31 augustus 2007

Richting geven aan een Staatshervorming: een persoonlijke visie

Regelmatig kan men lezen dat mensen, politici allerhande willen weten waar de Staatshervorming ooit zal eindigen. Vele woorden worden vuilgemaakt aan de huidige Staatshervorming maar er is geen duidelijkheid en we zien nergens daden. Misschien is het eens tijd om 'mijn duit in het zakje te doen'.

Hoeksteen voor een democratische rechtstaat is de natiestaat, daarvoor moet men beschikken over één natie. Algemeen definieert men een natie als een gezamenlijke politieke en culturele gemeenschap. In het Belgische construct deed men vanaf 1830 tevergeefs pogingen om een Belgische Natiestaat te vormen op basis van de Brabantse geschiedenis met dan een Franstalige swing in het geheel. De Belgische Staats sinds 1914 een falende natiestaat. Ik meen dat dit een gevolg is van de Eerste Wereldoorlog toen de Belgische Staat quasi verslagen werd en zich moest verschansen achter de Ijzer (IJzer). Een Belgische Koning die oproept ter herinnering aan de Guldensporenslag, een slag tegen de Fransen, om de Belgische Staat te verdedigen tegen de Duitse invaller lijkt dan ergens wel een teken aan de wand te vormen. De afbrokkeling van het Belgische natiestaatconstruct versnelt sindsdien en heeft zijn impact op het Belgische Staatsbestel. Van een unitaire Staat naar een 'federale' Staat bestaande uit gemeenschappen en gewesten.

De realiteit op het terrein is dat er in België zich 2 natieprotostaten bevinden. Er is één 'Vlaamse' politieke en culturele gemeenschap met enkele collaborerende tentakels die nog steeds lippendienst bewijzen aan de monarchie & Belgitude. Er is één 'Franstalige' politieke en culturele gemeenschap die zich projecteert als zijnde Belgisch en die zich vastklampt aan die 'goede oude tijd' met de motto 'pour les flamands la même chose' die als een balk in hun oog steekt. Minder doorzichtig is het Duitstalige gebied, zij vormen een aparte gemeenschap maar vormen zij een eigen culturele en politiek (samenvallende) gemeenschap of zijn ze geïntegreerd in de Franstalige? Eigenaardig dat die Duitstaligen altijd verdwijnen in de achtergrond.

Staatshervorming, we wachten er al 10 jaar op, ligt op vele mensen hun lippen voor sommigen met een zoete smaak voor anderen met een bittere smaak. Gezien de voorgeschiedenis zijn er praktisch maar 3 evoluties mogelijk, een vierde is een terugkeer naar de Belgische Natiestaat die niet langer bestaat...de Franstalige natte droom. De drie anderen lijken mij meer realistischer: hervormde federale Staat, confederale Staat, Onafhankelijkheid Vlaanderen.

Onafhankelijkheid voor Vlaanderen lijkt niet meteen in het vooruitzicht, eerst moet men het probleem Brussel oplossen. Dat zal de allerlaatste stap zijn als er hiervoor een meerderheid te vinden is in Vlaanderen. Voordat men rustig die stap kan zetten moet men enkele hervormingen doorvoeren.

De confederatie is een tussenstap op de weg naar onafhankelijkheid nadat men de federatie achter zich heeft gelaten. Hiervoor is goedkeuring van de Franstaligen nodig en zij lijken nog niet de maturiteit te hebben om hiervoor te kiezen, wellicht zullen ze er nooit voor opteren want hun primair doelwit is die Vlaamse onafhankelijkheid tegen te houden.

Een hervormde Federale Staat lijkt mogelijk maar stuit op Franstalige tegenstand. Hoewel ze een hervorming wel zullen slikken zolang de 'Vlaamse onafhankelijkheid' niet te dichtbij komt. De afgelopen escalatie met de regeringsvorming en BHV zorgt ervoor dat ze zich uiterst krampachtig opstellen...Belgischer dan de Koning.

Hieronder volgt mijn persoonlijke visie op die Staatshervorming, 'mijn gedacht', cru en blijvend rudimentair.

Hoe moet die hervormde Federale Staat dan uitzien?

In plaats van een topdown federale Staat moet men overschakelen naar een bottom-up federale staat waar het zwaartepunt van de macht bij de deelstaten ligt. Hiervoor moet men ten eerste deelstaten vormen, dat hebben we eigenlijk niet tenzij je verkeerdelijk het allegaartje gemeenschappen en gewesten daarvoor aanziet.

Een territoriale herindeling is nodig

Alleen ligt deze nogal moeilijk met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest dat geen natie noch 'natiedeelstaat' kan vormen. Maximaal kan men 3 deelstaten hebben in het Belgische framework: 'Vlaamse' - Nederlandstalige deelstaat, 'Waalse' -Franstalige deelstaat, 'Duitse' Duitstalige deelstaat. Gemeenschap en Gewest vallen -in hoofdzaak- territoriaal samen. De administratie in die deelstaten is ééntalig, uitzonderingen mogelijk voor de Duitstalige deelstaat en het gebied BHV. Verkiezingen en partijen in de deelstaten zullen ook de taal van de administratie moeten hanteren, geen uitzondering mogelijk.

De ontbinding van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is een zeer gevoelige materie. Historisch behoort het tot de 'Vlaamse' deelstaat maar sinds de twintigste eeuw heeft de verfransing mede versterkt door immigratie het gebied herschapen tot een Franstalige enclave met een eigen 'territorialiteit' waarover de Franstalige politieke wereld staat te popelen om te annexeren en uit te breiden met de 'eenzijdige splitsing BHV' als excuus. Enige aanvaardbare oplossing is de ontbinding van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wiens gebieden en bestuurlijke verantwoordelijkheid zal vallen onder de bevoegdheid van de Vlaamse deelstaat (zie rol subnationaliteit en herinrichting electoraal systeem).

Subnationaliteit

Gezien dat men immigratie hanteert als politiek wapen,gezien dat immigratie de verhoudingen tussen Nederlandstaligen en Franstaligen op demografisch vlak verstoort (veelal in het politiek voordeel van de Franstaligen) , gezien dat de huidige naturalisatiewetgeving een klucht is heeft men geen andere keuze dan de subnationaliteit in te voeren mede ter ondersteuning van de deelstaten. Federaal zal men algemene naturalisatierichtlijnen opstellen om de 'Belgische nationaliteit te bekomen' en zal men er bepaalde specificaties bijvoegen naargelang men in een bepaalde deelstaat gaat wonen. Weigert een deelstaat de naturalisatie dan moet men zich vestigen in een andere deelstaat aan wiens specificaties men wel voldoet.

De rol van subnationaliteit bij de ontbinding van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is specifiek nodig voor de instelling van een taalfaciliteitenregime. De thans 'Huidige Franstalige inwoners' krijgen hun administratie in het Frans opgestelt, de daarop volgend geboren generaties zullen een aangepast schoolregime krijgen om ze te integreren in de Vlaamse gemeenschap zodanig dat taalfaciliteiten op termijn kunnen worden afgeschaft. Migranten en nieuwe inwoners die het Frans machtig zijn of zich beter kunnen uiten in de taal van Mollière krijgen taalfaciliteiten aangeboden beperkt in tijd laat ons zeggen voor een termijn van 5 jaar (uitdovend in 40 jaar) en dit uitsluitend in het gebied van het huidige Brusselse Hoofdstedelijk Gewest en de taalfaciliteitengemeentes. Alle taalfaciliteitengemeentes worden op termijn afgeschaft.

Herinrichten van het electorale systeem.

Voor de Federale verkiezingen zou men de kiesarrondissementen kunnen plaatsen op het niveau van de deelstaat en zal enkel dienen voor het verkiezen van volksvertegenwoordigers in de kamer. Het gevolg hiervan is dat alle 'Vlaamse' federale politici in heel 'Vlaanderen' zich moeten verantwoorden in plaats van hun beperkt kiesarrondissement. Houders van de Franstalige subnationaliteit zullen bij federale verkiezingen in Vlaanderen uitsluitend kunnen stemmen voor politici die opkomen in de Franstalige deelstaat. Houders van de Vlaamse subnationaliteit zullen in Wallonië uitsluitend kunnen federaal kunnen stemmen voor Vlaamse politici. Zo zou het systeem moeten werken. Ja, dit betekent dat een Franstalige die in Oostende woont zal kunnen stemmen voor een Franstalige politicus/politica, alleen kan die politicus/a enkel opkomen in de Franstalige deelstaat...aanvaardbaar compromis (lees eerst nog de rest).

Voor de deelstaatverkiezingen zal men de kiesarrondissementen opdelen op basis van de provincies. In Vlaanderen betekent dit: West Vlaanderen, Oost Vlaanderen, Antwerpen, Limburg en Vlaams Brabant. Om te kunnen stemmen voor de deelstaatregering moet men beschikken over de subnationaliteit van de deelstaat. De parlementaire kamers van de deelstaten zullen gezamenlijk de Federale Senaat vormen. Electoraal systeem is bevoegdheid van de deelstaat. Directe democratie kan men dan op deelstatelijk niveau zeker invoeren, misschien zelfs op federaal niveau.

Wat dan met de Franstalige inwoners van BHV? Zij zullen de afweging moeten maken tussen de Franstalige subnationaliteit en taalfaciliteiten of de Nederlandstalige subnationaliteit (en geen taalfaciliteiten of Korte termijn faciliteiten). Kiezen ze voor de Franstalige subnationaliteit dan kunnen ze kiezen voor een Franstalige volksvertegenwoordiger die hen dan maar moet vertegenwoordigen. Kiezen ze voor de Nederlandstalige subnationaliteit dan kunnen ze ook hun vertegenwoordiger op deelstatelijk niveau kiezen die officieel in het Nederlands zal moeten vertegenwoordigen. Voldoende Kosher.

Op gemeentelijk vlak: Lokale inwoners, kiezen lokale politici. Bevoegdheid van de deelstaat. Afschaffing Vreemdelingenstemrecht? Daarover zou men moeten stemmen in de parlementen van de deelstaten.

Herinrichten van de Federale bevoegdheden.

Zoals ik reeds schreef moet men de federale Staat van een topdown omvormen tot een bottom-up federale Staat inzake bevoegdheden. Eigenlijk moet men 35GW in de praktijk brengen.

Ik zou het volgende voorstellen: Alle Socio-economische aangelegenheden (ook belastingen, financiën) moeten een bevoegdheid worden van de deelstaten met uitzondering van de Sociale Zekerheid. De Noord-Zuid transfers mogen blijven op basis van enkele voorwaardes: transparantie, efficiëntie van SZ en de mogelijkheid deze transfers af te schrijven van de Vlaamse overheidsschuld en/of in te ruilen voor federale collecties of grond. Justitie, Civiele veiligheidsdiensten, Defensie,e.a... blijven federale bevoegdheden maar met coöperatie van de deelstaten (staatssecretarissen op fed.). Wat er verder federaal blijft moeten de politici maar onderling uitvechten.

De Grondwet zal een secessieclausule moeten omvatten.

Het federale parlement zal een rechstreeks verkozen kamer hebben die de federale regering en beleid moet controleren. De Federale Senaat zal bestaat uit de kamers van de deelstatelijke parlementen, hun taak zal zicht richten op controle van het federale beleid vanuit het oogpunt van de deelstaten.

De bovenstaande hervorming moet ons toestaan om in twee richtingen te evolueren: Vlaamse onafhankelijkheid of Belgische hernieuwing/Status Quo. De Franstaligen behouden een Belgische federale staat, de sociale zekerheid, hun monarchie en hun financiële subsidiëring van Vlaanderen...maar ze zullen nog meer de incentive krijgen zich uit hun financiële problemen te werken. Alleen zo kan een Belgische Staat blijven bestaan. Het Communautaire conflict zou bij deze aanzienlijk gereduceerd moeten worden tot onbelangrijk politiek probleem.

Commentaar gewenst!
Read more...

