29 juni 2012

Zou hij nu alweer gelogen hebben? (vpmc)

.
Als iemand verklaart dat het eergisteren geregend heeft, terwijl iedereen weet dat de man van meteorologie helemaal niets kent en wel vaker uit zijn nek kletst, dan nog kan het eergisteren geregend hebben.
In de politiek is dat niet anders. Als een politicus zegt dat een collega van hem ooit, ergens iets heeft verklaard, dan mag hijzelf nog als fabulator bekend staan, of zelfs als notoire feitenontkenner, een soort negationist: hij kan niettemin gelijk hebben.

Van Karel De Gucht bijvoorbeeld is bekend dat hij premier Balkenende in een interview ooit een Harry Potter noemde, en ook is bekend dat Karel dat achteraf probeerde te ontkennen. In eerste instantie wilde hij zelfs ontkennen dat er een interview was geweest. De interviewende journalist was een leugenaar in dat geval, maar helaas had de man zijn geluidsbestandje met daarop die uitspraak van Karel nog niet in de vuilnisbak gegooid.
Goed, dat is allang vergeven en vergeten, en zo manifest heeft Karel daarna nooit meer gelogen – behalve dan misschien in fiscale kwesties of in kwesties van voorkennis, maar dat moet nog blijken.
.
Ander onderwerp: dat er in het politieke debat meer kwaliteit moet komen, daar is iedereen het over eens, ook Karel, en hij benadrukte dat sterk in "De Ochtend", het Radio1-programma waar Lisbeth Imbo eertijds nog gastvrouw van is geweest. Onder haar leiding had Karel daar een tweegesprek met Bart De Wever. Bart mocht wel eens wat meer kwaliteit in het debat brengen vond Karel, en hij gaf meteen zelf het goede voorbeeld:



KDG: En dat is het politieke debat zoals het moet gevoerd worden. Wat is het verhaal van de N-VA? Als we alleen waren, met de Vlamingen allemaal bij mekaar, dan moeten we niet meer betalen voor de Walen, en dan gaan we minder belastingen betalen, gaan we ons veel beter thuis voelen [BDW: dat was dat niveau?] want Vlaanderen [dat is het niveau waar dat u over spreekt?] want Vlaanderen, dat is eigenlijk de ideale omgeving waarin je een ethische gemeenschap kan opbouwen, waarbij je met andere woorden hetzelfde kan denken. Ja, ik heb niet de indruk dat iedereen in Vlaanderen hetzelfde denkt, en maar gelukkig ook. Dat is het verhaal van de N-VA. En wat ik dus doe, in dat artikel en in –euh… ik ben bezig aan een boek, dus er komt nog wel meer– is dat verhaal ontkràchten en zeggen: dat is helemaal niet waar wat die mensen zeggen!
BDW: Als ik een woordvoerder nodig heb, dan zal ik u niet bellen. Als ik een verhaal heb, dan vertel ik dat liever zelf. En dàt vind ik het gebrek aan niveau. Spreek over uw eigen verworvenheden, [KDG: ik heb dat gedaan] over uw eigen verhaal, zeg wat de VLD te bieden heeft, verdedig uw eigen beleid. Wat ik vaststel is dat men alleen nog maar inderdaad over ons kan spreken, en een karikatuur maakt van ons verhaal. Dat verhaal dat u vertelt, dat herken ik zelfs niet hé, over die ethische gemeenschap waar iedereen hetzelfde denkt. Waar hààl je dat? [Dat hebt ge gezegd] Ik investeer nu zoveel [letterlijk gezegd] Dat heb ik helemaal niet gezegd.
.
Ja, hoe zit dat nu? Heeft De Wever dat gezegd, letterlijk nog wel, of niet? Een van de twee liegt, dat staat vast volgens Aristoteles of anders volgens Archimedes.
Maar wie van de twee, Bart of Karel liegt hier? Op statistische gronden denk ik in dit geval Karel, vanwege zijn eerbiedwaardige track record, maar het kan misschien toch Bart zijn, want die heeft ook wel eens rare dingen gezegd. Zo zwoer hij ooit nog bij hoog en bij laag dat hij het cordon sanitaire verwerpelijk vond, maar Bart heeft nadien dat cordon toch voorbeeldig nageleefd.
.
Wij blijven in het ongewisse.
.

