31 juli 2007

De zaak-Angelica, bekeken door de ogen van een legale emigrant (Hoegin)

Angelica LojaLaat ik maar meteen met de deur in huis vallen: als legale emigrant die volledig in orde is met alle papieren voel ik me behoorlijk voor schut gezet door het stuk onbenul van een rechter in Eerste Aanleg in Brussel. Vijfhonderd euro per uur vertraging voor hun vrijlating – mag ik even van mijn stoel vallen?

De tijd die ik heb moeten gebruiken om in mei en juni ll. mijn papieren in te vullen waren niet betaald, en zeker niet aan vijfhonderd euro per uur. Meer zelfs: om mijn nieuwe verblijfsvergunning te gaan halen moest ik twee uren onbetaald verlof opnemen, want de vreemdelingendienst is –uiteraard– alleen tijdens de kantooruren open, en daar mocht ik dus een uur staan aanschuiven voor iets dat uiteindelijk nog geen vijf minuten duurde. Misschien mogen ik en mijn werkgever nu bij die rechter wel een onkostennota indienen, of moet ik soms gestraft worden omdat ik zo dom ben gewoon de wet te volgen? Alle legale immigranten in België zouden hier misschien toch eens over moeten nadenken.

Ondertussen vroeg –verslik je niet– de PS om «redelijkheid» in deze zaak. Is het redelijk om vier jaar compleet illegaal in een land te verblijven, en vervolgens wanneer je gesnapt wordt het hele land op stelten te zetten via je «pro deo»-advocaat (want zo heet dat dan zo mooi) en zelfs de bewakers waarvan je er één tijdens de repatriëringspoging gebeten hebt een gerechtelijk klacht aan te doen? Eerlijk gezegd, voor mijn part mogen ze Ana Cajamarca en Angelica Loja liever vanavond nog dan morgenvroeg opnieuw het land uitzetten.

Iemand merkte trouwens op dat het toch wel al te gek zou zijn Ana Cajamarca en Angelica Loja vandaag uit te wijzen als ze binnen een paar weken toch opnieuw in België zouden staan, legaal deze keer, via de familiehereniging. Dat zou inderdaad al te gek zijn! Daarom dat serieus overwogen zou moeten worden ze allebei als extraatje ook een persona non grata-verklaring mee te geven, want dit is echt niet het soort van immigranten waar we in België nood of gebrek aan hebben. En als de vader van Angelica het er dan moeilijk mee heeft zo ver van zijn dochter te moeten wonen, mag hij mij altijd om raad komen vragen.

Labels: ,

Read more...

Advocate van Angelica trok Brusselse PvdA-lijst (Hoegin)

Selma BenkhelifaHet land staat al enkele dagen in rep en roer door de «zaak-Angelica». Of beter gezegd: wordt in rep en roer gehouden met een perfecte timing en gekruid met een flinke dosis extreem-linkse emo-politiek en populisme. Joëlle Milquet van de cdH vond het zelfs nodig het schema van de regeringsonderhandelingen overhoop te halen omdat deze zaak volgens haar toch wel een stuk belangrijker zou zijn dan een staatshervorming. Maar wie stuurt eigenlijk dit hele circus?

Eerst kort iets over Joëlle Milquet. Wanneer zij zegt dat deze zaak belangrijker is dan een staatshervorming, bedoelt zij natuurlijk precies het omgekeerde: het tegenhouden van een staatshervorming is voor haar zo belangrijk dat eender welke zaak die de aandacht daar even van kan afleiden gretig gebruikt zal worden. Wat zij opvoert is niets meer dan een stukje misselijkmakend theater dat niet veel goeds voorspelt voor de rest van de onderhandelingen.

Maar terug naar waar het eigenlijk over gaat: de «zaak-Angelica». Wie de feiten even op een rijtje gezet wil zien, kan daarvoor bij Luc van Balberghe terecht. Op één punt ben ik het echter niet met hem eens: hij schrijft dat de pro deo-advocaten van Ana Cajamarca en Angelica Loja de Franstalige partij Ecolo inschakelden. De zaak draagt echter duidelijk niet de stempel van een Ecolo-actie: de over-emotionele media-aandacht, gefocusseerd op het kind, beschuldigingen van racisme, gebruik van geweld door de illegalen tijdens de repatriëring (Ana Cajamarca beet één van de bewakers), opgevolgd door beschuldigingen aan het adres van de bewakers en zelfs een klacht tegen onbekenden (men moet dat dus maar durven), en een jonge advocate die het goed kan uitleggen. Dat ruikt uren in de wind naar een PvdA-actie, en dat is het ook.

Want wie is die sympathieke jonge advocate die zich zo belangeloos uitslooft voor haar twee cliënten? Selma Benkhelifa heet ze, dochter van een Tunesische vader en een Belgische moeder, met een pleegbroer en -zus uit Kameroen, aangesloten bij het Progress Lawyers Network (PLN), in 2004 nog lijsttrekker voor de PvdA in Brussel en eerder dit jaar eerste opvolger voor dezelfde partij in dezelfde kieskring met 337 voorkeurstemmen. Het zijn maar kleine details natuurlijk, maar als kwaliteitskranten wel meerdere kolommen kunnen besteden aan alle mogelijke achtergronden van en beschouwingen over de zaak-Angelica, zou je denken dat ze ook een paar lijntjes zouden kunnen wijden aan de achtergrond van de pro deo-advocate van dienst. Die overigens niet aan haar proefstuk toe is, want voor de verkiezingen steunde ze ook al de Afghanen die in de protestantse kerk in Brussel in hongerstaking ging: zeging namelijk zelf mee in hongerstaking.

Wat een paar minuutjes googlen al niet kan opleveren dus, maar dat is natuurlijk wel ver beneden de waardigheid van de vele raspaarden die de Vlaamse journalistiek rijk is. Had echter één van de begeleiders van de repatriëringspoging ooit nog als kleine snotaap aan een IJzerbedevaart deelgenomen, er zou moord en brand geschreeuwd worden. Maar een PvdA-advocate die zoveel mediaruimte toegemeten krijgt om haar ding te doen, dat moet dan maar kunnen zonder enige randbemerking of controle van haar achtergrond. Merkwaardig. Als je het mij vraagt denk ik dat ze de publieke opinie gewoon opnieuw een ferme loer proberen te draaien, net zoals toen met Abdel Ani Sarrokh.

Labels: , , , , ,

Read more...

Stelling 177: over de staat België valt geen serieus woord meer te zeggen (victa placet mihi causa)

.
Nu deze stelling op het bord staat, voelt iedereen wellicht aan dat ze correct is. Een beetje zoals in de klas: tot zelfs de stomste leerling op de laatste bank ziet het voor zijn ogen als twee bepaalde hoeken gelijk zijn, of twee lijnstukken even lang. Maar een gevoel is nog geen bewijs, en onze zintuigen kunnen bedriegen.
Hoe eenvoudiger de stelling, des te ingewikkelder vaak was het bewijs! En de meester stond niet toe dat wij ons er van af maakten met: "ik heb een echt merkwaardig bewijs gevonden, maar mijn blad is te klein en het kan er niet op" ...terwijl dat de beroemdste zin nochtans was van de grote wiskundige Pierre de Fermat: .“j'ai découvert une preuve réellement remarquable, que cette marge trop étroite ne me permet pas de détailler”. Wij mochten zulke dingen niet. Terecht, want het heeft nog ruim drie eeuwen geduurd voor die stelling van Fermat ook echt bewezen was.
Zo lang wachten kan niemand nog, besef ik, maar helaas is een blog te smal voor een sluitend bewijs, en trouwens: het zal een bewijs uit het ongerijmde moeten worden. Wij zullen dus alle mogelijkheden van het tegendeel zorgvuldig moeten uitvlooien, en pas als die allemaal tot tegenstrijdigheden leiden, kunnen wij besluiten tot de geldigheid van onze oorspronkelijke stelling.
.
Dat is een moeizaam proces, maar gelukkig heeft Benno Barnard al een deel van de voorbereidende werken voor zijn rekening genomen. In het prachtige Nederlandse weekblad Opinio, dat verder niets dan goede artikelen heeft, gaat onze man een twistgesprek aan met Derk Jan Eppink. Oordeelt u zelf of u de poging van Barnard goed rekent, want de man probeert iets zinnigs te zeggen over België:

België biedt alle voordelen van een meervolkerenstaat. Wij, inwoners van dit land op de grens van de Germaanse en Romaanse wereld, zijn door zijn ligging, cultuur en geschiedenis ware Europeanen. Ons land is zo groot als zijn talen, waartoe ook het Duits behoort – het strekt zich dus in zekere zin uit van de Waddenzee tot de Pyreneeën, en van de Noordzee tot Polen. Wrijvingen zijn vervelend, maar ze scherpen onze zin voor democratie, wat van de Belgen de beste diplomaten ter wereld maakt. Tegen elkaar aanwrijven is niet altijd onprettig: België heeft ook wel iets van een vrijpartij, met licht sadomasochistische trekken misschien. In elk geval heeft een en ander gemaakt dat de Belgische literatuur en kunst zowel expressionistisch als surrealistisch zijn, en bovenal uitzonderlijk vitaal.

De vereniging B-plus druipt van de ernst, maar ze hebben toch ook een nar in dienst.
__________________________

P.S. .Maar om iets dieper in te gaan op dat laatste, die typisch “Belgische” kwaliteiten van onze kunst: als ik daarover iets wil vernemen dan lees ik, met mijn excuses, nog altijd liever de grote August Vermeylen dan Benno Barnard.

Hier twee uittreksels uit lezingen die die man gaf, niet toevallig in ...1930. Die speeches zijn, behalve bij De Slegte, ook te vinden bij de Bibliotheek der Nederlandse Letteren.

August Vermeylen riskeert wel een schokje te geven aan Benno B-plus, vrees ik:

Geachte Toehoorders, - Het is zeker een zonderling feit, dat, terwijl wij de gebeurtenissen van 1830, met het oog op de algemene kultuur, als een ramp mogen beschouwen, de Vlaamse letterkunde toch ongeveer van dat onzalige jaar 1830 dagtekent. Dat verklaar ik aldus: niet aan de Belgische onafhankelijkheid hebben wij onze letterkunde te danken, maar ondanks de Belgische onafhankelijkheid is zij ontstaan. […]

Vermeylen, als altijd bijzonder erudiet en genuanceerd, heeft het niet over "Belgische kunst", of in dit geval over "littérature belge", maar over "une littérature de Belgique…":

Ce sont celles [ttz. de kwaliteiten die gemeenschappelijk zijn aan meerdere «Belgische» schrijvers, zowel benoorden als bezuiden de taalgrens] que je signalais plus haut comme ‘flamandes’, et spécialement le goût de la couleur (tradition de la peinture!), l'attachement sensuel aux matérialités, qui se combine de surprenante façon au sens du mystère qu'on devine derrière ces matérialités. Si dissemblables qu'ils soient, c'est ce qui unit pourtant Verhaeren, van de Woestijne, Gezelle, Maeterlinck (ces trois derniers nourris d'ailleurs du mysticisme de Ruusbroec). Certains poèmes de van de Woestijne ont exactement la même splendeur de tons et la même concentration torturée que certains poèmes de Verhaeren, comme certains contes de Demolder procèdent de la même vision que certains récits de Timmermans, comme Baekelmans n'est parfois pas loin d'Eekhoud. Les rapports de mentalité sont suffisants pour qu'on puisse parler d'une littérature de Belgique. Mais pour qui voit toutes les nuances de la réalité, le danger serait ici de donner à cette littérature ‘belge’ un caractère national trop strictement délimité.
.