Tijd voor de tweede Belgische revolutie

Het Belgische model sputtert. Het kan ook moeilijk anders want met al dat lapwerk van de laatste decennia is het draagvlak sterk ondermijnd. Sommigen denken nog altijd dat dit een taalkwestie is, maar in werkelijkheid is het gewoon een gebrek aan democratie. Bij onze politici en hun belangengroepen gaat het over macht met democratie als middel. Waar echte democratie niet gedijt, daar gedijt ook de economie niet. Macht leidt tot machtsmisbruik hoe mooi het ook moge verpakt zijn. Machtsmisbruik leidt tot centrale planningssystemen waarbij een zelf aangestelde elite zich het recht toeëigent voor de anderen te beslissen en de vruchten van hun arbeid op te eisen. Het resultaat hiervan is vandaag af te lezen in de stortvloed van banale maar betweterige wetten, de torenhoge belastingen, corruptie schandalen, monopolies, een leger van RVA-ers en ambtenaren en ja, ook de torenhoge schuld die de modale Belg bij zijn geboorte als vergiftigd geschenk meekrijgt. Het wordt tijd voor een tweede Belgische revolutie.

Respect voor elke burger en elke minderheid

In een echte democratie beslist de meerderheid over die zaken die werkelijk de meerderheid aanbelangen. Dit moet het resultaat zijn van een weloverwogen debat waaraan elke burger moet kunnen deelnemen. Dit houdt ook in dat dergelijke meerderheidsbeslissingen enkel over de fundamentele zaken gaan en in de meer geavanceerde landen gaat dit meestal via een referendum. In ons land wordt over de fundamentele zaken boven de hoofden van de burger beslist. Het opperste gezag is weliswaar een formalisme geworden maar het regent in dit land Koninklijke Besluiten. De Koning tekent waarbij hij dit recht via geboorte verworven heeft, de Eerste Minister en zijn achterhang beslissen. Geen van beide werd rechtstreeks door de burger verkozen en het regent dan ook Ministeriële Wetsvoorstellen terwijl het Parlement zelf knikt en steevast meerderheid tegen oppositie stemt. Die meerderheid ligt op voorhand vast en is meer het gevolg van hoe de politieke partijen het eens geworden zijn over de verdeling van de macht na de verkiezingen, dan het resultaat van de verkiezingen zelf. Men aarzelt zelfs niet om grote blokken kiezers met kiesdrempels, cordon sanitaire en kieslijst- manipulaties buiten spel te zetten terwijl een echte democratie deze minderheden waardeert omwille van hun louterende invloed op ontsporend en enggeestig machtsmisbruik.

Een land met regio’s

Maar omdat dit land nu eenmaal ontstaan is als bufferzone op de grens van verschillende grotere landen, hebben we in dit land ook regionale verschillen, niet alleen in de taal die er gesproken wordt. Daarom ook heeft dit land niet alleen buitengrenzen maar ook een reeks binnengrenzen met elk zijn parlement, ministers en staatssecretarissen. Alleen is de macht nog grotendeels bij het centrale federale gezag blijven hangen waar niemand nog verkozen wordt, maar wel aangeduid. Dit centrale gezag heeft wel nog de greep op de burger en zijn portemonnee. En daar is het nu aan het mislopen.. De burger begint (eindelijk) te beseffen dat hij het dupe is geworden van dit hele zootje en hij heeft dat in de laatste verkiezingen ook duidelijk laten merken. De federale regering zal dit niet langer kunnen negeren.. Maar hoe stel je een coherente federale regering samen uit vertegenwoordigers van regionale gekozenen die tegengestelde belangen hebben? De patstelling is bereikt en zelfs de koning zit met de handen in het haar. De contradicties van het Belgische model zijn bloot gelegd. De loodgieterij rammelt langs alle kanten.

Naar een echte democratie

Er liggen nu drie opties open. Ofwel wordt de Belgische Staat ontbonden en gaan de regio’s elk hun eigen weg. Niet echt onmogelijk ware het niet dat dit na 175 jaar bij velen nog emotioneel moeilijk ligt en er nog wat hybride gebieden zijn zoals Brussel, het Duitse gewest en een gemengde kieskring als overblijfsel van de tijd van voor de laatste landshervorming. De tweede optie is een terugkeer naar het federale België maar dat is helemaal geen haalbare kaart tenzij men opteert voor een militaire dictatuur. Rest dan nog het confederale model. De regio’s worden zelfstandig en de federale overheid blijft achter als Belgische lijm. Er is in principe geen enkel probleem om vier staten te creëren: Vlaanderen, La Wallonie, Ost-Belgien en Brussels als Europese hoofdstad. Het hybride BHV lost zich dan vanzelf op want de regionale landsgrenzen liggen vandaag al vast. . Veel bevoegdheden heeft de resterende confederale overheid ook niet meer nodig want de Europese superstaat heeft die rol grotendeels overgenomen, zelfs die van grootste betuttelaar aller tijden. Belgian chocolates mogen blijven en de geluidsnormen kunnen in heel Europa dezelfde worden.
De uitdaging om de democratie te herstellen ligt dan bij de deelstaten. Na al die jaren van centralistische planning zal dit moed vergen; Het centralistische gezag wordt in navolging van de oude federale staat omringd wordt door een legertje vazallen met hun eigen achterban. Wil men consequent zijn, dan wordt ook het regionale niveau maximaal afgekalfd. Laat de burger in eerste plaats voor zichzelf beslissen in plaats van hem onder het voorwendsel van solidariteit plat te zuigen met belastingen en niet gevraagde betutteling. Echte democratie begint onderaan en beschouwt belastingen niet als iets om te herverdelen ( met de stok der wet achter de deur en na aftrek van commissies en administratieve kosten) maar als een aankoop van diensten die men zelf niet alleen kan opbrengen. In dergelijk systeem is het de gebruiker die betaalt en niet de nietsvermoedende medeburger. Solidariteit is in de eerste plaats een lokaal gegeven en niet iets dat wordt opgelegd. Wellicht is het dan ook het moment gekomen dat de laatste koning bij wijze van overgang en continuïteit als eerste president de eeuwigheid mag ingaan. Dit geeft dan ook wat tijd om de volgende wijze en ervaren president met zorg te kiezen.

Een win-win situatie voor iedereen

Velen hebben het ondertussen al aangetoond. Het huidige Belgische model heeft het begin van het einde bereikt. Het weegt van langsom zwaarder op de democratie en ondermijnt het sociale en economische potentieel van zijn burgers. Het is complex, duur en inefficiënt en vermits er geen goud of olie meer in onze ondergrond zit, wordt het onbetaalbaar. Er gaat nu ook teveel energie en tijd verloren door het eindeloze gemekker. Revoluties worden altijd gedreven door economische motieven maar laat ons een laatste keer gebruik maken van het Belgische overlegmodel om die revolutie snel en geweldloos uit te voeren. Zoals hierboven aangetoond, als de revolutie op federaal niveau voltrokken zal zijn, is een tweede regionale revolutie nodig om ook daar de ketens van het verleden af te schudden. Geef de macht terug aan de burger. Dit zal de ondernemingsgeest terug tot leven roepen en die zullen we hard nodig hebben om een halt toe te roepen aan de betuttelende machtsconcentratie van Europa en de wereldwijde concurrentie aan te kunnen. De Natiestaat heeft zijn tijd gehad, laat het ons dan houden bij een vrije handelszone waar elke burger vrij kan bewegen en zichzelf zijn. Als we hierin slagen, staan de gouden eeuwen van de Verlichting in tweede uitvoering eraan te komen. Dure Europese kaderprogramma’s zijn hiervoor niet nodig.

Eric Verhulst,
Voorzitter socio-economische denktank www.WorkForAll.org
Read more...

30 augustus 2007

InFlandersFields.eu en de Great Firewall of China (Vincent De Roeck)

Dat internetcensuur in de Chinese Volksrepubliek zéér nauwgezet en systematisch doorgevoerd wordt, wisten we in het Westen al veel langer dan vandaag. Eizona wekelijks komen er tijdingen en waarschuwingen binnen vanuit het “land van de rijzende zon” dat men geen enkele kritiek op het regime en zijn talrijke minder mooie facetten tolereert, noch van binnenuit, noch vanuit het buitenland. Vooralsnog weten de Chinezen het pleit steeds te winnen. Alles en iedereen blijft zich ongegeneerd plooien naar de wensen en grillen van de communistische dictatuur in Beijing. Van de betrekkingen met China hangt nu éénmaal zéér veel af voor de Westerse ondernemingen. China is een economische “tijger” en in de ogen van vele westerse zakenlui de allerbelangrijkste groeimarkt van het moment. Dus moet alles in stelling gebracht worden om Hu Jintao en diens verdorven regime niet enkel te vriend te houden, maar zelfs ook daadwerkelijk te ondersteunen, zoals we tot scha en schande van ons eigen landje hebben mogen ontdekken tijdens de laatste twee bezoeken van de Tibetaanse monarch, de Dalai Lama. Men spreekt niet voor niets vandaag in bepaalde kringen nog steeds over de “staatsbezoeken van de schande”.

Dat ook de grote multinationale bedrijven boter op hun hoofd hebben, is ook al niet echt iets nieuws meer. Het plat op de grond gaan van de internetgigant Google tot meerdere eer en glorie van de Chinese internetcensuur, die zo efficiënt is dat men hem niet voor niets ironisch omschrijft als de “Great Firewall of China”, staat nog bij menig westerling in het collectieve geheugen gegrift. De omgang van het westen met China is één lange aaneengeschakelde aanfluiting van alles waarvoor onze voorouders eeuwenlang gestaan hebben en wij vandaag nog steeds pretenderen te staan. De vrijheid van meningsuiting komt niet enkel in het Westen zelf zwaar onder druk te staan door tal van “anti-hate” en andere vrijheidsfnuikende wetten, maar ook door het gebrek aan internationale politieke moed om elders het miskennen van dit fundamenteel burgerrecht aan te klagen. De tijd dat de onderdrukten overal ter wereld hun hoofd hoopvol naar het Westen draaiden, is dan ook al enige tijd voorbij. Met speciale dank daarvoor trouwens aan de ons opgedrongen falende multicultuur en de progressieve wetten die onze “open beschaving” gered hebben.

Meer dan 60 verschillende pakketten censuurwetgeving werden de afgelopen jaren losgelaten op het internetverkeer van en naar China. Internationale waarnemers schatten de totale Chinese “internet police task force” op meer dan 30,000 voltijdse ambtenaren, en het totale aantal gecensureerde websites op 5% tot zelfs eizona 50% van het totale aantal wereldwijd beschikbare internetsites. De Chinese overheid heeft onlangs zelfs gerieflijk toegegeven dat het maar liefst 52 “cyber dissidents” in zijn gevangenissen opgesloten heeft in het kader van de strijd tegen de “subversieve internetberichtgeving”. Internationale waarnemers schatten dit toegegeven aantal cybergevangenen belachelijk laag en dus incorrect. De internationale NGO “Reporters Without Borders” gaat uit van een aantal dat minstens tien tot zelfs honderd keer hoger zou liggen. De Chinese internetcensuur beperkt zich gelukkig nog maar tot het “oude” China. De “special administrative regions” van de Volksrepubliek, Macau (oud-Portugal) en Hongkong (oud-VK), ontsnappen voorlopig dus nog aan de rigide Chinese wetgeving inzake internetgebruik.

De Chinese Volksrepubliek blokkeert alle internetsites die het aandurven “niet-correcte” informatie (lees gewoon als een andere - meestal juistere - versie van de feiten dan degene die de overheid verkondigt) te verstrekken over onderwerpen als bijvoorbeeld de Tibetaanse kwestie, de feitelijke onafhankelijkheid van Formosa-Taiwan, het neerslagen van de studentenprotesten op het Plein van de Hemelse Vrede, de vermeende brutaliteiten van de politiekorpsen, de vervolging van politieke tegenstanders, het miskennen van de mensenrechten en de genocide op de Falungong-sekteleden. Nochtans gaat het in feite allemaal om onderwerpen waarover een ruime internationale consensus bestaat, die enkel door China en een aantal nauwe bondgenoten aangevochten en in twijfel getrokken wordt.