Labels: , , , , , ,

Read more...

27 juni 2012

Vox e sepulcro (vpmc)

.
Rik Van Cauwelaert schrijft deze week in Knack:
Nog voor hij zijn plan ontvouwde liet Herman Van Rompuy zich in de Duitse krant Die Welt ontvallen: ‘Ik word elke dag bozer wanneer ik zie dat wij ons destijds in zulke avonturen hebben gestort zonder gemeenschappelijk beleid.’ Wie dat 12 jaar geleden durfde te zeggen werd als een verkrampte nationalist, in het beste geval als een euroscepticus weggezet, ook door de kopstukken van Van Rompuys eigen CD&V.
.
Dat is bijzonder vriendelijk uitgedrukt, want Van Cauwelaert had ook kunnen schrijven: “...niet enkel door de andere kopstukken van Van Rompuys eigen CD&V, maar ook door de man zelf, en nog jaren later.”
.
Ik lees namelijk op pagina 107 in Red de Vrije Markt, het nieuwe boek van Johan Van Overtveldt, een uitspraak van de Amerikaanse econoom Milton Friedman (1912-2006), uitspraak van een jaar voor zijn dood. Friedman zei toen over de euro: “Het is slechts een kwestie van tijd voordat de monetaire unie zal geconfronteerd worden met een crisis die snel existentiële vormen zal aannemen. Als het zover is, zal het alle hens aan dek zijn om te beletten dat de hele Europese eenheidsgedachte tegen de vlakte gaat.”
.
Van Overtveldt schrijft dat hij die uitspraak nog in 2005 zelf citeerde, pas zeven jaar geleden dus, en dat hier toen overal hoongelach weerklonk: “Hoe kon ik zo dom zijn nog enige relevantie te geven aan de uitlatingen van een drieënnegentigjarige extreemrechtse ideoloog, die trouwens Europa nooit een goed hart had toegedragen, zo wierp Herman Van Rompuy, in die dagen gewoon volksvertegenwoordiger in het Belgische parlement, me meesmuilend voor de voeten.”
.
Toch flink vervelend voor onze President, zo'n stem uit het graf.
.

Labels: , , , , ,

Read more...

18 juni 2012

Links en de Gravensteengroep

Onlangs presenteerde de Gravensteengroep in het auditorium van het Vlaams parlement de gebundelde editie van een tiental manifesten, onder de titel “Land op de tweesprong”.
Zelf is ondergetekende een van de medeoprichters van de groep. Ik schreef in 2008 het ontwerp voor het eerste manifest, maar verliet het gezelschap vrij snel, omdat de republikeinse versnelling ontbrak: men nam en neemt blijkbaar nog altijd genoegen met een “ontgrendeld” Vlaanderen in een soort confederaal België.
Zoals bekend ijvert de groep voor een links-flamingantisch alternatief, en wil ze aantonen dat de Vlaamse eisen ten onrechte door (extreem-)rechts gemonopoliseerd worden. “Wij zijn verontrust door het feit dat in de recente discussies over de staatshervorming de indruk wordt gewekt dat redelijke en rechtvaardige Vlaamse eisen telkens weer met extreem-rechts gedachtegoed worden geassocieerd”,- zo klinkt het op de webstek.
De Gravensteengroep vecht dus, naar eigen zeggen, vooral tegen een perceptieprobleem. Maar hoe reageert ondertussen de linkerzijde zelf? Precies: met een groot Non. Heel het Vlaamse cultureel establishment en politiek-links zetten zich tegen de groep af, met een hardnekkigheid die het vermoeden voedt dat het niét zomaar om een perceptie gaat, maar om bittere realiteit: alleen rechts trekt zich de Vlaamse zaak aan.
Daarmee wordt alles van op de kop terug op zijn poten gezet: niet rechts “monopoliseert” het flamingantisme,- het is links dat er zich systematisch van distantieert. Dat bleek uit minstens drie commentaren naar aanleiding van de publicatie van de manifestenbundel.

