrouwbare aanwijzingen. Niemand zou aanvaarden dat foto’s die worden gevonden op een computer die tijdens een onderzoek in beslag is genomen, zomaar en met een kwaadaardige draai in de pers komen. Mensenrechten zijn in opmars. Die groei verloopt echter niet probleemloos. Het Hof in Straatsburg leest in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens steeds meer zaken die de verdragsluitende partijen er eigenlijk niet in hebben geschreven. Recent vond het Hof in de zaak-Salduz dat een verdachte in Turkije niet zonder advocaat mocht worden verhoord. Dit schond zijn mensenrechten. Als gevolg van die beslissing mag de Belgische minister van Justitie straks dertig miljoen euro extra aan ‘s lands advocaten betalen, nochtans geen behoeftige bevolkingsgroep, en dit zonder dat die nieuwigheid in België tegemoetkomt aan een voordien als prangend ervaren probleem... Tom Zwart van de Universiteit van Utrecht schreef dat het Hof op koning Midas lijkt: alles wat het aanraakt, verandert plotseling in mensenrechten. Daarnaast zijn de mensenrechten onderling tegenstrijdig. Een voorbeeld: De Morgen brengt op 12 maart 2011 een stuk over de recent overleden deken Marc Gesquière. Zijn medewerkers vertellen de journaliste dat de deken een bevlogen priester was met het hart op de juiste plaats die dag en nacht klaarstond voor zijn parochianen. Die omschrijving vult de journaliste aan met de informatie dat de pas overleden deken volgens geruchten seksclubs bezocht, een voorliefde had voor zweepjes en tepelklemmen, en dat zijn favoriete rol naar verluidt die van ‘slaafje’ was.... Enerzijds schendt het artikel het recht op eerbied voor het privéleven en is het een aanfluiting van het beginsel van de menselijke waardigheid. Anderzijds is de persvrijheid ook een mensenrecht. Waar het uiteindelijk op aankomt, is dus wie in een gegeven zaak beslist welk van de tegenstrijdige mensenrechten voorrang krijgt. Alles is een mensenrecht en je kunt er elke richting mee uit." ('Met mensenrechten kun je alle kanten uit' Tertio, 18.03.11)

SGP overtreedt het VN-Vrouwenverdrag

Een schoolvoorbeeld van tegenstrijdige mensenrechten en van een lobby die 'haar' meest geliefkoosd mensenrecht voorrang kon doen krijgen is de veroordeling voor vrouwendiscriminatie door de Nederlandse partij SGP.

De Hoge Raad, de hoogste rechtsprekende instantie in Nederland (vergelijkbaar met het Belgische Hof van Cassatie) heeft uitgesproken dat vrouwen in de SGP moeten kunnen deelnemen aan alle processen in de partij (verslag uitspraak), dus ook verkiesbaar moeten kunnen zijn. De handelwijze van de SGP (Staatkundig Gereformeerde Partij) is namelijk in strijd met het VN-Vrouwenverdrag, dat op zijn beurt een uitwerking is van de Universele Rechten van de Mens. De Hoge Raad heeft verklaard dat dit Vrouwenverdrag ook in Nederland ‘rechtstreekse werking’ heeft, hetgeen concreet betekent dat de SGP niet meer expliciet vrouwen mag verbieden zich verkiesbaar te stellen.

Amanda Kluveld hierover in De Volkskrant, 09 april '10: 'Gelijkschakeling SGP? Liever niet' (Historica Amanda Kluveld (Rotterdam 1968) werkte aan verschillende universiteiten en is thans als universitair docent verbonden aan de leerstoelgroep Nederlandse geschiedenis van de Faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam en schrijft wekelijks een column in De Volkskrant):

"Gisteren oordeelde de Hoge Raad dat de SGP vrouwen niet mag uitsluiten van de kandidatenlijsten voor de verkiezingen. De Staat moet maatregelen nemen die er toe leiden dat de SGP het passief kiesrecht aan vrouwen toekent. Wat de rechter niet mag en kan, is bepalen welke maatregelen dat zouden moeten zijn. Dat is aan de politiek. Tijdens de wekelijkse persconferentie van de minister-president waren journalisten opmerkelijk behulpzaam bij het bedenken van effectieve maatregelen. Het is zelden vertoond dat de media zich zo inspanden om de regering behulpzaam te zijn bij het zoeken van oplossingen. Een van de meest gretig ingebrachte voorstellen was de SGP uit te sluiten van de verkiezingen van 9 juni.
De uitspraak van de HR en de triomfantelijke reacties erop bedroeven mij. Ik weet het, de blijdschap valt te verklaren uit de goed seculiere traditie om je te verkneukelen over alle zaken waardoor die gekke achtergebleven christenfundamentalisten worden dwarsgezeten. Maar wat betekent deze uitspraak nu werkelijk, niet alleen voor de SGP, maar voor ons allemaal? Het betekent dat langzaam maar zeker alles moet wijken voor het gelijkheidsbeginsel. Alleen juridische oordelen die op geen enkele wijze verbonden zijn aan traditie, geschiedenis of cultuur hebben nog betekenis. Daar kun je als beschaving aan ten onder gaan.
Kijk naar het VN-Vrouwenverdrag uit 1979 dat in de uitspraak van de HR een belangrijke plaats inneemt. Art. 7 van het Verdrag stelt dat vrouwen op gelijke voet met mannen moeten kunnen stemmen, verkozen worden in openbare lichamen en deelnemen aan de vaststelling en uitvoering van het overheidsbeleid. Vrouwen moeten alle openbare functies op alle overheidsniveaus kunnen vervullen. Ook moeten zij kunnen deelnemen aan niet-overheidsorganisaties en verenigingen op het gebied van het openbare en politieke leven. Niemand kan beweren dat Nederland niet aan de eisen van dit Verdrag voldoet.
Maar om het simpele feit dat de SGP in ons midden bestaat en die partij geen passief kiesrecht voor vrouwen binnen de partij wenst in te stellen, wordt nu beweerd dat dit niet het geval is. Alsof de hele Nederlandse samenleving tegen de geest van art. 7 van het Verdrag indruist. Dat is natuurlijk niet waar. Toch moet nu onze Staat op grond van een verdrag uit 1979 maatregelen nemen tegen de oudste nog bestaande politieke partij van Nederland. Een partij die in 1918, lang voor het Verdrag, werd opgericht.
Voor een aparte status voor onze oudste partij is geen plaats.
Het komt erop neer dat de SGP wel de vrijheid heeft te proberen bepaalde politieke doelen te verwezenlijken, maar niet de vrijheid haar partij in te richten op een wijze die bij die doelen past.
Heeft Nederland ooit de consequenties doordacht voor de bestaande politieke partijen wanneer het het Verdrag zou ondertekenen? Is de SGP in 1979 verteld wat haar lot zou zijn na binding van Nederland aan het Verdrag? Is hier geen sprake van recht met terugwerkende kracht en vindt onze Staat dat aanvaardbaar? Wij moeten ons bezinnen over de wijze waarop wij dit soort Verdragen aangaan. Moet daar niet een veel langer proces van doordenkingaan vooraf gaan?"