Ook informatiebronnen als de websites van BBC en CNN, tal van blogs en webzines, en zelfs bepaalde webpagina’s van de vrije internetencyclopedie Wikipedia worden door de “Great Firewall”, die nota bene officieel “Golden Shield” heet, geblokkeerd, net als alle websites die gewijd zijn aan democratie, vrijheid van meningsuiting en pornografie. De vrijheid van informatie die wij in het Westen zo hoog in het vaandel dragen, is in China onbestaande.

Nu bestaan er in het Westen een aantal programma’s waarmee je kan nakijken welke websites in China verboden zijn. De meest accurate website daarvoor zou Web Site Pulse zijn, waarbij je zowel de situatie in Beijing, als die in Shanghai en Hongkong kan nakijken. Ik heb zowel de URL’s van mijn eigen weblog Libertarian.be als van de metablog InFlandersFields.eu in deze zoekmachine ingevoerd en het resultaat is enerzijds vrij verrassend, maar anderzijds toch ook weer niet. Zowel in Beijing als in Shanghai kan men beide websites niet bekijken, maar in Hongkong is er geen probleem, want daar bestaat de internetcensuur (nog) niet. Als tegenproef heb ik de website van de Belgische communistische PVDA ook eens ingegeven. Naar die website kunnen de Chinezen wel gerust surfen, want de PVDA-berichtgeving is natuurlijk helemaal niet “subversief”.

Wat mij vooral verbaasde aan het blokkeren van zowel mijn eigen weblog als van In Flanders Fields is het enorme “sérieux” waarmee de Chinese overheid zich dus kennelijk van zijn taak kwijt. Op beide weblogs wordt inderdaad af en toe de draak gestoken met het Chinese regime of met de schandalige behandeling van de Dalai Lama in België door onze politieke leiders, maar dat gebeurt uitsluitend maar in het Nederlands, en dat lijkt mij toch niet echt de meest courante taal onder de Chinezen te zijn. Daarbij gaat het volgens mij toch ook niet echt om websites die anders tot de dagdagelijkse lectuur van de doorsnee Chinese staatsburger zouden behoren.

Ik zou dit alles kunnen aanwenden om zogezegd aan te tonen dat wat wij schrijven internationaal zéér relevant moet zijn, maar daarvoor heb ik toch nog steeds iets teveel werkelijkheidsbesef en gevoel voor zelfrelativering. Dit bewijst alleen maar dat de Chinezen echt wel het internet in de ganse wereld monitoren en van zéér dichtbij opvolgen. Big Blothel is watching us, en dat is eigenlijk toch misschien iets om een klein beetje angst voor te hebben.


Meer informatie over internetreglementering op www.eff.org.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.


Read more...

29 augustus 2007

Kijk eens in welke stijl! (victa placet mihi causa)

.
Tom Lanoye vanavond na elven gehoord op de Nederlandse Radio 1.
Ze hebben daar een schitterend live-programma ‘s avonds, en je kunt er vaak – zoals ook op de RTBf – iets vernemen over de Belgische politiek.
Lanoye vertelde zowel zinnige als minder zinnige dingen. Zo voorspelde hij dat de Nederlanders onafwendbaar een cordon sanitaire zullen maken rond Wilders. Dat zou best kunnen natuurlijk, voor zover dat cordon al niet bestaat, had ik in zijn plaats erbij gezegd. Hij leek dit overigens een normale gedachte te vinden, die verder geen democratische kanttekening behoeft.
Nu moet ik vooraf zeggen dat ik tijdens de uitzending enkel trefwoorden heb kunnen opschrijven, en ik kan dus geen letterlijkheid garanderen, wel correctheid meen ik.
Zinniger dan over Wilders was hij toen hij aan de interviewster vertelde dat België gedoemd is te verdwijnen. Van die verdwijning was hij trouwens al lang overtuigd. Iemand als Lanoye wordt door de gebeurtenissen niet plots overvallen.
Ik vrees dat de romantische sentimenten om eindelijk die Vlaamse Republiek te hebben het zullen winnen, voegde hij nog toe. We zijn dan met zes miljoen, laat ons zeggen een wijk van Mexico-city, om van Osaka nog maar te zwijgen.
Nu wist ik niet dat Osaka zo groot was (al te weinig bereisd ben ik daarvoor), maar ik onthoud het in dankbaarheid.
Die onafwendbare verdwijning van België wenst Lanoye niettemin te bestrijden. En het zal u niet verwonderen lezer, maar een verloren zaak verdedigen vind ik sympathiek.
Trouwens: enkel hieraan al kunnen wij zien dat Lanoye absoluut geen Hegeliaan of godbetert Marxist kan zijn, zoals hem wel eens in de schoenen wordt geschoven door kwaadwilligen en slecht ingelichten. Verzet tegen historische onafwendbaarheden grenst voor deze filosofen aan de pure gekte.
Maar we zullen Brussel verliezen! zei Lanoye verder, en dan gaan al die mooie instellingen van de EU naar Straatsburg wellicht. En nog een calamiteit: ook de NAVO (bedoeld werd de SHAPE denk ik) zal ons verlaten.
Mijn excuses Tom Lanoye, maar als ik mag kiezen ...dan hoor ik de zegeningen van deze instellingen – urbanistische zegeningen vaak – liever door een grootstedeling als Van Istendael bespreken. En of wij Brussel zouden "verliezen" is nog maar de vraag.

Maar hoe moet het verder met ons België?
Lanoye, niet bijster origineel maar als goed Belgisch trekpaard, kwam op de proppen met de idee van een federale kieskring.
Verhofstadt zou met vlag en wimpel herverkozen zijn, als dit land tenminste een goed kiessysteem had. Want weinigen willen dat België verdwijnt, en noch het Vlaams Belang, noch NV-A durven een referendum daarover aan, verklapt hij aan de Nederlandse luisteraar.

Kunnen wij noteren dat Lanoye voorstander is van het referendum? Ik weet anders enkele onderwerpen waarbij Tom Lanoye dat instrument misschien zou afwijzen.
Wat ik hem vooral zou willen zeggen is: de klassieke literatuur over democratie koestert groot wantrouwen tegenover mensen die aan het kiessysteem willen morrelen van zodra de uitslagen van het oude systeem minder bevallen. Men beschouwt zulke ingrepen vaak als een teken van zwakte, soms zelfs als grondig verdacht.

Lanoye had tot slot ook een mening over het eventuele samengaan van Nederland en Vlaanderen, maar ik vrees dat hij hier in zijn oude rol van cabaretier is vervallen: Oostenrijk en Duitsland zijn ook al eens bijeengevoegd, maar kijk in welke stijl.
.

Labels: , ,

Read more...

28 augustus 2007

Pour l'Unité de la Belgique/Voor de eenheid van België (Hoegin)

Nationaliteiten van ondertekenaars van de petitie «Pour l'Unité de la Belgique/Voor de eenheid van België»De Luikse Marie-Claire Houard startte eerder deze maand een internetpetitie onder de titel «Pour l'Unité de la Belgique/Voor de eenheid van België» in een reactie op de communautaire strubbelingen van de voorbije weken en maanden. Als die petitie echter al iets aantoont, dan wel dat Wallonië en Vlaanderen in de praktijk inderdaad al twee totaal gescheiden landen zijn. Een korte analyse toont immers aan dat niettegenstaande de peiling ook al in de Vlaamse media vermeld werd, vrijwel alleen Franstaligen de petitie ondertekenen.

Wie de petitie ondertekent geeft zelf zijn woonplaats, land en nationaliteit op, en aangezien de ondertekenaars niet uit een lijst kiezen maar de velden zelf moeten intikken, valt gemakkelijk af te leiden of de betrokkene Frans-, Nederlands-, Duits- of anderstalig is. Daarmee kan een kleine talentelling onder de ondertekenaars opgesteld worden, en het resultaat van die talentelling toont precies dat aan waar Marie-Claire Houard zich wil tegen afzetten: namelijk dat Vlaanderen en Wallonië niet veel meer met mekaar te maken hebben.

Landen van ondertekenaars van de petitie «Pour l'Unité de la Belgique/Voor de eenheid van België»Of we nu naar de landen of de nationaliteiten kijken, de conclusie is telkens dezelfde: zo'n 90% van de ondertekenaars is Franstalig, 5% is duidelijk Nederlandstalig, terwijl de rest waarschijnlijk nog eens in dezelfde verhouding tussen de twee verdeeld moeten worden. Dat wil zeggen, behalve de 0,8% die voor het land «Belgium» invulde, en de 0,1% die «Belgien» opgaf. Het werkelijk aandeel Franstaligen ligt dus waarschijnlijk dichter bij de 94% dan de 90%.

Labels:

Read more...

NRC Handelsblad stelt libertarisme gelijk aan fascisme (Vincent De Roeck)

Op 25 augustus 2007 verscheen in de Nederlandse krant “NRC Handelsblad” een grootschalig onderzoek over extreemrechts op het internet. Het begeleidende editoriaal “Opkomst en ondergang van extreemrechtse sites” van Joep Dohmen was vlijmscherp.
Het aantal rechtse en extreemrechtse sites groeide de afgelopen jaren explosief. Hier wordt anoniem gescholden, belachelijk gemaakt en beledigd. Maar justitie treedt sinds vorig jaar harder op. Justitie en de providers ondernemen voortaan actie tegen anoniem discrimineren en haat zaaien.
Na de moord op Theo Van Gogh is ook de invloed van het radicalisme, zowel dat onder de moslimgemeenschap als dat ter rechterzijde van het autochtone spectrum, in Nederland het voorwerp van menig onderzoek en analyse geweest. Sinds de Tweede Kamer vorig jaar maatregelen nam om steviger op te treden tegen discriminatie en haat op het internet, werden in Nederland al tientallen websites afgesloten en al aanzienlijk wat gebruikers ook daadwerkelijk veroordeeld. Naar aanleiding van de recente politieactie in Nederland tegen de moderators van de neo-nazistische portaalsite Stormfront.org stelde NRC Handelsblad, nochtans een “liberale” krant die traditioneel sterk aanleunt bij de VVD, de pertinente vraag: “Wat is er aan de hand en hoe groot is die rechterflank op het Net?”

Het NRC Handelsblad inventariseerde en vergeleek rechtse en in taalgebruik radicale extreemrechtse websites, en spoorde zo maar liefst 150 websites op die de afgelopen tien jaar kwamen en gingen. Daarvoor werd het internetarchief Way Back Machine gebruikt, dat meer dan 85 miljard webpagina’s bevat die sinds 1996 opgeslagen werden. Volgens het NRC Handelsblad blijkt uit deze databank een explosieve groei van zulke websites in de afgelopen jaren, met échte pieken kort na elf september, de moord op Pim Fortuyn, de moord op Theo Van Gogh en de opkomst van Geert Wilders.

De kern van deze extreemrechtse websites is veelal dezelfde volgens het NRC Handelsblad, gaande van kritiek op de multiculturele samenleving (“multikul”), over het constant kappen op de progressieve partijen en organisaties (“linkse kerk”), tot het aanvallen van de gevestigde media (“hoerjournalisten”). De krant detecteerde in zijn onderzoek ook een nieuwe recente trend, met name het afdoen van Al Gore en de milieubeweging als “klimaatfabels”, het verwerpen van verkeersregels en rookbeperkingen als “communisme” en het afbreken van alles wat met de Europese Unie te maken heeft als “leugens”.