In De Morgen van 13 juni j.l. loste redacteur Karl Van den Broeck het schot voor de boeg: naar zijn aanvoelen zit er te weinig “klassebewustzijn” (sic) in de manifesten, en overheerst het aloude kaakslagflamingantisme. Hij stelt zich grote vragen over de representativiteit van de groep, en eindigt zelfs met de existentiële conclusie dat het eigenlijk meer een bezigheidstherapie betreft (“Zou het kunnen dat de zelfbewuste oude mannen die de Gravensteengroep domineren zelf de hoop hebben opgegeven? Geloven ze écht in de wederopstanding van links?”). Inderdaad oogt de groep als een derdeleeftijdclub, geanimeerd door cabaretier Dirk Denoyelle en één assistente, te weten de jonge en niet onknappe Tinneke Beekman (VUB).
Van den Broeck vertrouwt het links-progressistisch parfum van Vermeersch en C° dus voor geen haar. In dezelfde stijl, maar extremer nog, fulmineert Paul Goossens tegen de “Boerka-flaminganten” van de Gravensteengroep (column in De Standaard van 16 juni). Aan de manifesten maakt hij geen woord vuil, maar de fameuze (en ondertussen door hemzelf herroepen) uitspraak van Etienne Vermeersch dat “de boerka als symbool veel erger is dan de swastika”, is voor Goossens het ultieme bewijs dat links en flamingantisme fundamenteel niét kunnen samengaan. De groep “….die probeerde de N-VA-doctrine over het terminale België en de Vlaamse onafhankelijkheid in de artistieke, intellectuele en progressieve salons te slijten” (sic) kan zoveel peroreren als ze maar wil,- links lust er geen pap van.

Een niet-geconsumeerd huwelijk

En dan is er de “Open brief aan Jan Verheyen van de Gravensteengroep” vanwege acteur en PvdA-militant Dirk Tuypens. Het is een repliek op Verheyens kritiek, geuit in het boek “Land op de tweesprong”, jegens de actie “Niet in onze naam”.
Voor Tuypens staat de homogeen-rechtse toonaard van het Vlaams-nationalisme, in dienst van het neoliberale wereldkapitalisme, buiten kijf: “Onze argumentatie ligt in het politieke programma van het Vlaams-nationalisme. Dat programma ligt helemaal in de lijn van wat Riccardo Petrella de “Universele Kapitalistische Theologie” noemt. In deze rechtse leer staat de concurrentie centraal en wordt de waarde van een mens afgemeten aan zijn of haar concurrentievermogen.”
Dirk Tuypens is voor België, voor de transfers, en voor de multicultuur. Ook hier pakt de Gravensteenmayonaise niet, en wordt de uitval van Jan Verheyen gezien als het bewijs dat de retoriek van de groep pro democratie en pro solidariteit slechts een façade is.
Tuypens heeft overigens een punt, als hij stelt dat de Gravensteengroep de N-VA achternaloopt. Ik heb dat kunnen vaststellen tijdens de verschillende speeches op de boekpresentatie, en in een gesprek achteraf met Karel Gacoms, ABVV-topman en lid van de groep. Men heeft blijkbaar niet de moed om tegen de De Wever-tsunami in te gaan, en versterkt zo het vooroordeel waartegen men te keer gaat. Verheyen heeft zich geout als N-VA-aanhanger, Rondas zetelt zelfs voor die partij in de beheerraad van de KVS. Ook van Karl Drabbe, topman en woordvoerder van Pelckmans die de gebundelde manifesten uitgaf, is de N-VA-signatuur bekend.
De VOKA-doctrine van De Wever en C° is dus de economische onderbouw van een links-progressistisch missionarissenverhaal. Deze fundamentele inconsequentie heeft zware gevolgen voor de intellectuele geloofwaardigheid van de groep. Wie wil ze bereiken? Waar situeert ze zich in het Vlaamse politieke landschap?
Het opmerkelijke is daarbij, dat er momenteel maar één Vlaamse partij de kaart trekt van de republikeinse idee gekoppeld aan een sterk sociaal (en volgens de klassieke logica dus “links”) programma, en dat is het … vermaledijde Vlaams Belang, dé uitverkoren pispaal van Vermeersch en C°.