Labels: , , , , ,

Read more...

30 juli 2007

Excuses Franstaligen voor eis Franse excuses Leterme? (Hoegin)

Le lion brabançonAls nog aangetoond moest worden dat de Vlamingen en de Franstaligen niet alleen in twee verschillende landen maar blijkbaar ook op twee verschillende planeten wonen, dan werd dat bewijs toch wel bijzonder overtuigend geleverd door de RTBf en de hele hetze rond de Marseillaise van Yves Leterme. Zouden we in Vlaanderen bijvoorbeeld evenveel kabaal gemaakt hebben had Didier Reynders het Wilhelmus gezongen? Gelukkig de Franstaligen dus die blijkbaar werkelijk niets belangrijkers hebben om zich druk over te maken dan de zangkunsten van een Eerste Minister in spe.
Probeer het je even voor te stellen: Ivan de Vadder die op de trappen van Sint-Michiel en Sint-Goedele een aantal politici aanklampt met de vraag of ze de Brabançonne wel kunnen zingen, en die tot zijn stomme verbazing meemaakt dat Didier Reynders het Wilhelmus begint aan te heffen. Uiteraard verwacht je dan dat het avondjournaal met dat wereldschokkende item opent, er minstens vijf minuten over dooremmert, en de volgende dagen de Vlaamse kranten bol staan van de eisen om verontschuldigingen –in het Nederlands!– en de analyses dat nu toch wel eens en voorgoed bewezen werd dat Didier Reynders de Vlamingen minacht tot het uiterste.

Ik heb het daar dus erg moeilijk mee. Om te beginnen: zou Didier Reynders weten dat het Wilhelmus het Nederlandse volkslied is? Zou hij het kunnen zingen, of iets gemakkelijker: de melodie herkennen? Het zou mij verbazen. Het zou mij zelfs al aangenaam verrassen moest Ivan de Vadder de melodie kunnen herkennen – niet dat ik hem een kwaad hart toedraag, maar hij werkt tenslotte toch bij de VRT, niet bepaald een orangistische burcht in de Zuidelijke Nederlanden, zeker niet nu Siegfried Bracke zijn microfoon aan de wilgen heeft gehangen.

Maar goed, laten we toch even meegaan en stellen dat dat dus wel degelijk zou gebeuren, zou de nieuwsdienst van de VRT het dan werkelijk gebruiken als openingsitem in het avondjournaal en hierrond schandaal proberen te schoppen? Ik vermoed van niet, al was het maar omdat ze aan de Reyerslaan ook wel beseffen dat de kijker als de bliksem op zoek naar echt nieuws zou wegzappen naar de concurrentie. Zelfs de trouwste VRT-kijker. Heel Vlaanderen zou zich in ieder geval afvragen wat de VRT in 's hemelsnaam bezielde om met zo'n onnozelheid uit te pakken als er toch wel iets belangrijkere zaken op de agenda staan, zoals een regeringsonderhandeling en een staatshervorming. En een grote meerderheid, ondergetekende incluis, zou serieus met de vinger naar het voorhoofd beginnen wijzen moest één of andere geschifte commentator het in zijn hoofd halen de volgende dag excuses te eisen van Didier Reynders voor die vuile Walenstreek. En in het Nederlands dan nog wel, en een beetje rap!

Maar zo ging het verhaal dus wel aan de Franstalige zijde van de taalgrens. Merkwaardig eigenlijk, want ze hebben daar toch wel andere katten te geselen, zou ik denken. De Vlamingen maken zich druk over de werkgelegenheid, de vergrijzing en de toepassing van de Grondwet, maar de Franstaligen, met een werkloosheidsgraad die het dubbele van die in Vlaanderen bedraagt, een sociale zekerheid die totaal afhankelijk is van een stevige sponsoring uit het Noorden en die ondertussen al aan een derde of vierde Marshallplan toe zijn –ik, en ik alleen niet ben de tel al kwijtgeraakt– die Franstaligen eisen dus dat Yves Leterme zijn excuses in het Frans zou aanbieden omdat hij het volkslied van een buurland aanhief. Wie echter durft te beweren dat het erop lijkt dat de Franstalige journalisten hem zoeken en er daarbij niet voor terugschrikken de spreekwoordelijke spijkers desnoods op het droge te gaan zoeken na ze er zelf gelegd te hebben is natuurlijk wel van bijzondere kwade (Vlaamse) wil – enfin, volgens die Franstalige journalisten dan toch.

Eerlijk gezegd, zou het niet passender zijn als de Franstaligen eens hún excuses zouden aanbieden voor al die onzin? Het hoeft zelfs niet in het Nederlands, want daar krijgen we gewoonlijk toch alleen maar oorpijn van. En dat ze daarna eens de meststallen in en rond Charleroi uitkuisen, iets aan hun economie doen, en ons verder gewoon met rust laten. Zo een beetje zoals een volwassen volk misschien, dat zich niet met de regelmaat van de klok hoeft op te peppen door op het buurvolk te schimpen. Misschien dat er dan zelfs nog een toekomst zou kunnen bestaan voor de Belgische federatie…

Labels: , , , , , , ,

Read more...

Het Spaanse Graan (Vrijvanzegel.net)

Door een aanhoudende regenval is de graanoogst mislukt. Alle graanproducten zullen door de schaarste bijgevolg duurder worden.

Een logisch gevolg of de zoveelste leugen?


De perceptie leeft dat ‘boeren altijd klagen, maar wel met dikke Mercedessen rijden’. Als het te nat is, stijgen de prijzen. Schijnt de zon te lang, stijgen ze ook. Bij een goede oogst, dalen ze nooit.

Laten we dit fabeltje maar meteen ontkrachten. Boeren leven in Europa al lang niet meer van wat hun veld opbrengt, maar van Europese subsidies. We betalen ze dus eigenlijk dubbel: een keer via onze belastingaanslag, de tweede keer door hun producten te kopen.

Dat is op zich niet zo heel erg. Anders zouden we gewoon onze producten veel duurder betalen en komt het uiteindelijk op hetzelfde neer. Alleen blijft er nu een overzicht van de productie die vooral een ‘strategische reserve’ is voor het geval buitenlandse kanalen zouden weigeren ons te bevoorraden zoals de Amerikanen in Irak deden en het land langzaam uithongerden. Een woestijnland zoals Irak heeft nauwelijks een eigen voedselvoortbrengst, op dadels en watermeloenen na.

De prijs van veldproducten wordt evenmin bepaald door de wet van vraag en aanbod. De meeste oogsten zijn lang vooraf al verkocht, ongeacht de opbrengst, voor een forfaitair bedrag aan een warenhuisketen of een internationale conservengigant. De omzet die individuele boeren genereren, is marginaal in verhouding tot de totale opbrengst.

Het klimaat is een ander verhaal.

De aanhoudende regenval in bepààlde delen van Europa kan dan het ene jaar heviger zijn dan het andere, net zoals dat voor de droogte het geval is, maar er zijn al tientallen jaren exacte waarnemingen die wetenschappelijk cijfermateriaal opleveren.

Nemen we bijvoorbeeld België, niet echt het grootste landbouwland van Europa. Gemiddeld zijn er élk jaar 200 regendagen. Ook een plaatselijke bui, betekent een regendag. Er valt jaarlijks gemiddeld 800 mm water in Laag- en Midden-België

Gemiddelde waarden kunnen bedrieglijk zijn omdat juist de uitersten het verschil maken. Op jaarbasis is er echter een marge van 15% waartussen de waarden schommelen. Dat valt dus nog mee. Opvallend is dat er tussen de waarnemingen van de voorbije tien jaar nauwelijks verschillen zijn die echt een kklimaatverandering kunnen aantonen of die over een grote oppervlakte (minstens Europa) invloed zouden kunnen hebben op de oogst.

Het is dus niet omdat in Dikkebus een veld helemaal wegspoelt, dat de Europese graanoogst mislukt is. Het is evenmin zo, omdat in Hoogstraten de varkenspest uitbreekt, dat over de hele wereld een tekort aan Parma-ham ontstaat.

Voor de individuele landbouwer, die ervoor kiest het risico te lopen van nog zonder contract te werken en dus mogelijk een hogere prijs zal beuren, kan een overmatige lokale regenval of een hittegolf fataal zijn.

Dat kan een gegronde reden zijn, om zo iemand financieel uit de nood te helpen met gemeenschapsgeld. Maar het is te onbeduidend om enige invloed te hebben op de prijzen van de voedingsgrondstoffen.

Als we dan toch de prijzen opslaan, gebeurt dat ‘procentueel’. Het graan is 3% duurder geworden, het brood dus ook. Diefstal! Grondstoffen zijn maar een klein onderdeel die de prijs van een product samenstellen.

Als de aardappelprijs met de helft zou verhogen, maar de prijs van frituurolie, papieren zakjes, zout, elektriciteit, staangelden, uurlonen, btw, bankintresten op de af te schrijven investering van een frietkot, etc… blijven ongewijzigd, zou een pakje friet nauwelijks met enige eurocent kunnen stijgen.

Elke oogst die tegenvalt, is vooral een goede zaak voor de eindverkoper en de overheid: de winst en de belasting stijgen in verhouding mee.

Soms wordt een grondstof echt wel veel duurder. Zodanig zelfs dat de prijs van het eindproduct om commerciële redenen niet in verhouding mee kàn stijgen. Dan horen we woordvoerders van warenhuisketens via tv verklaren dat ze “zelfs op hun winst inboeten, om de consument ter wille te zijn”. Plat boerenbedrog, natuurlijk. Ze boeten helemaal niks in van hun winst. In het ergste geval consolideren ze de bestaande winstmarge en verhogen die niet mee. Dat is een ‘sur place’ en geen stap achteruit!

Maar is het (plaatselijke) klimaat wel altijd de oorzaak van een voedselschaarste? Zijn de unieke Vlaamse asperges (die nergens ter wereld met dezelfde smaak gekweekt kunnen worden vanwege de typische Vlaamse grond) zo onverantwoord duur omdat er maar weinig zijn? Of… omdat het grootste deel ervan meteen uitgevoerd wordt naar buitenlandse toprestaurants? Is ook dàt niet de reden waarom Zeeuwse mosselen (ooit ‘armemenseneten’) onbetaalbaar zijn geworden? Door de moderne kweekmethodes zijn er meer en betere dan vroeger, maar de kwaliteitsmossel wordt meteen afgeroomd voor de horeca. De mindere klassen worden dan kunstmatig duur gehouden om de consument ertoe te bewegen voor een luttel prijsverschil naar het restaurant te gaan in plaats van zelf mosselen te bereiden.

Hetzelfde stellen we vandaag vast met de graanoogst. Het overgrote deel van de Europese graanoogst wordt uitgevoerd naar China. Ook dit jaar is dat het geval. Een werkelijk tekort zal er niet zijn. Trouwens, een tekort los je niet op door de prijs te verhogen, maar door te rantsoeneren.