Het Katholiek Nieuwsblad heeft het over 'Hoge Raad gaat voor politieke correctheid':

"Het gelijkheidsbeginsel ontwikkelt zich steeds meer als een dwingend supergrondrecht dat de klassieke vrijheidsrechten als bijvoorbeeld de godsdienstvrijheid aantast." Dat zei de nieuwe fractievoorzitter Kees van der Staaij twee weken geleden op de algemene ledenvergadering van de SGP in Amersfoort. "Ook de zwaar bevochten onderwijsvrijheid is in gevaar. De vrijheid voor scholen, kerken en partij staat onder druk." Het lijken profetische woorden te zijn geweest.
Hoe tiranniek dat 'supergrondrecht' van de gelijkheid werkelijk is, en hoezeer de vrijheid volgens de eigen overtuiging te leven op het spel staat, zou de SGP als beginselvaste christen-democratische partij enige dagen later al ondervinden. De Hoge Raad oordeelde namelijk op 9 april dat de staat moet optreden tegen deze partij, omdat die geen vrouwen toelaat op de kieslijst. Dit laatste is in strijd met het VN Vrouwenverdrag (CEDAW) en met het beruchte artikel 1 van de grondwet ("Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld"), waartegen Pim Fortuyn in naam van de vrijheid reeds protesteerde ("dat rare grondwetsartikel"). Zoals ook nu weer blijkt, werkt dit grondrecht in de praktijk als een omgelegde wissel die de vrijheid stuurt in de richting van de afgrond van een abstracte 'gelijkheid'. Het artikel levert een hefboom aan actiegroepen om anderen hun wil op te leggen, met name aan minderheden die de vrijheid willen houden hun leven op eigen wijze in te richten. In dit geval kwam de actie in eerste instantie van het Clara Wichmann Instituut, dat naar een anarchiste is vernoemd. Het 'instituut' kwam in 2004 ten einde toen de subsidie werd stopgezet. Zoveel draagvlak had het dus.
De agitatie is sindsdien echter voortgezet door het gelijknamige proefprocessenfonds en de feministische juristenvereniging Clara Wichmann. Aan de juridische actie tegen de SGP deed onder andere ook de Vereniging Vrouwennetwerk Nederland mee, waarin vrouwen elkaar maatschappelijk de bal toespelen en leuke baantjes bezorgen. Deze organisatie weigerde enige jaren geleden aan Katholiek Nieuwsblad een ledenlijst te overleggen. Blijkbaar mogen vrouwen zich dus wel exclusief en onder geheimhouding organiseren ter wille van de carrièremakerij en daarbij elkaar positief discrimineren, zonder daar verantwoording voor af te leggen of transparantie te betrachten. De SGP mag zich van diezelfde organisatie echter niet als politieke partij organiseren op grond van eigen visie op de rolverdeling tussen de geslachten. De Hoge Raad heeft deze en andere 'treiterorganisaties' (Elsevier) nu alle wind in de zeilen gegeven. Voorzitter Kathalijne Buitenweg van het Clara Wichmann Proefprocessenfonds heeft al laten weten: "We willen nu snel effectieve maatregelen zien."
We zien hier een vertrouwd schema van politiek correcte strategie: eerst in relatieve stilte de zaken juridisch voorkoken en dan de buit binnenhalen. Met artikel 1 en het VN Vrouwenverdrag blijken immers de voorzetten gegeven te zijn, waarmee nu ideologisch wordt ingekopt. Ten koste van de democratische vrijheid, en in dit geval nog wel tegen de oudste politieke partij van Nederland, die zoals Bart Jan Spruyt in het Reformatorisch Dagblad schrijft "zich de afgelopen negentig jaar keurig aan de regels van de Nederlandse rechtsorde heeft gehouden", en uit mensen bestaat "die zichzelf als de Nederlanders bij uitstek zien".
Wat vindt de SGP er zelf van? Partijvoorzitter Kolijn overweegt in dezelfde krant een gang naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg, maar weet ook: "Het Europees Hof is omstreden in de achterban." De vraag is ook of het de partij niet van de regen in de drup zal brengen.
"Juridisch worden wij meer en meer opgekweekt om simplistisch te denken", zei de Vlaamse rechtsgeleerde Matthias Storme al in 2005 tegen Het Katholiek Nieuwsblad. "We zijn een cultuur aan het creëren waarin de nuances, finesses en subtiliteiten van het recht vervangen worden door een paar absolute principes 'waar toch niemand tegen kan zijn?'. Want wie is er nu tegen antidiscriminatie, wie tegen mensenrechten?"
Blijkbaar is deze generatie van simplistische juristen nu dus ook tot de Hoge Raad der Nederlanden doorgedrongen. En in het Europese Hof zaten ze al, weten we sinds het kruisbeeldenarrest." (Het Katholiek Nieuwsblad, 15 april '10)