Nu kan zo’n onderzoek best interessant zijn, maar dan moet het zich op de feiten blijven focussen en zich niet verliezen in het aanvallen van alles wat niet in het centrumliberale kamp past. Het NRC Handelsblad stelt kritiek op de klimaathype (wat is daar in godsnaam mis mee?), kritiek op de overheid (is dat niet de plicht van elke burger in de democratie?), kritiek op de Europese Unie (is de mening van de burgers überhaupt nog wel van enige tel?), kritiek op de traditionele media (is de vrijheid van meningsuiting en de onafhankelijkheid van denken tegenwoordig al onliberaal misschien?), kritiek op “links” (mag men zijn politieke tegenpolen en tegenstanders al niet meer met ideeën bestrijden?), kritiek op de regelneverij (is dat niet net één van de pijlers van het moderne liberalisme?) en kritiek op de multicultuur (is de GEDAPO, de Gedachtenpolitie, al zo machtig dat de burgers niet meer vrij mogen denken en spreken?) gelijk aan extreemrechts, en dus aan nazisme en fascisme. Ik vind dit niet enkel een intellectuele aberratie van formaat, maar ook gewoonweg goedkoop, tendentieus en schandalig.

In hun internetoverzicht neemt het NRC Handelsblad niet enkel de échte extreemrechtse websites mee, maar ook de gewone “rechtse” websites (wie of wat dat ook mogen zijn) en zelfs - in mijn ogen totaal onbegrijpelijk - de “vrijsprekende websites”. Nu kan de terminologie “vrijsprekend” nog niet duidelijk genoeg zijn voor de meeste lezers die niet thuis zijn in de ideologische tegenstellingen binnen het politieke spectrum, maar de uitleg die de Nederlandse krant eigenhandig al toevoegt aan de noemer “vrijsprekend” laat geen twijfel bestaan over wat ze daarmee bedoelen.
“Vrijsprekers” zijn sites die de libertaire gedachte uitdragen.
Kortom, in de ogen van het NRC Handelsblad zijn “libertaire” websites in niets verschillend van de “extreemrechtse” websites. Kan iemand zulke arrogante vermetelheid snappen? Men moet al bijna een holbewoner zijn om dat verschil niet te zien, tenzij de krantenploeg er natuurlijk een anti-libertaire verborgen agenda op nahoudt. Maar zoiets blijft koffiedik kijken en ik kan deze presumptie niet hard maken, dus ga ik er verder ook niet op in. Ik ben immers geen traditioneel overheidsgebonden medium dat argumentloos vanalles en nog wat in het rond kan en mag spuien.

(Nicolas Raemdonck heeft vroeger over de vermeende onbestaande link tussen liberalisme en fascisme ook al eens een tekst geschreven. Ter informatie: de libertaire of libertarische gedachte is eigenlijk ook niets meer dan een gewoon synoniem voor de liberale gedachte. Ook meer daarover vind je in dat artikel.)

In de gepubliceerde lijst van het NRC Handelsblad vind je natuurlijk rechts-extremistische websites als Stormfront Nederland, Overbevolking.nl, Dietslandjeugd, Altermedia Nederland, Europa Europees, Zuid-Hollandse Skinheads, Panzerfaust, Forum Grossdeutschlander Vaterland, Novopress, Jeugdstorm Nederland, Dietse Kameraden, Nieuwe Nationale Eenheid en Aktiefront Nederland, maar bij dat soort websites blijft het helemaal niet. Het NRC Handelsblad betrekt zonder nuance ook bepaalde “rechtse” politieke partijen in het overzicht zoals de Partij voor de Vrijheid, de Lijst Pim Fortuyn en Nieuw Rechts, drie formaties die zonder meer “rechtser” zijn dan de middenmoot, maar meer nu toch ook weer niet. Dat de alom gerespecteerde conservatieve denktank “Edmund Burke Stichting” eveneens in het lijstje staat, doet menig vrijheidslievend burger de wenkbrauwen fronsen.

Zolang de lijst zich met “rechts” en “extreemrechts” zou bezighouden, is er in mijn ogen ook niets verkeerd. Het staat de media nu éénmaal vrij om zulke lijstjes, hoe onjuist en demagogisch ze ook mogen zijn, te publiceren, maar dan wel mits het in acht houden van een minimum aan feitenkennis, goed fatsoen en intellectuele eerlijkheid. Het NRC Handelsblad zou als kwaliteitskrant zeker over deze drie talenten moeten kunnen beschikken, maar laat juist onverbloemd het tegendeel blijken uit dit onderzoek. Ofschoon het libertarisme intrinsiek niets te maken heeft met het fascisme of het conservatisme, worden in vol geverfde libertarische websites als Libertarian.nl, MeerVrijheid.nl, VrijheidRadio.nl en Vrijspreker.nl zomaar op dezelfde hoogte geplaatst als honderden weinig onderbouwde haatsites die op alle vlakken, en niet ten minste op vlak van bezoekersaantallen, compleet marginaal en irrelevant zijn.

Zulke praktijken zijn walgelijk omdat ze het échte debat nog meer uit de weg gaan. Door socio-economische hervormers af te doen als “extreem-rechts” willen de regimekranten het échte politiek- maatschappelijke debat nog vollediger naar hun hand zetten. En wonderwel past het op verkeerde gronden aanvallen van het libertarisch denken perfect in dat plaatje. Het in de media degraderen van de allerlaatste kritische stem binnen de liberale familie tot extreem-rechts was tot voor kort een uitsluitend Belgisch fenomeen, maar heeft vandaag dan kennelijk toch ook zijn weg naar Nederland gevonden. Eén voor één vallen de eertijds toch ó-zo-liberale bolwerken in de handen van de egalitair-socialistische beweging, en geen haan die er naar kraait. Het doek valt over het liberalisme in Europa, en het enige wat men kan horen op de bühne is radeloos gesnik, terwijl het geïndoctrineerde publiek maar blijft applaudiseren.


De volledige pdf-lijst van het onderzoek vind je hier.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.


Read more...

CD&V-verraad gedocumenteerd en gefotografeerd? (Hoegin)

Een fotograaf nam een foto van een vertrouwelijk document dat Jean-Luc Dehaene op zijn schoot had liggen bij het buitenrijden uit kasteel Belvédère. Een onvoorzichtigheid van Jean-Luc Dehaene –hij heeft geen reden om zich boos te maken– die wel eens grote gevolgen zou kunnen hebben: het documenteert namelijk het verraad van de CD&V, want Yves Leterme bevestigde ondertussen aan Knack dat de werknota afgelopen week-end opgesteld werd samen met enkele CD&V-kopstukken. Bart de Wever liet al weten van het document niets af te weten.

De Franstaligen verwijten Yves Leterme dat hij nog teveel Vlaams was en te weinig «staatsman» tijdens de voorbije formatio interrupta. Het is nochtans duidelijk dat Yves Leterme en de Vlaamse onderhandelaars met hem reeds zeer ver gegaan waren in hun toegevingen tegenover de Franstaligen. Van de vijf resoluties van het Vlaams parlement uit 1999 was immers al lang geen sprake meer, en Bart de Wever gaf dat zelf ook toe. Zeker, de Franstaligen wisten een lange waslijst van Vlaamse eisen te lekken, maar om het gastronomisch uit te drukken: 95 borrelnootjes maken nog geen volwaardige maaltijd, integendeel zelfs. Er is dan ook weinig reden om tevreden te zijn over het Vlaamse front van de laatste weken: de Vlaamse onderhandelaars hebben zich op Hertoginnedal uitgekleed tot op hun onderbroek, en de enige reden waarom de onderhandelingen uiteindelijk toch op niets uitgedraaid zijn is dat Joëlle Milquet wou dat de Vlaamse onderhandelaars helemaal in hun blootje gingen staan. De toekomst zal uitwijzen of van haar dit verstandig was of niet. Op dit ogenblik lijkt het van wel.

Overlopen we immers eens de inhoud van de werknota, nogmaals, volgens Yves Leterme in Knack opgesteld door enkele CD&V-kopstukken (welke?):

Staatshervorming wordt buiten regeringsvorming gehouden.
→ Eerste verraad van CD&V: de partij heeft tot nog toe steeds geëist dat de staatshervorming een deel zou uitmaken van de regeringsvorming.

Wel oplossing splitsing BHV in regeerakkoord, liefst in formule die geen 2/3 vereist.
→ Tweede verraad van CD&V: de partij heeft tot nu toe steeds geëist dat Brussel-Halle-Vilvoorde gesplitst zou worden vóór ze tot een federale regering zou toetreden. Bovendien betekent dit dat de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde met een enkelvoudige Vlaamse meerderheid, bijvoorbeeld op 6 september al, niet aan de orde is.

Regering tot juni 2009.
Juni 2009 alle verkiezingen, alle parlementen legislatuur van 5 jaar. OW wijzigen.

→ Derde verraad van de CD&V: zulke constructie betekent immers dat de autonomie van het Vlaams Parlement en zeker de Vlaamse Regering sterk teruggeschroefd zullen worden. Vanaf 2009 mag verwacht worden dat de Vlaamse Regering opnieuw een afspiegeling van de federale Belgische Regering zal zijn, en niets anders.

Groep zes ervaren politici onder leiding voorzitter van Kamer en Senaat werken voorstel staatshervorming uit tegen eind van het jaar. Moet goedgekeurd door Kamer en Senaat tegen juli 2008 of eind 2008.
→ Het beproefde recept van de Costa dus…

Is deze formule voldoende om cdH te ontdooien en volop te laten meewerken aan oranje-blauw?
→ Deze passage verraadt wie op dit ogenblik meester (of moeten we zeggen maîtresse?) is van de regeringsonderhandelingen. Dit kwam trouwens al duidelijk tot uiting op de wijze waarop cdH ervoor zorgde dat er geen informateur uit haar rangen aangeduid werd: op die manier hoeft die partij geen toegevingen voor te stellen bij monde van een vertegenwoordiger die zich als «staatsman» moet voordoen.

Wil PS aan staatshervorming meewerken buiten regering met perspectief van ontbinding in 2009? (is voor hen een voordeel - kunnen opnieuw grootste partij worden)
→ Een interessante overweging van de kant van de CD&V: zij halveert blijkbaar graag de duur van de regering en geeft zelf haar sterke positie in Kamer en Senaat op om toch maar twee jaar aan de Belgische macht te kunnen zijn.

Als PS een regering wil dan wellicht CD&V - VLD - MR - PS - cdH?
Deze formule heeft 2/3: onderhandeling bij vorming regering? Of toch buiten regering?
→ Ontbreekt hier geen kartelpartner?

Is MR bereid zijn federale bonus opnieuw in balans te leggen in 2009?
Wil MR oranje-blauw voor 2j? Dan eerst BHV oplossen.

→ Zoals reeds eerder vermeld: CD&V is dat blijkbaar wel.

Quid N-VA (is nodig voor oranje blauw)
→ Voorwaar een goede vraag!

De indruk die blijft na het lezen van deze nota is dat CD&V bereid is zeer ver te gaan om toch maar te kunnen deelnemen aan de Belgische macht. Het opblazen van het Vlaams Kartel is een optie die misschien niet meteen de voorkeur meedraagt, maar die duidelijk wel al overwogen wordt. De geheimzinnige mededeling van Yves Leterme aan Knack dat hij binnen enkele weken reeds een nieuwe regering verwacht kan niets anders betekenen dan dat de CD&V op relatief korte termijn bereid is zeer ver te gaan, als dat moet. Dat men bij N-VA niets afweet van het scenario dat Jean-Luc Dehaene meenam naar de koning spreekt trouwens boekdelen.

In dat verband is er nog een element. De huidige processie van Ministers van Staat naar Belvédère heeft meer weg van een mobilisatie van alle staatsbehoudende krachten dan een doordeweekse consultatieronde. Van geen enkele van de opgetrommelde Ministers van Staat kan verwacht worden dat ze bij de Koning de Vlaamse zaak zouden verdedigen, dat wil zeggen, noch zouden willen verdedigen noch zouden durven verdedigen. Integendeel zelfs. Sommige van hun Franstalige tegenhangers daarentegen zijn zelfs legendarisch wat hun Vlamingenhaat betreft. De vraag is dan ook welke raad zij de Koning zouden kunnen geven en waarom zij opgetrommeld worden. Wil de Koning zich langs Franstalige zijde volledig indekken en tegelijk op de CD&V de raison d'état doen inwerken, in de hoop dat die partij haar programma en kartelpartner overboord gooit om België nog eens twee jaar respijt te geven? Afgaande op de werknota van Dehaene/Leterme lijkt alvast dit goed te lukken.