En dan is er de laconieke mededeling in de meeste persmedia waar zich geen enkele journalist vragen bij stelt: “Sommige producten zullen bijgevolg duurder worden zoals brood, pasta, eieren en rijst…”

Als graan duurder wordt, kan ik met mijn twee hersencellen nog net begrijpen dat de broodprijs dan ook verhoogt. Omdat pasta ook van granen gemaakt wordt, begrijp ik dat ook nog. Voor eieren moet ik even nadenken. Eieren komen toch van kippen. Maar ja, die worden dan weer met granen gevoed. Jenever zal dus ook wel opslaan.

Maar wil iemand mij eens uitleggen waarom verdorie uitgerekend rijst duurder wordt, als het Europese graan de orkaan niet kan doorstaan?
Read more...

29 juli 2007

Het grote misverstand (Hoegin)

Oranje-blauwDit week-end antwoordden de twee Belgische kranten De Standaard en Le Soir op dezelfde zes vragen over de huidige regeringsonderhandelingen. Als de antwoorden al iets aantoonden, dan wel dat de Vlamingen en de Franstaligen al lang niet meer in hetzelfde land leven en een totaal verschillende kijk op de dingen hebben (en opnieuw dringt de vraag zich op: wanneer zou het in Groot-Bijgaarden eindelijk eens beginnen dagen?). Hieronder mijn antwoorden en commentaren op dezelfde zes vragen.

1. Is een nieuwe ronde in de staatshervorming noodzakelijk? En zo ja, welke onderwerpen zijn onbespreekbaar?

Op langere termijn zou het voor beide partijen ontegensprekelijk een voordeel zijn als men de besprekingen over een staatshervorming zou stoppen, en in de plaats daarvan zou overgaan tot staatsvorming. De vraag die vandaag gesteld moet worden is of dat misschien ook op kortere termijn een voordeel zou zijn voor beide partijen, en de duur van de regeringsonderhandelingen suggereert een positief antwoord op deze vraag.

Blijft men echter binnen het Belgische staatsverband, dan is afzien van een staatshervorming politieke zelfmoord voor N-VA en CD&V, zeker met het oog op de regionale verkiezingen van 2009. Anderzijds is een staatshervorming zonder steun van de socialistische partijen PS en sp.a praktisch onmogelijk, en een gevaarlijk spel voor cdH en MR. Conclusie is dat er waarschijnlijk wel enkele hervormingen zullen doorgevoerd worden waarvoor slechts een eenvoudige meerderheid vereist is. Die hervormingen zullen in Vlaanderen door CD&V en zeker N-VA verkocht worden als een ware staatshervorming (of toch zo goed als), en aan Franstalige zijde uitdrukkelijk als precies het tegenovergestelde.

Ergerlijk aan het antwoord van Guy Tegenbos in De Standaard is wel dat hij weer met de recente mythe komt opzetten als zouden de scheeftrekkingen in de gezondheidszorg verminderen.

2. Betekent de groei van 'communautaire partijen' een gevaar voor België?

Wat de separatistische partijen betreft uiteraard wel aangezien dat ook in hun aard en definitie ligt, tenzij ze hun kiezers bedotten, maar communautaire partijen op zich hoeven geen gevaar voor België te betekenen. Regeringen waarin zowel de Volksunie als het FDF vertegenwoordigd waren hebben dat bewezen.

Opvallend in de antwoorden van de twee kranten is hoe zij twee totaal verschillende schattingen maken van het aantal separatisten in Vlaanderen. Bart Brinckman schat het aantal af op maximaal dertig procent (jawel, maximaal dus), terwijl Dirk Vanoverbeke van Le Soir denkt dat meer dan de helft van de Vlamingen geen traan zou laten om het einde van België. Merk echter op: Dirk Vanoverbeke onderbouwt zijn stelling, Bart Brinckman niet. En geen van de twee vermeldt de peilingen van De Stemmenkampioen die tweemaal op iets meer dan de helft van de Vlamingen uitkwamen, en resultaten toonden die nochtans zeer parallel liepen met de redenering die Dirk Vanoverbeke opzet om tot zijn afschatting te komen.

3. Hoe lang zal het duren voor we een nieuwe regering hebben? Is oranje-blauw de enige optie?

Yves Leterme heeft alle bruggen achter zich verbrand, en zal er dus alles aan doen om in zijn opdracht te slagen. Waarschijnlijk heeft hij nog de hele maand augustus de tijd, maar eens september aanbreekt zal de druk op hem groot worden.

Indien Yves Leterme faalt, is het van belang waarom hij faalde: ligt het finale breekpunt op het sociaal-economische vlak, dan kan een andere coalitie zoals rooms-rood-groen of een tripartite misschien een uitweg bieden, maar als het breekpunt een communautair probleem is, zouden de zaken wel eens interessant kunnen worden. De staatsbehoudende krachten in dit land zullen proberen ervoor te zorgen dat het nooit zover zal komen, ofwel door op de CD&V in te werken om de eis voor een staatshervorming te laten vallen (en met de staatshervorming misschien desnoods ook de N-VA!), ofwel door aan Franstalige zijde het verzet tegen zo'n staatshervorming af te zwakken. Aan de lezer om de waarschijnlijkheden hieromtrent zelf af te wegen…

4. Hoe belangrijk is de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde?

Zonder een splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde kunnen CD&V en N-VA de verkiezingen van 2009 wel vergeten. Mét een splitsing en zonder zware Vlaamse toegevingen geldt hetzelfde voor MR en cdH aan Franstalige zijde. Anderzijds volstaat voor een splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde een gewone meerderheid in de Kamer, en die is er ook, maar vergt de beruchte «vijf minuten politieke moed» die in de loop van de laatste veertig jaar niet te bespeuren waren. Een statisticus van slechte wil zou hieruit kunnen besluiten dat de kans dat een Vlaams politicus uiterlijke tekenen van politieke moed zou vertonen minder dan één op vier miljoen bedraagt, wat vergelijkbaar is met de kans om bij de Lotto in rang 1 uit te komen.

Objectief gezien situeert het probleem zich echter duidelijk aan Franstalige zijde. De volgende uitspraak van Pierre Bouillon van Le Soir illustreert dit perfect:
De Franstalige partijen zitten op één lijn: de splitsing mag nooit de Franstalige inwoners raken in hun huidige rechten, zowel politiek (electoraal) als juridisch. Maar een compromis dat zoiets compleet garandeert, lijkt een illusie.
Wie over enige werkende hersencellen beschikt zal onmiddellijk snappen dat zo'n compromis geen compromis maar fundamenteel de negatie van een splitsing van de kieskring zou zijn. Erger is dat Pierre Bouillon duidelijk aantoont dat hij de grenzen van het Vlaamse Gewest weigert te erkennen. Of zou hij ervoor pleiten –wederkerigheid, nietwaar– dat ook Vlamingen die naar het Waalse Gewest verhuizen morgen allerlei speciale politieke of juridische rechten zouden kunnen krijgen?

5. Kan Yves Leterme uitgroeien tot een eerste minister die voor alle Belgen aanvaardbaar is?

Eigenlijk merkwaardig dat deze vraag überhaupt aan de orde zou zijn. Zou Elio di Rupo dan werkelijk een Eerste Minister geweest zijn die voor alle Belgen aanvaardbaar was? Was Laurette Onkelinx een Minister van Justitie die voor alle Belgen aanvaardbaar was? Om over André Flahaut nog maar te zwijgen.

Bart Brinckman van De Standaard merkt in zijn antwoord op dat Guy Verhofstadt nog steeds populair is in Wallonië. Dit hoeft niet te verbazen: hij was tenslotte in verband met de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde tot zeer zware toegevingen in de Vlaamse Rand bereid als hij daarmee maar op zijn zetel van Eerste Minister mocht blijven zitten, en bezorgde daarvoor de Franstaligen al het geld dat ze nodig hadden, zodat ze vandaag gewoonweg Non kunnen zeggen tegen een nieuwe staatshervorming. De Franstaligen zouden wel gek zijn als ze hem daarvoor niet op handen zouden dragen.

6. Als Leterme faalt, is het dan de beurt aan Didier Reynders?

Dat hangt af van de reden waarom Yves Leterme faalt, maar als Didier Reynders in juni één ding bewees, dan wel dat hij met zijn nogal clowneske optreden totaal ongeschikt is om serieus werk te verrichten, laat staan onderhandelingen te leiden. Voor zover dat dan nog bewezen moest worden na zijn wanprestaties als Minister van Financiën.

Indien Yves Leterme faalt, zijn waarschijnlijk de scholen al weer een tijdje open, onder meer dankzij het circus dat Didier Reynders als informateur opvoerde. Men moet het in Laken en Brussel natuurlijk zelf maar weten, maar indien er na drie maanden onderhandelen nog steeds geen uitzicht is op een nieuwe federale regering, dan lijkt het me geen goed idee om Didier Reynders nog maar eens in het veld te sturen. Een beter idee zou zijn Jean-Luc Dehaene te vragen een tweede onderhandelingsronde uit te voeren – met dit verschil dat zijn onderhandelingsronde deze keer niet doorkruist zal kunnen worden door een Yves Leterme die niet op zijn beurt kan wachten en hij dus zijn werk af zal kunnen maken.

Labels: , , , , , , , , , ,

Read more...

28 juli 2007

Leuk idee voor Le Standaard: een vaste column elke week! (victa placet mihi causa)


Ik ken zijn naam nog maar pas, maar Oscar van den Boogaard is iemand die columns schrijft in De Standaard. Beroepsjournalist is hij niet denk ik, maar hij heeft naam en faam als romancier, en kranten gaan graag op jacht naar romanciers, voor columns.
Dat komt enerzijds omdat de meeste hoofdredacteuren nog niet doorhebben dat het genre tot op de draad versleten is, en anderzijds omdat, zoals iedereen weet, in romans om het even wát kan voorvallen. Schrijvers worden bijgevolg geacht over gelijk welk onderwerp een valabele mening te hebben. Om eens een term uit de biologie te gebruiken: romanciers zijn generalisten.
Aan gewone columnschrijvers, bijvoorbeeld pastoors, komieken, spindokters, rockzangers, professors, schoonheidskoninginnen, assistent-professors, acteurs, tot politici toe, wordt die eigenschap niet toegeschreven. Dat zijn altijd in enige mate specialisten.
Ik weet niet wat voor onderwerpen er in de romans van Oscar van den Boogaard al gepasseerd zijn, maar ik hoop dat hij ooit het onderwerp censuur aanraakt. Hij is daar, tot mijn verwondering en vreugde voorstander van. Maar het begrip lijkt voor hem iets anders te betekenen dan voor mij, en dus ben ik nieuwsgierig naar zijn interpretatie.

16 juli jongstleden had hij een column getiteld
Klimaatsceptici, ons waarschuwend voor een film die Channel4 in de maand maart al had uitgezonden: The Great Global Warming Swindle. Het zijn oude koeien ik weet het, maar de teneur van die film was naar het schijnt kritisch voor de eerdere film van Al Gore, die zoveel indruk had gemaakt op onze Premier en op Margareta Guidone, de huishoudster van Bruno Tobback. Dienstencheques mogen ergens voor dienen.