De internationale dictatuur

Niet alleen het EHRM of internationale verdragen verdrukken democratisch tot stand gekomen nationale wetten in vonnissen van rechters. Als het van sommige NGO's en dik betaalde internationale ambtenaren zou afhangen, moeten zelfs hun resoluties omgezet worden in dwingend recht. Voorbeeld dicht bij huis: de VN wil dat België islamofobie strafbaar maakt en vervolgt:
In een rapport van het Hoog-Commissariaat van de Mensenrechten van oktober '10, een rapport van een VN-organisatie die zou moeten opkomen voor de rechten van de mens - waaronder toch een van de meest fundamentele rechten, het recht op vrije meningsuiting - in tegendeel pleit voor het vervolgen en bestraffen van wie een bepaalde godsdienst niet genegen is. Niet eender welk godsdienst, maar specifiek de islam. De verantwoordelijken voor islamofobie zouden moeten vervolgd en gestraft worden. Duidelijk wil dit zeggen: strafrechtelijk vervolgd, en gestraft met boetes en/of gevangenisstraffen. (Letterlijk: L’État partie devrait intensifier ses efforts pour combattre les actes d’antisémitisme, de racisme et d’islamophobie, notamment en enquêtant, en poursuivant et en punissant les responsables.)

De EU rechtbank heeft in elk geval al geoordeeld dat een beslissing van de Veiligheidraad voorrang heeft boven eender welke rechtsregel! Op 21 september 2005 heeft het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Unie een arrest geveld dat de rechtsstaat én de democratie verder uitholt. De grond van de zaak betrof het aanslaan van gelden van personen die verdacht worden van banden met al-Qaeda. Dat Gerecht heeft in de meeste absolutistische bewoordingen gesteld dat beslissingen van de Veiligheidsraad voorrang hebben boven welke andere rechtsregels ook, zowel boven het nationale recht als dat van de Europese Unie en zelfs boven het Europees Verdrag inzake Rechten van de Mens en fundamentele vrijheden. Erger nog, het gerecht oordeelt dat zelfs wie geen lid is van de Verenigde Naties (zoals de Europese Unie bv.), daaraan gebonden is. Uit het persbericht van het Gerecht: "Het Gerecht stelt vast dat volgens het volkenrecht de verplichtingen van de Leden van de VN krachtens het Handvest van de Verenigde Naties voorrang hebben boven alle andere verplichtingen, ook boven hun verplichtingen krachtens het Europees verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, en krachtens het EG-Verdrag. Die voorrang strekt zich uit tot de besluiten van de Veiligheidsraad." (Zie Storme: 'Europees gerecht holt rechtsstaat verder uit'
Persbericht hierover van het Europees Hof in Luxemburg)
Toen besloot prof. Matthias Storme zijn kort artikel hierover met: "En zo kunnen 5 rechters de soevereiniteit en democratie geheel buiten spel zetten."

En via internationale verdragen kan een bepaalde lobby ook zijn geliefkoosd mensenrecht binnen halen. Zo kon via het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap het principe doorgedrukt worden dat gehandicapten 'recht' hebben op deelname aan het regulier onderwijs. Wie hen wil blijven onderbrengen in bijzonder onderwijs, pleegt de misdaad van discriminatie:
"De actualiteitenrubriek Terzake liet afgelopen week een reportage zien van de lagere school Maria Boodschap in de Antwerpse wijk Luchtbal.... De reportage raakte aan nog een complicerend aspect. Net als Nederland heeft België in VN-verband het ‘Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap' ondertekend. Dat verdrag definieert ‘handicap' zeer fluïde, en eist dat iedere ‘discriminerende' behandeling van bijvoorbeeld leerproblemen wordt tegengegaan. Speciaal onderwijs voor moeilijk lerenden is in die visie een vorm van discriminatie en stigmatisering. Daarom heeft België zich verplicht tot ‘inclusief onderwijs'. Tegen ieders belang in, betekent dit dat leerlingen met soms zeer zware leerproblemen moeten instromen in het reguliere onderwijs om dat zo nog verder te ontregelen. Om dat weer op te vangen, dreigt het onderwijs er nu dezelfde weg op geduwd te worden als het Nederlandse is gegaan: afschaffing van klassikaal, en doordrijving van ‘zelfstandig' onderwijs ‘op het eigen niveau' en ‘competentiegericht'. In de praktijk betekent dat een dramatische niveaudaling." (Een artikel van 12.05.10 van Henk Rijkers in Katholiek Nieuwsblad 'O België, let op uw zaak')

Afslanken die hele handel

Aan een teveel aan tegenstrijdige mensenrechten kan een beschaving ten onder gaan. Die uitdeinende mensenrechten moeten een halt toegeroepen worden, en tot minimale proporties herleid. Ze zijn van langsom minder een bescherming van de mensen tegen een te opdringerige overheid (recht op vrije meningsuiting, vrijheid van godsdienst, recht op privacy of een eerlijk proces) maar de basis van een strijd van allen tegen allen om zijn geliefkoosd 'mensenrecht' voor de rechter te zien zegevieren als een supergrondrecht.

Daar moet dus grondig in gesnoeid worden. Desnoods moeten democratische landen waar er steeds luidere kritiek op de dictatuur van de rechters te horen is, besluiten uit alle internationale organisaties te stappen die de rechters de munitie geven waarmee ze kunnen schieten. Democratische landen, waarbij dan, zoals Andrea Massari voorstelt, het volk rechtstreeks betrokken wordt bij het uitwerken van het nationaal recht door bindende referenda. Zoniet komt er wellicht nog een dag dat hier een rechter vonnist dat kritiek op de islam of Mohammed tot de doodstraf leidt, zoals in een resolutie van de mensenrechtencommissie van de VN ondertussen zal zijn bepaald. Onmogelijk? Niets is op dat vlak onmogelijk, als zelfs al gevonnist werd dat beslissingen van de Veiligheidsraad voorrang hebben op eender welke andere rechtsregel.

Nog meer

De vrijheid van mening wordt niet enkel belaagd door rechters die hun boekje te buiten gaan en als een soort koning Midas alles omtoveren tot een 'mensenrecht', maar ze krijgen het materiaal hiervoor aangereikt door de Europese Unie, de Raad van Europa en de resoluties in de VN en zijn comitees. Zie een afzonderlijk artikel hierover 'Meningsvrijheid steeds meer gekortwiekt'
Read more...

