28 november 2010

Festina Lente — Divide et Impera (Hoegin)

We zijn alweer tien dagen verder sedert mijn laatste artikel, en de federale onderhandelingen blijven zich in een tergend langzame slow motion verderslepen. Volledig volgens plan overigens, zoals het hier een tijdje geleden ook voorspeld werd, lang voor ook de «kwaliteitspers» het inzag of durfde te schrijven. Mijn conclusies heb ik ondertussen nog niet moeten herzien.

Festina Lente

De enige gebeurtenis van betekenis van de laatste tien dagen – de VRT-uitzending over Plan B bevatte veel oud nieuws en leek vooral een ego-trip voor journalist Ivan de Vadder – was dat Johan vande Lanotte na veel getreuzel dan toch ook met een eigen compromisvoorstel op de proppen kwam. Zoals het in een democratie past werd dat voorstel niet bekend gemaakt aan het brede publiek, maar de bemiddelaar was wel zo vriendelijk het, alweer in slow motion, mee te delen aan de zeven onderhandelingspartners. Iets wat op zich eigenlijk niet meer dan enkele uurtjes behoeft, werd op die manier weer gerokken tot een schouwspel dat dagenlang mocht aanslepen.

De inhoud van het compromisvoorstel was niet zo verrassend. Ook al vonden de Franstalige partijen het voorstel «te Vlaams», erg «Vlaams» kon het echt niet genoemd worden. We hebben eerder al eens getwijfeld aan de geestelijke gezondheid van Bart de Wever, maar de vraagtekens daarrond kunnen voorlopig nog niet weggenomen worden. Immers: alweer is de N-VA bereid verder te blijven onderhandelen, ook al duikt het voorstel ver onder wat ooit het absolute minimum minimorum was, de nota-De Wever. Als we dan nog eens rekenen dat het verkiezingsprogramma maar de helft meer was van het partijprogramma van de N-VA, de eisen ná de verkiezingen de helft van dat verkiezingsprogramma, de nota-De Wever daar nog eens de helft van, en het compromisvoorstel er uiteindelijk nog eens de helft afdoet, ja, dan dekt dat compromisvoorstel rond gerekend nog slechts zo'n zes procent van het partijprogramma van de N-VA. De verklaringen van de Franstaligen de afgelopen dagen laten er bovendien weinig twijfel over bestaan dat daar nog eens de helft af zal moeten – drie procent dus – vóór zij in een federale regering willen stappen. De lezer mag dan drie keer raden, één keer voor elke procent dus, in welke richting Johan vande Lanotte zijn voorstel de komende weken zal willen laten evolueren, maar een tekening zal ik er waarschijnlijk niet bij hoeven te maken. Men moet het mij ondertussen bij de N-VA niet euvel duiden dat ik voorlopig niet bepaald onder de indruk ben van de onderhandelingscapaciteiten van die partij.

Voor de lezers die een beetje trager van begrip zijn wil ik wel verklappen dat als de laatste dagen mij één ding opgevallen is, dan wel dat Elio di Rupo, Joëlle Milquet en Johan vande Lanotte in ieder geval op één lijn zaten qua het geplande tijdsverbruik. Volgens Elio di Rupo was er immers nog veel tijd nodig, Joëlle Milquet vond dat de nodige tijd uitgetrokken moest worden voor discussies (en om veel amendementen in te dienen – let op de milquetisering), en de plannen van Johan vande Lanotte lopen niet bepaald over van ambitie om snel tot een akkoord te komen. Het motto is dus nog steeds hetzelfde: de Franstalige agenda volgen door tijd te winnen, tijd te winnen, en vervolgens de zaak nog een beetje uit te stellen.