De drie teksten van Van den Broeck, Goossens en Tuypens lijken anderzijds te wijzen op een solide afwijzingsfront van klassiek-links tegenover de Gravensteengroep. Het lijkt op een niet-geconsumeerd huwelijk. Het verborgen verdriet van de groep is ernstig, en roept meteen de vraag op naar het maatschappelijk en politiek draagvlak ervan. Vertegenwoordigen Vermeersch en C° nog meer, behalve zichzelf? Spreken ze echt in naam van een beduidende links-flamingante stroming? Of is het een leger met enkel een vlag en twintig generaals? Uiteraard zijn er de goeie 14000 handtekeningen op de webstek, maar ik heb zo’n vermoeden welke kiezers van welke Vlaamse partijen die in hoofdzaak leveren. Niet de SP.a of de PvdA alvast.
Ook het links-progressistische Spirit van Bert Anciaux dacht even van zichzelf dat het een “andere” Vlaamse grondstroom had aangeboord, tot bleek dat dit pure gebakken lucht was. Anciaux heeft nu tot aan zijn pensioen onderdak gevonden bij de fundamenteel anti-flamingante sp.a.
Een verdere conclusie zou kunnen zijn dat bijvoorbeeld de stokoude ex-KP-er Jef Turf misschien nog wel zweert bij het links-rechts-antagonisme (“links is OK, rechts des duivels”), maar dat de groep allicht wat meer politieke verbeelding aan de dag zal moeten leggen, en zal moeten inzien dat ook het Vlaams Belang een stuk van het grote verhaal vertegenwoordigt. En dat bijvoorbeeld ook het cordon sanitaire als een francofone grendelstrategie heeft gewerkt.
Tenslotte staat die fameuze Vlaamse grondstroom, waar J.P. Rondas het vooral over heeft, behoorlijk kritisch tegenover de islam, de multiculturele mythe, Europa, en de ongebreidelde migratie. Waardoor ze dus, tja, in de klassieke terminologie tamelijk naar “rechts” neigt.

Meer dan tijd dus voor de Gravensteengroep om van onder de Vermeersch-schaduw uit te kruipen en zich grondig en vrijmoedig over haar missie te bezinnen. Men kan niet in een wolk blijven leven.

Johan Sanctorum

Read more...

14 juni 2012

Vlaanderen zonder grendels


“Verkrampt”, “gehecht aan hun klokkentoren”, “rechts”, die negatief bedoelde bijvoeglijk naamwoorden vereenzelvigt men doorgaans met de Vlaamse beweging. Maar sinds kort gaat er een nieuwe stem op: links flamingantisme. Nou ja, nieuw: de Vlaamse beweging is opgestart door liberalen, die in de 19de eeuw als links golden, communisten hebben voor Vlaanderen gestreden, binnen de socialistische partij waren ooit Rode Leeuwen bedrijvig, en het links-flamingantische maandblad Meervoud met zijn jaarlijkse Sociaal-Flamingantische Trefdag timmert al jaren aan de weg. Maar goed, door de opkomst van het Vlaams Blok is de Vlaamse Zaak in de jaren ’90 exclusief met extreemrechts vereenzelvigd, en enige verrassing is dus onvermijdelijk als de linkerzijde evenzeer haar Vlaams gezicht laat zien.



De Gravensteengroep

De Gravensteengroep is in Gent in 2008 ontstaan uit verontwaardiging met de huichelachtige vakbondsactie van eind 2007: “Red de solidariteit”. Dat kwam vakbondsman Karel Gacoms getuigen op de boekvoorstelling van de gebundelde tien Gravensteenmanifesten: Land op de tweesprong. Manifesten ter ontgrendeling van Vlaanderen. Dat was de oorzaak, maar de aanleiding was de reportage door Chris Michel over hoe Vlaamsgezindheid loopbaankansen fnuikt. Belgicisme daarentegen is een uitstekende carrièrezet.

Maar goed, de Belgische transfers, die al aan gang zijn zolang België bestaat, worden gerechtvaardigd als zijnde “solidariteit”, ook toen Vlaanderen arm was. Tegenover (gedwongen) financiële solidariteit, ruimschoots in aanbod bij de Vlamingen, staat politieke loyauteit, en die ontbreekt bij de Franstaligen. Zie net nog hoe Kamervoorzitter André Flahaut in Frankrijk de waarheid over Vlaanderen meende te moeten vertellen. De Franstaligen verketteren Vlamingen die niet in de Belgische eenheid geloven, maar spreken zelf kwaad over Vlaanderen waar ze maar kunnen. Zou het bij zoveel onmin niet rationeler zijn, uiteen te gaan? Of zoals zelfs de rabiaatste Vlaams-nationalisten zeggen: als vrienden uit mekaar te gaan. Het softe IJzerbedevaartcomité trad hen bij: ”Waalse vrienden, laten we scheiden.” Maar de Franstalige media en elite, zelfs vele zogenaamd gematigden, haten ons, zoals een schuldenaar zijn schuldeiser haat. Er is dus weinig aanleiding voor vriendschappelijkheid en des te meer reden voor zelfbestuur, vrij van de Franstalige schoonmoeder.