Vrijheid van meningsuiting steeds meer gekortwiekt

Publiekelijk aanzetten tot haat tegen een religie of een aanhanger van een religie moet vanaf nu volgens een EU-kaderbesluit op dezelfde manier als racisme vervolgd en bestraft worden. De vrije mening komt daarmee in de hele Europese Unie nog meer onder druk. Ook de Raad van Europa, die de waakhond van de mensenrechten zou moeten zijn, propageert maatregelen tegen islamofobie. In de UNO bekokstoven de islamregimes zelfs een totaal verbod op godsdienstkritiek, op straffe van boete en/of gevangenisstraf. Tijd om uit al die instellingen te vertrekken?


Een godsdienst haten wordt even strafbaar als racisme

De lidstaten van de Europese Unie zijn verplicht, met ingang van maandag 28 november 2010, hun strafwetgeving in overeenstemming te brengen met de in het 'Kaderbesluit racisme en vreemdelingenhaat' opgenomen nieuwe Europese regels. (Voluit: 'Kaderbesluit 2008/913/JBZ van de Raad van 28 november 2008 betreffende de bestrijding van bepaalde vormen en uitingen van racisme en vreemdelingenhaat door middel van het strafrecht').

Het besluit begint met volgende woorden: 'Racisme en vreemdelingenhaat vormen een rechtstreekse schending van de beginselen van vrijheid, democratie, eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, en van de rechtsstaat, beginselen waarop de Europese Unie gegrondvest is en die de lidstaten gemeen hebben.' Punt (5) van het besluit: Racisme en vreemdelingenhaat vormen een bedreiging voor groepen mensen die het doelwit zijn van dergelijk gedrag. Dit verschijnsel moet door middel van een gemeenschappelijke strafrechtelijke benadering op EU-niveau worden aangepakt, zodat dezelfde gedragingen in alle lidstaten strafbaar zijn en dat er doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties kunnen worden opgelegd aan natuurlijke personen en rechtspersonen die dergelijke strafbare feiten hebben gepleegd of daarvoor aansprakelijk zijn'.

Alle 'zware vormen' van racisme en xenofobie moeten door alle lidstaten van de Europese Unie strafbaar worden gesteld met een gevangenisstraf van ten minste één tot drie jaar. Hiervoor kregen zij twee jaar de tijd om hun wetgeving aan te passen, tot 28 november 2010 dus. Met dit kaderbesluit sluipt het aanzetten tot haat tegen een godsdienst binnen als een categorie, bij de maatregelen tegen racisme en vreemdelingenhaat. Godsdienst was tot nu één van de categorieën in de anti-discriminatiewet, op basis waarvan discriminatie strafbaar is, zoals de discriminatie gebaseerd op leeftijd, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, enz.. Godsdienst is met het nieuw Kaderbesluit niet meer een van de categorieën bij de anti-discriminatiewet, maar ze 'promoveert' op een slinkse manier naar racisme en vreemdelingenhaat. In de titel van het besluit is er alleen sprake van racisme en vreemdelingenhaat, niet van godsdienst. Ook in de overwegingen wordt geen motivatie aangeven waarom aanzetten tot haat tegen een godsdienst gelijk gesteld wordt met racisme.

Pas in de eigenlijke juridisch gedeelte, vanaf artikel 1, duikt dan plots 'godsdient' op als een van de categorieën die volgens die richtlijn over racisme en vreemdelingenhaat moeten beschermd worden, en het aanzetten tot haat moet bestraft worden:
Alle aantijgingen in verband met ras, huidskleur, afkomst, religie en andere overtuigingen, nationale of etnische oorsprong als factor die bepalend is voor de afkeer van mensen, moeten als racistisch en xenofoob worden beschouwd.

Het woord 'haat' wordt gemakshalve niet gedefinieerd, alleen wordt omschreven hoe het woord 'haat' in die context van vervolging en bestraffing moet begrepen worden:
'(9) Met "haat" wordt bedoeld haat, ingegeven door ras, huidskleur, godsdienst, afstamming of nationale of etnische afkomst.'
Handig toch: met 'haat' wordt ... haat bedoeld, en ze is strafbaar als ze ingegeven is door ras, enz..
Haat is een gevoel, een gevoel van diepe afkeer, van verachting. Eén bepaald gevoel wordt dus in heel Europa strafbaar gesteld, tenminste als het gericht is op een groep of een lid van een groep op basis van huidskleur, godsdienst, etc... Men mag dus ongestraft zijn familie haten, à la limite zijn buurman ook nog, zolang hij maar niet tot een of andere van de beschermde soorten behoort. Haat, een gevoel, betekent dus al een schending van de mensenrechten. Dat besluit wil dat een oproep tot haat strafbaar wordt gesteld met boetes en/of gevangenisstraffen, als de haat gericht is op een groep personen, of een lid van die groep, die op basis van ras, huidskleur, godsdienst, afstamming, dan wel nationale of etnische afkomst wordt gedefinieerd.

In de inleidende tekst wordt bepaald wat men onder 'godsdienst' moet verstaan. Hij is al even vaag als over 'haat', want onder 'godsdienst' moet worden verstaan ... 'een godsdienstige overtuiging': (8) Met "godsdienst" wordt in het algemeen gedoeld op personen die worden gedefinieerd op basis van hun godsdienstige overtuiging of geloof.
Zowel 'haat' als 'godsdienst' zij dus twee zeer rekbaar en vaag gedefinieerde begrippen: 'haat' is haat, en 'godsdienst' is een godsdienstige overtuiging. Niet direct een voorbeeld van goede regelgeving, want een strafbaar feit moet normaal gezien voldoende nauwkeurig zijn bepaald, zodat men vooraf behoorlijk goed kan inschatten of een daad al of niet strafbaar is. Bij haat tegen een godsdienst kan bovendien ook opgetreden worden als die haat mogelijk een andere haat zou verbergen, een voorwendsel zou zijn voor haat op basis van afstamming of nationale afkomst. Art 1. 3. bepaalt dat lid 1 ('de nodige maatregelen nemen om strafbaar te stellen' dus) ook mag toegepast worden 'als de verwijzing naar godsdienst beoogd ten minste die gedragingen te bestrijken welke als voorwendsel dienen voor handelingen tegen een groep personen, of een lid van die groep, die op basis van ras, huidskleur, afstamming dan wel nationale of etnische afkomst wordt gedefinieerd.' In eenvoudiger woorden: als u iemand aanzet tot haat tegen de islam, kan men dat ook zo interpreteren dat u eigenlijk Turken en/of Marokkanen bedoelt, en dus bent u zeker strafbaar, op basis van racisme en vreemdelingenhaat. Zo kan men een aanzet tot haat tegen de islam, ook al is dit op geen enkele wijze een ras maar een godsdienst, toch gemakkelijker bestraffen.