Ikzelf weet weinig over het klimaat, omdat ik geen romans schrijf, maar van den Boogaard treedt meteen streng op, want: ."The Swindle circuleerde vrijwel direct daarna vrijelijk op internet."
Ik vermoed dat Oscar vdB het www bedoelt met zijn term internet, en ja, dat verfoeilijke www is moeilijk te controleren, dat zal elke Chinees hem bevestigen. Vrijelijk, begot! Maar laten wij onze man niet onderbreken (en het cursief is van mij):

"Vorige week zond de Nederlandse KRO de film uit als tegenstem in het klimaatdebat. De vraag is of je klimaatsceptici wel een platform moet geven.
Zou iemand het in zijn hoofd halen een documentaire te maken over het overschatte gevaar van aids? Vertellen dat onveilig vrijen niet altijd onveilig is. Misschien zijn er wetenschappers te vinden die dit verhaal voor een camera zouden willen doen. De documentairemaker zou natuurlijk alleen die stukken uit hun betoog gebruiken die zijn stelling zouden onderschrijven. Misschien zouden het geen echte wetenschappers zijn, maar oplichters in een witte jas. Veel kijkers zouden dolgraag de geruststellende woorden van de aidssceptici willen horen. Mensen zoeken nu eenmaal altijd argumenten om hun dierbaarste gewoontes niet op te hoeven geven. Toch zou geen enkel televisiestations zo'n documentaire durven uitzenden. Mocht achteraf de inhoud onwaar blijken te zijn, dan zouden ze medeverantwoordelijk zijn voor het verspreiden van een dodelijke ziekte..."

Als wij deze paragraaf goed lezen, en ook goedmoedig voorbijgaan aan Oscars talrijke zouden's, en aan de vele wijsheden die ons met de houten lepel gedebiteerd worden, dan is van den Boogaard zijn stelling dat er weer een officiële censuur moet komen. De gewone autocensuur van redacties voldoet niet langer.

Dat is niet zo verwonderlijk als het lijkt. Er zijn nog auteurs die daarom vragen. Ons Kristien Hemmerechts bijvoorbeeld deed dat hier eerder.
Aan mijn lezers hoef ik het niet te herinneren, maar in de geschiedenis waren er talloze auteurs die de lof van de officiële censuur hebben gezongen, en zelfs van hun persoonlijke censoren die zij bij naam kenden. .Heine en Poesjkin[*] deden dat, maar er zijn er zoveel meer.

Hoe flauw en kronkelig, hoe ondoordacht en onbewust, en vooral hoe naïef-moreel heel de gedachtegang van onze
wat mij betreft aankomende auteur ook is, achter zijn kerngedachte kan ik staan: leve de officiële censuur!
En als dat niet meer met onze moderne gevoeligheden te verenigen is: geef ons dan tenminste weer een blad als Film en Televisie.
____________

[*] Bij zijn vertaler Boland las ik dat de Tsaar persoonlijk het woord "pispot" (dat Poesjkin in een moment van verstrooidheid had gebruikt) nog heeft weten te vervangen door "wekker".
Er was in het Russisch geen probleem wat metrum of rijm betrof, en Poesjkin zelf vond dat de betekenis van zijn vers behouden bleef. Hij tekende dus geen bezwaar aan, en bedankte integendeel de Tsaar voor de correctie op zijn wansmaak.

.

Labels: , , , , ,

Read more...

Was het vroeger beter? (Vrijvanzegel.net)

Was het vroeger beter? Neen! Gezelliger, dàt wel! Maar beter dan vandaag alleszins niet. De kindersterfte was hoog, de gemiddelde leeftijd laag; de arbeid was zwaar, de koopkracht licht. Hedendaags ‘modern’ comfort bestond nog niet, we hadden alleen onze handen om van de kleinste tot de zwaarste klus te verrichten.

Ik heb het dan niet over de periode van de late 19de eeuw, toen de elektriciteit nog niet toegepast werd. Nauwelijks 40 jaar geleden, we spreken dan toch over die ‘fantastische’ jaren ’60, was het dagelijkse leven veel ongenadiger dan nu.

De elektronica en de microchips zijn een enorme vooruitgang geweest. We poetsen onze tanden elektrisch, we bedienen ons interactief digitaal tv-toestel met een afstandsbediening vanuit onze relaxzetel die zich automatisch aanpast aan onze graad van vermoeidheid en onze bloedsomloop regelt, medisch kunnen we een groot aantal kankers overwinnen en ingewikkelde hart- of hersenoperaties uitvoeren, de informatiemaatschappij ligt binnen handbereik als we daar zelf gebruik van willen maken, en we kunnen ons met evenveel zin voor leegte onderdompelen in de ijle verdoving van videogames, Familie of Terzake als we eens helemaal niks meer met de dagelijkse werkelijkheid willen te maken hebben. Dat laatste kon vroeger, voor het tv-tijdperk, ook. De vluchtwegen heten toen Courts-Mahler en Konsalik.

Maar geloof me, het is in de loop van de geschiedenis nooit zo goed geweest als vandaag!

Eén minpuntje: het is niet altijd duidelijk hoe we moeten omgaan met deze verworvenheden. Helaas gebruiken we ze te zelden om de kwaliteit van ons leven te verbeteren en dienen ze vooral om het nut ervan te bewijzen.

Jaren geleden volgde ik een seminarie in ‘gelijktijdig denken’. Drie dagen intensieve training, maar de resultaten waren schitterend. Op het einde van de opleiding kon je een telefoongesprek voeren in het Frans, tegelijk een brief schrijven over een totaal ander onderwerp in het Nederlands en op ’t zelfde ogenblik een romannetje lezen in het Duits (in de veronderstelling dat je die talen kende, natuurlijk).

Na het aanleren van de technieken, oefenden we dat op een keiharde manier. Vooraan stond een opvouwbare ezel zoals muzikanten die gebruiken voor hun partituren. Daarop lag een A4-tje, volgetypt met een Franse tekst waarin een bepaalde theorie werd ontwikkeld. Vooraf hadden we een Nederlands gedicht met een stuk of 6 strofen uit het hoofd moeten leren.

We gingen kaarsrecht voor de staander staan, begonnen met twee balletjes te jongleren terwijl we ons gedicht voordroegen. Ondertussen lazen we de tekst. Toen ons gedicht ten einde was en we geen enkele bal hadden laten vallen, werd de staander weggenomen en moesten we de theorie van het A4-tje navertellen. Lukte het niet, werden we uitgejouwd en weggehoond.

Jonge zakenlui zijn tot àlles in staat, als ze dat laatste maar kunnen vermijden. Vandaag zou ik er mijn schouders eens over ophalen, maar toen declameerde ik het gedicht met een doorleefde intonatie en dwong mezelf met 3 in plaats van met die twee flutballetjes te jongleren.

Tot op heden haal ik nog voordeel uit het seminarie van toen. Ik kan nog steeds gelijktijdig in verschillende richtingen denken of erg uiteenlopende dingen tegelijk verrichten. Als dat mijn ‘vrouwelijke kant’ moet zijn, het weze dan maar zo.

Maar het seminarie heeft me wel misleid. Ik dacht namelijk, dat ik met de aangeleerde technieken driemaal zoveel werk zou kunnen verzetten op een dag. Dat klopte dus niet. Op het einde van de rit bleef de prestatie hetzelfde omdat de concentratie zo groot was, dat je driemaal langer moest recupereren. De technieken bleken dus bijzonder waardevol te zijn op crisismomenten, maar niet geschikt voor doordeweeks gebruik.

Deze denkfout maken we vandaag ook.

Het is niet omdat communicatie via e-mail sneller verloopt dan met een postduif, dat we maar meer berichten moeten sturen. Het is niet omdat de computer sneller rekent of opzoekt, dat we daarom méér moeten gaan rekenen of opzoeken. Het is niet omdat er meer in de rekken ligt of in de etalages staat, dat we meer moeten hébben. Het is niet omdat we met een microwave sneller eten kunnen bereiden, dat we vaker moeten koken of… meer beginnen vreten!

Dat doen we dus wel allemaal. Steeds sneller, steeds meer,… In plaats dat we de technologische vooruitgang inschakelen om meer vrije tijd (‘quality time’) te creëren, hebben we het steeds maar drukker en drukker, doen we steeds meer en meer en vallen daarna uitgeput neer om terug op mentale krachten te komen.

De geschiedenis leert echter ook, dat op elke actie een reactie volgt.

Vroeger was reizen luxe. Vliegreizen waren duur, in verhouding erg duur zelfs, maar ook de eenmalige vakantiereiziger werd behandeld als een VIP. Tot het de spuigaten begon uit te lopen. Ik vloog ooit op een namiddag (laat ons zeggen tussen 14 en 17 uur) van Zaventem naar Oostenrijk, met een overstap in Kloten, Zwitserland. Tweemaal een uur.
Op die korte tijd kreeg ik twee warme maaltijden aangeboden, met voorgerecht, nagerecht en alles erop en eraan. Compleet overbodig. De snoepjes, de drankjes, de internationale kranten, de speciale hoofdkussentjes, de glimlach van de airhostess, de bagagebehandeling, de luchthaventaksen, het was allemaal ‘gratis’. Of beter: inclusief.

Dit systeem maakte vliegen ook exclusief.

Toen kwamen de lagekostenmaatschappijen. Ze brachten je van punt A naar punt B en dat was het dan. Al de rest moest je zelf maar uitzoeken of je moest ervoor bijbetalen. Dezelfde luxe van vroeger? Dat kan nog. De prijs? Evenveel als vroeger. Maar wil je zonder luxe en dus goedkoper vliegen, dan heb je de keuze.

Helaas zijn sommige sectoren daar erg ver in aan ’t gaan. Zelfs het basisaanbod is niet volledig meer. De opties zijn in sommige gevallen niet eens opties, je kunt gewoon niet zonder. Bijbetalen is dan wel noodzakelijk. De basisprijs dient alleen om je te lokken in de reclame.

Wat zou je ervan vinden als je morgen voor 5 euro mosselen met frieten kunt gaan eten in een restaurant? Fantastisch toch? Maar je betaalt er nog 3 euro bij voor het huren van het bord en de stoel en een hoekje van de tafel, 2 euro voor het afwassen van het bord, 3 euro voor de selder en de ajuin en de peterselie, 3 euro voor het bereiden van de rauwe mosselen, 2 euro voor het bakken van de rauwe aardappelreepjes, 1 euro voor de dipsaus, 1 euro voor het opmaken van de rekening, en uiteraard nog de btw. Want zeg nu zelf, voor 5 euro kan er dat niet allemaal inbegrepen zitten!

Het is zoals een goedkope computer verkopen zonder harde schijf, een wasmachine zonder motor, een auto zonder wielen…

Eigenlijk is het geen oplichting, maar het ruikt er wel naar. Het is minstens een verwerpelijke vorm van misleiding. Omdat je uiteindelijk zelf mag kiezen (ik eet ook graag rauwe mosselen) én omdat je ook waar of dienst krijgt voor hetgeen je betaalt, ben je dus niet bestolen, maar wel bedrogen in de gecreëerde verwachtingen.

De openbare administratie steelt wel. Elke Belg is verplicht een identiteitskaart te hebben. Die moet om de zoveel jaar vernieuwd worden. Tegenwoordig zijn die elektronisch en voorzien van een chip, waar je eigenlijk weinig mee kunt doen. Want je hebt nog altijd een SIS-kaart nodig, een creditcard, een Happy Days-kaart en nog een stuk of tien andere kaarten die best allemaal in één kunnen geïntegreerd worden. Bovendien moet je op elke administratie nog oeverloos veel documenten invullen en persoonlijke inlichtingen verstrekken die de overheid beter kent dan jij.