Het is ook een mythe dat de flaminganten onverdraagzaam zijn tegen mede-Vlamingen die hun analyse niet delen. Bas Heijne en andere Hollanders hebben zich laten wijsmaken dat belgicistische Vlamingen martelaren zijn die uitgemaakt worden voor “slechte Vlamingen”. Een google-zoektocht leert echter dat geen enkele flamingantische instantie die term gebruikt. Het is een nep-geuzennaam die de belgicisten zichzelf opspelden. Zoals het hele belgicisme nep is; alleen de haat tegen Vlaanderen is echt.



De manifesten

Het gepubliceerde boek omvat de tekst van de tien manifesten en een reeks begeleidende artikels over de politieke achtergronden en over de reacties. Verder zijn er de foto’s van Johan Swinnen, niet altijd duidelijk verband houdend met Vlaanderen maar wel mooi. De lay-out maakt dit boek tot een plezier voor het oog.

Het voorwoord en menig manifest is geschreven door de invloedrijkste denker van Vlaanderen, prof. em. Etienne Vermeersch. Zijn linkse palmares kan veel dedouaneren, zelfs een hoofddoekkritisch standpunt, maar niet zijn Vlaams engagement. Zo verdedigde Stefaan Van Hecke, Groen Kamerlid, in De Morgen het belgicisme tegen een eerdere vrije tribune van Vermeersch in. Hij beschuldigde Vermeersch er van “misleiding”, “demagogie” en een “foute bewering”. (7-9-11)  Vermeersch haalde de krant enkel omwille van de verkoopscijfers, Van Hecke omdat de redactie achter hem stond. Gravensteenlid Jean-Pierre Rondas mocht zijn columns in dat dagblad niet meer publiceren toen hij zich als Vlaamsgezind outte.

Zelden werd een boekvoorstelling opgeluisterd door een Dirk Denoyelle, lid van de Gravensteengroep en in dit boek de auteur van een zeer goede beschouwing over collega’s die voor België kiezen. Hij deed premier Elio di Rupo, zanger Arno en koning Albert 2 na, en bracht de aanwezige flaminganten warempel aan het lachen. Zeg niet dat pleitbezorgers van Vlaams zelfbestuur geen gevoel voor humor hebben.



Tegen de KKK

De Gravensteengroep afficheert zich als links, en de meeste leden hebben (in verscheiden mate) inderdaad hun linkse sporen verdiend. Zij trekken ten strijde tegen Koning, Kerk en Kapitaal, de rechtse steurpilaren onder België. Er kunnen dan ook vragen gesteld worden bij het “linkse belgicisme” van bv. de stalinistische PvdA, die in het Vlaamse dossier tegen deze KKK aanschurkt.

Typisch links, maar niet onjuist, is deze opmerking van prof. Hendrik Vuye tijdens de boekvoorstelling: “Het VB heeft het probleem verergerd.” Hij gaf daarmee de diagnose van het kunstenaarsbelgicisme, het verschijnsel van de Dansaert-Vlamingen. Voorzover zij uit overtuiging handelen, is het de vereenzelviging van Vlaams met Rechts door het VB (of door diens vijanden) die hen in het belgicistische kamp heeft doen belanden. Ook de vrees dat een onafhankelijk Vlaanderen de linkerzijde permanent in de minderheid zou duwen (waarbij CD&V en OVLD gemakshalve als “centrumrechts” geklasseerd worden, tegen hun eigen centrumlinkse zelfomschrijving in), speelt hier een rol, maar volgens de auteurs ten onrechte: ook in het Vlaanderen van Dimitri Verhulst en Humo heeft links een groot potentieel, maar de kiezer stemt eerder rechts omdat de linkse partijen voor België en dus tegen Vlaanderen zijn.

