24 maart 2012

Patrick Besson in Le Point (vpmc)



De 16de maart 2012, dag van nationale rouw voor de dood van 28 Vlaamse reizigers, onder wie 22 kinderen, in een Zwitserse tunnel, ben ik in België. Of meer precies ben ik in Vlaanderen: Brussel en Gent.
Het probleem is niet het Vlaamse separatisme, maar wel dat Vlaanderen bestaat. Het is een land, terwijl België een idee is. Een natie, terwijl België een wensgedachte is. Een volk, terwijl de Belgen vertelsels zijn. Die dag verzoenden onder het goedkeurende en ontroerde oog van de wereldpers, Vlamingen en Walen zich in hun smart, terwijl zij nooit enig geschil hebben gehad: zij zijn gewoon verschillend van elkaar.
Aan het eind van de XXste eeuw heeft men de Tsjechen en Slovaken, Serven en Kroaten, Russen en Witrussen aangemoedigd bij hun scheiding, en nu raakt men van streek als Vlamingen en Walen zich van elkaar losmaken, terwijl die zo weinig raakpunten hebben die hen zouden binden, historisch, taalkundig, religieus, noch vandaag economisch. De ontbinding van Tsjecho-Slowakije kreeg applaus, zoals die van Joegoslavië en de USSR, in naam van het recht van kleine naties op zelfbeschikking (Finkielkraut), maar datzelfde recht weigert men aan Vlaanderen. Omdat ze opgevoerd worden als schuldig aan separatisme, valt de Vlamingen niet hetzelfde geluk ten deel dat vóór hen wel toeviel aan Kosovaren, Georgiërs, Bosniërs of Macedoniërs, gelauwerde helden van het separatisme. En dan willen we niet eens teruggaan tot bij de ongelukkige Biafranen, wier wil om zich van Nigeria af te scheiden door de Gaulle en de Parijse pers werd aangemoedigd, en die toen heeft geleid tot meer dan een miljoen doden onder hen. Ook het Ierse separatisme vond warme bijval bij ons in de XXste eeuw, en het werd in elk geval niet als een misdaad tegen de menselijkheid gerekend, wel integendeel. En wat betreft het Baskische separatisme: dat bekijken wij met een welwillendheid die nauwelijks door het aantal van zijn slachtoffers getemperd wordt. En wat gezegd over ons zwak voor het Tibetaanse separatisme?
Dit alles staat in geen verhouding met de vijandschap en de verachting waarmee wij, in onze media, de Vlamingen beschimpen die geen Belg meer willen zijn. Alsof België ten eeuwigen dage veroordeeld zou zijn tot zijn huidige vorm, met dezelfde naam, dezelfde samenstelling, terwijl in heel de loop van de Geschiedenis de Franse grenzen, de Duitse, Oostenrijkse, Amerikaanse en Indochinese herhaaldelijk gewijzigd zijn, evengoed als hun benaming en bevolking.

Als men België zou opdelen in een democratische Republiek Vlaanderen en Wallonië, dan zou dat voor ons toch net zijn alsof men op Kuifje een snor zou tekenen, of een techno-remix zou makenvan de liedjes van Brel, alsof men bij Maigret de tabak en het bier zou laten verdwijnen, of alsof men Amélie Nothomb haar hoed zou afzetten. Door voortdurend mythen te creëren, is België er zelf een geworden, terwijl het toch een realiteit is, een realiteit die er niet een meer is. Maar twee.


Labels: , , , ,

Read more...

19 maart 2012

Eigen peiling eerst! (Hoegin)

Vrijdagavond publiceerden De Standaard en de VRT de resultaten van een nieuwe peiling, minder dan een week na die van Le Soir. Ook deze keer was er vooral aandacht voor de score van de N-VA. De partij blijft op een hoog niveau scoren, maar de commentatoren onderstreepten gretig dat ze lichtjes achteruitgaat tegenover de peiling van december.

Citeren we even Peter de Lobel in De Standaard:
Voor het eerst sinds lange tijd zakt de N-VA in een politieke peiling. Van de 35 procent die de partij in oktober scoorde bij de peiling van De Standaard en de VRT, schiet nu nog 33,5 procent over. Een daling van anderhalf procent.
Of Bart Brinckman in dezelfde krant:
Daarbij consolideert de N-VA haar positie op een hoog niveau, de regeringspartijen handhaven zich op een laag peil. Toch lijkt bij de N-VA de rek uit de (overigens spectaculaire) groei.
Over naar de commentator van de VRT:
De N-VA torent met 33,5 procent boven de andere partijen uit. De partij boekt daarmee een winst van 5,3 procent tegenover de verkiezingsuitslag van 2010. Tegenover de vorige peiling, in september 2011, is er wel een verlies van 1,5 procent. De grote opmars van de partij lijkt dus wel op een grens te zijn gestoten.
Het weze voor de lezer duidelijk: bij de N-VA zit de klad er dus fameus in. Of zou het?