Maar dat is nog niet alles. Ondanks het feit dat je een torenhoog lidgeld betaalt via je personenbelasting aan de Club België, moet je nog 10 euro extra afdragen om de lidkaart te krijgen. Daarvoor moet je je aanmelden ten gemeentehuize met een papiéren foto! Hallo, voor een elektronische identiteitskaart?…

Mijn vriend Kris Pattyn schreef er op zijn blog een s-c-h-i-t-t-e-r-e-n-d artikel over met nog talrijke andere hilarische voorbeelden! Klik jezelf er even naartoe, lees en geniet en blader meteen ook even door zijn vorige teksten. Licht verteerbare zware kost. Heerlijk!
Read more...

26 juli 2007

Wanneer zou het eindelijk beginnen dagen? (Hoegin)

Peter VandermeerschHoofdredacteur Peter Vandemeersch schreef deze morgen in De Standaard een open brief aan de onderhandelaars, waarin hij eigenlijk zijn wanhoop over de stand van zaken uitdrukt. In de brief legt hij meerdere malen de vinger op de wonde, daar niet van, maar rationele conclusies trekken is er voorlopig nog niet bij. En daarmee draagt hij zelf bij tot de hopeloze toestand waarin Vlaanderen en Wallonië vandaag vastzitten.

Het fundamentele probleem van de huidige regeringsonderhandelingen is dat de «natuurlijke» meerderheden ten Noorden en ten Zuiden van de taalgrens niet met mekaar compatibel zijn, en daardoor slepen de regeringsonderhandelingen aan. Waren er op 10 juni verkiezingen geweest in een onafhankelijk Vlaanderen en een onafhankelijk Wallonië, dan zouden een nieuwe Vlaamse en Waalse regering al een paar weken geleden reeds op de benen gebracht zijn: een rooms-blauwe in Vlaanderen en een rooms-rood-groene olijfboomcoalitie in Wallonië. Het enige echte obstakel voor de regeringsvorming in België van vandaag is dus niets anders dan… inderdaad, België. Wat dat betreft geeft Peters naamgenoot Peter de Roover hem vandaag in dezelfde krant trouwens de pap in de mond onder de titel «België of democratie».

Of Peter Vandermeersch de pap van Peter de Roover lust, laat staan zal willen slikken, is natuurlijk een andere zaak. Als een Zeus op de Olympos dreigt hij immers met bliksems als de onderhandelaars op Hertoginnedal er niet uitraken: «Maar de democratie heeft dit nu eenmaal gewild. Aan jullie om je daarnaar te schikken. En er wel degelijk samen uit te geraken.» Dat hij er de zaken daarmee helemaal niet op vooruit helpt schijnt hij niet te beseffen: hij is immers weer eens druk in de weer zich te bevestigen als één van de behoeders van de Belgische eenheid. Misschien hoopt hij zelfs volgend jaar van de koning geen schouderklopje te krijgen maar een lintje? Zijn kinderlijke vreugde, waar schaamte beter op z'n plaats ware geweest, sprak in elk geval boekdelen.

Peter Vandermeersch is immers uiteindelijk zelf mee verantwoordelijk voor de uitzichtloze toestand van vandaag. Stel je voor hoe de zaken er zouden uitzien als de hoofdredacteur van Vlaanderens grootste «kwaliteitskrant» zich niet voortdurend op zulke pathetische wijze zou aanschurken tegen de Belgische machthebbers, maar al eens een échte kritische bedenking zou durven plaatsen bij niet alleen de gebeurtenissen van de afgelopen zes weken maar straks al bijna twee eeuwen? Het zou dan bijvoorbeeld kunnen dat die «kwaliteitskrant» zich zou onthouden van propagandanummertjes zoals het opvoerde samen met Le Soir: de koning bevestigde in zijn toespraak immers impliciet dat het initiatief wel degelijk een propagandanummertje was, want anders had hij niet eens een reden gehad om het te loven. In de plaats daarvan zou de krant Yves Leterme, en met hem zowel CD&V als N-VA, van hun koudwatervrees kunnen verlossen om op korte termijn de Vlaamse onafhankelijkheid uit te roepen, en daarmee een einde te maken aan het onzinnige en onzindelijke spelletje dat de Belgische staat is.

Ga het immers in het buitenland maar eens uitleggen dat er straks geen wettelijke federale verkiezingen meer kunnen georganiseerd worden, en dat de Franstalige zelfs weigeren de Grondwet toe te passen en er ook maar iets aan te doen? Dat noch Yves Leterme noch Guy Verhofstadt, respectievelijk de waarschijnlijk volgende en de straks vorige Eerste Minister, niet zouden geweten hebben wie of wat er op 21 juli eigenlijk herdacht werd al hing hun leven ervan af, is geen lachertje, en ook geen huilertje, maar een duidelijk teken aan de wand. Ik ben het met Hugo de Ridder eens dat een onafhankelijk Vlaanderen niet zonder slag of stoot tot stand zal komen, maar hij vergist zich duidelijk als hij denkt dat Vlaanderen, of Wallonië, er op langere termijn slechter bij zouden varen. Hij moet trouwens zo ongeveer de laatste zijn die die stelling nog openlijk durft te poneren.

De échte vraag die vandaag beantwoord moet worden is immers de volgende: zijn we niet op een punt aangekomen waar zelfs op relatief korte termijn Vlaanderen, en misschien zelfs ook Wallonië, gebaat zijn bij een splitsing van België? Of is de extra energie die de laatste weken al verbruikt werd en de komende weken nog verbruikt zal worden werkelijk kleiner dan die om een volledige boedelscheiding door te voeren tegen, ik schrijf maar wat, Nieuwjaar? Een zakelijk antwoord op die vraag is meer dan ooit aan de orde, en zeker meer dan een vermanende open brief om de Belgische schuit asjeblieft toch maar bij mekaar en drijvende te houden. Was Peter Vandermeersch zijn titel van hoofdredacteur van een kwaliteitskrant waard geweest had hij zijn redactie al lang opgedragen daar eens een dossier over samen te stellen in plaats bêtises op te voeren samen met Le Soir.

Labels: , , , , , ,

Read more...

NIEUW: In Flanders Fields - Forum

Een nieuwigheid op deze webstek is het In Flanders Fields - Forum, zodat nog sneller discussies over actualiteit en ideologie kunnen worden gevoerd, en er bovendien ook evenementen kunnen worden aangekondigd. Ga naar:

http://iff.informe.com/

Of via de link rechts.
Read more...

25 juli 2007

Deens kandidaat-parlementslid: «Aanval op Deense troepen in Irak geen probleem» (Hoegin)

Asmaa Abdol-HamidDe Deens-Palestijnse politica Asmaa Abdol-Hamid zorgde maandag voor een relletje in de Deense media toen zij in een interview met het dagblad B.T. zei dat zij het «verzet» in Irak steunt en er geen problemen mee heeft dat ook Deense troepen aangevallen worden. Asmaa Abdol-Hamid komt bij de volgende parlementsverkiezingen in Denemarken op op de lijst van de extreem-linkse Rood-Groene Alliantie (Enhedslisten).

Asmaa Abdol-Hamid vertelde in het interview dat «zij het Iraakse verzet tegen de buitenlandse bezettingstroepen steunt» en dat «zij het recht hebben in een land te leven waar zij zelf beslissingen kunnen nemen». Zij wil daarom geen afstand nemen van wapengebruik tegen de Deense troepen in Irak. In een reactie op de controverse die na haar eerste interview ontstond bleef zij bij haar steun voor het verzet in Irak, en ging zelfs zover het verzet in Irak te vergelijken met het Deense verzet tijdens de Duitse bezetting onder de Tweede Wereldoorlog. Zij vindt verzet tegen een buitenlandse bezetting niet alleen gerechtvaardigd maar zelfs een mensenrecht.

Naser Khader, stichter van de nieuwe centrum-rechtse partij Nieuwe Alliantie (Ny Alliance) zei in een reactie dat Asmaa Abdol-Hamid een verwarde jonge vrouw is die reeds zoveel dingen gezegd heeft en zichzelf al zo vaak tegengesproken heeft dat hij er de tel al bij kwijt geraakt is. Hij wijst erop dat zij in dit geval de plank volledig misslaat aangezien de Iraakse regering wettig samengesteld is en door de Verenigde Naties erkend wordt, en daarom verdient de Iraakse regering meer steun dan het verzet. Andere politici van andere partijen reageerden in dezelfde zin.

Asmaa Abdol-Hamid wordt wel gesteund door haar eigen partij, de Rood-Groene Alliantie, en Frank Aaen, parlementslid voor die partij, bevestigde dat de strijd tegen onder meer de Deense troepen in Irak ook wat hem betreft wel degelijk legitiem is. Hij voegde er wel aan toe dat hij in het algemeen tegen terreur is, en nam aan dat ook Asmaa Abdol-Hamid terreur niet steunt. De Deense imam Abdul Wahid Pedersen, die de kandidatuur van Asmaa Abdol-Hamid voor het Deense Parlement op de rood-groene lijst steunt, steunt haar ook in deze, en meent nog steeds dat zij een uitstekend parlementslid zou zijn. Volgens hem waren haar uitspraken trouwens helemaal niet controversieel.

Asmaa Abdol-Hamid kwam als een Palestijnse vluchteling in Denemarken terecht in 1986 samen met haar familie. Zij is maatschappelijk werkster en haalde voor het eerste de nationale krantenkoppen toen zij in 2005 verkozen werd in de gemeenteraad van Odense voor de Rood-Groene Alliantie en er weigerde de hand van een mannelijke collega te schudden. Later was zij de woordvoerster van elf moslim-organisaties tijdens de controverse rond de cartoons in de krant Jyllands-Posten, en presenteerde in 2006 samen met journalist (en atheïst) Adam Holm het programma Adam en Asmaa op de openbare omroep. Dat optreden zorgde ook al voor een debat, want tijdens dat programma droeg zij, als eerste presentatrice op de Deense televisie ooit, de hijab. Zij heeft overigens reeds aangekondigd dat als zij verkozen zou raken in het Deense Parlement, zij ook daar de hijab zal dragen.

In het interview met B.T. zei zij ook nog nooit een liefje gehad te hebben, maar wel aan veel mannen al neen heeft gezegd. Hoe de perfecte man voor haar eruitziet weet zij niet, maar voor haar is de vraag hoe zij hem zal ontmoeten veel belangrijker – bijvoorbeeld op de «traditionele manier, waarbij een familie haar familie kent, en zij de zoon van de andere familie kan leren kennen».

Labels: , , , , , ,

Read more...

Hongersnood In Zuid-Afrika (Vincent De Roeck)

Zuidelijk Afrika is al decennialang het buitenbeentje als het op de levensstandaard van zijn burgers aankomt. Op het door een burgeroorlog ontwrichte Mozambique na, kenden alle landen in die regio een ongeziene graad van ontwikkeling, een welvaartsniveau waarvan de andere Afrikaanse landen enkel maar konden dromen. Dat het in hoofdzaak gaat om oude Britse kolonies is ook niet verwonderlijk. De Britten hadden nu éénmaal minder de neiging dan Fransen, Portugezen of Belgen om hun kolonies met staalharde hand te regeren. Voor de Britten moest hun Rijk, waar slavernij nota bene verboden was, immers het toonbeeld worden van beschaving en ontwikkeling, the white man’s burden in de praktijk gebracht dus. Daarin zijn ze eigenlijk ook grotendeels geslaagd.