Divide et Impera

Over de slaagkansen – voor zover hij nog niet met glans geslaagd zou zijn – was Johan vande Lanotte zelf eerder pessimistisch: zo'n dertig procent. Voor zover dat alleen maar betrekking heeft op het afronden van zijn opdracht met een akkoord of een pre-akkoord, ben ik geneigd hem gelijk te geven. Dankzij het opdoeken van de Stratego-groep is de kans dat de N-VA uiteindelijk zal plooien inderdaad zo ongeveer één op drie. De vraag is dan: wat is het alternatief? Ook hier kan Johan vande Lanotte vermoedelijk alleen maar slagen in zijn opzet, want de enige andere mogelijke uitkomst van zijn bemiddelingsopdracht die ik zie is er een waarin de N-VA uiteindelijk aan de kant geschoven kan worden.

Op dat vlak kregen we deze week reeds een voorsmaakje van wat de N-VA te wachten staat. Het gerucht deed immers de ronde dat Johan vande Lanotte dacht aan «opgeven», omdat de N-VA volgens hem geen akkoord zou willen. Die opgave kwam er uiteindelijk niet nadat de vier Vlaamse partij in een persmededeling een eed van trouw aan de opdracht van Johan vande Lanotte gezworen hadden. Mag ik hier toch enkele bedenkingen rond ventileren?

Ten eerste: ik wil niet beweren dat dit een bewuste strategie van de kant van Johan vande Lanotte was, maar zou het werkelijk toeval zijn dat uitgerekend de Vlaamse partijen een eed van trouw moesten zweren, terwijl het eerste compromisvoorstel uit Franstalige hoek nog lang niet in zicht is? Ten tweede denk ik niet dat Johan vande Lanotte er nog maar aan zou moeten denken een gelijkaardige oefening met de Franstalige partijen over te doen, want het zou het onmiddellijk het einde van zijn bemiddelingsopdracht inluiden. Men kan zich trouwens al de theatrale persconferentie voorstellen die Elio di Rupo na zo'n poging zou opvoeren. En ten derde is het toch wel merkwaardig dat Johan vande Lanotte prompt aan opgeven denkt van zodra er bij hem een vermoeden ontstaat dat de N-VA niet bereid zou zijn tot een akkoord, terwijl de Franstaligen ongegeneerd Non mochten zeggen op zijn compromisvoorstel. Als Johan vande Lanotte in een later stadium de handdoek in de ring zal gooien, zal het dus wel degelijk zijn «omdat de N-VA niet mee wil», niet omdat één van de andere partijen niet mee zou willen. Ook in Oostende wil de wens wel eens de vader van de gedachte zijn, en de bemiddelaar liet zich hier dus lelijk in zijn kaarten kijken.

Indien de bemiddelingsopdracht van Johan vande Lanotte uiteindelijk zal uitdraaien op een breuk met de N-VA, zal de Wetstraat 16 echter toebehoren aan de man die ervoor kan zorgen dat de CD&V in een zogenaamde «Regering van Nationale Eenheid» zal kunnen stappen. Ik denk niet dat Johan vande Lanotte als sp.a'er daar de juiste man voor zal zijn. Ook Elio di Rupo is daar de juiste man niet voor, en beseft het waarschijnlijk ondertussen zelf ook wel. Ik blijf er daarom bij dat als Johan vande Lanotte er niet in slaagt een regering–Di Rupo I in de steigers te zetten, de volgende stap de vorming van een regering–Leterme III zal zijn.

Wat dat betreft kwam het beruchte artikel in The Guardian als besteld door het ACW. The Guardian is voor Vlaams links dé Britse referentiekrant, en als iets in die krant gestaan heeft, is het per definitie waar. Met het artikel werd in ieder geval de druk op sp.a en vooral CD&V om hoe dan ook en zo snel mogelijk in een federale regering te stappen nog maar eens opgevoerd. Bovendien greep Yves Leterme alweer en met beide handen zijn kans om zich nog eens te profileren als een eerste minister die de hele wereld ons benijdt. En dan zeker Griekenland, Ierland en Portugal. Hadden ze in die drie landen ook maar zo'n premier die maar liefst drie keer per dag een reeks cijfertjes (met analyse!) toegeschoven kreeg door een medewerker, de «speculanten» zouden wel andere slachtoffers uitgezocht hebben.