Een vorig besluit uit 1996 wordt hiermee ingetrokken: Gemeenschappelijk Optreden 96/443/JBZ . Dat 'Optreden' uit 1996 vermelde reeds de categorie 'godsdienst', maar in een context van een grotere en effectieve justitiële samenwerking tussen de lidstaten om op te teden tegen racisme en xenofobie:
'Bezorgd over de verschillen tussen bepaalde strafwetgevingen inzake het sanctioneren van bepaalde vormen van racistisch en xenofoob gedrag, die de internationale justitiële samenwerking belemmeren,
Erkennend dat de internationale samenwerking van alle Staten, met inbegrip van die Staten die intern niet met racisme en xenofobie geconfronteerd worden, noodzakelijk is teneinde te voorkomen dat de daders van deze misdrijven gebruik maken van het feit dat racistische en xenofobe activiteiten in de verschillende Staten strafrechtelijk niet steeds onder dezelfde categorieën vallen, en zich van het ene naar het andere land verplaatsen om te ontkomen aan strafvervolging of aan de strafexecutie en hun activiteiten ongestraft voort te kunnen zetten,..'
In TITEL I is er sprake van discriminatie, geweld of rassenhaat, mogelijk op basis van religie.

Bij latere richtlijnen, in het jaar 2000, wordt een duidelijk onderscheid gemaakt tussen racisme en discriminatie, want elk soort krijgt een eigen een richtlijn, waarbij alleen bij de richtlijn over discriminatie 'godsdienst' wordt vermeld:
Richtlijn 2000/43/EG houdende toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van personen ongeacht ras of etnische afstamming
Richtlijn 2000/78/EG tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep zonder discriminatie op basis van leeftijd, seksuele geaardheid, handicap, godsdienst of overtuiging. Deze richtlijn heeft tot doel met betrekking tot arbeid en beroep een algemeen kader te creëren voor de bestrijding van discriminatie op grond van godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid zodat in de lidstaten het beginsel van gelijke behandeling toegepast kan worden.

Met het nieuw kaderbesluit uit 2008 wordt dus aanzetten tot haat tegen godsdienst gelijkgesteld met racisme. Een zeer rekbaar begrip, dat door de ene rechter al iets strenger kan geïnterpreteerd worden dan een andere. De opstellers van het kaderbesluit zijn zich daar blijkbaar wel van bewust, want ze voegen een artikel 7 toe dat het grondrecht van de vrijheid van meningsuiting gevrijwaard moet blijven. We hebben hiermee wel weer wetten die met elkaar kunnen botsen, en waarbij een rechter alle kanten uit kan: oproep tot haat tegen een godsdienst versus het recht van vrije meningsuiting.

Een grote nieuwe kluif voor het CGKR

Het is hoe dan ook geen evolutie ten gunste van de vrijheid van meningsuiting, nu ook 'godsdienst' opgenomen werd bij de mogelijke vervolgingen op basis van racisme. Allerhande verenigingen, stijl CGKR, zijn weer wat meer gesterkt om al wie niet in het gelid loopt van hun 'politiek correct' denken aan te klagen bij rechters.
Het CGKR kan nu nog meer op jacht gaan tegen gevoelens van haat, zeker van zodra dit Kaderbesluit in Belgisch recht is omgezet. Dat is blijkbaar nog niet het geval. In het Memorandum van het CGRK voor de Federale verkiezingen van 13 juni 2010 ter attentie van de politieke partijen kan men lezen:
'3.5. Het Kaderbesluit 2008/913/JBZ van de Raad “betreffende de bestrijding van bepaalde vormen en uitingen van racisme en vreemdelingenhaat door middel van het strafrecht” moet nog in Belgisch recht omgezet worden. Het Centrum dringt aan, gelet op de reeds bestaande wettelijke instrumenten, om precies na te gaan welke bepalingen in het Belgische recht dienen aangepast te worden.'

EU wordt steeds dictatorialer

In januari '11 publiceerde het CGKR een bericht over de ratificatie door de Europese Unie van het VN-Verdrag over de rechten van personen met een handicap:

"Het Centrum verheugt zich over de recente ratificatie door de Europese Unie van het VN-Verdrag over de Rechten van Personen met een Handicap. Dit is de eerste keer dat een conventie rond mensenrechten ondertekend wordt door de Europese Unie als politieke entiteit, een overwinning voor het Belgische voorzitterschap. De recente ratificatie maakt dit verdrag bindend voor de lidstaten van de EU die dit intussen nog niet hadden onderschreven. België maakt deel uit van de 16 Europese lidstaten die het verdrag wel al hadden ondertekend. Landen die deze conventie hebben getekend, engageren zich om de rechten van personen met een handicap te vrijwaren door onder meer antidiscriminatiemaatregelen in te voeren in hun beleid. Het VN-Verdrag over de Rechten van Personen met een Handicap is baanbrekend in die zin dat het streeft naar een volledige integratie van personen met een handicap in de samenleving."