Toen de Britten in de jaren 1970 afstand deden van hun kolonies in zuidelijk Afrika, kon niemand écht klagen over de jaren van Britse koloniale overheersing. Natuurlijk waren er in Rhodesië (Zimbabwe), Nyassaland (Malawi) en Beetschoeanaland (Botswana) ook blanken geweest die het minder nauw namen met de rechten en vrijheden van de inlanders, maar zij vormden de minderheid. Het openlijk beleden racisme van Cecil Rhodes en Roy Welenski valt natuurlijk niet goed te praten, maar stond toch nog steeds in schril contrast met de apartheidspolitiek van Zuid-Afrika en Namibië, of met de slavernijcultuur in Angola en Mozambique.

Vandaag de dag ziet de toekomst in zuidelijk Afrika er al véél minder rooskleurig uit, en daarin hebben de lokale leiders een verpletterende verantwoordelijkheid. In de jaren 1990 viel ook zuidelijk Afrika ten prooi aan dezelfde anti-westerse sentimenten die al meer dan veertig jaar de politiek in West- en Centraal-Afrika domineerden. Ook het communisme stak de kop op in zuidelijk Afrika. Alle landen vielen één voor één in handen van de Komintern, al dan niet verhuld onder de sluier van “pan-Afrikanisme” of “Afrikanisering”. Na het beëindigen van de burgeroorlog werden in Mozambique alle blanken collectief het land uitgezet. In Zuid-Afrika en Namibië werd het apartheidsbestel opgeheven en vervangen door een politiek van zwarte bevoordeling. In Zimbabwe werden de blanke boeren onteigend en hun bezittingen verbeurd verklaard. Hetzelfde verhaal vinden we terug in Botswana, maar dan wel op véél kleinere schaal. In 2007 begon het communistische ANC in Zuid-Afrika eveneens met de onteigening van de blanke boeren. De gevolgen zijn nu al nauwelijks te overzien.

De laatste publicatie van de World Hunger Map door de United Nations Food and Agriculture Organization (UNFAO) legt de vinger pijnlijk op de wonde. Kende zuidelijk Afrika in de jaren 1970 en 1980 nog een ongeziene zelfvoorziening van voedsel, vandaag is juist het tegendeel waar. De landbouwhervormingen van de jaren 1990 hebben immers een zéér zware tol geëist. Op het volledige subcontinent is enkel Zuid-Afrika nog in staat om eigenhandig in te staan voor zijn volledige voedselproductie, ofschoon het laatste decennium ook daar de geproduceerde voedseloverschotten drastisch afgenomen zijn. De UNFAO spreekt in Zimbabwe - nochtans ooit één van de grootste exporterende landbouwproducenten van Afrika - zelfs over een “chronische hongersnood”, net als trouwens in Mozambique, Malawi en sommige woestijngebieden van Namibië en Botswana. Volgens de UNFAO is het in die landen op voedselvlak vandaag al vijf na twaalf.

De UNFAO wijst met de vinger naar de corrupte linkse bende die in de getroffen landen de lakens uitdeelt, de Zimbabwaanse “president” Robert Mugabe op kop. Zijn anti-blanke politiek kost dagelijks in Zimbabwe aan honderden mensen het leven. Dagelijks steken maar liefst 8,000 uitgehongerde Zimbabwaanse vluchtelingen de grens met Zuid-Afrika over. Dit veroorzaakt niet enkel een enorme destabilisering van de Zuid-Afrikaanse grensgebieden, maar brengt ook de Zuid-Afrikaanse voedselvoorziening in het gedrang. En indien ook Zuid-Afrika ten prooi zou vallen aan hongersnood valt het doek ineens definitief over gans het subcontinent. Nochtans is deze onheilsprofetie voor de corrupte ANC-leiding geen reden om werk te maken van een degelijke landbouwpolitiek. Het bevoordelen van onopgeleide - en dus per definitie incompetente - zwarten op hard zwoegende blanke boeren met landbouwervaring blijft ongestoord verdergaan, net als de illegale onteigeningen en nationaliseringen. De onheilstijdingen lijken op de beslissingen van Thabo Mbeki en zijn stam geen enkele impact te hebben.

President Thabo Mbeki blijft volharden in zijn populistisch racistisch discours waarbij hij de 40,000 blanke boeren (in 1990 waren dat er nog 85,000) wil verwijderen van hun productieve landbouwbedrijven ten voordele van de arme zwarten die nu opeengepakt in krotten in de townships rond de grote steden leven. Dat deze achtergestelde stedelingen geen enkele kennis hebben van landbouw maakt voor Mbeki niets uit. Waarom zou hij ook? Verkiezingen moeten koste wat het kost gewonnen worden en daarom speelt het ANC handig in op de raciale tegenstellingen van de Regenboognatie. De blanken vormen immers de minderheid en zijn electoraal verwaarloosbaar. Ook aan een teveel aan historische feitenkennis lijkt Mbeki niet te lijden. Het falen van een soortgelijke Kolchozen- en Sovchozenpolitiek in de oude Sovjet-Unie deed bij hem dan ook geen enkel lichtje branden. De ondergang van de “trots van Afrika” lijkt vandaag dan ook onafwendbaar. Bloemen noch kransen.

Het Afrikaans Nationaal Congres (ANC) rechtvaardigt deze onteigeningspolitiek met vervalste statistieken. De blanke boeren zouden immers nog steeds 70% van het Zuid-Afrikaanse grondgebied in handen hebben. Het studiebureau Rense spreekt dat echter in alle toonaarden tegen. De blanken hebben slechts 4% van het totale grondgebied in handen, en slechts 6% van al het agriculturally viable land. Deze cijfers worden door internationale bronnen min of meer bevestigd. De Zuid-Afrikaanse staat zou zelf meer dan de helft van het fertile land in eigendom hebben, zoals de oude thuislanden en de in onbruik geraakte gigantische “militaire oefengebieden”. Het Mbeki-regime weigert echter deze gronden beschikbaar te stellen voor landbouw en blijft als een kip zonder kop het voorbeeld volgen van zijn “goede vriend en voorbeeld” Robert Mugabe. Elke in wol geverfde producent van voedseloverschotten moet van zijn grond verwijderd worden, ongeacht de gevolgen daarvan.

Sinds het begin van de massale onteigeningen in januari 2007 zijn de voedselprijzen in Zuid-Afrika maar liefst verdrievoudigd, terwijl de export volledig stilgevallen is. Volgens de oppositiepartijen is deze prijsstijging het gevolg van de toenemende tekorten aan beschikbare landbouwproducten, wat op zijn beurt veroorzaakt werd door het wanbeleid van het ANC. In 2007 heeft Zuid-Afrika ook voor de allereerste keer in zijn 350 jaar oude landbouwgeschiedenis massale hoeveelheden basisvoedsel uit het buitenland moeten invoeren. Net zoals de rest van zuidelijk Afrika vrezen de Zuid-Afrikanen een nakende hongersnood zoals het al elders op het subcontinent het geval is. Het Zuid-Afrikaanse overheidsbudget kan immers de gigantische voedselimport niet blijven dragen. Deze situatie is een schande voor het vruchtbaarste en welvarendste land van Afrika.

Daar een ongeluk nooit alleen komt, heeft Zuid-Afrika vandaag ook nog te lijden onder de reeds eerder aangehaalde vluchtelingenstroom uit Zimbabwe. De zeldzaam geworden voedselvoorraden in Zuid-Afrika geraken immers nog meer en nog sneller uitgeput door de toestroom van uitgehongerde vluchtelingen. Volgens het Internationale Rode Kruis kan de massale instroom van hongerlijders uit de Zimbabwan man-made famine in Zuid-Afrika de doodsteek betekenen voor het reeds falende voedselbeleid. Volgens het Zuid-Afrikaanse Rode Kruis kan de Zuid-Afrikaanse landbouwproductie de instroom van 8,000 vluchtelingen per dag niet aan. Vorige maand werd uit noodzaak dan ook de grootste grenspost bij de Beitbrug gesloten. Sindsdien trachten de Zimbabwanen met hun families Zuid-Afrika te bereiken via de van krokodillen wemelende Limpoporivier. De internationale gemeenschap kijkt toe, maar doet niets.


Meer teksten van Vincent De Roeck op Libertarian.be
Read more...

23 juli 2007

Non Plus Ultra (Vincent De Roeck)

Wallonië jaagt Vlaanderen al lang op kosten. Dat is geen nieuws. Beterschap is niet in zicht, ook niet in deze hoogconjunctuur, en ook niet na de laatste verkiezingen. Nochtans zouden de Vlaamse eisen gesterkt (moeten) zijn. De slogan van de Vlaamse Volksbeweging ten tijde van de laatste BHV-crisis kan ik ook vandaag weer zonder veel schroom reciteren. De inhoud is vandaag nog even relevant als hij toendertijd was. Genoeg gezeverd! Splitsing van alles! Duidelijker kan ik mijn visie op Vlaanderen niet verwoorden, zeker niet na de laatste “nationale feestdag” van ons Belgisch apenland. Geforceerder kon de dag niet zijn. Alles werd immers gêneloos van stal gehaald om het bestaansrecht van Belgenland te rechtvaardigen. Maar het bleek een maat voor niets. Jammer van de miljoenen belastinggeld.

Niemand vond het echt schokkend te moeten horen dat formateur Yves Leterme, nochtans de zoon van een Waalse vader, de Brabançonne zonder veel erg verwarde met de Marseillaise, of dat onze toekomstige premier dacht dat 21 juli de dag was waarop Leopold I troonafstand deed, of nog dat uittredend premier Guy Verhofstadt op dezelfde vraag het antwoord schuldig moest blijven tot na een kort telefoontje met één van zijn adviseurs. Dat maar één op de vijf Belgen nog maar enige notie heeft van de vaderlandse geschiedenis was een fait divers in het nieuws. In plaats van het Volkslied het défilé te laten domineren zoals het een trots en modern land past, werd gekozen voor de EU-Hymne Ode an die Freude. De Europese vlag domineerde het défilé, terwijl onze vaderlandse driekleur een tweederangsrol toebedeeld kreeg. Omdat onze koning niet al te lang eer wou bewijzen aan de soldaten tijdens het défilé, moesten alle regimentsvlaggen in één paradeonderdeel ondergebracht worden en nam Albert II geen plaats in de traditionele open legerjeep, maar in een comfortabele gefumeerde limousine. Prins Laurent wordt volgens het protocol geacht te verschijnen in mariniersuniform maar gaf de voorkeur aan een tweedelig pak. Als minachting voor de gebruiken en tradities van België kan zoiets wel tellen, me dunkt.

Geld noch moeite was gespaard om van de dag een heuglijke gebeurtenis te maken. Een gigantisch “volksfeest” in Brussel moest België onder de eigen onderdanen promoten. Van heinde en verre trok men naar de hoofdstad voor het aangeboden brood en spelen. Terwijl de politiek correcte paleiswacht elke pensenkermis van het Vlaams Belang afdoet als “platvloers populisme”, vonden ze het kennelijk niet erg om vandaag populisme in superlatieven te hanteren tot meerdere eer en glorie van België, de lap grond tussen Duitsland en Frankrijk, de vergeten vergissing van de geschiedenis. De rondvraag op nationale televisie onder de aanwezigen liet er geen twijfel over bestaan. België bestaat als land al lang niet meer. De ondervraagden schaarden zich als grootste gemene deler achter “gastvrijheid” en “goed eten” als de twee hoofdkenmerken van België. Hopelijk begint het ook in de fluwelen salons te Brussel eens te dagen dat het agonisch lijdend België een waardig levenseinde verdient.