Het past vervolgens nog te vermelden dat de ACW-vleugel binnen de CD&V lichtjes versterkt uit deze week is gekomen. Kandidaat-voorzitter Wouter Beke mag dan nog tussen neus en lippen verklaard hebben dat Vlaams minister-president Kris Peeters eigenlijk wel gelijk heeft over die twee miljard euro, de perceptie blijft wel hangen dat het de laatste is die ervoor gezorgd heeft dat de CD&V deze week enkele uren lang in het bezit was van die beruchte zwarte piet. Gevolg van die flater zou wel eens kunnen zijn dat hij zich de komende weken wat gedeisd zal moeten houden, waardoor de Vlaamse lijn van de CD&V gebroken kan worden. Misschien wel lang genoeg om een regering–Leterme III te kunnen opstarten?

Labels: , , , , , , , ,

Read more...

25 november 2010

Merkwaardige opvattingen bij een toekomstig EU-lid (vpmc)


Nobelprijswinnaar V.S. Naipaul is ongewenst op een internationale literaire bijeenkomst in de lekenstaat Turkije, lezen we in de krant De Telegraaf, en wie zich afvraagt wat er zo verschrikkelijk mis is met die Naipaul kan hieronder, bij wijze van voorbeeld, een tekstje van hem lezen dat ik gauw heb vertaald, maar dat hier een aantal jaren geleden in het Engels ook al te lezen was.
In dit fragment uit zijn boek heeft Naipaul het wel over Pakistan, niet over Turkije, laat staan over Europa, maar dat mag niet deren. Vormen wij immers niet allemaal één grote Unie?



Gevoelsmatig wordt het Westen, of de wereldwijde beschaving waar het de leiding van heeft, verworpen. Het is ondermijnend; het is bedreigend. Maar tegelijkertijd is het onmisbaar, voor zijn machines, goederen, medicijnen, gevechtsvliegtuigen, overschrijvingen van de emigranten, ziekenhuizen die misschien een remedie hebben tegen calciumtekort, universiteiten die gegradueerden kunnen afleveren aan de massamedia. In heel die verwerping van het Westen zit de veronderstelling besloten dat ergens daarbuiten altijd een levendige, creatieve beschaving zal blijven bestaan, wonderlijk neutraal, en open voor elkeen die er een beroep op wenst te doen. De verwerping is bijgevolg geen absolute verwerping.  Voor de gemeenschap als geheel is het ook een manier om intellectuele inspanningen te staken. Het is een parasitisme; parasitisme is een der erkende vruchten van fundamentalisme. En de emigranten stromen het land des geloofs uit: enkel naar Berlijn 30.000 Pakistani verscheept door de experten van de export van mankracht, om er het politiek asiel op te eisen dat bedoeld was voor de mensen uit Oost-Duitsland.
De patroonheilige van de islamitische fundamentalisten in Pakistan was Maulana Maudoodi. Hij was gekant tegen de idee van een aparte Indische moslimstaat, omdat de moslims naar zijn gevoel niet zuiver genoeg waren voor zulke staat.  Hij vond dat God de wetgever moest zijn; en met zijn aanbod van soortgelijke extatische denkbeelden in plaats van een praktisch programma kwam hij in het brandpunt van chiliastische ijver. Hij voerde campagne voor de invoering van islamitische wetten zonder duidelijk te maken wat die wetten dan moesten zijn.
Hij stierf toen ik in Pakistan was. Maar het was niet in Pakistan dat hij stierf: het bericht van zijn dood kwam uit Boston. Aan het eind van zijn lange en woelige leven was de Maulana tegen al zijn principes ingegaan. Hij was naar een ziekenhuis in Boston gegaan, op zoek naar genezing; hij had zich helemaal aan het eind toevertrouwd aan de kunde en de wetenschap van de beschaving waar hij zijn volgelingen voor had willen afschermen. Hij had geprobeerd, zo zei iemand mij (niet alle Pakistani zijn fundamentalisten), om te oogsten waar hij zijn volk liever niet zag zaaien. Van de Maulana zou je kunnen zeggen dat hij naar zijn welverdiende plekje in de hemel is gegaan met een ommetje via Boston; en dat hij die weg minstens gedeeltelijk heeft afgelegd per Boeing.