Nemen we er misschien eens de cijfers bij. Wanneer Peter de Lobel schrijft dat de N-VA «voor het eerst sinds lange tijd» zakt in een politieke peiling, hoe lang zou dat dan precies geleden zijn? We hoeven niet ver te zoeken: iets meer dan een maand, toen de partij in een peiling van La Libre Belgique achteruitging van 39,8% naar… 37,0%. Het was voor die partij meteen een schok waar ze naar het schijnt nog altijd niet goed van zijn. Maar als we het enkel bij peilingen van De Standaard en de VRT houden –andere peilingen kennen ze bij die twee media niet, tenzij met dat pejoratieve voorvoegseltje «internet-» als een concurrent om één of andere reden dan toch vermeld dient te worden–, dan hoeven we eigenlijk nog niet eens zo gek ver terug te gaan in de tijd. Drie peilingen geleden, in maart verleden jaar, ging de N-VA achteruit met, verhip, anderhalf procent, toen van 33,0% naar 31,5%. Iemand zou eens moeten opzoeken of Bart Brinckman ook toen vond dat de rek uit de groei leek, en of men bij de VRT ook toen een grens ontwaarde waarop de partij gestoten was.

Voor een volgend stukje kan Peter de Lobel trouwens misschien eens uitleggen hoe vaak en hoe recent je eigenlijk in een peiling kan dalen, in een land waar per jaar minder peilingen gehouden worden dan tegenwoordig in Frankrijk of de Verenigde Staten in de loop van één enkele week al. Voor de lezer die het alweer vergeten was: het is in België, en niet in de Frankrijk of de VS, dat men steevast klaagt over een teveel aan peilingen. Net zoals men ook in België graag klaagt over de snelle opeenvolging van de vele verkiezingen, ook al zal de Franse kiezer dit jaar nog voor de zomer precies even vaak naar het stemhokje mogen als de Belgische kiezer de komende tien jaar bij mekaar!

Om nog even terug te komen over die internetpeilingen: de analyses en commentaren bij deze peiling hadden duidelijk tot doel de peiling van Le Soir zoveel mogelijk te minimaliseren en in diskrediet te brengen. Het moet zijn dat die 38,4% voor de N-VA zowel in Groot-Bijgaarden als aan de Reyerslaan enorm staken. Maar zoals Frank Thevissen al onmiddellijk opmerkte op Twitter, uit het technisch rapport van de peiling van De Standaard en de VRT blijkt dat de resultaten niet herwogen werden volgens de leeftijd van de respondenten. Of eigenlijk wat dan ook, behalve misschien wel de minst betrouwbare parameter van al, namelijk het stemgedrag bij de vorige verkiezing.

Waarom zouden internetpeilingen trouwens zoveel slechter zijn? Jan Drijvers van TNS Media frist ons geheugen nog eens op:
Daarvoor moeten mensen zich opgeven. Die mensen zijn vaak bewuster bezig met politiek. Maar in België is er stemplicht, dus ook mensen die niet geïnteresseerd zijn, moeten gaan stemmen.
We citeren nog even uit het reeds vermelde technisch rapport van deze peiling:
Om een netto-steekproef van 1026 respondenten te behalen, werden 3409 mensen (→ responsverslag) gecontacteerd (= responsrate van 30,1%).
Verboden te lachen! (Huilen mag.)

Kijken we toch nog even naar de resultaten van deze peiling. Zoals reeds vermeld, N-VA gaat lichtjes achteruit vergeleken met de vorige peiling, maar staat daarmee toch nog steeds op een stevige winst. Het vlottend gemiddelde voor de partij leert ons dat de groei inderdaad voorlopig tot een stilstand lijkt gekomen te zijn. In dat opzicht is de term consolidatie van de groei al bij al nog zo slecht niet gekozen, maar er moet natuurlijk wel een correcte argumentatie achter zitten. Merk wel dat het vlottend gemiddelde net boven de 36% zweeft, een groei van meer dan acht procent!

Bij CD&V is er een lichte achteruitgang vergeleken met de vorige peiling, maar de partij blijft net boven de uitslag van de laatste verkiezingen. Wat wel opvalt aan de samengestelde resultaten is dat de partij bij De Standaard en VRT consequent boven de laatste verkiezingsuitslag scoort, en bij de twee andere peilers er consequent onder. Gemiddeld geeft dit een licht neerwaartse trend, ook al meenden nogal wat CD&V-kopstukken nog niet zo lang geleden vooral positieve berichten in de laatste peilingsresultaten te kunnen ontwaren.

Achtervolgers sp.a, Open Vld en Vlaams Belang hebben met mekaar gemeen dat ze in een negatieve trend zitten, en dat die trend door deze peiling niet gebroken wordt. Opmerkelijk is wel de berichtgeving rond de laatste partij. Enerzijds schrijft de VRT wel in een ondertitel «Vlaams Belang […] zak[t] verder weg,» maar anderzijds lees je dan in de tekst zelf dat «tegenover de vorige peiling de partij wel 1,2 procent [wint].» Soms kan het blijkbaar dooien en vriezen tegelijkertijd! Bart Brinckman van zijn kant meent dan weer te kunnen zien dat «voor extreem-rechts de bodemkoers bereikt lijkt», maar ook hier hoef je niet meer dan een jaar terug te spoelen om je af te vragen of men in Groot-Bijgaarden eigenlijk wel zijn eigen krant leest.

Bij Groen kan men ongetwijfeld leven met de uitslag van deze peiling, met alweer een resultaat boven de negen procent. Bij LDD blijft de ellende aanhouden, met resultaten die rond de twee procent blijven hangen. Voor die partij is het stilaan al te laat om nog in schoonheid te kunnen eindigen.