Breder geldt het emotionele argument dat de Vlaamse beweging kleinzerig is en  niet aan het Gelaat van de Ander toekomt. Dat is echter naast de kwestie, want de huidige generatie Vlaamsgezinden wil slechts zelfbestuur uit rationele beweegredenen van efficiëntie en democratie. Maar voorzover emoties belang hebben, is hier het ervaringsfeit van toepassing dat Vlaanderen als thuis aanvoelt, Wallonië als buitenland. Doe de Nathalie-Meskens-test: neem alle dorpen en steden waar meer dan een marginaal percentage van de bevolking deze artieste kent, en je hebt heel nauwkeurig Vlaanderen. Het is gewoon een feit dat Vlamingen en Walen naar verschillende komieken en TV-programma’s kijken, verschillende schrijvers lezen, kortom een verschillend cultureel referentiekader hebben.

Maar zoals gezegd, de artiesten uiten zich hoofdzakelijk als Belgisch omwille van de voordelen, eerder dan uit overtuiging. Niemand gelooft dat de Clouseau-broers uit de frontlijngemeente Sint-Genesius-Rode in hun pro-België-lied uit hun hart en hun eigen ervaring spreken.



Grendel

De Gravensteenmanifesten zijn tien manifesten tegen vergrendeling, want grendels zijn onverenigbaar met de democratie. Naast de formele grendels ingesteld door de opeenvolgende staatshervormingen zijn er ook nog de informele, zoals de voorgestelde paritaire senaat, de samenvallende verkiezingen of de unitaire kieskring. Grendel is, zo merkte Jean-Pierre Rondas op, een monster uit de Beowulf. Zoals de Dondergod (gekerstend tot Sint-Joris of Sint-Michiel) de Draak doodde, zo moet de Vlaming de grondwettelijke grendels verbrijzelen. Wij merken daarbij op: Vlamingen van wijlen Lode Claes tot recent nog Brecht Arnaert hebben hetzelfde betoogd, maar typisch aan onze situatie is nu juist dat wij aan de grendels niets meer kunnen veranderen, tenzij door het Belgisch kader op te blazen.

De  Vlamingen zijn daarover zalig onwetend en kennen hun eigen geschiedenis niet. In De Standaard (1 juni 2012) noemde Kristien Hemmerechts de officiële eentaligheid in de Vlaamse Rand “onverenigbaar met de democratie”. Maar het zijn juist de Franstaligen die de eentaligheid oplegden, namelijk de eentaligheid van Wallonië, tegen de Vlaamse beweging die tot begin 20ste eeuw de tweetaligheid van een unitair België vroeg. Het is dan en daardoor dat de Vlaamse beweging het geweer van schouder veranderde en de eentaligheid van Vlaanderen begon te eisen. Overigens is een Kristien die dure woorden als “democratie” in de pen neemt (en dat dan nog uitgerekend in een pleidooi voor het intrinsiek antidemocratische België) als dat schoolmeisje waarvan je je bezorgd afvraagt: “Waar gaan die grote woorden met dat kleine meisje naartoe?”

Deze onwetendheid wordt door de (naar aardrijkskundige situering) Vlaamse media bevorderd. Verschillende sprekers haalden uit naar het ooit Vlaamsgezinde dagblad De Standaard, waar Marc Reynebeau e.v.a. zich regelmatig vrolijk maken over de Vlaamse “identiteit” en over elke politieke uiting van Vlaamsheid, onlangs bv. over het fameuze Handvest van de Vlaamse “natie”. Van Le Soir en zelfs van De Morgen kan men dit anti-Vlaamse gedrag begrijpen, want zij blijven trouw aan zichzelf, maar De Standaard is nog steeds het bewijs aan het leveren dat zij de Vlaamsgezindheid echt afgezworen heeft.

Tijdens De Zevende Dag, daags na de boekvoorstelling, debatteerde een rustige Jan Verheyen over zijn Gravensteen-engagement met de genoemde Reynebeau. Toen deze de V-partijen op hun “verantwoordelijkheid” wees door hen eraan te herinneren hoe ingewikkeld de politiek wel is, merkte Verheyen op dat juist België voor extra ingewikkeldheid zorgt. Wat de belgicisten onvermijdelijk noemen, wordt met een eenvoudige blik over de grens plots gemakkelijk. Zelfs federalistische staten als Duitsland of Zwitserland hebben een veel eenvoudiger bevoegdheidsverdeling dan het koninkrijk België. Dit land is niet langer leefbaar, en het blijkt dat men niet rechts hoeft te zijn om dit in te zien.