Vidiadhar Surajprasad Naipaul
Among the Believers
An Islamic Journey
André Deutsch, London 1981, pp.158-9

.


Labels: , , ,

Read more...

23 november 2010

Solution “N” for Flanders (and Brussels) in Europe

As the divergences between the Flemish (Dutch-speaking) and Walloon and French-Brussels politicians have become so big that it is nearly impossible to form a federal government, opponents of a separate state of Flanders have become more aggressive in their arguments; some of these clearly amount to some form of blackmail or consist of scaremongering. One of the arguments regularly invoked in recent times against advocates of a Flemish secession is the thesis that if Flanders secedes from the federal kingdom of Belgium, it would automatically be out of the European Union; if Flanders wishes to enjoy the benefits of being part of that Union, it will have to ask for admission as a new Member State and French-speaking politicians and their allies will be able to impose draconian conditions.

May I first remind those politicians that this thesis implies that what remains of Belgium (ex hypothesi Wallonia and probably Brussels) would automatically remain as such a Member State of the EU, but they seem to forget that he who inherits the state, inherits its debts. The remains of Belgium pretending to be Belgium would be responsible for the full debt of Belgium. Some lawyers do make in this respect a very questionable distinction between a secession from the federal state on the one hand and a dissolution of that state on the other hand (this is especially debatable in the case where the seceding part forms the majority of the country, as Flanders does). I will not dwell upon this specific point here for the moment, as there is another interesting possibility for Flanders to take the edge off the blackmailing, a Solution « N ») (given the widespread use of the expression « Plan B » for the case where no agreement could be reached on a Reform of the Belgian federal state).

The (legal) basis of this Solution « N » can be found in Article 355 paragraph 3 of the TFEU (Treaty on the Functioning of the European Union) combined with the « Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden » (Charter for the Kingdom of the Netherlands) (1). This Charter was created by Statute on October 28, 1954, as amended several times, and is recognised in European treaties.

This Charter of the Netherlands – (Netherlands in plural) – organizes the relations between the countries « Nederland » - in singular -, Aruba, Curaçao and Sint-Maarten as 4 separate countries having agreed to delegate to common institutions their foreign relations and defence, to have a common nationality for their citizens (Nederlanderschap) and to form together a kingdom under the house of Oranje-Nassau. Other matters may be delegated by agreement to the common institutions (art. 3 of the Charter). In other words, we have here a functioning confederation of Nederland and 3 smaller countries.

Flanders could well join as a separate country this Charter of the Kingdom of the Netherlands maintaining at the same time full autonomy in all other matters except those mentioned. We would have to merge our armies and to transfer the foreign policy to the common institutions of the Kingdom. And we would enjoy our natural nationality, being the Netherlandish one.

Such an accession would immediately terminate the blackmailing in relation to EU membership. Flanders would continue to be an integral part of the European Union as a European territory while being a part of the Confederation of the Netherlands. This status would be different from the status of Aruba, Curaçao and Sint-Maarten, as these 3 countries are associated members of the EU as «overseas countries » (2), the status by which they are [a] part of the common market but not subject to the Union law in all respects. As Flanders is a European Territory and not an overseas country or territory, Article 355 paragraph 3 of the TFEU would be applicable, which states that : « The provisions of the Treaties shall apply to the European territories for whose external relations a Member State is responsible.”

Such a solution would be attractive for the Netherlands, too. The Kingdom would have 6 million citizens more an increase its economic potential by 50 %. It would come closer again to the bigger countries with whom it would like to be treated more equally. And if a majority of the Dutch do not even exclude a full Union with Flanders, this solution could certainly find sufficient support in the North.

Moreover, such a Solution « N » would be interesting not only for Flanders, but also for Brussels. Brussels could accede to the Kingdom of the Netherlands as a separate country (and not merely a separate region) without delegating more powers than those mentioned, without being « annexed » by Flanders and having its own say in the Kingdom. Such an accession would also not change its linguistic status.