Labels: , , ,

Read more...

Bis repetita non placet... (victa placet mihi causa)

.
De NOS-Radio gaf vanavond het bericht dat de Iraanse overheden de Zweedse zaakgelastigde hebben ontboden, omdat er na Denemarken nu alweer in Zweden een beledigende cartoon is gepubliceerd.
De profeet (V.z.m.H.) wordt deze keer niet afgebeeld als terrorist of messentrekker, of in het gezelschap van een geit of kameel, maar als hond die in het moderne verkeer verloren is gelopen.
Uit voorzorg, om de mohammedanen niet weer kwaad te maken dus, hebben enkele Zweedse galerieën alvast besloten om het werk van deze tekenaar niet meer ten toon te stellen.
Afwachten of deze kwestie nog enkele martelaren oplevert, maar onder ons gezegd vind ik BHV een stuk vermakelijker.
.

Labels: , , , ,

Read more...

27 augustus 2007

Gated communities : pretentieus egalitarisme
in De Standaard (Vincent De Roeck)

Op mediavlak is Vlaanderen zeker en vast niet verwend. We moeten het stellen met een drietal zelfverklaarde kwaliteitskranten, omringd door een iets groter aantal “volkse” dagbladen, waarvan dan nota bene het merendeel nog eens “mirrors” van elkaar zijn. De openbare omroep domineert het visuele medium en moet een aantal vrij zwakke private zenders naast zich dulden om toch tenminste nog de schijn van “concurrentie” hoog te houden. Vlaanderen kan prat gaan op een mooi aanbod aan week- en maandbladen, dat wel, maar dat eizona het ganse weekbladspectrum in Vlaanderen in de handen van één corporatie rust, hebben maar weinig Vlamingen geweten. En waarom zouden ze ook? De Vlaming klaagt immers niet, want daarvoor zou hij zelfstandig moeten denken, en dat is maar al te vaak net iets te veel gevraagd. Hij bergt zijn kritische ingesteldheid met alle plezier op en nestelt zich knus in de roes van berusting. De Vlaming knikt en slikt wat hij voorgeschoteld krijgt.

In tegenstelling tot de Angelsaksische wereld waar de media écht wel als “vierde macht” getypeerd kan worden, en zelfs in tegenstelling tot Nederland en Duitsland, waar de kritische pers ook aanzien, invloed en macht heeft, holt de pers in Vlaanderen het bestel achterna op een wijze die we bij benadering niet meer fatsoenlijk of aanvaardbaar kunnen noemen. De media verpletteren elkaar voor dezelfde “scoops” of maken elkaar het leven zuur om dan ’s avonds toch allemaal dezelfde nieuwsitems van CNN, Reuters en de Associated Press over te nemen. De dunne éénheidsworst die we in de media dan ook voorgeschoteld krijgen, smaakt naar alles en tegelijkertijd naar niets. De media in Vlaanderen zijn zéér zwak en zéér gedwee. Het dwepen met het bestel trachten ze nog wel enigszins te camoufleren door bijwijlen kritisch uit de hoek te komen als het om de niet-bevriende politieke partijen gaat, maar verder reikt de democratische meerwaarde van de Vlaamse media al lang niet meer.

De enige krant die het label “kwaliteit” doorheen de jaren nog enigszins wist te behouden, was De Standaard, eertijds geleid door de alom geprezen Manu Ruys. Maar ook de laatste jaren lijkt deze krant ten prooi te vallen aan dezelfde nefaste evolutie die aan de basis lag van de teloorgang van alle andere grote Vlaamse kranten. Het standaardformaat moest eraan geloven, net als het oude logo en uiteindelijk zelfs de redactionele objectiviteit.

De laatste kwaliteitskrant van Vlaanderen blijft echter probleemloos standhouden, al is het maar omdat zijn twee grootste concurrenten nog minder presteren dan De Standaard. De Tijd worstelt nog steeds met zijn oud saai imago en kan maar geen nieuwe lezers aantrekken van buiten zijn historische doelgroep. De Morgen is dan weer té links gekleurd om nog een groot publiek te kunnen aanspreken. De oproep van een aantal extreem-rechtse politici om een eigen krant te beginnen en het succes van de talrijke nieuwsblogs, metablogs en webzines op het internet, bewijzen het failliet van de traditionele media in Vlaanderen. Ze hebben het zelf verkorven, en vandaag lijkt ook het liedje van De Standaard stilaan uitgezongen.

Noot: Over de partijdigheid en vooringenomenheid van De Standaard heb ik vroeger ook al eens een artikel geschreven. Voor nog meer fratsen in de Vlaamse media raad ik VRT Watch aan.

In De Standaard verscheen deze week een “reportage” van één volledige krantenpagina over een Amerikaans fenomeen dat ook steeds meer in opmars schijnt te zijn in Europa, met name de “gated communities”. Het gaat om een soort van woonerven rond een aantal gemeenschappelijke faciliteiten die zich collectief beschermen via een bewakingsdienst. Aan het einde van de Louizalaan vindt men al van oudsher zo’n “community”, net als in Namen op de Citadel of in Brasschaat aan het Eyckenhof. Natuurlijk worden zulke fenomenen door links steevast afgedaan als “asociaal” en “uitsluitend voor de rijken”, maar dat raakt normaliter de koude kleren van de burgers niet. Zulke “gated communities” zouden teruggaan op een “gebrek aan solidariteit” en dat is in de ogen van egalitair links al een écht halsmisdrijf geworden. Het fenomeen kwam vorig jaar in de media toen men voor een Genks nieuwbouwproject voor de allereerste keer de term “gated community” gebruikte en toen een aantal inwoners in het Antwerpse de doodlopende Rivierstraat met een hek van de buitenwereld afsloten.

Terug naar de bewuste “reportage” in De Standaard dan. Had deze krant het bladvulsel gecategoriseerd als “opinie” was er in mijn ogen niets aan de hand geweest, want het staat elke krant nu éénmaal vrij om commentaren en tribunes over te nemen. Aan die redactionele vrijheid wil ik zeker niet torsen. Maar De Standaard typeerde het artikel niet als opinie, maar wel degelijk als reportage, een vorm van verslaggeving die mijns inziens toch wel een minimum aan intellectuele eerlijkheid en neutraliteit veronderstelt.

Maar dan kwam men toch wel bedrogen uit. De “reportage” stond immers bol van het pretentieus egalitarisme waarop doorgaans De Morgen het patent lijkt te hebben. De alleszeggende titel gaf die richting ook al aan: “Rijken verschansen zich achter muren” (sic!).

Of zoals Pieter-Willem Vanden Broucke, oud-voorzitter van het LVSV, het treffend wist te verwoorden.
Het politieke discours is doordrongen van het marxisme. Het collectieve zou a priori beter zijn omdat het de basis van het politieke denken zou uitmaken. Daarom is de weergave [in De Standaard] niet eens meer pretentieus maar eigenlijk gewoon pijnlijk banaal.
Vandaag leven er al meer dan 16 miljoen Amerikanen in zulke “gated communities”. In Los Angeles woont zelfs 40 procent van de inwoners op zo’n woonerf. Volgens vastgoedexperts ziet het er ook naar uit dat deze woonvorm, ofschoon hij nooit de algemene maatstaf zal worden, toch de komende jaren de wereld verder zal inpalmen.

Het artikel vat aan met een “neutrale schets” van de feiten.
Van Los Angeles tot Tokio verstoppen mensen zich achter versterkte muren en dure alarmsystemen, op zoek naar veiligheid. Ze zijn niet meer bereid om met hun minder gegoede medemensen samen te leven. (…) Toch blijken ze geen waar voor hun geld te krijgen. Gek genoeg voldoet een “gated community” helemaal niet aan de wensen. Het is er niet veiliger en bovendien is het helemaal geen sociale woonvorm.
Waarom zouden de welstellende mensen die de luxe van zo’n woonerf verkiezen niet meer bereid zijn om met de minderbedeelden samen te leven? Wat is eigenlijk het verschil tussen de aankoop van een luxevilla in een residentiële wijk, waar men ook zeker is van welstellende buren al is het dan officieel “publieke ruimte”, en de aankoop van een woonst op een woonerf? Zijn alle gegoede mensen die niet bereid zijn om temidden van vervallen krotten, graffiti en vuilnis te wonen plots asociaal? Daarbij zijn zulke woonerven in wezen identiek aan appartementsgebouwen, waar derden ook geen toegang hebben tot de gemeenschappelijke faciliteiten van het gebouw. Zijn de flatbewoners dan plots ook al asociaal? Verkondig dat verwijt anders maar eens in de sociale woonkazernes op de Luchtbal.

Wat verder in de “reportage” staat het volgende te lezen.
Vanuit een gevoel van nostalgie willen Amerikanen samenleven met gelijken. Dat zijn veelal blanke gegoede medeburgers die er hetzelfde waardepatroon op nahouden. (…) “Gated communities” weerspiegelen de klassenverschillen en de raciale en etnische spanningen. Ze versterken de sociale segregatie en werken racisme in de hand. (…) Mensen buiten de muren voelen zich bovendien bedreigd door deze “versterkte burchten”.
Vergeef mij als ik het bij het verkeerde eind zou hebben, maar bestaan er wel cijfers over de huidskleur van de gemiddelde inwoner van zo’n woonerf? En komen die cijfers dan niet overeen met de bestaande inkomenskloof tussen de verschillende “rassen” die ook buiten deze “gated communities” bestaat? Er bestaat nu éénmaal een grote discrepantie tussen de inkomens van een zwarte, een latino en een blanke in de VS. Dat zal ik hier zeker niet ontkennen, maar is die verhouding gunstiger in de doorsnee residentiële “suburb” dan in een “gated community”? Ik denk het niet. Bijgevolg hebben deze woonerven inherent niets te maken met racisme of etnische discriminatie. Ik dacht trouwens dat eizona alle NBA-sterren ook in zulke “communities” woonden.

En wat dan met de vermeende “sociale segregratie”? Idem dito. Is deze op zulke woonerven groter dan pakweg in Beverly Hills of Malibu? Bestaan er dan geen “all white” of “all rich” scholen buiten deze woonerven? Natuurlijk wel. Alles heeft te maken met de rijkdom van de betrokkenen. Er is immers geen enkel wezenlijk verschil tussen rijke wijken met topscholen (die lokaal door de wijk gefinancierd worden) en “gated communities” met eigen scholen (die door de betalende bewoners gefinancierd worden). En de angst van derden voor deze forten is ook al op geen enkele serieuze grond gestoeld. Iedereen is bang van wat hij niet kent. De vraag is of men méér angst heeft voor een nabijgelegen “gated community”, dan wel voor een nabijgelegen residentiële woonwijk, waar ’s nachts toch ook de privé-bewakingsfirma’s de dienst uitmaken. Persoonlijk zie ik hier - opnieuw - geen enkel noemenswaardig verschil.

Als je niet zeker bent van je gelijk, en je twijfelt aan de impact van je tekst op de lezers, haal je er best de kinderen bij. Dat werkt altijd zogezegd. Zo ook bij De Standaard.
Nochtans is de woonvorm vooral nefast voor kinderen. (…) Veel jonge gezinnen verhuizen naar een “gated community” in de hoop hun kroost te kunnen afschermen van de boze buitenwereld. Kinderen groeien op in een beschermde omgeving. Ze worden angstige burgers met een enorm wantrouwen tegenover de anderen.
Ik val hier in herhalingen. Sorry daarvoor, maar ik kan gewoon niet anders. Rijke kinderen klitten toch ook samen indien ze niet binnen hetzelfde veiligheidshek zouden wonen. Ze gaan samen naar de muziekles, het ballet, de voetbal en op restaurant. Ze gaan met elkaar op reis, gaan samen tennissen en golfen. Daarbij ken ik massa’s minder bedeelde kinderen die ook zéér “afgeschermd” grootgebracht worden voor een velerlei aan redenen. Hoeveel kinderen mogen er niet mee op klasuitstap, ook al is die kosteloos, omdat het té gevaarlijk zou zijn? Hoeveel kinderen worden naar school gebracht en nadien afgehaald? Uiteindelijk gebeurt er zeker niet méér afscherming op zo’n woonerf dan elders.