Waar het CGKR zich over verheugt is juist mijn zorg: de Europese Unie ondertekent een internationale conventie die hierdoor bindend recht wordt in 11 landen die het nog helemaal niet ondertekend hadden. De parlementen van deze landen worden dus helemaal buiten spel gezet. Het gaat hier dus nog niet eens over directe democratie waarbij de burgers het laatste woord hebben, maar zelfs de zogenaamde 'participatieve' democratie met afgevaardigden heeft helemaal niets meer te zeggen. Zo kunnen dus zaken dwingend opgelegd worden waarover in eigen land niet eens een debat gevoerd werd, en al zeker kunnen geen alternatieven meer toegepast worden voor wat in een of andere internationale conventie als visie wordt doorgedrukt en opgelegd. Zelfs in landen waar de conventie dus niet werd goedgekeurd kan iedere gehandicapte nu naar de rechter stappen om zijn gelijk te halen op basis van een dergelijke conventie, en bijvoorbeeld eisen om les te mogen volgen in het regulier onderwijs. De rechtbanken worden zo de uitvoerders van buiten elke volkswil om opgelegde opinies van bepaalde specialisten.

Raad van Europa: islamofilie, of dhimmitude?

Met de eenparige goedkeuring van Resolutie 1743 (2010) op 23 juni 2010 rond islamofobie gaat de Raad van Europa nog een stap verder dan het EU-Kaderbesluit, want het stelt het moslimgeloof in Europa zelfs volledig gelijk met een rassenminderheid, gezien de Raad oproept maatregelen te nemen 'tegen economische uitsluiting van moslims en andere minderheden in Europa'.
(Engelse tekst: 'Islam, Islamism and Islamophobia in Europe'
Franse tekst: 'Islam, islamisme et islamophobie en Europe')

In de resolutie wordt de 'Islamic Educational, Scientific and Cultural Organization' (ISESCO) en de 'Arab League Educational, Cultural and Scientific Organization' (ALECSO) - die deel uitmaken van de Organisatie van de islamitische Conferentie (OIC) - opgeroepen samen met de Raad van Europa te strijden tegen islamisme en kritiek op de islam (islamofobie), of tegen elke andere vorm van discriminatie op basis van godsdienst, alsook de eerbiediging van de universele rechten van de mens te bevorderen in Europa. Ook dringt het erop aan de hele bevolking van Europa zowel op school als met een “levenslang voordurende educatie” onderricht over de islam te geven, naast over jodendom een christendom. (20.... A cet égard, l’Assemblée... invite les Etats membres à veiller à ce que la connaissance de l’islam, du judaïsme et du christianisme soit enseignée à l’école et au moyen d’une éducation dispensée tout au long de la vie.)

De Raad van Europa roept dus ISESCO en ALECSO op om met hen samen te werken om de eerbiediging van de universele rechten van de mens te bevorderen in Europa, terwijl de Raad in diezelfde resolutie aanklaagt dat sommige regeringen die lid zijn van beide verenigingen nationale wetten hebben uitgevaardigd die in tegenspraak zijn met internationale verdragen over burgelijke en politieke rechten, tot en met het invoeren van de doodstraf voor wie een andere godsdienst wil aannemen dan de islam (Punt 25).

Terwijl de Raad van Europa er zelf alles aan doet om 'islam' gelijk te stellen met 'ras', betreurt hij dat in de Commissie voor Mensenrechten van de VN resoluties worden aangenomen die de belediging van godsdiensten, in het bijzonder de islam, willen verbieden, omdat ze een bedreiging vormen voor de vrijheid van meningsuiting.
(Punt 5: Elle déplore toutefois les initiatives prises par un certain nombre d’Etats membres des Nations Unies qui ont abouti à l’adoption par le Conseil des droits de l’homme de résolutions portant sur la lutte contre la diffamation des religions, et notamment de l’islam, dans la mesure où cette orientation constitue une menace pour la liberté d’expression.)

Daarnaast werd nog een andere aanbeveling goedgekeurd op 23 juni 2010, met dezelfde titel, maar een ander nummer: 'Recommendation 1927 (2010) Islam, Islamism and Islamophobia in Europe'
Daarin wordt ondermeer Zwitserland opgeroepen een moratorium in te voeren, of beter nog de beslissing te herroepen over een algemeen bouwverbod van minaretten, omdat dit de moslims zou discrimineren. Dat de Zwitserse burgers bij referendum beslisten dit te doen, hindert de Raad er blijkbaar niet van te vragen dat de bestuurders een besluit van het volk zouden annuleren. Ook een algemeen verbod op hoofddoeken ziet deze resolutie niet zitten. In tegendeel moeten de lidstaten er voor zorgen dat de vrouwen uit vrije wil een hoofddoek kunnen dragen en hierbij garanderen dat ze gelijkwaardig kunnen deelnemen aan het openbaar leven, opvoeding en beroepsactiviteiten. Beperkingen kunnen alleen goedgekeurd worden op basis van veiligheidsredenen of in functies waar religeuze neutraliteit vereist is.

De Raad van Europa koestert de ambitie om voor te schrijven hoe wij over zaken moeten denken

Historica Amanda Kluveld hierover in De Volkskrant, 25.06.2010 'Wat moeten we in de Raad van Europa'

"Gelukkig is een resolutie van de Raad van Europa niet bindend. Als dat wel zo zou zijn, hadden we een probleem. Onlangs werd het rapport Islam, Islamism and Islamophobia in Europe gepubliceerd door de Commissie Cultuur, Wetenschap en Educatie van de parlementaire vergadering van de Raad van Europa. Daarin wordt gesteld dat de intolerantie ten opzichte van de islam en moslims groeit. Ook het islamisme, gedefinieerd als een religieus vermomde vorm van politiek extremisme, neemt toe. Het is voor beide beweringen onduidelijk op welke gegevens en onderzoeken ze zijn gebaseerd....
De Raad plaatst een kritische kanttekening bij ISESCO en ALESCO. Die organisaties kennen lidstaten die soms de sharia in hun nationale wetgeving hebben geïncorporeerd en daarmee mensenrechten schenden. Maar goed, dat is voor de Raad verder geen beletsel om beide organisaties uit te nodigen om deel te nemen aan de strijd tegen zowel islamisme als islamofobie. Van dat laatste staat kennelijk onomstotelijk vast dat het bestaat. Weer is onduidelijk hoe men dat weet.
Wat doet Nederland eigenlijk in die Raad van Europa? Waarom zou je je binden aan een orgaan dat wil bepalen wat moslims en niet-moslims van de islam moeten vinden? Dat wil dat er onderwijs wordt gegeven net zolang totdat iedereen onderschrijft dat de drie wereldgodsdiensten gelijk zijn? De Raad van Europa koestert de ambitie om voor te schrijven hoe wij over zaken moeten denken. Als Nederland zichzelf respecteert, doet het daar ook financieel niet langer aan mee."