Even for Wallonia, it would not be a bad idea to reflect about the possibility to join the Confederation, equally as a separate country.

Is this the ideal scenario for Flanders ? Probably not in all respects, e.g. as it would not grant us a separate voice in the decision making procedures of the Union. That would indeed require a revision of current European treaties. But the solution would at least immunize us against the current « Francophone-Belgian » blackmailing.
----------

(1) http://wetten.overheid.nl/BWBR0002154, in an outdated English translation @ http://www.arubaforeignaffairs.com/afa/readBlob.do?id=704 and http://www.curacaolegalportal.com/component/option,com_laws2/laws2Task,laws2Details/catid,7/laws2Id,15/Itemid,124/.
See also http://www.nlembassy.org.mk/News/The_Kingdom_of_the_Netherlands_New_Constitutional_Structure/The_Kingdom_of_the_Netherlands_new_constitutional_structure
(2) http://europa.eu/legislation_summaries/development/overseas_countries_territories/index_en.htm.
Read more...

21 november 2010

De katholieke Universiteit als herdenkende en contrasterende gemeenschap

Lezing Matthias E. STORME, Metaforum KU Leuven, Leuven 28 oktober 2010.

1. De universiteit is niet van ons - zij is ons in trust toevertrouwd, niet om er naar eigen goeddunken over te beschikken (1). De katholieke wetenschaps- en onderwijstraditie (2) is een erfgoed dat ons is toevertrouwd door de vorige generaties om het te bewaren, te herdenken en te ontwikkelen voor de volgende generaties. De universiteit is dus noch alleen van onszelf noch louter eigendom van de huidige samenleving.

Wie niet bereid is te goeder trouw aan die toevertrouwde opdracht mee te werken, moet zich onthouden van het nobile officium om trustee te zijn, d.i. om bewind te voeren.

2. Dit betekent nog niet dat dit fideicommis - deze erfstelling over de hand -, of eenvoudiger gezegd dit erfgoed, niet voor interpretatie en herinterpretatie vatbaar is, niet moet herdacht worden. Wel zijn er aan die interpretatie grenzen - géén grenzen aan de denkvrijheid, wel op andere vlakken, maar ook daarbinnen is er heel wat speelruimte.

Dit speelt in twee richtingen:
- enerzijds moet het ons ervoor hoeden eerdere interpretaties van de katholieke traditie te verabsoluteren, zelfs indien ze leergezag zouden beaanspraken;
- anderzijds moet het ons er evenzeer voor hoeden om louter hedendaagse opvattingen te verabsoluteren.

De katholieke traditie in al zijn facetten is meer dan rijk genoeg om zowel het ene als het andere mogelijk te maken. Ook drukt katholieke traditie voor mij een traditie uit die evenzeer de traditie van het protestantse christendom omvat. En toch gebruik ik het woord katholiek en niet christelijk omdat dat laatste vandaag jammer genoeg in ons milieu veeleer gebruikt wordt in de betekenis van “vooral niet katholiek”. In een tijd waarin de traditie niet meer vanzelfsprekend is, is het opnemen ervan hoe dan ook een keuze en beantwoordt dat kiezen reeds aan een “ketterse imperatief” (3).

3. De opdracht bestaat dus uit een permanent herdenken, een herdenken dat ook mede herinterpreteren inhoudt. Die opdracht vereist zowel de deugd der loyaliteit als die van het kritische denken.

Enerzijds vereist ze een zekere loyaliteit, en deze impliceert op zijn beurt onder meer de deugd der dankbaarheid. Denken en herdenken is ook steeds aandenken, d.i. danken voor het voorgedachte. Loyaliteit bestaat niet uit slaafsheid ten aanzien van één bepaalde interpretatie van de katholieke traditie; zij mag evenmin bestaan uit intolerantie ten aanzien van wat buiten die traditie staat. Maar loyaliteit houdt wel een erkenning in van de legitimiteit van die katholieke traditie, ook daar waar die ingaat tegen vandaag maatschappelijk heersende opvattingen over bv. gelijkheid en non-discriminatie (4).