Een simulatie van de zetelverdeling voor het Vlaams Parlement levert deze keer geen zogenaamde V-meerderheid op, maar de N-VA wordt wel dubbel zo groot als CD&V. Volgens deze zetelverdeling zijn slechts twee coalities met twee mogelijk: N-VA samen met CD&V, zeg maar het oude Vlaams Kartel, en de iets minder waarschijnlijke coalitie N-VA samen met sp.a. Een klassieke tripartite met CD&V, sp.a en Open Vld haalt geen meerderheid, maar zou wel gedepanneerd kunnen worden door Groen.

Bijlage: Overzicht van alle peilingen in Vlaanderen sedert 2004 (PDF).

Labels: , , , , , ,

Read more...

Problemen bij hemianopsie (vpmc)

.
Alors justement, je voudrais parler de la difficulté de constituer ce récit, ou cette perspective commune. On sent aujourd’hui, et la gauche l’incarne bien sûr, un besoin très fort de justice sociale, une exaspération devant la montée des inégalités économiques. Mais il y a aussi une très forte anxiété identitaire, donc peuple social et peuple national mêlés, face à l’extraordinaire mutation démographique qu’a connue notre pays, comme les autres pays Européens dans les trente dernières années, et plus précisément face au défi que représente l’islamisme. Or il me semble que le discours dominant légitime, orchestre, accompagne ce besoin de justice sociale, et incrimine l’anxiété identitaire. Tout ce qui relève de l’anxiété identitaire est du populisme, dès lors que c’est repris par les responsables politiques. Cette définition du populisme vous satisfait-elle, ou pensez-vous qu’il incombe, et qu’il incomberait notamment à la gauche de prendre en charge ces deux versions de la sensibilité populaire, Jean-Pierre Le Goff ?

Je pense que la difficulté... moi, j’espère, j’espèrerais que la gauche le prenne en compte. La question de fond, c’est les outils d’analyse de la gauche, qui l’a profondément marquée au cours de son histoire. Il y a d’emblée une lecture des phénomènes sociaux sous un angle économico-social qui tend à devenir hégémonique. Il y a une grande difficulté, une grande difficulté à gauche, à penser la dimension anthropologique culturelle. Je pense que fondamentalement, au-delà de ça, quand on parle économique et social, ça c’est du solide, on est rassuré. Eh, mais dès qu’on touche à ces questions identitaires, immédiatement arrive la question d’une identité substantielle. Identité… faux choix terrible: identité substantielle ayant toujours existé, de tous temps intouchable, et de l’autre côté fuite en avant. Nous sommes passés de… le solide d’un côté, le liquide de l’autre si vous voulez. Et, choisissez votre camp! C’est précisément quelque chose, moi qui viens de cette gauche-là, que j’ai du mal si vous voulez, à admettre ça: d’où cette espèce de fuite en avant ?
Deuxièmement, en ce qui concerne l’islam : il y a un débat réel à avoir dans la société, on ne peut pas le nier. La question c’est, comment les politiques s’en emparent. Je pense qu’il faut distinguer le débat intellectuel qui doit demeurer libre, il n’y a pas de questions taboues. Ce qui me fait peur, encore aujourd’hui, à gauche –il y a une forme de politiquement correcte d’une autre libération de la parole à droite, qui me fait peur aussi– mais à gauche il y a, ce qui m’inquiète, c’est le retour de cette gauche qui empêche un libre débat, confrontation, argument sur argument, pour immédiatement pratiquer le chantage: vous êtes dans un camp. Qu’on le veuille ou non, depuis les années quatre-vingt, la gauche morale, l’a emporté sur la …morale, moraliste l’a emporté sur la gauche sociale, mais elle n’a pas fait que ça : elle a cadenassé le débat intellectuel, et les débats refoulés reviennent, si j’ose dire par la fenêtre à partir du moment où la société est cadenassée, avec ce qu’il faut appeler des associations qui sont devenues la police de la parole, et qui ont une fonction : je suis tout à fait pour le tissu associatif, mais il faut s’interroger sur un certain nombre d’associations, et il ne suffit pas de valoriser en soi la dynamique associative, de débats etcetera, qui ont une fonction. Surveillez les paroles et portez plainte ! Je ne dis pas qu’il ne faut pas combattre ces paroles xénophobes etcetera. Je pense qu’il faut laisser la société une liberté, y compris par la polémique dure, par les arguments. Mais, arrêtez d’appeler sans arrêt par la loi. Or l’islam mérite effectivement une question. Moi, la façon dont les politiques s’en emparent: il y a à la fois aucun problème d’un côté, et de l’autre côté une façon de jouer, de le mettre au centre sans arrêt qui est proprement insupportable, et on va effectivement sur le terrain du Front National, en… d’ailleurs en jouant sur un double tableau. Il s’agit de récupérer les électeurs du Front National, mais pas seulement : il s’agit de lancer le stimuli dans lequel la gauche bête, moralisante va s’engouffrer et qui va en même temps le dénoncer moralement et va contribuer à creuser le fossé de cette gauche avec les couches populaires. C’est exactement ce qui s’est passé, et jusqu’à présent les hameçons lancés par la droite ont globalement marché.