VN: "Allahu akbar!“ (Allah is groot!“)
Over pogingen om islamofobie strafbaar te stellen


In de Verenigde Naties maken sinds 1999 de moslimstaten (the Organization of the Islamic Conference – OIC) zich sterk voor de resolutie ‘Combating Defamation of Religions’. De resoluties die uitgaan van islamlanden en smaad tegen godsdiensten strafbaar wil stellen, vooral tegen de islam uiteraard, worden jaarlijks herhaald, zowel in het derde Commité van de VN als in de Raad voor Mensenrechten (in Geneve) en in de algemene vergadering van de Verenigde Naties. In de loop van 2008 en 2009 hebben zij hun best gedaan om de resolutie bindend te maken. Landen zouden dan verplicht worden anti-blasfemie-bepalingen in hun eigen wetgeving op te nemen. In februari 2009 was de vrees groot dat de aanvaarding vlot zou gebeuren. Voorlopig is het niet zover gekomen. Westerse landen hebben hun argumenten opgepoetst en zich verzet tegen het onaantastbaar maken van beliefsystemen (mensenrechten zijn er voor mensen, niet voor geloofssystemen). Op 18 december 2009 is er bij de Verenigde Naties (ondanks alle opgepoetste argumenten dus) een resolutie goedgekeurd die de ‘defamation of religions’ betreurt. Een dergelijke betreuring heeft weinig directe gevolgen, maar ondanks alle voortschrijdend inzicht heeft die betreurings-resolutie veel stemmen pro gekregen: 80 voor, 61 tegen en 42 onthoudingen.

In 2010 werd opnieuw een zelfde soort resolutie goedgekeurd zowel in de Raad voor Mensenrechten op 25 maart met 20 stemmen voor, 17 tegen en 8 onthoudingen als in het derde UN commité (The Third Committee: Social, Humanitarian and Cultural) over de belastering van godsdiensten (Combating defamation of religions (document A/C.3/65/L.46/Rev.1), op 23 november '10, dit keer met 76 stemmen voor, 64 tegen en 42 onthoudingen. (Blasphemy Resolution Passes U.N. Committee, Huffingtonpost ).

De Belgische afvaardiging kwam er namens de Europese Unie melden dat ze opnieuw tegen deze resolutietekst zouden stemmen. De rechten van de mens beschermen mensen, geen godsdiensten, heet het. Een nogal dubbelzinnige opstelling, want met een 'Kaderbesluit racisme en vreemdelingenhaat' wordt binnen de EU ondertussen een oproep tot haat tegen een godsdienst gelijk gesteld met racisme, terwijl men dus in de VN een andere houding aanneemt. (Uit het persbericht: "The European Union believed that such a concept as defamation or vilification of religions was inconsistent with international human rights law. International human rights law protected individuals, and should not protect religions or belief systems. Neither should they be viewed as homogenous entities." Press Release GA/SHC/4001 23 nov '10)

In december 2010 stond de resolutie 'Combating defamation of religions' alweer op de agenda van de algemene vergadering van de VN, en op 21 december '10 kreeg ze 76 stemmen voor, 67 stemmen tegen en 40 onthoudingen. (Verslag General Assembly GA/11041, 21 dec '10)

Europese democratieën schieten tekort

In heel veel Europese landen is godslastering vandaag nog steeds strafbaar, of soms nog ruimer 'belediging van een godsdienst': Andorra, Cyprus, Croatië, Tsjechische republiek, Denemarken, Duitsland, Spanje, Griekenland, IJsland, Italië, Lichtenstein, Litouwen, Noorwegen, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Rusland, Slovakije, Zwitzerland, Turkije, Oekraïne en San Marino. Het valt natuurlijk nog te bezien in hoeverre een godslastering in elk van die landen daadwerkelijk vervolgd wordt, en hoe streng. Blijkbaar is de situatie toch voldoende verschillend in de EU-landen om een 'Kaderbesluit racisme en vreemdelingenhaat' uit te brengen (inclusief dus godsdiensthaat die gelijkgesteld wordt aan racisme), "om de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten nader op elkaar af te stemmen en de belemmeringen voor een doeltreffende justitiële samenwerking, die voornamelijk voortvloeien uit de uiteenlopende wetgevende benaderingen in de lidstaten, weg te nemen." (Overweging, punt 3).

De grote uitzonderingen die godslastering niet strafbaar stellen zijn, behalve België, de buurlanden Frankrijk (behalve in Elsas en Moselle, waar de Duitse wetgeving met een blasfemieverbod na de aanhechting in 1918 van kracht gebleven is) en het Verenigd Koninkrijk (sinds 2008). Echter ook in die landen sluipen er beperkingen in op het recht op godslastering, via de Europese richtlijnen en Kaderbesluiten in verband met het oproepen tot haat of belediging van godsdienstige groepen. In Nederland werd op dinsdag 20 januari 2009 in de Kamer een motie aangenomen om artikel 147 te schrappen, het artikel in het strafwetboek over smalende godslastering. Dit was de eerste keer sinds invoering van de wet in 1932 dat een meerderheid zich uitsprak over afschaffen. Nadien zijn er echter geen stappen genomen om tot een daadwerkelijke afschaffing te komen, en dientengevolge is het verbod op smalende godslastering tot op heden van kracht. (Bron: Wikipedia)

Eerder dan godslastering strafbaar te houden en nieuwe beperkingen te aanvaarden op Europees niveau zouden de landen die zich een democratie noemen er alles aan moeten doen om de vrijheid van meningsuiting maximaal te garanderen. En dat is inclusief godslastering, belediging van een godsdienst, tot en met haten van een godsdienst.