4. Kritisch denken anderzijds bestaat er ook niet in om zomaar het erfgoed aan te passen aan de vandaag heersende opvattingen, die mogelijks ook niet meer zijn dan de waan van de dag.

Vanuit onze opdracht tot kritisch denken zullen wij in tegendeel regelmatig in conflict komen met de vandaag heersende opvattingen, is het onze taak om juist ten aanzien van de heersende opvattingen een, om het met een uitdrukking van James Kennedy te zeggen, "contrasterende gemeenschap" te zijn (5).

Weliswaar gebruikt Kennedy die uitdrukking om weer te geven wat de publieke rol van de protestantse kerken vandaag volgens hem kan en moet zijn, maar de uitdrukking past m.i. perfect voor de publieke rol van een katholieke universiteit. De keuze voor een contrasterende gemeenschap gaat zowel in tegen de opvatting die de universiteit niet meer als een gemeenschap wil zien als tegen de opvatting die slechts een conformerende gemeenschap wil. Een katholieke universiteit is inderdaad enerzijds een gemeenschap - van personeelsleden en studenten - en geen grote supermarkt waar men diensten koopt; anderzijds conformeert zij zich niet zomaar aan de samenleving. Zoals ik zei is ze niet alleen van ons of van de samenleving.

5. Omgekeerd is de samenleving evenmin "van ons", evenmin eigendom van de katholieke traditie. Het is een publieke ruimte waarin gelovigen, andersgelovigen en ongelovigen zich vrij moeten kunnen uiten en bewegen zonder hun levensbeschouwing te verstoppen, en waarin ze met elkaar in dialoog kunnen treden. Die vrijheid omvat evenwel ook de vrijheid om zich te organiseren op levensbeschouwelijke grondslag.

6. Nu is de taak van de universiteit als contrasterende gemeenschap natuurlijk niet op de eerste plaats dezelfde als die van een kerk als contrasterende gemeenschap; de taak van de universiteit bestaat er hoofdzakelijk in mensen te onderwijzen en te steunen in de ontwikkeling van kennis en deugden. Onder die deugden noemde ik reeds loyaliteit en kritische zin; ik zou er hier ook moed willen aan toevoegen: moed om zo nodig tegen de waan van de dag in te gaan, ja moed om zich zo nodig buiten de heersende maatschappelijke consensus te plaatsen.

7. Ons bevrijden van de waan van de dag is ook noodzakelijk om 'vreemde" opvattingen en culture, zowel van elders als uit de eigen geschiedenis waarvan we vervreemd zijn, te onderzoeken en te leren begrijpen (6). Een moraliserende benadering van het 'andere' vanuit hedendaagse maatstaven van correctheid sluit ons af voor kritisch begrijpen.

8. Als 'contrasterende gemeenschap' die een erfgoed in trust heeft ontvangen probeert een universiteit op levensbeschouwelijke grondslag het daarmee beter te doen zonder te pretenderen beter te zijn. Zij probeert op haar domein wel een lichtend voorbeeld te zijn voor de samenleving “die zij uitnodigt om met haar mee te gaan op reis naar een nieuwe toekomst” (7).

Laat mij proberen daarbij enkele aspecten aan te geven van wat m.i. de inhoudelijke katholieke identiteit van een universiteit uitmaakt (8) - waarbij de klemtonen die ik leg natuurlijk mee bepaald zijn door de disciplines waarin ik zelf werkzaam ben of enigszins thuis ben.