Gravensteengroep: Land op de Tweesprong. Manifesten ter ontgrendeling van Vlaanderen, Pelckmans, Kapellen 2010, 183 pp., ISBN 978 90 289 6734 2.


Labels: , , ,

Read more...

10 juni 2012

Vlaams Belang als hefboom voor N-VA (Hoegin)

Een tijdje geleden liet Jan Jambon, N-VA-fractieleider in de Kamer, in een interview verstaan dat het uitgesloten is dat de N-VA deze herfst in welke gemeente dan ook een coalitie zou aangaan met het Vlaams Belang. De reden zou zijn dat als de N-VA in één gemeente in zo'n coalitie zou stappen, de traditionele partijen in alle andere Vlaamse gemeenten automatisch zouden weigeren om nog met de N-VA te praten. Maar houdt dit dreigement of deze stelling wel steek?

Voor de ongeduldige lezer geven we meteen het antwoord op de vraag: neen, deze stelling houdt geen steek. De hoofdreden daarvoor is dat het dreigement loos is, want ofwel stelt het probleem zich niet, ofwel zullen de traditionele partijen zich na de gemeenteraadsverkiezingen van oktober niet in een positie bevinden waarin ze hun dreigement hard kunnen maken. (Merk overigens op dat de traditionele partijen dit dreigement niet bevestigd hebben, maar anderzijds toch ook niet ontkend.) Maar als de N-VA deze herfst het Vlaams Belang actief mee in het cordon sanitaire drukt, dan moet er naar een andere reden gezocht worden dan de vrees om in de Vlaamse gemeenten niet aan de bak te kunnen komen. En 2014 duikt dan al snel op.

Voor de gemeenteraadsverkiezingen van deze herfst bestaan er eigenlijk twee hoofdscenario's wat betreft de N-VA en het Vlaams Belang, met telkens twee subscenario's. In het ene hoofdscenario halen N-VA en Vlaams Belang samen vrijwel nergens of slechts in een handvol gemeenten een zogenaamde V-meerderheid in de gemeenteraden, in het andere spreken we over enkele tientallen dorpen en steden, misschien wel tegen de honderd aan. Binnen beide scenario's hangt het er dan nog van af welke politieke situatie er in Antwerpen uit de bus komt. Met partijvoorzitter Bart de Wever als lijsttrekker en uitgesproken burgemeesterskandidaat zet de partij zwaar in op de Scheldestad, en wat daar gebeurt zal ongetwijfeld zijn weerslag hebben op de rest van Vlaanderen.

Om met het gemakkelijkste scenario te beginnen: als de N-VA en het Vlaams Belang samen in vrijwel geen enkele gemeente een meerderheid halen, dan is er eigenlijk geen probleem. Er is dan immers geen enkele reden waarom N-VA zo nodig met het Vlaams Belang scheep zou moeten gaan in die paar gemeenten waar ze net zo goed met de traditionele partijen een coalitie kan vormen – tenzij ze er juist een punt van zou willen maken aan te tonen dat ze wél samen met het Vlaams Belang wil besturen. Let wel, dit scenario zou betekenen dat N-VA het beduidend slechter zou doen dan wat de peilingen momenteel lijken aan te geven. De uitlatingen van Jan Jambon tonen echter aan dat dit geen scenario is waar de partijleiding van de N-VA nog veel rekening mee houdt, en dit is waarschijnlijk ook niet het draaiboek waar ze op dit moment het meeste energie in hoeven te steken. Dat dan bovendien Antwerpen één van de weinige gemeenten zou zijn waar zo'n V-meerderheid uit de bus zou komen is al helemaal onwaarschijnlijk. De grote aanwezigheid van allochtone kiezers in 't Stad doet vermoeden dat een pak andere gemeenten in de provincie Antwerpen eerder aan een V-meerderheid zullen raken dan precies de provinciehoofdstad.