. . . . .  
(Voor de volledige uitzending van gisteren klikt u op Répliques,
waar bovenstaand fragment begint op 31’19” )

Alain Finkielkraut: …Precies, over die moeilijkheid om een gemeenschappelijk verhaal of perspectief te bieden wilde ik het hebben. Vandaag voelt men, en links belichaamt dit vanzelfsprekend, een sterke vraag naar sociale rechtvaardigheid, een grote ergernis over de toenemende economische ongelijkheid. Maar of we de bevolking nu vanuit een sociaal of een nationaal standpunt bekijken, er leeft ook een zeer sterke bezorgdheid over identiteit, als gevolg van de buitengewone demografische veranderingen die ons land, net als de andere Europese landen de laatste dertig jaar heeft gekend, en meer bepaald als gevolg van de uitdaging die het islamisme vormt. En nu komt het mij voor dat het dominante discours deze hang naar sociale rechtvaardigheid legitimeert, orkestreert, begeleidt, en de bezorgdheid rond identiteit criminaliseert. Alles wat onder ongerustheid over identiteit valt, wordt populisme zodra de politiek verantwoordelijken die bezorgdheid overnemen. Kunt u zich vinden in deze definitie van populisme, of vindt u het een plicht –een plicht die met name links zou moeten toekomen– om die beide uitingen van de gevoeligheden van het volk ernstig te nemen, Jean-Pierre Le Goff?

Jean-Pierre Le Goff: Ik denk dat de moeilijkheid …ik hoop, of mag hopen dat links dit ter harte neemt. De kernvraag zit in het instrumentarium dat links bij zijn analyses gebruikt, en dat in de loop van de geschiedenis een diepe stempel heeft gedrukt. Dat sociale fenomenen van meet af aan vanuit een socio-economische hoek bekeken worden, is een visie die ertoe neigt snel overheersend te worden. Men heeft het er lastig mee, erg lastig bij links, om de cultureel-antropologische kant van de zaak door te denken. En nog afgezien daarvan, ten gronde denk ik, dat zolang zij over economie en politiek praten, ze vaste grond onder de voet voelen en zich gerustgesteld weten. Ha, maar op het moment dat men identiteitsvragen aanraakt, dan volgt onmiddellijk daarop de vraag naar wat identiteit wezenlijk is. Identiteit… een verschrikkelijk vals dilemma: een wezenlijke identiteit die altijd heeft bestaan, onwrikbaar en van alle tijden, en aan de andere kant de vlucht vooruit. We komen van de …vaste grond aan één kant, en drijfzand aan de andere zo u wilt. En: partij kiezen nu! Dat is nu precies wat ik, komende van dit links, maar moeilijk kan aanvaarden, ziet u. Vanwaar toch dit soort vlucht vooruit?
Ten tweede, wat betreft de islam: de samenleving heeft nood aan een echt debat, dat kan men niet loochenen. De vraag is, hoe politici zich dit eigen maken. Ik denk dat men het intellectuele debat moet vrijwaren, het moet vrij blijven, er zijn geen vragen waarop een taboe rust. Wat mij ook vandaag nog bij links beangstigt –er bestaat een soort politieke correctheid rond een andere invulling van het vrije woord bij rechts, wat mij ook beangstigt– maar aan de linkerzijde, wat mij daar verontrust is de terugkeer van dat links, dat het vrije debat belet, de confrontatie, argument tegen argument, en dat onmiddellijk overschakelt op chantage: “Jij zit in een bepaalde hoek”. Of men het nu wil of niet, al sinds de jaren tachtig heeft moreel links het gehaald …moreel: moralistisch links heeft het gehaald op sociaal links. Maar daar lieten ze het niet bij: zij hebben het intellectuele debat afgegrendeld, en de debatten die buiten de deur werden gehouden komen, als ik het zo mag zeggen, door de ramen weer naar binnen zodra een maatschappij achter grendels zit, door middel van verenigingen die een woordpolitie zijn geworden, en die ook een taak hébben: ik waardeer het sociale weefsel, maar we moeten ons vragen stellen bij een aantal verenigingen, en het volstaat niet dat we een waarde op zich toekennen aan de dynamiek van vereniging, aan debatten &cetera. Die hebben een functie: houd toezicht op de bewoordingen, en dien klacht in!
Ik beweer niet dat men xenofobe termen &cetera niét moet bestrijden. Wat ik denk, is dat men een samenleving de vrijheid moet laten, met inbegrip van harde polemieken, met argumenten. Maar houd ermee op, om onophoudelijk met rechtszaken aan te komen.
Tenslotte roept de islam echt wel vragen op. Voor mij is dit de manier waarop politici hiermee omgaan: tegelijk is er enerzijds geen enkel probleem, en aan de andere kant maakt men er een spel van om de islam voortdurend centraal te plaatsen, wat gewoon ondraaglijk is, en men begeeft zich inderdaad op het terrein van het Front National, waarbij men trouwens …dubbel spel speelt.
Het gaat erom de kiezers van het Front National terug te winnen, maar niet enkel dat: het gaat erom prikkels uit te sturen waarop zich dan het domme, moraliserende links stort, wat hen tegelijkertijd moreel zal verraden, en ertoe bijdragen om de kloof uit te diepen tussen dit links en de brede lagen van de bevolking. Dat is exact wat er is gebeurd, en algemeen gesproken heeft  het lokaas dat rechts uitwerpt zijn uitwerking niet gemist.
.

Labels: , , , , , , , ,

Read more...

12 maart 2012

Open Vld op een historisch dieptepunt (Hoegin)

Gisteren werden de resultaten van een nieuwe peiling van Le Soir vrijgegeven. De media schonken in hun berichtgeving vooral aandacht aan de vooruitgang van de N-VA in Vlaanderen in combinatie met de achteruitgang van de federale regeringspartijen, en de achteruitgang van de PS in Wallonië. Dé sensatie van deze peiling is echter het historisch dieptepunt voor de Open Vld.