- De reeds genoemde deugden van loyaliteit, dankbaarheid, kritische zin en moed, waarbij kritische zin zeker niet mag verward worden met cynisme.
- Het humanisme als aandacht voor héél de mens, in al zijn aspecten.
- Een verwerpen van het sciëntistisch reductionsime, dat alles wat niet in een bepaalde zin wetenschappelijk zou zijn, ook buiten de rede plaatst.
- Daartegenover een cultuur van de rede: ook over dingen die niet wetenschappelijk bewijsbaar zijn kan men redelijk spreken, schrijven en dialogeren, dus ook over religieuze en morele kwesties. Dit is een verwerping van de idee dat het in die aangelegenheden enkel over subjectieve meningen gaat, die allemaal evenwaardig zijn (en dus eigenlijk allemaal even waardeloos). De cultuur van de dialoog mag men dus niet verwarren met relativisme.
- Religieuze en morele opvattingen en vragen zijn niet alleen maar een "privé-aangelegenheid" van het individu, maar zaken met een sociale of gemeenschapsdimensie die ook relevant is voor het samenleven in gemeenschap. Het zijn zaken die een rol spelen in het optreden van mensen in de samenleving. Meer nog, het grootste deel van de maatschappelijke activiteiten van de mens kan niet neutraal gebeuren. Een neutralisering van die activiteiten is ook een levensbeschouwelijke en morele keuze, namelijk een antireligieuze: een neutraliteit die in naam van de diversiteit de uniformiteit oplegt.
- Het belang van welbegrepen tolerantie. Tolerantie houdt het toelaten van andere meningen en praktijken in, maar daarom nog niet de legitimatie ervan. Het houdt in dat we dingen toelaten die we verkeerd vinden, maar omgekeerd ook nog steeds dingen verkeerd kunnen vinden hoewel we ze toelaten. Tolerantie mag niet verward worden met onverschilligheid en nog minder met een verplichting om alles evenwaardig te vinden (9).
- Opkomen tegen een cultuur van verlooochening van onze wortels. De cultuur van de rede en van de dialoog een product is van een bepaalde beschaving, ontwikkeld door het christendom.
- Een cultuur van de vrijheid stimuleren, het vormen van mensen tot vrije burgers in een vrije samenleving, gegrond op onder meer vrijheid van geweten en religie, van meningsuiting en vereniging. In deze vrijheid sluiten die burgers zich juist niet van elkaar af, maar vormen zij een samen-leving.

Laat me dit dan ook besluiten met de oude spreuk: in necessariis unitas, in dubiis libertas, in omnibus caritas

------
(1) Het woord universiteit heeft niets te maken met universalisme. Het stamt van het Latijn universitas, een juridisch begrip dat duidt op een "rechtspersoon", een corporatie of een fonds, meer specifiek een geheel van goederen of van personen en goederen met een gemeenschappelijke bestemming.
(2) Over het belang daarvan in de Middeleeuwen, zie recent o.m. James HANNAM, God's philosophers: How the Medieval World Laid the Foundations of Modern Science, Icon books 2009; Ned. vert. Gods Filosofen, uitg. Nieuw Amsterdam 2010.
(3) Met de uitdrukking van de Oostenrijks-Amerikaanse socioloog en theoloog Peter L. BERGER, The Heretical Imperative: Comtemporary Possibilities of Religious Affirmation, 1979.
(4) De deugd der loyaliteit gaan zelfs in wezen in tegen een denken louter in termen van gelijkheid en non-discriminatie. Zie George FLETCHER, Loyalty: An Essay on the Morality of Relationships, Oxford University Press New York 1993.
(5) James KENNEDY, Stad op een berg, De publieke rol van protestantse kerken, uitgeverij Boekencentrum 2010.
(6) Vgl. A. FINKIELKRAUT, L'ingratitude, Gallimard Parijs 1999, p. 196 v. en 204 v., waar hij uiteenzet hoe een obsessioneel antiracisme, dat argumentatie vervangt door belediging en vervolging in rechte, het ons onmogelijk maakt om nog enige cultuur te begrijpen, om "vreemde" opvattingen, zoals die uit de klassieke oudheid of welke andere cultuurperiode ook, te leren kennen.
(7) Woorden van James KENNEDY, a.w.
(8) Sommige van de hieronder verdedigde stellingen heb ik nader uitgewerkt in mijn essay / syllabus Levensbeschouwelijke visies op staat, recht en civil society, te vinden op http://storme.be/levensbeschouwing.html.
(9) Zie hiervoor mijn studie” Tolerantie, een complexe deugd”, oorspronkelijk in Vlaamse Beweging. Nog een opdracht ? Welke toekomst ?", uitg. Davidsfonds Leuven 2002, in aangevulde versie op http://storme.be/tolerantie.html.
Read more...