Maar wat als N-VA en Vlaams Belang in een stuk of vijftig gemeenteraden over een meerderheid zouden beschikken? Het lijkt me weinig waarschijnlijk dat de traditionele partijen dan hun dreiging hard zouden durven maken om elke samenwerking met de N-VA uit te sluiten als die partij in één of enkele gemeenten een bestuursakkoord met het Vlaams Belang zou aangaan. Op die manier zouden ze zich immers zelf automatisch uitsluiten van het bestuur in… precies, een stuk of vijftig Vlaamse gemeenten, en dat is een strategische positie waar geen enkele politieke partij in geïnteresseerd. En gaat, ik zeg maar iets, de CD&V bovendien opstandige fracties uit de partij stoten die het cordon sanitaire tegen nota bene voormalig kartelpartner N-VA toch aan hun laars lappen? Met de verliezen die de traditionele partijen te wachten staan kan geen één van hen zich eigenlijk die luxe nog veroorloven. Over bijvoorbeeld Ieper, waar de CD&V ook deze keer in kartel met de N-VA naar de kiezer stapt, hebben we het dan nog niet eens gehad! Maar ook in de andere gemeenten duiken dan voor de traditionele partijen problemen op, want daar veroordelen de traditionele partijen zich dan automatisch tot mekaar. Ook dat is een weinig comfortabele positie, zeker daar waar N-VA het sterk zou doen en de coalitie van traditionele partijen slechts een nipte meerderheid zou halen.

Of Antwerpen dan tot de gemeenten hoort waar het Vlaams Belang en de N-VA samen een meerderheid kunnen vormen of niet maakt dan eigenlijk maar weinig uit. Hebben de twee partijen samen een meerderheid, dan houdt niets de N-VA tegen om toch gewoon een bestuursakkoord te sluiten met de Stadslijst van sp.a en CD&V, als ze dat wil. Anderzijds, moeten we nu echt denken dat sp.a en CD&V in Antwerpen liever op de oppositiebanken gaan zitten omdat N-VA en Vlaams Belang ergens in een verre Limburgse of West-Vlaamse gemeente een bestuursakkoord hebben gesloten? Omgekeerd, als de N-VA en het Vlaams Belang in Antwerpen niet aan een meerderheid geraken, dan is het nog zeer de vraag of de N-VA hoe dan ook tot het stadsbestuur toegelaten zal worden. Een V-bestuur in een andere gemeente is dan misschien gauw gebruikt als excuus om zelfs niet te hoeven praten met de N-VA, maar vermoedelijk niet de echt reden waarom sp.a, CD&V, Open Vld en Groen liever de Antwerpse postjes onder mekaar bedisselen.

Het is dus best mogelijk dat de traditionele partijen binnenskamers gedreigd hebben met een cordon sanitaire tegen de N-VA als de partij ergens een coalitie met het Vlaams Belang zou aangaan, maar voor wie even doordenkt heeft dat dreigement weinig waarde. Een realistischer dreigement is een oppositiekuur voor de N-VA na 2014 als er in het Vlaams Parlement toch geen V-meerderheid gehaald zou worden. Op dat vlak zit de N-VA natuurlijk met een probleem, want als de partij er niet in slaagt om zich in 2014 wiskundig incontournable te maken, dreigt het scenario van de gemiste kans. Zal de partij in 2019 immers nog kunnen rekenen op de brede gunst van de kiezer, of zal ze tegen dan verschrompeld zijn zoals de LDD ook weer snel verschrompelde na een korte glorietijd? De beste strategie is daarom om zich in zoveel mogelijk gemeenten in het bestuur te nestelen, in de hoop zich zo blijvend te kunnen verankeren. Eén van de beste posities is daarbij natuurlijk de burgemeesterszetel in de politiek meest dominante stad van Vlaanderen, Antwerpen. De N-VA gebruikt om dat doel te bereiken het Vlaams Belang graag als hefboom, maar dan wel liefst zonder de handen echt vuil te maken zodat de partij in ieder geval salonfähig blijft. Met als gevolg een aantal onprettige discussies binnen de Vlaamse Beweging, tot misschien zelfs een moord toe. En het is dan maar de vraag of het dat allemaal echt wel waard is, en of het echt geen tijd wordt dat Bart de Wever en Bruno Valkeniers eens ernstig samen gaan zitten. Wie wel bereid was met de PS te regeren en zelfs de 16 aanbood aan Elio di Rupo, of lokaal wel in kartel met een afdeling van Groen naar de kiezer wil stappen, die moet toch ook in staat zijn tot een serieus gesprek met een collega-partijvoorzitter die hem desnoods zelfs wil gedogen als burgemeester van Antwerpen?

Labels: , , ,

Read more...

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>