Keren we even terug in de tijd, en wel naar 17 februari 1946, de eerste verkiezingen na WO II. Die dag haalt de liberale partij in Vlaanderen 8,4% van de stemmen binnen, de enige keer dat ze onder de psychologische grens van de tien procent bleef. In 1950 zou ze weliswaar slechts 10,1% halen, en in 1958 10,6%, maar dat zijn dan ook meteen de drie slechtste resultaten die de liberalen ooit in Vlaanderen gehaald hebben. Mogen we echter de peiling van Le Soir geloven, dan staat de Open Vld als liberale partij vandaag weer op af, met precies 10,0% van de kiesintenties (plusminus foutenmarges uiteraard). Zelfs als we het aandeel van LDD erbij optellen, dan nog blijft het een erbarmelijke score. En zeggen dat minder dan tien jaar geleden de toenmalige VLD in haar eentje nog bijna een kwart van de stemmen haalde.

Het moet echter gezegd dat de kopstukken van de Open Vld in hun reactie op de resultaten van deze peiling een pak meer realisme aan de dag wisten te leggen dan Wouter Beke. Zijn partij CD&V blijft het slecht doen, maar aangezien de vorige peiling nóg slechter was ziet de partijvoorzitter de toekomst alweer rooskleurig tegemoet. Wat hij dan wel weer gemeen heeft met zowel Vincent van Quickenborne als Alexander de Croo, is dat hij denkt dat uitgerekend de regering–Di Rupo I voor een heropleving van zijn partij zal zorgen. Dat het wel eens precies hun deelname aan die regering zou kunnen zijn die hun kiezers naar de N-VA wegjaagt schijnt bij geen van hen op te komen.

Over de twee winnaars in deze peiling, N-VA en Groen, kunnen we kort zijn. De N-VA blijft op eenzame hoogte zweven, en partijvoorzitter Bart de Wever heeft overschot van gelijk als hij deze uitslag relativeert. De winst van Groen is bijlange na zo groot niet als die van de N-VA –de hele partij past in de vooruitgang van N-VA alleen al– maar dit resultaat is natuurlijk wel al pakken beter dan het dieptepunt dat de partij vorige keer liet optekenen. Alle andere Vlaamse partijen zitten in de hoeken waar de klappen vallen: zowel sp.a, Vlaams Belang als LDD doen het slecht in deze peiling.

Een simulatie voor de zetelverdeling in het Vlaams Parlement (zoals steeds met een grote korrel zout te nemen) levert opnieuw een zogenaamde V-meerderheid op: N-VA en Vlaams Belang zouden samen 64 van de 124 zetels halen. Met 52 zetels zou N-VA het trouwens maar voor te kiezen hebben met wie ze een meerderheid zou willen vormen – zelfs N-VA–Groen behoort tot de mogelijkheden! Hoe dan ook, als deze trend voor de N-VA blijft aanhouden tot in 2014, dan wordt de partij in het Vlaams Parlement volledig incontournable.

Aan Franstalige zijde ging de meeste aandacht naar de achteruitgang van de PS. Het resultaat van deze peiling verschilt echter nauwelijks van dat van de laatste peiling van La Libre Belgique, en komt dus ook helemaal niet uit de lucht gevallen. De partij zit daarmee terug op het niveau van twee jaar geleden.

Belangrijker is misschien de psychologische angel die hieraan vastzit, in het bijzonder in combinatie met de resultaten in Vlaanderen. Wordt de PS in Wallonië als incontournable beschouwd, en dus ook in België, wat dan te denken van de N-VA? Als de resultaten van deze en eigenlijk alle laatste peilingen zich doorzetten, dan wordt de N-VA in 2014 in Vlaanderen, toch nog steeds het grootste gewest in het federale België, zelfs nog een kopje groter dan de PS in het kleinere Wallonië. In dat geval wordt het zelfs voor de Franstaligen stilaan onwelvoeglijk om nog een federale regering te vormen zonder de N-VA, en zal ook Laken haar aversie tegenover de Vlaams-nationalisten moeten laten varen. Ongeacht wie dan koning zal zijn. Maar het zwaard snijdt ook hier aan beide kanten. Met zo'n uitslag zal Bart de Wever het zich immers niet meer kunnen veroorloven de 16 aan Elio di Rupo aan te bieden, zelfs niet als een vergiftigd geschenk.

Wat doen de andere partijen in Wallonië? De MR veert in deze peiling lichtjes op, maar kijkt nog altijd tegen een verlies aan tegenover de laatste verkiezingen. Ecolo en cdH leveren slag om de derde en de vierde plaats in het Waalse partijlandschap, met voorlopig nog een licht voordeel voor cdH. Daarna is het aan het Front National, dat opnieuw boven de kiesdrempel uitkomt, maar lang nog niet uit de gevarenzone is. PP en FDF zitten alvast in Wallonië zo ver onder de kiesdrempel dat de kans gering is dat zij er zetels zouden halen. Beide partijen kunnen echter wel procenten van de MR afsnoepen, en dat kan die partij nog lange tijd pijn blijven doen.

Bijlage: Overzicht van alle peilingen in Vlaanderen sedert 2004 en in Wallonië sedert 2006 (PDF).

Labels: , , , , , ,

Read more...