En worden ze wantrouwiger dan de anderen? Ik weet het niet, maar waarom zou dat ook zo zijn? Ik ken mensen die volledig afgesloten van de samenleving wonen en leven (bijvoorbeeld mijn grootouders), maar die nog steeds denken dat men ’s nachts in een grootstad als Antwerpen of Brussel gewoon onbevreesd kan gaan wandelen. Wantrouwen kan immers ook (misschien zelfs vooral?) ontstaan uit persoonlijke ervaringen (overval, diefstal, geweld, …) waaraan men binnen een “gated community” kan ontsnappen. Misschien zijn zo’n woonerven zelfs nog heilzamer voor het wantrouwen dan de opgehemelde “sociale mix” in gewone volksbuurten.

Tenslotte haalt De Standaard er een professor bij, een zekere Allan Scott die “urban development” aan de UCLA doceert.
Het bouwen van dergelijke gemeenschappen houdt een zeer ondemocratisch gebruik van de stedelijke ruimte in. Grenzen en muren verhinderen een stad een sociale gemeenschap te vormen. (…) Er zijn eigenlijk ook geen voordelen in deze woonvorm. Ze verdelen een maatschappij en zijn een bedreiging voor de democratische principes. Je zegt eigenlijk tegen mensen dat ze jouw ruimte niet mogen betreden terwijl het omgekeerde wel mag. Bovendien gaan ze in tegen gezelligheid, kameraadschap en sociale solidariteit.
Een mooi einde van de reportage moet ik zeggen. Men eindigt in dezelfde trend waarin men begonnen is. De solidariteit komt in het gedrang, en dus is het fenomeen oerslecht. Archetypische cliché’s uit de egalitaire doos dus. Persoonlijk zie ik niet in wat er “ondemocratisch” is aan het aankopen van grote loten bouwgrond en deze dan om te vormen tot mini-stadjes of afgeschermde wijken. Dat is de vrije keuze van de projectontwikkelaar, en niet die van één of andere weirdo-professor of één of andere overheidsinstantie. Zou het toevallig zijn dat men juist een professor van een staatsuniversiteit aan het woord laat? Nochtans puilt de VS uit van de hoogwaardige privé-onderwijsinstellingen. De vraag stellen is ze beantwoorden.

Ik denk ook dat men binnen een woonerf gemakkelijker in contact komt met zijn buren dan elders. Men gebruikt nu éénmaal hetzelfde zwembad, dezelfde tennisvelden of hetzelfde golfparcours. Hoe weinig mensen in de steden, de ó-zo-opgehemelde “sociale” woonvorm, hebben nog contact met hun buren? Ogenschijnlijk veel minder dan op zo’n woonerf. En wat de vermeende aanval op de democratische principes betreft, kan ik eveneens zéér kort zijn. Zo’n statement raakt toch echt wel kant noch wal. Wat is het verschil tussen een woonerf van x hectare groot en de villa van één rijke burger met x hectare tuin? Is de rijke burger misschien dan ook al een bedreiging voor de democratie geworden?

Daarbij zou het er nog maar moeten aan mankeren dat de bewoners van een “gated community” geen toegang meer zouden krijgen tot de “publieke ruimte” van de gemeente waar ze wonen. De woonerf-bewoners zijn meestal welstellend, én betalen dus relatief veel belastingen. Het zou pas echt een schande zijn, moest hen de toegang tot de gemeentefaciliteiten geweigerd worden, wetende dat zij deze in de eerste plaats via hun belastinggeld bekostigd hebben. Gemeenten zouden woonerven juist moeten aanmoedigen, omdat ze eigenhandig instaan voor hun comfort, en het de gemeente niets kost. Men kan zo de kost per inwoner aan wegen, infrastructuur en nutsvoorzieningen drastisch terugdringen. Maar zulk beleid vergt een totale ommeslag in onze manier van denken.

We moeten eindelijk eens komaf maken met het pervers egalitarisme dat de publieke opinie via de media domineert. Vandaar deze oproep om te beginnen met het verbranden van alle kranten. Ze zijn onze tijd, onze moeite en ons abonnementsgeld al lang niet meer waard.


Meer onafhankelijk internetnieuws op www.indymedia.be.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.


Read more...

26 augustus 2007

Het geheim van een franstalig vetorecht

Ook Marc Reynebeau gelooft niet meer in het voortbestaan van België, zo leid ik af uit zijn jongste artikel, in de Standaard van 25 augustus ("Het geheim van België"). In dit stuk is hij naar zijn doen trouwens erg mild voor het flamingantisme. Maar tussen de regels door klinkt er toch een echo van de stelling die Franstalige politici ons willen doen slikken, dat het ondemocratisch zou zijn om met een Vlaamse meerderheid in het Parlement "eenzijdig" de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde goed te keuren. En Reynebeau doet dat door een citaat uit de mond van mijn grootvader August de Schryver te gebruiken:

"'Meerderheid en oppositie wisselen af,' aldus de katholieke politicus August De Schryver in 1954, 'maar deze groepen uit de natie moeten, beide, de basissen eerbiedigen voor een gemeenschappelijk leven-in-de-staat van landgenoten met verschillende overtuigingen; hierin ligt “het compromis der Belgen, besloten.'"



Reynebeau vervolgt: "De Schryver sprak uit ondervinding. In de Koningskwestie (1944-'50) streefde de CVP in de controverse rond het oorlogsgedrag van koning Leopold III een meerderheidsstrategie na, om zich eenzijdig aan het hele land op te dringen. In de Schoolstrijd (1954-'58) ging een socialistisch-liberale regering dan weer radicaal in tegen de toen nog erg gevoelige belangen van het vrij (katholiek) onderwijs."

Reynebeau is zo verstandig om geen historische leugens te schrijven, maar of het daarom waarheid is, is nog iets anders. Het gebruik van dit citaat in een communautaire discussie geeft namelijk de indruk dat die stelling ook daarvoor vandaag kan gelden.

De woorden dateren uit 1954, toen de nieuwe socialistisch-liberale meerderheid een radicaal antikatholieke politiek begon te voeren en discriminaties invoerde op grond van levensbeschouwelijke overtuiging, waarmee men katholieken uit overheidsfuncties kon weren. August de Schryver was een van diegenen die vond dat de CVP niet zomaar zijn meerderheid kon gebruiken om in de Koningskwestie de eigen visie op te leggen en kon dus geloofwaardig ten strijde trekken tegen de pogingen van de nieuwe antikatholieke regering om dat te doen in de zgn. Tweede Schoolstrijd.

De werking van de democratie berust inderdaad mede daarop dat de meerderheid van het moment bij elke nieuwe verkiezingen de meerderheid kan verliezen en in de oppositie kan belanden. Die mogelijkheid is een waarborg tegen machtsmisbruik. De oppositie moet een eerlijke kans hebben om door middel van verkiezingen de meerderheid te breken. Daarom is het voor een democratie wezenlijk dat ze zo gebouwd is dat (1) de macht kan wisselen, d.w.z. dat geen enkele meerderheid de garantie heeft om voortdurend die meerderheid te behouden; en (2) geen enkele politiek-levenbeschouwelijke stroming a priori uitgesloten is van de mogelijkheid tot de meerderheid te behoren (zie verder mijn Opsomerlezing uit 2000 "Democratie: hoe is het mogelijk ?" nr. 9 tot 13). Als er iets is dat hiertegen ingaat, dan is het wel de schutskring rond het Vlaams Belang, waarvan Reynebeau juist zo'n groot voorstander is.

Dit betekent natuurlijk helemaal niet dat in een democratie geen beslissing zou mogen worden genomen zonder het akkoord van de oppositie, dat de oppositie een vetorecht zou hebben. Maar de meerderheid moet wel de gelijkheid van alle staatsburgers voor de wet eerbiedigen evenals de fundamentele vrijheden. En zij mag de normale politieke mededinging niet vervalsen door de kieswet te wijzigen om zo aan de macht te blijven of de samenstelling van het kiezerskorps te veranderen.

Maar bovendien betreft die stelling "de basissen voor een gemeenschappelijk leven-in-de-staat van landgenoten met verschillende overtuigingen", dus levensbechouwelijke diversiteit. Dit is een heel andere vraag dan de verhoudingen tussen twee Gemeenschappen zoals de Vlaamse Gemeenschap (ik blijf dit nog altijd een totaal verkeerde naam vinden voor de Nederlandse Gemeenschap die wij vormen) en de Franse Gemeenschap in België. Zij wisselen elkaar niet af als meerderheid en oppositie. Meer nog, het ziet er niet naar uit dat de Franstaligen binnen afzienbare tijd ooit een meerderheid zullen vormen (tenzij misschien door massale import van buitenlanders ....).

Een vetorecht voor Franstaligen valt daar dus helemaal niet uit af te leiden. Wel zal een volksgroep die zich niet bij de beslissingen van de bestaande staat wil neerleggen onder bepaalde voorwaarden het recht op secessie hebben. Als Wallonië niet meer bereid is beslissingen van een democratisch verkozen meerderheid te aanvaarden, kan het zich afscheiden.

Wil dat zeggen dat de meerderheid intussen in communitaribus gelijk wat kan beslissen ? Geenszins; zoals gezegd moet zij de gelijkheid van de Belgen voor de wet eerbiedigen evenals de fundamentele vrijheden. Maar dat betekent helemaal niet dat de minderheid een vetorecht heeft. De franstalige stelling dat de Franstaligen een vetorecht hebben heeft niets met democratie te maken en al evenmin met federalisme. In een confederatie ligt dat in een bepaald opzicht anders: daar kan elk lid verkiezen om in een bepaalde materie zelf te beslissen. Dus een gedeeltelijke secessie. Wat de Franstaligen willen is echter dat zij elke beslissing kunnen blokkeren zonder dat een van beide Gemeenschappen - in concreto: Vlaanderen - dan het recht zou hebben om voor zichzelf te beslissen op eigen grondgebied. Dat is wat ik eerder een contrafederatie heb genoemd. Met het aan een democratie eigen respect voor de oppositie heeft dat niets te maken.

Ook zijn minderheidsrechten aangewezen wanneer een autochtone bevolkingsgroep geminoriseerd is geraakt (zoals de Vlamingen in Brussel; zoals ik elders heb aangetoond is er echter in Vlaanderen geen Franstalige volksgroep die een dergelijke autochtone minderheid vormt).

Wanneer de Vlamingen zouden beslissen om "eenzijdig" de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde te splitsen, zou dit de Franstaligen géén enkel recht ontnemen. De essentie van kieskringen is dat men niet tegelijk voor de lijsten van een andere kieskring kan kiezen. Omgekeerd zou de splitsing van B-H-V juist een ongrondwettige discriminatie opheffen, die maakt dat Franstalig-Brusselse en Waalse politici wel in Vlaanderen kunnen opkomen en Vlaamse niet in Wallonië. Het zou dus een overwinning voor de rechtsstaat zijn als de Vlaamse parlementsleden dat de komende weken nu ook eens gaan doen.
Read more...

Afscheidsbrief (VrijvanZegel.net)

Beste lezer,

Scheiden doet lijden, afscheid nemen doet altijd een beetje pijn.

Soms is er niet eens gelegenheid om afscheid te nemen, dan slaat het lot onverwachts toe. Dat is vreselijk.