België is een land waar de cijfers steevast blijk geven van een onoverbrugbare kloof tussen het rijke “liberale” noorden en het arme “socialistische” zuiden. Nochtans houden de Belgische leiders met deze verschillen geen rekening. Iedereen vindt het kennelijk normaal dat de Vlamingen het potvertier en de hangmatcultuur van de Walen blijven financieren, zonder dat deze ook maar een greintje respect krijgen, zonder dat er ook maar het minste teken van verbetering te bekennen valt. Integendeel, de kloof tussen Vlaanderen en Wallonië wordt steeds groter, zelfs in de huidige constellatie van ongeziene hoogconjunctuur.

Tussen de lente van 2006 en die van 2007 daalde de Vlaamse werkloosheid volgens de RVA met 10,5%, terwijl de Waalse het met amper 4% moest stellen. Volgens De Standaard werkt 36,8% van de loontrekkenden in Wallonië voor de overheid, in Vlaanderen slechts 24,4%. De provincie Henegouwen telt vier keer meer ambtenaren dan Oost-Vlaanderen. Volgens VBO-topvrouw Caroline Ven verwent de Waalse overheid zelfs zijn personeel op kosten van de Vlaamse belastingbetaler. Een Waals ambtenaar verdient meer dan zijn Vlaams collega en heeft jaarlijks 14 dagen meer verlof. Daarenboven ligt het ziekteverzuim bij de overheid in Wallonië volgens De Standaard maar liefst de helft hoger dan dat in Vlaanderen. Volgens Doorbraak-redacteur Jan Van De Casteele is dit “een verbijsterend gevolg van het Waalse politieke en socio-economisch systeem” en gelijk heeft hij. Dat het Waalse budget keer op keer zware tekorten vertoont, terwijl de Vlamingen jaarlijks de overgehevelde staatsschuld met de vinger in de neus kunnen aflossen, zonder zelfs ook maar ergens in de andere overheidsprojecten te moeten bezuinigen, is een teken aan de wand voor de wantoestanden in het Zuiden, én voor de enorme regionale discrepantie tussen Vlaanderen en Wallonië.

Ook het historisch argument raakt kant noch wal. Nooit zijn er transfers van zuid naar noord geweest in ons land. Dit is nochtans geen gratuite uitspraak van een flamingant parlementslid, maar de eindconclusie van een recent grootscheeps universitair onderzoek aan de VUB onder leiding van professor Juul Hannes, nochtans een liberaal en zeker geen Vlaamsgezind academicus. De bevindingen van het onderzoek werden gebundeld in het boek De Mythe van de Omgekeerde Transfers dat vorige maand bij Roularta Books verscheen. Volgens Trends-redacteur Frans Crols bedragen de Vlaamse transfers 12 miljard euro op jaarbasis. In zijn recente opiniebijdrage Verlatingsangst en economie vat Crols treffend de bevindingen van Juul Hannes samen. Juul Hannes zocht veertig jaar naar voorbeelden van solidariteit van het zuiden naar het noorden, maar vond ze nooit. Dat is ook de teneur van het gepubliceerde VUB-onderzoek.

Toen de Brabanders, gesteund door enkele Waalse milities, in september 1830 revolteerden tegen de Nederlanders, werd België geboren. De noordelijke vrijsteden Gent, Dendermonde en Antwerpen zeiden toen tegen Brussel nee, bedankt! maar het mocht niet baten. Holland maakte de kapitale fout om ook deze drie steden te bombarderen zodat de inwoners eieren voor hun geld kozen en de rangen van de zuidelijke “revolutionairen” vervoegden. De veldtocht van de “Belgen” tegen de Nederlandse legers werd een triomf voor de zuidelijken. Nederland blies de aftocht. België was geboren, althans dat dacht men. Het unitarisme werd onder druk van 150 jaar Vlaamse bewustwording omgevormd tot een verregaand federalisme, maar de échte hamvraag bleef onbeantwoord. Heeft Vlaanderen recht op een eigen staat? De Walen zeggen van niet, de rest vindt van wel.

Het Warande-manifest toonde op meesterlijke wijze aan dat Vlaanderen wel degelijk internationaal zou kunnen overleven. Vlaanderen is groot genoeg, is rijk genoeg en is sterk genoeg om zijn mannetje te kunnen staan. Ook Brussel en Wallonië zouden zeker overleven, tenminste als ze dat zouden willen. Vlamingen hebben immers niet de ziekelijke Napoleontische drang, in tegenstelling tot Walen en Brusselaars, om beslissingen te nemen voor rekening van anderen. De toekomst van Brussel en Wallonië zal in de handen liggen van hun respectievelijke burgers, en niet in die van het Vlaamse volk. Zelfbeschikking ligt aan de basis van de Franse revolutie en van het modern volkenrecht. Enkel de Vlamingen lijken hun gerechtvaardigde eis voor verdere ontvoogding niet ingewilligd te zien, hoe hard ze er ook voor vechten, hoe hard ze er ook naar smachten.

In de oudheid vormden de Zuilen van Hercules, het huidige Gibraltar, het eindpunt van de gekende wereld. De inscriptie Non Plus Ultra (“Gij zult niet verder gaan”) diende als finale waarschuwing voor de stoutmoedige zeelui die de zee-engte toch zouden bevaren. Vandaag gebruik ik met alle plezier dezelfde drie Latijnse woorden om voor eens en altijd komaf te maken met de Waalse verspilzucht en de Vlaamse welwillendheid als het op de verkapte subsidiëring van andermans potvertier aankomt. We hebben immers in België de eindgrens bereikt. Toch volharden en nog verdergaan zal tot onze eigen ondergang leiden. Non plus ultra.

Het aangehaalde cijfermateriaal werd verzameld uit Doorbraak, Trends, De Standaard Online, De Tijd en RVA.be.

Meer teksten van Vincent De Roeck op Libertarian.be
Read more...

Een Arabische Endlösung (Vincent De Roeck)

Khudayr Taher is een Iraakse schrijver die al jaren in de VS woont en de sjiietische islam op moderne “verlichte” wijze belijdt. Hij is één van de vaste schrijvers en commentatoren op de liberale Amerikaans-Arabische website Elaph die de strijd tegen het islamfundamentalisme als zijn hoofddoel gesteld heeft. Enkele dagen geleden formuleerde Taher op die website een wel zéér onliberaal voorstel. In één van zijn vlijmscherpe tribunes vroeg hij zich luidop af waarom de overheden in Europa en Noord-Amerika niet gewoon alle moslims binnen hun grenzen collectief deporteerden naar hun voormalige thuislanden. Volgens Taher was deze drastische aanpak de enige mogelijke oplossing om de permanente terreurdreiging in de Westerse samenlevingen definitief het hoofd te bieden.

Dit voorstel van Khudayr Taher ontketende een wereldwijde golf van verontwaardiging en protest, vooral dan in de Angelsaksische wereld waar zulke statements haaks staan op het tolerante ideaal van hun cultuur relativerende open society. In België werd dit ultra-radicaal citaat doodgezwegen. Enkel de pro-Amerikaanse metablog The Brussels Journal maakte gewag van Tahers suggestie voor een Endlösung. Uit angst voor de fratsen van het totalitair geïnspireerde Centrum Leman durfde niemand dit citaat weer te geven of te becommentariëren. Dit was voor mij dan ook reden genoeg om er een artikel op mijn weblog aan te wijden.

Countries have the right to defend themselves and assure their citizens' safety from terrorism. Likewise, it is clear that the source of the terrorist crimes in Europe and America is the Muslims who live in these countries. (…) The security services cannot know people's intentions and sort out who is the noble immigrant and who is a terrorist criminal. But wherever there are Muslims, their presence has produced crimes of terrorism and murder. Among those Muslims in Europe and America who do not practice terrorism, most of them do not have loyalty and sincere attachment to these countries that have offered them all of the means of life in dignity - good housing, useful education, decent jobs, and even full citizenship.

"Landen hebben het recht om zichzelf te verdedigen tegen terrorisme en om de veiligheid van hun burgers te garanderen. Het is vandaag de dag toch ook zéér duidelijk dat de terreurdaden in Europa en Noord-Amerika steeds uitgaan van de moslims die in de getroffen landen wonen. (…) De westerse veiligheidsdiensten kunnen nooit de menselijke intenties en/of gedachten monitoren. Ze kunnen dus ook geen onderscheid maken tussen de degelijke immigranten en zij die in wezen terroristen zijn. Overal in het Westen waar moslims leven, hebben zij misdaden gepleegd en terreur gebracht. Ook de “degelijke immigranten” in Europa en Noord-Amerika zijn niet vrij van zonden. Zij voelen immers evenmin affiniteit, loyaliteit of trouw tegenover de landen waar ze wonen, ook al hebben deze landen hen kosteloos verwend met alle middelen voor een waardig leven, zoals een betere huisvesting, een nuttige opleiding, een degelijke job en zelfs een volwaardig burgerschap."

The legitimate question is this: Since the security services cannot sort out the good immigrant from the bad terrorist… why don't these countries deport all Muslims, of all races, from Europe and America, and [thus] find rest from the danger of terrorism, and protect their peoples? (…) I, as an Arab Muslim immigrant, sincerely call on the countries of Europe and America to deport all Muslims from their territories - including myself, despite my love and my sincere attachment to the United States, my second fatherland.

"Aangezien de veiligheidsdiensten geen onderscheid kunnen maken tussen de goede vreemdelingen en de geïmmigreerde terroristen, is mijn legitieme vraag dan ook de volgende. Waarom deporteren deze landen niet gewoon alle moslims uit Europa en Noord-Amerika, ongeacht hun afkomst en/of gedrag, zodat ze terug rust kunnen vinden van de terreurdreiging en ze hun burgers daadwerkelijk kunnen beschermen? (…) Ofschoon ikzelf een Arabische moslim ben, doe ik bij deze een oproep aan alle landen van Europa en Noord-Amerika om alle moslims op hun grondgebied te deporteren, mezelf incluis, niettegenstaande mijn diepgewortelde liefde voor en mijn innige trouw aan de Verenigde Staten, mijn tweede vaderland."

Ik mag mij dan wel volledig distantiëren van de inhoud van Tahers voorstel, ik walg nog meer van het politiek correcte denken dat burgers in dit land gewoonweg verbiedt een eigen afwijkende mening te hebben indien deze zou indruisen tegen de gangbare “progressieve multicultuur”. Racisme is in België een zwaarder vergrijp geworden dan een steekpartij in de Brusselse metro. Het mag dan ook niemand verwonderen dat “politiek incorrect” in België tegenwoordig een échte geuzennaam geworden is.


Meer teksten van Vincent De Roeck op Libertarian.be
Read more...

Formateursnota..begin maar met downloaden

Dankzij De Standaard. Reynders wipt even binnen, wil hij misschien Leterme's taak volbrengen?
Read more...

Allons enfants...

Even voor de laatste federale verkiezing antwoordde Guy Verhofstadt op de vraag van een VTM-kijker of hij enig benul had hoe duur het leven was en of hij wist hoeveel een brood kostte: “Ik koop er altijd eentje met rozijnen van 60 frank.”