Komrij zegt iets over zijn naamgenoot (vpmc)

.
Ik weet dat er mensen bestaan –in de media tref je ze bij bosjes aan– die geloven dat schrijvers en dichters en acteurs en schilders en zangers ook over politiek wel bijzonder interessante ideeën moeten hebben, precies omdat zij geacht worden te kunnen zingen, dichten, acteren, schrijven of schilderen. Men neemt aan dat deze artiesten over een bovennatuurlijke barometer beschikken, ongeveer zoals politicologen er een hebben maar dan een gevoeliger model, van heel fijne makelij.

Nu kan dat misschien wel eens het geval zijn, maar het is meen ik toch niet de regel. Zo vraag ik me af, of volgens diezelfde mediamensen ook de literair niet onverdienstelijke Louis-Ferdinand Céline (1894-1961) een dergelijke barometer bezat.

Maar zelfs als we thuisblijven en minder hoog grijpen –maar ook weer niet te laag want artiesten als, laten we zeggen een Tuymans of een Arno blijven vanzelfsprekend buiten beschouwing– en enkel naar mensen luisteren die algemeen voor verstandig doorgaan, zoals de dichter Gerrit Komrij bijvoorbeeld, zelfs dan lijkt de stelling van die barometer niet op te gaan.

Die Komrij is weer vaak op de radio te horen de laatste dagen, op tv ongetwijfeld ook, en hij orgelt maar raak over alles en nog wat. Wel merkte ik dat hij hemeltergende dwaasheden tegenwoordig weet te vermijden, door zich te beperken tot voorspelbare grappen en trivialiteiten.
Een gunstige ontwikkeling, want dat is niet altijd het geval geweest. In het fragment hieronder, van 16 maart 2010, en afkomstig uit de show van Pauw&Witteman, horen we Komrij iets ten beste geven over zijn naamgenoot Wilders. Gerrit begint nog goed, met een huizenhoge gemeenplaats: “Hij speelt het spel zo mooi”. Een typische, machteloze schijnanalyse die je vaker hoort en leest. Dan zegt hij nog iets als: al wat je zegt, ben je zelf”, een uitspraak die past in de Lagere School. Maar hij eindigde toen met een opmerking die bewees dat heel die narcistische Komrij geen wéét heeft van de oude democratische beginselen die hij op het spel zet met zijn bevallige, weke praatjes. Gerrit ziet er blijkbaar geen been in, als een politicus in het beschaafde Westen fysiek bedreigd wordt omwille van zijn ideeën. Zo iemand dan bescherming geven, vindt deze Gerrit te duur. En dat allemaal in 12 seconden.

 . . . 

Hij speelt dat spel natuurlijk ook mooi hé, tegen die politici allemaal. Hij is er dus zelf een, [ja] hé, het is een, het euh… en bovendien een politicus die de Nederlandse belastingbetaler onéindig veel geld kost.


De Franse strafpleiter Jacques Isorni schreef in 1957 in Le Monde een briefje aan François Mauriac, die naast romancier ook columnist was, en die toen pas een dwaasheid had verkondigd. En ook al is Komrij van ver noch van dichtbij een Mauriac, toch kan hij misschien zijn voordeel doen met de woorden van Isorni:

“Je ne connais rien de plus déplaisant ni de plus abusif que les hommes de lettres, grisés d’orgueil et de coquetterie, qui se servent de l’autorité acquise dans d’autres travaux, pour écrire à tort et à travers de ce qu’ils ignorent.”

Ik ken niets onaangenamers en ongepasters dan de literatoren die, beneveld door trots en koketterie, het gezag gebruiken dat zij met ander werk hebben verworven, om maar lukraak te schrijven over zaken waar zij geen kaas van hebben gegeten.

in: Jacques Isorni, Ainsi passent les Républiques 
Flammarion 1959, pp. 62-3

.

Labels: , , , , ,

Read more...

9 maart 2012

President Nasser wist nog precies hoe het zat met de sluier, en met de Broeders (vpmc)

.
Ter intentie van de wat hardleerse Jozef De Witte, staat hier een verbluffend YouTube-fragment, met vertaling (ik baseerde me op de Franse ondertitels).  Het gaat om een speech van Gamal Abdel Nasser (1918–1970), die president van Egypte werd in 1956 en dat bleef tot aan zijn dood. Anders dan de grapjas De Witte, wist Nasser dat je de hoofddoek enkel kunt opleggen aan vrouwen, hen dwingen met andere woorden, want uit zichzelf lijken ze er niet happig op:

In 1953 wilden wij echt en eerlijk samenwerken met de moslimbroeders, opdat ze vooruitgang zouden maken op de goede weg. Ik heb de algemeen voorzitter van de moslimbroeders ontmoet en hij maakt zijn wensen kenbaar. Wat vroeg hij?
Allereerst, zei hij me, moet je in Egypte de sluier opleggen, en elke vrouw die op straat komt verplichten zich te bedekken (gelach) …aan elke vrouw op straat. (gelach, rumoer “Dat hij hem zelf draagt!”)
En ik heb hem geantwoord dat zoiets een terugkeer was naar de tijd toen de religie heerste, en men de vrouwen enkel op straat liet als de nacht was ingevallen (gelach).
Voor mij, mijn opvatting is dat elkeen zijn keuzes vrij moet maken…
Hij antwoordde mij: Neen! jij als verantwoordelijke gouverneur moet de beslissing nemen.
Ik heb hem geantwoord: Mijnheer, u hebt een dochter die studeert aan de faculteit geneeskunde, en zij draagt de sluier niet. Waarom verplicht u haar niet hem te dragen? Als u… (gelach,applaus) Als u er niet in slaagt één meisje de sluier te doen dragen, terwijl zij bovendien uw dochter is, hoe wilt u dan dat ik hem door 10 miljoen Egyptische vrouwen doe dragen?