Soms zie je het noodlot naderen en kan je je nog voorbereiden.

Heel soms kan je zelf beslissen. Er is moed nodig, om dan niet de voorlopig gemakkelijkste weg te kiezen én toch afscheid te nemen.

Ik wens iedereen, die ooit voor deze keuze staat, al die moed toe.


Een afscheidsbrief...

Sire,

Ik richt mij met dit schrijven rechtstreeks tot Uwe Majesteit, omdat U als koning van het Koninkrijk België een unieke positie inneemt.

U staat namelijk boven de partijen, zelfs op veel gebieden boven de wet. Dat verschaft U heel wat privileges, al is deze positie niet altijd rozengeur en maneschijn. Het feit dat U bijvoorbeeld geen stemrecht heeft, zet U meteen op één lijn met personen die om een meestal niet zo prijzenswaardige reden van hun burgerrechten zijn beroofd.

Vanuit uw positie bent u ook het symbool van dit land in het buitenland, waar men vaak meer dan binnen onze grenzen, nog opkijkt naar gekroonde hoofden – wellicht omdat ze er zelf geen meer hebben. Dat heeft u haast uw hele carrière handig uitgespeeld, ten voordele van het land dat thans het Uwe is. Door Uw naam, vooral Uw titel, en zeker Uw goedlachsheid te verbinden aan economische missies, werden overal ter wereld deuren geopend waarlangs een verfrissende tocht in de richting van onze contreien woei en ons Bruto Nationaal Product in de hoogte blies.

Ik weiger bijgevolg, Sire, van mij te scharen achter degenen die Uwe Majesteit alleen maar een nietsnut, een zakkenvuller of een geldverslindende poppenkastfiguur zouden vinden. Ik wéét immers, Majesteit, dat wat U nu nog jaarlijks kost, maar een schijntje is van wat alleen Uw verdienstenloos geërfde titel al, vroeger voor ons land heeft opgebracht en waar wij als burgers ten slotte toch ook ons voordeel mee deden – al was dat niet altijd zo tastbaar en werd het vaak door politici die het vertrouwen van Uw broer genoten, meteen van ons weg geroofd.

U kent mij niet, Sire. Misschien werd er U ooit eens een tekst van mij gesignaleerd, al betwijfel ik dat. Ik kan me levendig voorstellen dat de slechteraadgevers die U omringen, U wel zullen behoeden voor het soort teksten dat ik schrijf. Zij houden even angstvallig de pers uit Uw buurt. Slechts onderdanige, regimegezinde spookschrijvers die bereid zijn hun journalistieke ziel te verkopen voor een kortingkaart op de Belgische Spoorwegen, worden heel uitzonderlijk eens in Uw nabijheid geduld.

Uw slechteraadgevers lichten U ongetwijfeld alleen in over wat er goed gaat in het België waar het volk, volgens het beeld dat ze U ervan ophangen, alleen danst en schranst en flanst en kranst en zwanst en zingt ‘Ik houd van U – Je t’aime tu sais…’.

De tekst van dat liedje alleen, Sire, drukt al het verschil uit in mentaliteit tussen de twee culturen in Uw Koninkrijk. De Vlamingen uiten hun liefde met alle respect die hen eigen is, de Walen tutoyeren erop los alsof ‘aimer’ voor hen hetzelfde is als je blaas ledigen op de buik van de moeder die je zoogt.

Net zoals Uw steeds minzaam kijkende broer Baudouin, waarvan ingewijden weten dat hij een heel venijnig en schijnheilig ventje kon zijn achter zijn stilzwijgende glimlach, wordt U alleen geconfronteerd met de miserie van Uw onderdanen als er niemand eigenlijk echte schuld aan heeft, zoals overstromingen of gasontploffingen of de ontvoering van tienermeisjes door een geestesgestoorde maniak waarvan zijn verschrikkelijke daden zodanig uitvergroot werden dat hij als mens al op een natuurramp begon te lijken en het beeld van de ‘individuele misdadiger’ oversteeg.

Ik denk ook niet, dat de schamele teksten die ik om den brode moet schrijven – want geen ander talent is mij gegeven om in het levensonderhoud van mezelf en de mijnen te kunnen voorzien, evenmin ben ik geboren in een milieu waar talenten overbodig zijn omdat het brood aan de poorten van het paleis wordt aangevoerd zonder dat de bewoners zich hoeven af te vragen waar het vandaan komt – dus, ik denk niet dat mijn schrijfsels kwalitatief genoeg zijn om Uwe doorluchtige Majesteit te kunnen interesseren.

U kent mij bijgevolg niet, Sire. Maar ik ken U wel. Ik volg U al vele jaren. Op die 2de juli in 1959 stapte ik als kind 5 kilometer te voet naar tante Rachel. Ze had de ‘kanker in den buik’, lag uitgemergeld op haar ziekbed gekluisterd en om de tijd te verdrijven had nonkel Victor haar een tv-toestel gekocht. Zij was daarmee de eerste in onze familie. Haar slaapkamer kreeg daardoor bij belangrijke gebeurtenissen de allure van een bioscoopzaaltje en zij kreeg zo nog eens bezoek.

Het tv-toestel was toen nog zo’n scherm met afgeronde hoeken. Het beeld vertoonde alle schakeringen van grijs met heel veel witte stippen die er zoals sneeuwvlokken tussenvielen. Maar goed, het bewoog, er kwam klank uit en het was een wonder.

Even wonderlijk als Uw prachtige vrouw, die Italiaanse prinses, Paola di Ruffo di Calabria. Ze sprak toen nog geen Nederlands, maar dat zou ze onmiddellijk na de plechtigheid wel beginnen leren…

Veel kwam daar niet van in huis, Sire, maar ik heb daar alle begrip voor. Als je weinig te vertellen hebt, dan hoef je ook niet veel talen te kennen, zeker niet als studeren op zich al een hele opgave is.

Trouwens voor iemand met Italiaans vuur in haar bloed, is het aanleren van een Latijnse taal zoals het Frans nu eenmaal veel gemakkelijker. In haar nieuwe vaderland kon ze zelfs voldoende contact onderhouden met landgenoten die haar moedertaal deelden. Ik denk dan aan een Waalse zanger die verliefd op haar was, of aan een Italiaanse zakenman waarop zij later verliefd werd.

Ik volgde U ook toen ik uw foto in boxershort zag staan in de Kwik, het schandaalblad dat niemand las, maar iedereen kocht. Een meter of zo naast U stond er een beeldmooie vreemde vrouw en Uw wettelijke vrouw stond er niet bij. ‘De Kwik’ suggereerde daar allerlei voze bedenkingen bij, maar toen ik later zelf op die uitgeverij begon te werken, vernam ik dat het linkerstuk van de foto was afgeknipt omdat daar de prinses wel opstond.
Dat gebeurde toen zo. Nu is het ondenkbaar dat zoiets in de media nog zou gebeuren. Nu is er geen enkele redacteur die nog knipt. Hij gebruikt Photoshop.

Ik volgde op afstand Uw buitenlandse reizen als Economisch Gezant. Het was een titel die op niets sloeg, maar in afwachting van uw koningschap moest U zich toch met iéts bezig houden. Ik heb daar alle begrip voor, Sire. Een hele dag motorrijden of koekoekseieren leggen, wordt op de duur ook eentonig.

En toen, Sire, toen raakte U echt mijn hart. Nog minder dan een week na het plotse overlijden van uw broer – een feit dat u ongetwijfeld diep moet getroffen hebben omdat hij altijd en met succes waakte over uw geestelijk, familiaal en moreel welzijn – was U nog volop bezig met uw verdriet te verwerken en een rouw te beleven waarop ook koningskinderen recht hebben.

Maar het werd U niet gegund, Sire. Het was niet zo dat ‘het land’ op U riep of zo. ‘Het land’ was nog bedwelmd in een coma van zoveel koekjesdozenromantiek. Maar het was Uw echtgenote die haar kans schoon zag om eindelijk ook eens een titel te voeren en hopelijk in dit land een rol te gaan spelen. Voor U hoefde het niet zo nodig, Sire. Dat weet ik goed genoeg. U was ongeveer op pensioenleeftijd en had een mooie spaarpot bij mekaar gereisd.

Helaas, U werd niet alleen door Uw echtgenote, maar ook door uw slechteraadgevers geroepen om een overgangsfiguur te vormen tussen de sfinks die Baudouin was en waarvan iedereen een goede indruk had omdat ze er buiten die ene, ingestudeerde blik toch niks meer konden over te weten komen, en uw eigen nageslacht of – erger nog – dat van Uw echtgenote, of – nog erger – die jongen en dat meisje die pas enkele jaren later Uwe Koninklijke rust zouden komen verstoren.

U stond daar bij Uw eedaflegging, Sire, te beven,… te beven… Ik begrijp dat. Nog onder de indruk van het overlijden, de begrafenis, de dwingende slaapkamerdiscussies, de grote geheimen die U in Uw hart meedroeg en die elk ogenblik konden uitlekken, het bombastische van de ceremonie, een Van Rossem die zoals een schooljongen de boel trachtte te relativeren met een mislukt grapje,… een mens zou van minder beginnen beven, Sire!

Toen had U het geluk dat de zaak Dutroux uitbrak. Het was een uitgelezen kans om U te manifesteren als een Koning des Volks door de ouders van vermiste kinderen op Uw paleis te ontvangen. In de ogen van Uw onderdanen verkleinde dat de afstand tussen een wassenbeeldenmuseum en het werkelijke leven daarbuiten.

Helaas, het werd U niet gegund, Majesteit. Het waren Uw eigen, ondankbare kinderen en kleinkinderen die Uw positie steeds ondermijnden.

Uw kleinzoon, die op de Avenue Louise een halve kledingwinkel ging leegkopen en weigerde te betalen omdat hij ‘prins’ was en waar het Hof achteraf snel-snel de rekening moest gaan vereffenen om de deurwaarder uit Laken weg te houden.

De jongste zoon van de koningin die iets heeft met de kust: een diploma van weet-ik-wat bij de marine maar geen zwembrevet, een intieme vriendschap met een zangeresje uit Oostende, een hele interieurinrichting in marineblauw, een vetbetaalde baan in een totaal overbodige instelling, een garage vol Ferrari’s,….

De kroonprins die gebukt loopt alsof hij door een Spaanse Furie in het harnas van Don Quichotte geklonken werd en ook zijn maatschappijbeeld beperkt tot die periode uit de geschiedenis. Op zich zou dat niet het ergste zijn. Als decoratief element tijdens een ontvangst op het paleis, kan hij zelfs nog aantrekkingskracht uitoefenen. Maar het wordt erger wanneer hij op recepties aangesproken wordt en iemand een – liefst zinnig - antwoord van hem verwacht. Het wordt pas onmogelijk wanneer hij zich geroepen voelt om zelf iemand aan te spreken en zijn taaiheid te bewijzen.

Helaas, Sire, helaas heeft dat altijd al het averechtse effect gehad en dat zal er niet op beteren. Van een cent maak je geen euro. Maar wat het allerergste is, wat ook zijn eigen toekomst hypothekeert, is dat hij zichtbaar neerkijkt, bijna spuugt, op tweederde van wie ooit zijn onderdanen zouden moeten worden.

Hij staat niet boven de partijen zoals U dat moet doen, hij getuigt nu al dat hij oewwelll oewill koning oewworden, maar dat hij dat niet wil zijn voor àlle Belgen.

Het moet verschrikkelijk zijn, Sire, om dit als goedbedoelende vader te moeten vaststellen: Uw eigen kinderen, die geen respect hebben voor Uw gevoel van humor en uit frustratie de poten onder Uw troon uitzagen!

Ik begrijp Uw houding daarom zo goed, Sire. U kunt natuurlijk niet anders dan de kerk in het midden houden. En op Uw leeftijd – na een gebroken hart, een gebroken voet, een gebroken heup en een gebarsten land – zou een mens er voor minder de brui aan geven en de gemakkelijkste weg kiezen.