Vijf jaar na de invoering van de euro, woont dus in Gent nog een bakker die zijn klanten in oude Belgische franken laat betalen. Hoever kan een stad achterna hinken op het reële leven van vandaag? Of gaat het maar over één man die niet (meer) bij de tijd is?

Hij had het nochtans kunnen weten. De vraag naar de broodprijs is een ‘gouwe ouwe’ om te testen of politici nog wel voeling hebben met het volk. Ze komt geregeld terug en een beetje politicus, die zelf nooit bij de bakker staat aan te schuiven voor croissantjes, laat zich op vaste tijdstippen door zijn kabinetschef de huidige broodprijs influisteren. Alleen Luc Van den Brande had dat niet nodig. Die stond op zondagochtend regelmatig zelf bij Bakkerij Verbinnen voor warme broodjes. Maar ach, misschien kende Van den Brande dan weer de prijs van een liter stookolie niet? Een mens kan ten slotte niet alles weten…

Gisteren was het weer prijs. Net voor het Te Deum in Brussel begon, werd de Waalse Rudy Demotte, de Vlaamse Yves Leterme en de ‘Gentse’ (waar men nog met frankskes betaalt) Guy Verhofstadt door een journalist van de RTBF gevraagd of ze wisten waarom precies 21 juli de Nationale Feestdag was.


Demotte vertelde een lang verhaal over een volksopstand tegen de Nederlanders. Verhofstadt liep zwijgend door, ging snel te rade bij zijn adviseurs, keerde op z’n stappen terug en verklaarde met de grootste zelfzekerheid dat het natuurlijk kwam omdat de eerste koning der Belgen op die datum de eed had afgelegd. Yves Leterme gokte op de afkondiging van de grondwet. Na een hint van de journalist gokte hij op het aftreden van Leopold I, daarna op het aantreden ervan en ten slotte zei de journalist zelf maar dat het vanwege de koninklijke eedaflegging was.

Ze hadden het nochtans kunnen weten. De voorbije dagen heeft het in alle kranten en ‘boekskes’ gestaan, naar aanleiding van een enquête dat slechts 1 op 5 Belgen dit wist.

Maar, so what? Er is toch geen been aan gebroken als je iets niet weet dat je elk ogenblik zonder enige moeite kunt opzoeken? De vraag naar de brood- of de benzineprijs vind ik dan nog interessanter: daar heeft een gewone mens elke dag mee te maken. Die prijs bepaalt ook de kwaliteit van ons leven. Meer nog: ons leven zelf, ons to be or not to be! Als die prijs namelijk te hoog is en onbetaalbaar wordt, dan hebben we geen eten of zijn immobiel. Zo simpel is het.

Voor mij volstaat het dat een politicus de grote lijnen van de geschiedenis kent. De details mag hij aan de journalisten overlaten…

Een politicus moet bijvoorbeeld de werkelijke reden kennen van de val van het Romeinse Rijk, de werkelijke aanleiding van de Tweede Wereldoorlog, de progroms en de holocaust.

Dat Julius Caesar met 28 of met 32 messteken gedood werd, is irrelevant. Dat de Tweede Wereldoorlog in 1939 of in 1940 begon, is ook niet zo belangrijk.

Helaas geven onze politici dagelijks blijk van een totaal gebrek aan enige historische kennis.

Toch mag van politici ook verwacht worden, dat ze – al was het maar uit enige trots – iets meer dan de grote lijnen van hun eigen land kennen.

Ik zal er niemand ooit op aankijken als die denkt dat in de Middeleeuwen Brugge de belangrijkste stad van Vlaanderen was. Brugge was toen niets anders dan een houten brugje over een waterloop en een kleine nederzetting. De belangrijkste stad was toen Oudenburg, vandaag een onooglijk dorp in de buurt van Oostende.

Ik zal er niemand ooit op aankijken als die denkt dat de Slag der Gulden Sporen in 1302 het belangrijkste wapenfeit uit de Vlaamse geschiedenis was. Die slag was nauwelijks een voetnoot in de geschiedenis, een vechtpartijtje op een weide van een voorschoot groot. Pas meer dan 500 jaar later werd de schermutseling uit de vergetelheid gehaald omdat volksschrijver Hendrik Conscience het feit verwerkte in zijn heldenepos De Leeuw Van Vlaanderen en nog eens een kleine eeuw later speelde De Witte van Ernst Claes het na zodat een hele, nieuwe generatie het nooit meer zou vergeten omdat ze de strijd zelf gevoerd had.

Maar als ik de man, die al alle bruggen achter zich heeft opgeblazen omdat hij quasi zeker is dat hij de volgende Eerste Minister van dit land wordt, de Marseillaise hoor zingen wanneer hem naar het Belgische volkslied gevraagd wordt, dan breekt mijn klomp.

En ja, ik geef toe, als het ’t Wilhelmus was geweest, zou ik ’t even pijnlijk gevonden hebben.

Wat is er ten slotte mis om toe te geven dat je belangrijkere dingen rond je hoofd hebt dan die folklore? Jean-Luc Dehaene liet zich wel verleiden om op een mechanische stier te zitten wiebelen en om een zeehond te zoenen, maar hij zou nooit in zo’n journalistenval getrapt zijn. Integendeel, als hij het antwoord op de vraag niet kende, zou hij de journalist zodanig geantwoord hebben dat die zelf het schaamrood op de wangen kreeg.

Toch is ook dit feit niet zo erg voor Leterme. Erger is dat hij namelijk geen twee, maar 4 fouten maakte op dezelfde dag. Voor de eerste twee (hij kende niet de reden waarom de nationale Feestdag op 21 juli gevierd wordt en hij zong het volkslied van een vreemde natie) kan hij uitgelachen worden en het zal hem ongetwijfeld nog zijn carrière lang achtervolgen als een goedbedoeld grapje. De twee fouten die daarop volgden, zullen hem wel zwaar aangerekend worden.

De eerste fout was dat hij tijdens de Te Deum-plechtigheid in Brussel zichtbaar aan het telefoneren was. Dat doé je niet! Ofwel schakel je je mobieltje uit omdat je respect hebt voor de plechtigheid, of je hebt het zo druk dat je dit soort poppenkast als tijdverlies beschouwt, en dan blijf je er weg.

De vierde fout was zijn reactie aan VTM, toen ze hem vroegen hoe hij reageerde op de heisa die de Waalse pers maakte over zijn Franse zangkunsten. Hij antwoordde dat hij meer belangrijke dingen te doen had dan zich met die flauwekul bezig te houden. En als iemand hem ooit zou durven dwarszitten dat die het dan vroeg of laat wel zou voelen…

Holala,… hoor ik daar nu een bedreiging? Voelt Leterme zich al in het nauw gedreven, nog voor hij in de ring staat? Mogen we ons afvragen of hij wel bekwaam genoeg is om ooit dit land te leiden, als hij in deze - toch alleen maar komische - situatie nog niet eens voldoende stressbestendigheid heeft?

Misschien zou hij wel eens heel vroeg kunnen voelen dat je niet moet proberen de meerderheid van dit land te verkwanselen, want buiten enkele honderdduizenden stemmen staat Leterme nergens. Het is niet omdat je aan de meet staat, dat je de wedstrijd gewonnen hebt – las ik ergens, met credits aan de auteur die dit mooie beeld bedacht.

Als Yves Leterme niet wil afdruipen zoals een geslagen hond, kan hij alleen nog maar de vlucht vooruit nemen. Die vlucht neemt hij niet door een coalitie te sluiten met liberalen of socialisten. De kiezer heeft hem dat met de voorhamer ingeprent. Dan blijven er nog drie partijen over: het kabouterspeelclubje van Groen!, Lijst Dedecker waarmee Leterme moeilijk zoete broodjes (voor 60 frank per stuk?) kan bakken nadat hij eerst kartelgenoot De Wever tot woordbreuk verplichtte, en ten slotte het Vlaams Belang waarmee de CD&V-achterban zoals vakbonden etc. niet wil samenwerken, maar waartegen ook Leterme als persoon een haast fysieke aversie heeft.

Bovendien hebben hij en zijn kartelpartner tegenover hun kiezers zo duidelijke beloften gedaan, dat ze die niet meer kunnen uitstellen zonder ‘vroeg of laat’ afgemaakt te worden. Zelfs gezichtsverlies zal nog het minst erge zijn dat hen dan kan overkomen.

Aan de zuidelijke zijde van de taalgrens is het nog erger: daar wil men Leterme gewoon niet. Niet omwille van zijn saai imago, niet omdat hij de Marseillaise zingt in plaats van de Brabançonne, niet omdat hij de Walen intellectueel onbekwaam vindt om Nederlands te leren, maar… omdat men zijn tjevensmoel niet vertrouwt. En wantrouwen is het grootste obstakel dat een politicus in eigen rangen tegen zich kan hebben.

Kortom, Leterme is het slimste jongetje van de klas, maar zijn diploma is geen sikkepit waard.

Het enige dat hij nog kan doen, is zelf een Forza Flandria oprichten. Wil Leterme niet als volksverrader de geschiedenis ingaan (het volk onthoudt beter geschiedkundige feiten dan politici) dan kan hij nog maar 1 kant op: tegen de Walen zeggen dat de Vlamingen in de meerderheid zijn, zowel in aantal als in kapitaalkracht en dat het profitariaat nu maar eens de duimen moet leggen en deemoedig volgen, zonder discussie, zonder onderhandeling, gewoon: buigen of barsten, plier ou crêver et pour Di Rupo la même chose. Dan moet hij zoveel mogelijk politici, uit àlle partijen, oproepen om boven hun partijgrenzen heen niet meer voor hun politieke vriendjes, hun vakbonden, hun postjes, hun dienstbetoon, etc… te kiezen, maar enkel en alleen voor het algemeen belang van elke burger die in dit land bereid is constructief te denken en te werken.

Of dit ooit realiseerbaar zal zijn met slappe vijgen van Vlamingen? Natuurlijk niet. Ze drinken een glas, pissen een plas en alles blijft zoals het was.

Allons enfants de la patrie, le jour de boire est arrivé….

Labels:

Read more...

Vandermeersch zijn eigen Belgische "gaffe" (victa placet mihi causa)

.
De hoofdredacteur van Le Standaard is blij vandaag met het schouderklopje dat de Vorst gaf aan de redacties “die zoveel energie gestopt hebben in dat uitzonderlijke en opwindende project”. Wat ik over deze dankbaarheid denk weet u al.
Verder relativeert hij (in zijn eikenhouten stijl) de “gaffe” van Leterme:
[…] een enige, prachtige, vettige Belgische klucht […] op de trappen van de kathedraal waar prinsen huwen en koningen worden begraven.

Dat van die prinsen is juist Peter, en ik voel de neiging om je hier een schouderklopje te geven, maar koningen worden begraven, of bijgezet in de crypte van Laken.

Dat zal ook met de Laatste het geval zijn vermoed ik, als daar tenminste nog plaats is. En anders moeten de ouderen maar wat aanschuiven, ook al vindt mijn geliefde Georges Brassens dat niet helemaal gepast:

Mon caveau de famille, hélas ! n'est pas tout neuf,
Vulgairement parlant, il est plein comme un œuf,
Et d'ici que quelqu'un n'en sorte,
Il risque de se faire tard et je ne peux,
Dire à ces braves gens : poussez-vous donc un peu,
Place aux jeunes en quelque sorte.



Voor Belgische journalisten blijven FEITEN gevaarlijke vijanden.
.

.

Labels: ,

Read more...

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>