En 1953 nous voulions vraiment, honnêtement collaborer avec les frères musulmans pour qu’ils avancent dans le droit chemin. J’ai rencontré le conseiller général des frères musulmans, il a présenté ses demandes. Il a demandé quoi ?
D’abord, il m’a dit, il faut que tu imposes le voile en Egypte et que tu ordonnes à chaque femme qui sort dans la rue de se voiler...  à chaque femme dans la rue...
[qu’il le porte lui-même !]
Et moi je lui ai répondu que c’était revenir à l’époque où la religion gouvernait et où on ne laissait les femmes sortir qu’à la nuit tombée... Moi, à mon avis, chacun est libre de ses choix…
Il me répondit : non ! c’est à toi de décider en tant que gouverneur responsable.
Je lui répondis : Monsieur, vous avez une fille à la faculté de médecine et elle ne porte pas le voile. Pourquoi ne l’obligez-vous pas à le porter? Si vous… si vous n’arrivez pas à faire porter … le voile à une seule fille, qui de plus est la vôtre, comment voulez-vous que je le fasse porter à 10 millions de femmes égyptiennes?
.

Labels: , , , ,

Read more...

5 maart 2012

Over merkwaardige tekenen (vpmc)

.
Ooit –jaren geleden, toen de CD&V nog CVP heette– zat ik toevallig tegenover Geert van Istendael op de trein naar Gent, en er ontspon zich toen een gesprek.
Na deze aanhef bestaat het gevaar dat vele lezers zullen denken aan de Uitzendingen door Derden op de radio, want als daar de protestanten aan de beurt zijn, hebben die ook vaak een gesprek op de trein, ofwel op de tram of de bus, en hun gesprek geeft dan aanleiding tot enkele godvruchtige overwegingen. Bij Bart Stouten op Klara komt deze stijlfiguur ook geregeld voor.
Maar hier gaat het over een waargebeurd gesprek, alleen weet ik niet meer waar dat gesprek allemaal over ging. Wat ik wel nog weet, is dat ik in de loop ervan het woord “ampersand” gebruikte, want het was natuurlijk toch een highbrow-gesprek. 
Geert onderbrak mij onmiddellijk en zei: “Jij bent, behalve ikzelf, de enige mens die dat woord gebruikt.” 
Het woord kwam in die dagen inderdaad enkel in het Engels voor, en ik herinner me nu dat we het daarna nog hadden over de etymologie ervan. En al konden wij geen van beiden er een betere verzinnen: de tentatieve verklaring die de Oxford Dictionary gaf, namelijk “and per se and”, verwierpen wij met stelligheid.
Ik meen niet dat wij in die rit vervolgens nog een ander onderwerp hebben behandeld, en het was enkel omdat we in eerste klasse zaten dat wij de neiging hebben onderdrukt om elkaar een accolade te geven.
.

Labels: , , , , ,

Read more...

4 maart 2012

De parasieten onder de Europese vorstenhuizen (Hoegin)

Deze week doken er opnieuw geruchten op over de troonopvolging van koning Albert II. Misschien nog dit jaar, volgens de ene. In 2013, denkt de andere. Pas na de verkiezingen van 2014, speculeert (en hoopt) een derde. Zou het kunnen dat geen van hen er ook maar een flauw idee van heeft?

België is een merkwaardig land – voor zover het natuurlijk al een land genoemd kan worden. Vrijwel overal elders worden de koningshuizen door de conservatieve partijen gesteund, terwijl de socialisten hen gedogen zolang ze zich maar niet te veel met politieke zaken inlaten. Niet zo in België, waar een socialist oude stijl op een zondagmiddag laat optekenen dat hij «een republikein met het hart, maar monarchist met het hoofd» is. In andere landen zouden socialisten en al wat progressief is nog liever onder de kiesdrempel zakken dan betrapt te worden op monarchistische sympathieën.

O ja, ik hoop voor al die Franstalige coryfeeën die zo openlijk een kaarsje lieten branden voor koning Albert II dat prins Filip door de viering van Mercator dit week-end geen tijd had om de media te volgen. De Saxen-Coburgers staan er immers niet bepaald voor bekend een slecht of kort geheugen te hebben, en het zal maar gebeuren dat onze dierbare koning morgenvroeg in zijn badkamer uitschuift op een stuk zeep dat koningin Paola achteloos liet rondslingeren. Ik denk dan ook dat Philippe Moureaux niet meer hoeft te rekenen op een tweede carrière als kabinetschef van koning Filip I.

Doen er geruchten de ronde over een eventuele troonsopvolging, dan moeten de usual suspects natuurlijk ook hun zegje kunnen doen. Neem nu Herman de Croo, die overduidelijk ook van toeten of blazen weet, maar toch heel gewichtig doet. Je hoeft echter echt geen doctor in de statistiek te zijn om in een land met een 79-jarige koning met stelligheid te komen beweren dat de kans op een wissel op de troon dit of volgend jaar niet meer verwaarloosbaar klein is. Dan kan je net zo goed begin maart voorspellen dat de temperatuur de komende weken voelbaar de hoogte in zal gaan. A propos, was ik koning Albert II, en liep ik rond met plannen om af te treden, ik zou het ook niet aan de neus van ijdeltuit Herman de Croo hangen.