Niet dat ik haat een deugd vind die men zou moeten koesteren of aanmoedigen, wel integendeel. Maar haat strafrechtelijk beteugelen met boetes en gevangenisstraffen is een stap te ver, omdat het de deur opent voor willekeur en het vervolgen van andersdenkenden. Waar dit toe kan leiden werd onlangs nog duidelijk toen vorig jaar in Pakistan Asia Bibi, een 45-jarige christelijke vrouw, de doodstraf kreeg. Ze zou tijdens een ruzie met moslima's in haar dorp de profeet beledigd hebben. (Annelien De Greef, De Standaard, 6.01.11: "Op godslastering staat de doodstraf in Pakistan. De wetten werden in de jaren tachtig op papier gezet door de militaire dictatuur van Zia-ul-Haq. Al wie slecht spreekt of schrijft over de profeet, ‘direct of indirect', kan veroordeeld worden. Wie de Koran respectloos behandelt, kan levenslang achter de tralies belanden. Critici stellen dat de wet te veel ruimte laat voor interpretatie en willekeur.... Misbruik komt veelvuldig voor. Vooral religieuze minderheden, zoals christenen, hindoes of Ahmadi-moslims, zijn gemakkelijke doelwitten van de wet. Ze is handig in te roepen om andere motieven te verbergen. Het is heel eenvoudig om de massa op te zwepen door iemand van godslastering te beschuldigen. Met alle gevolgen van dien. De wet leent zich gemakkelijk om persoonlijke vendetta's te beslechten en heeft al veel angst, onrust en woede gezaaid.").

Men hoeft het ook niet zo ver te zoeken. In Oostenrijk werd op 15 februari '11 Elisabeth Sabaditsch-Wolff schuldig bevonden aan haatspraak tegen de islam omwille van uitspraken over de gevaren van de sharia die ze gedaan had in seminaries. Ze had een gevangenisstraf van drie jaar kunnen krijgen, maar kwam er van af met een boete van 480 euro voor 'discriminatie tegen een erkende godsdienst'. (Meer details zie de artikels 'February was Hate Speech Month in Europe' op de website The Legal Project of 'Elizabeth Sabaditsch-Wolff : un procès digne de l’Inquisition' op Agoravox)

Kan men nog van een democratie spreken als blasfemie en aanverwanten strafbaar zijn? We zijn ver afgedwaald van de universele verklaring van de rechten van de mens uit 1948, waarin expliciet vermeld staat in artikel 19 'Een ieder heeft recht op vrijheid van mening en meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid om zonder inmenging een mening te koesteren en om door alle middelen en ongeacht grenzen inlichtingen en denkbeelden op te sporen, te ontvangen en door te geven.'

Waarom er niet overal uitstappen?

Weg uit de VN?

De VN gaat een steeds meer door de islam gekleurde richting op. Zo vindt de VN in principe het leven van homoseksuelen niet langer beschermenswaardig, zoals gemeld in De Volkskrant door arabist Martin Janssen: "Op 16 november '10 nam de derde commissie van de Algemene vergadering van de VN een resolutie aan met betrekking tot “onjuridische en arbitraire executies”. In deze lijst worden altijd groepen opgenomen die extra kwetsbaar zijn zoals minderheden, verdedigers van mensenrechten en straatkinderen. De afgelopen tien jaar werd in deze resolutie van de VN ook altijd specifiek een verwijzing opgenomen naar executies vanwege “seksuele oriëntatie”. Onder zware druk echter van met name Mali en Marokko werd deze verwijzing in de resolutie van 16 november geschrapt, wat gesteund werd door alle 57 landen van de OIC. Waarmee de V.N. in principe hebben aangegeven, dat ze sinds 16 november het leven van homoseksuelen niet langer beschermenswaardig achten. (Hou de universele mensenrechten in ere! 06-12-2010 - Martin Janssen - De Volkskrant. Martin Janssen woont en werkt in Damascus).

Of het nu een federaal België blijft, of een confederaal België, of een onafhankelijk Vlaanderen wordt, de deelname aan een organisatie als de Verenigde Naties moet in vraag gesteld worden. Moet niet overwogen worden uit de VN te stappen vóór hier islamofobie door internationale verdragen strafbaar wordt gesteld?

Weg uit de Raad van Europa?

Moeten we ook niet uit de Raad van Europa stappen zoals Amanda Kluveld stelt, en ook uit zijn Europees Hof voor de Rechten van de Mens? Wat doen we daar nog, als ze daar hun boekje steeds meer te buiten gaan. Het EHRM beslist in asielzaken zelf in de plaats van de nationale instanties, het legt kortgedingmaatregelen op hoewel het daarvoor niet bevoegd is en eist dat die onmiddellijk worden uitgevoerd. Het riep bovendien een werkloosheidsvergoeding uit tot een eigendomsrecht. Het breidt zijn bevoegdheden op sluipende wijze uit. Dat zegt niemand minder dan Marc Bossuyt, voorzitter van het het Belgisch Grondwettelijk Hof, in een uitvoerig interview met John De Wit van Gazet van Antwerpen.

Weg uit de Europese Unie?

En wellicht moeten we ook uit de Europese Unie stappen, om alleen nog deel uit te maken van een te vormen confederaal democratisch Europa, naar Zwitsers model, waar de burgers van elk land het laatste woord hebben via bindende referenda? Lid worden bijvoorbeeld van de Europese Vrijhandelsassociatie (EFTA - European Free Trade Association met Zwitserland, Noorwegen, IJsland en Lichtenstein) in plaats van lid van de EU? De EFTA deelt de basisbeginselen van de EU – vrij verkeer van goederen, mensen, kapitalen – en heeft een associatieovereenkomst met de Unie. Al die internationale verdragen keren zich op de duur tegen de democratie, in stand gehouden door legers internationale en nationale ambtenaren en gesteund door een horde gesubsidieerde NGO's met hun eigen agenda. Met directe democratie kunnen we ons als burgers het best tegen misbruik van overheden wapenen. Daarvoor hebben we dan geen UNO, EU of internationale rechtbanken nodig.

De Europese Unie, de Raad van Europa en de resoluties in de VN en zijn comitees leveren het materiaal waarmee rechters dan hun boekje te buiten kunnen gaan. Zie een afzonderlijk artikel hierover 'De groeiende dictatuur der rechters en professionele mensenrechten-ngo's'.
Read more...

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>