Wat U de voorbije weken is overkomen, moet een hel geweest zijn. De overgrote meerderheid van Uw onderdanen vindt het na 175 tirannie welletjes geweest, maar ze is niet revolutionair. Nog niet. Ze blijven zoeken naar een oplossing waar iedereen met een paar toegevingen zonder gezichtsverlies kan uitkomen. Maar dan wel op een eerlijke basis. En ik ken de Vlamingen, Sire, ik ben er zelf één. Wij zijn geen volk van pottenbrekers of potjestoedekkers. Wij zijn minzame onderhandelaars die geen chantage plegen, maar alleen ook een deel van de zuivere lucht willen inademen en niet alleen stikken in de stinkende adem die uit het zuiden naar hier wordt geblazen.

Die Vlamingen, Sire zijn nu eenmaal in de meerderheid in Uw koninkrijk. En dat is nu het grote verschil! In het zuiden verstaat men onder democratie ‘dictatuur van de meerderheid’ en voor ons, Vlamingen, is democratie ‘verantwoordelijk zijn voor de minderheid’.

Reken maar, Sire, - al zullen Uw slechteraadgevers het U wellicht altijd anders verteld hebben, in Uw koninkrijk heeft nooit democratie geheerst. Hier is al sinds 1830 een dictatuur van de minderheid.

Vlamingen zijn geen historische fossielen uit de tijd van Gwijde van Dampierre! Vlamingen werden gemààkt in Uw land, Sire! Dat gebeurde o.a. door de arrogantie van uw grootvader tijdens de Grooten Oorlog. Dat gebeurde 40 jaar later door de ongenadige repressie die vooral Vlamingen trof, hoewel er verhoudingsgewijs evenveel Walen hun heil bij de bezetter hadden gezocht. Dat gebeurde de laatste halve eeuw haast organisch. Zelfs de meest gematigde Vlaming die enkele jaren in Brussel werkt, wordt een extreme flamingant.

Uw slechteraadgevers hebben het zover gekregen, Sire, dat ze Uw land onmogelijk hebben gemaakt. Het was altijd al onmogelijk omdat het geen land was, maar een lapjeskat van verschillende volkeren die niets, maar dan ook totaal niets, met elkaar te maken hebben. Maar met wat wederzijds respect zou het leefbaar gebleven zijn.

Dat respect is nu zoek. Zogezegd omdat een West-Vlaamse geitenboer en een Waalse vamp het niet eens geraken. Dat is flauwekul, Sire.

Die West-Vlaamse geitenboer is misschien veel intelligenter dan we denken! Wie weet, heeft hij het hele scenario niet vooraf bedacht en als een meester-schaakspeler elke zet van de tegenpartij voorzien? Wie weet, houdt hij niet de ultieme zet in zijn tsjevenmouw?

Stelt U zich eens voor, Sire, dat die meneer Leterme zich bewust laat vernederen door dat wijf van een Milquet. Hij liet zich zelfs door U de les spellen nadat U Milquet de verzekering had gegeven dat ze zich gerust hard kon opstellen omdat er toch geen gevaar was zolang Het Paleis haar rugdekking zou geven. Maar daarna slaagde Leterme er wel in, van U subtiel te verplichten op het meest ongelegen moment Uwe koninklijke reet te moeten verheffen in het zonnige zuiden en meteen terug te vliegen naar Uw Koninkrijk dat in het slop zit.

Uw slechteraadgevers hadden U nooit op vakantie mogen laten vertrekken, na Uw eerste tussenkomst, Sire! U had zoals een monarch op de transen van uw kasteel moeten staan. Roerloos en pal! Niet dreigend, maar als een onmiskenbaar teken dat U in Uw Koninkrijk geen zottekensspel duldt!

Goed, U heeft het niet gedaan. Spijt komt te laat en de beste stuurlui bespreken de stroming altijd als het schip gezonken is.

Maar Leterme dus. Die laat de onderhandelingen rustig uitdraaien op een patstelling. Dan gooit hij de handdoek in de ring. U bent dan de enige, Sire, die nog iets kan ondernemen. Gelukkig heeft Uw echtgenote U destijds naar de troon gedwongen. Ik zie vandaag geen van Uw kinderen de taak op zich nemen, die U momenteel wacht!

Het is echter een hopeloze taak, Sire. Non is neen en neen is non. Daar kunt U alleen nog aan veranderen door compromissen te sluiten. Maar daarvoor is het te laat. Dat heeft die Leterme dus goed gezien.

Wat moet er nu gebeuren, Sire? Nieuwe verkiezingen? Neen, dat zou totaal zinloos zijn. Mocht er dat van komen, zouden alle Vlamingen moeten ‘foert’ zeggen, want ze hebben in juni al gekozen en dat was duidelijk genoeg. Waarom zouden ze nu anders stemmen?

U zit vast, Sire. U bent de gegijzelde van het systeem dat Uw slechteraadgevers U steeds hebben aangeraden. U kunt geen kant meer op, Sire. En de dag dat U dat moet toegeven, dan… komt Leterme terug op het voorplan en neemt het hele land over. Niet meer met onderhandelingen of met ‘geven en toegeven’, maar zoals de meerderheid in dit land het verdient: boef-pats en wie er niet mee akkoord gaat, moet maar opzouten of er ‘zijn koppeke bij neerleggen’. Dan staan al die Waalse navelstaarders en borstkloppers mooi te kakken en ze zullen het zelf gezocht hebben.

Ja, we zullen medelijden met hen hebben, want na meer dan 175 jaar weten de Vlamingen hoe dat voelt. Maar Leterme zal hard en genadeloos zijn en alles in het werk stellen om dit land te redden op de enige manier die nog mogelijk is.

De meerderheid in dit land verwacht dat ook van hem. Als hij een verstandig man is, zal hij deze unieke kans te baat nemen en zijn naam onsterfelijk maken in de geschiedenis.

In oorlogstijd is het verschil tussen een volksheld en een landverrader een kwestie van centimeters: raakt de kogel doel of spring je tijdig opzij? In vredestijd, zoals nu, wordt het verschil tussen een volksheld en een landverrader in tijd uitgedrukt: vijf minuten politieke moed!

Aan de goede afloop van wat er met Uw Koninkrijk zal gebeuren, kunt U zelf, Sire, een belangrijke bijdrage leveren.

Daarom richt ik mij met dit schrijven rechtstreeks tot Uwe Majesteit. Ik ben namelijk niet het type dat het achteraf allemaal beter weet, Sire. Ik heb met dit schrijven ook genoeg aangetoond hoeveel respect ik voor U heb, hoeveel begrip ik heb voor het feit dat Uw handelingen vaak ingegeven zijn door slechteraadgevers.

Mag ik U daarom vandaag een goede raad geven, Sire, voor het te laat is?

Mijn advies is het volgende:

Maak een lijst, Sire, van al uw bezittingen. Schrijf in de linkerkolom wat U leent van de Staat, in de rechterkolom wat écht Uw eigendom is. Maak Uw echte eigendommen zo snel mogelijk helemaal te gelde en breng dat geld onder in een belastingparadijs zoals Andorra. Zoek dan met Uw echtgenote een luxueus rust- en verzorgingstehuis in een zuiders, francofiel, warm land en breng er samen de rest van Uw dagen door. U heeft daar recht op, Sire.

Wat met Uw Spaanse schoonzus, Uw echtelijke en natuurlijke kinderen en kleinkinderen moet gebeuren, is voortaan even hùn verantwoordelijkheid. U kunt ze natuurlijk meenemen naar dat zuiderse, francofiele, warme land en ze met Uw geld onderhouden. Maar dat zou dom zijn, Sire. U heeft ze al lang genoeg dicht in Uw buurt gehad met hun handen in Uw portemonnee. Laat ze maar eens een job zoeken en dan kunnen ze met Kerst op bezoek komen bij hun ouders.

Waarom raad ik U dat allemaal aan, Sire? Omdat ik U weg wil uit Uw Koninkrijk? Neen, U mag hier voor mijn part gerust de rest van Uw Koninklijke dagen slijten.

Maar ik ben bezorgd om U, Sire. Ik raad U dit aan omdat U nu nog de kans heeft om zelf de beslissing te nemen, in alle gemoedsrust, van met één traan in Uw linkeroog te vertrekken, uitgewuifd door enkele honderden onderdanen.

Want stel, Sire, veronderstel maar eens heel even, dat die Leterme niét die vijf minuten politieke moed kan opbrengen om dit land te redden op de enige manier die er nog rest, dan zal de bevolking dat zelf moeten doen.

En dan is het niet denkbeeldig dat die bevolking naar Laken zal komen en nog voor U en Uwe Koninklijke echtgenote wat schoon ondergoed in een koffertje hebben gepropt, één woorden scanderen: OPROTTEUUUUUU!!

'Fous le Camp!', betekent dat.

Dat mag U niet overkomen, Sire. Dat heeft U niet verdiend! Houd daarom de Koninklijke eer aan Uzelf, Majesteit.

Uw respectvolle en goedmenende onderdaan

Luc van Balberghe
Read more...

25 augustus 2007

Dubieus analogiedenken (victa placet mihi causa)

.
Het is heel goed dat onze Vlaamse kwaliteitskranten geregeld van die rubriekjes hebben waarin moeilijke zaken uit de actualiteit van de week nog eens apart op een rijtje gezet worden. De Standaard doet dat, en De Morgen ook.
Voor de krantenlezer, die vaak niet veel aan zijn hoofd heeft, is zo’n recapitulerend rubriekje misschien niet direct nodig maar voor de auteur zelf en zijn collega-redacteurs is het ongetwijfeld een onschatbaar instrument. Die mensen zitten elke dag tot over hun oren in een wirwar van politieke communiqués, verklaringen, tegenverklaringen, ontkenningen, persconferenties en wat nog.
Ik kan mij heel goed voorstellen dat als ‘s ochtends zo'n redacteur wakker schiet zijn eerste gedachte is: hoe zat dat gisteren weer met BHV ?
In die gemoedsgesteltenis schrijft dan bijvoorbeeld Fabian Lefevere zijn artikeltje in De Morgen vandaag, op p.2:



Waarover oranje-blauw het maar niet eens kan worden.

[...] Brussel-Halle-Vilvoorde.
Niet pakweg de regionalisering van de kinderbijslag, maar dít is uiteraard het meest geladen dossier. Voor de Vlamingen draait alles om een tegengif tegen de verfransing van de Brusselse rand: als Halle-Vilvoorde opgaat in het grotere kiesarrondissement van Vlaams-Brabant kunnen de Franstaligen er enkel nog voor Vlaamse partijen stemmen. Vooral de MR vreest daardoor stemmen te verliezen: bij de Franstalige bourgeoisie in de rand halen Reynders' liberalen en het FDF twee Kamerzetels. Voor MR is de enige oplossing een inschrijvingsrecht, dat de Franstaligen uit de rand het recht geeft om in Brussel te gaan stemmen.

Hier volg ik Fabian niet goed. Kunnen Franstaligen, après le splitsíng, dan helemaal niet meer stemmen op Franstaligen? ook niet als zij een eigen lijst indienen?
Een Vlaamse FDF-lijst daar is toch niks tegen? Mais non, doe ès niks teige. Dad ès dikkement in order! Allei seg, wemme toch zjenerale constitutionnelle preinciepe of zuu iet hein!

Hoe kwam onze Morgenman dan op zijn gedachte?
De hoger genoemde stressfactoren zullen een rol hebben gespeeld, of ook gewone vermoeidheid. Simplificaties worden in die omstandigheden aantrekkelijk, en zeker ook simpel analogiedenken.
Maar dan nog zie ik niet direct welke analogie zich aan Fabians geest moet hebben opgedrongen.
Zó erg zal het met hem toch niet gesteld zijn, dat hij in de war is geraakt door de toestanden in Nederland, waar inderdaad de dieren niet kunnen stemmen op de Partij voor de Dieren ?
.
.

Labels: , ,

Read more...

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>