Is er iets merkwaardigs aan de hand met de partijpolitieke steun voor het Belgische koningshuis, dan moet ook gezegd worden dat België met voorsprong het meest bespottelijke en verachtenswaardige koningshuis van heel Europa heeft. Het was slechts een bijzinnetje in de berichtgeving over het ongeluk dat prins Friso trof, maar die prins verdiende dus wel gewoon zijn eigen kostje. We hebben zo onze twijfels over zijn zitje in de Raad van Bestuur van Telenet, maar in Londen zouden niet al zijn collega's helemaal op de hoogte geweest zijn van de prinselijke achtergrond van Friso. Of nog: er waren tekenen van enige competentie. Voor zover ik weet is dat iets waarvan alleen enkele uitzonderlijke aangetrouwde leden van de Saxen-Coburgers verdacht kunnen worden, of het zou over snelle moto's moeten gaan.

Wie de Europese koningshuizen overloopt, zit echter al snel met de indruk dat ieder koninkrijk met een vorstenhuis zit dat de kleine kantjes van het land onderstreept. Neem nu de Oranjes: wel politiek-correcte linkse sympathieën, maar steenrijk want er altijd op de eerste rij bij als er ergens een centje te verdienen valt. Duistere zaakjes zelfs geen bezwaar. Zelfs prinses Máxima past in het plaatje: zeker geen verlegen ding, en binnen de paar maanden de lokale taal zo goed als volledig onder de knie en er graag bij als er ergens iets te vieren valt. Wie zoals Walter Pauli haar vergelijkt met prinses Mathilde is echter niet goed snik, of hengelt als voormalige links-radicaal naar een driekleurig lintje.

Het Britse koningshuis dan. Aan het hoofd een oma die wel recht uit een aflevering van Schone Schijn geplukt lijkt te zijn. Wie beter dan prins Charles als zinnebeeld van de Britse stijve hark met een fantasieloos kantoorjobje op één of ander ministerie? Getrouwd met prinses Diana dan nog wel, naar buiten uit de vermoorde onschuld, maar achter de schermen zeker niet vies van een zijsprongetje links of rechts. En prins Harry wist als twintigjarige blijkbaar niet dat het not done is je te verkleden als nazi-officier, prins of geen prins. Het hele zootje van de jongere generaties is overigens uitermate posh: omhooggevallen, bekakt, vol glitter, en dat gecombineerd met een niet al te beste smaak. Hebben we de TV-serie Schone Schijn al eens vermeld? Krijg je van de ene dag op de andere zo'n familie als buur, zakt je huis meteen een smak in waarde.

Op de Noorse troon zit dan weer een brave sul, door niemand ervan verdacht ooit ook maar één vlieg kwaad gedaan te hebben. Hoe passend om de Nobelprijs van de Vrede te mogen uitreiken. Zijn zoon prins Haakon lijkt trouwens uit hetzelfde hout gesneden te zijn: de kans dat hij ooit één van de andere Nobelprijzen zou mogen ontvangen is uiterst miniem. Zijn vrouw prinses Mette-Marit bracht een koekoeksjong mee in het huwelijk, had in een vorig leven betrekkingen met een drugshandelaar en een veroordeeld crimineel, en had zelf een bepaalde reputatie in haar thuisstad Kristiansand waar we niet verder op in zullen gaan. Aan streken echter geen gebrek, ook al heeft ze in haar leven nooit een deftige job gehad. Ziedaar de Noorse onderklasse in een notendop. Prinses Märtha Louise, weliswaar de oudere zus van prins Haakon maar toch na hem in de rangorde voor de troonopvolging, ging een tijdje door het leven als voorleester van kindersprookjes, maar heeft de laatste jaren zichzelf gevonden als hoofd van een engelenschool (ik verzin dit niet). Haar man Ari Behn is schrijver, enfin, heeft ooit een boekje geschreven waarvan er dertien postmoderne in een nihilistisch dozijn gaan, maar zijn carrière zit de laatste tien jaar een beetje in het slop. Zijn tweede boekje had zo mogelijk nog minder om het lijf, al zouden er ettelijke tientallen van verkocht zijn. Zijn verschijning doet echter vooral denken aan die van een pornoster die het een beetje hoog in zijn bol heeft, maar gelukkig wel niet te veel aan de drugs heeft gezeten. Ik zou ze echter de kost niet willen geven, de Noorse middenklassekinderen die het net als hen dankzij het geld dat uit de Noordzee gepompt wordt een pak gemakkelijker hebben dan goed is voor hen.

Maar het kan allemaal een graadje erger. De Saxen-Coburgers dus. Generaties lang van de openbare onderstand leven, tegenwoordig zelfs met de hele familie samen. De dotatie zelfs nog laten optrekken in tijden van crisis, en dan beloven dat het extra geld gebruikt zal worden om het hek te verven. Om het hek te verven! Verder te lomp om te helpen donderen, maar wel betrokken bij allerlei louche zaakjes. En ook al krijgen ze al hun geld van de staat, dan nog belastingen ontduiken, en mogen ontduiken zonder dat er ook maar één socialist piept, ook die staatssecretaris van Fraudebestrijding niet. Zou de lezer kunnen raden welke taal in deze familie de voertaal is, en welke taal ze zelfs na vele jaren ontvangen solidariteit niet door hun strot gebraakt krijgen, tenzij om de onderdanen eens goed uit te kafferen?

Labels: , , , , ,

Read more...

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>