Gaat het nú al bergaf met het NRC? (vpmc)


Om samen te vatten wat hieronder staat: dat Islamboek van Wim en Sam van Rooy mag dan bijzonder goed verkopen –het is al in herdruk– maar veel recensies heeft niemand gezien.
In Vlaamse kranten stond helemaal niets. Soit.
In Holland had het NRC een soort bespreking, van de hand van adjunct-hoofdredacteur Sjoerd de Jong, maar die leek nergens naar en Afshin Ellian gaf in Elsevier een antwoord aan de man. Dat antwoord kwam hier op neer, dat de recensent het boek aantoonbaar niet had gelezen, en stellingen aanviel die hijzelf eerst had bedacht, maar die in het boek niet voorkwamen.
Sjoerd was –heel begrijpelijk– van de veronderstelling uitgegaan dat zulke zaken in dit boek wel moésten voorkomen. Na het antwoord van Ellian is het nu wachten tot Sjoerd – misschien niet het hele boek, maar alleszins het stuk van Ellian uit heeft, en die man dan aanpakt met citaten, argumenten enzovoorts.
Ook is er de mogelijkheid dat Sjoerd zijn eerste oordeel alsnog bijstelt: laat het dan onwaarschijnlijk zijn dat zoiets gebeurt, in een volwassen democratie als Nederland is het niet onvoorstelbaar.

Hoe dan ook: beter een afkeurende, ongefundeerde recensie, dan helemaal geen, zoals in de Vlaamse kranten. Al kunnen deze laatste verzachtende omstandigheden laten gelden, want net nog hadden zij een parachutemoord, en dan kwam plots die watervloed, waardoor ze met een overvloed van pakkende artikelen en grote foto’s zaten.
Maar om de zaak in een wat breder perspectief te plaatsen: ik weet niet of zijn kritiek op Sjoerd wel helemaal terecht is, want zoals gezegd heeft Ellian zelf een stuk geschreven in dat Islamboek, wat toch een schijn van deskundigheid of zelfs partijdigheid kan wekken. Bovendien, wat is er zo kwaad aan een recensent die een boek niet gelezen heeft? Iemand kan dingen toch aanvoelen, zonder eerst een dik werk te hoeven doorwaden?
In zijn ‘Florentijnse Nachten’ geeft Heinrich Heine het voorbeeld van een stokdove tekenaar-muziekcriticus, zijn vriend Johann Peter Lyser:

…ik bedoel de dove schilder, Lyser is zijn naam, en grappig en gek als die is, wist hij in een paar schaarse krijtstrepen de kop van Paganini zo raak te treffen dat je in de lach schiet en tegelijk schrikt door het veridieke van zijn tekening. ‘De duivel heeft mijn hand vastgehouden’ vertelde de dove schilder me, en hij giechelde geheimzinnig en schudde goedmoedig ironisch met zijn kop, zoals hij doet bij zijn geniale Uilenspiegelstreken. Deze artiest is altijd een rare vogel geweest; en al was hij dan doof, toch hield hij hartstochtelijk van muziek en als hij een plaatsje had dicht genoeg bij het orkest, dan zou hij in staat zijn geweest om de muziek af te lezen van de gezichten der muzikanten, en kon hij zich door hun vingerbewegingen een oordeel vormen of de uitvoering min of meer geslaagd was; hij schreef dan ook de operakritieken voor een zeer gezien blad in Hamburg.
Wat moet daar ook zo verwonderlijk aan zijn? In de zichtbare tekenen van het instrumentenspel kon de dove schilder de klanken zien. Er bestaan toch ook mensen voor wie klanken onzichtbare signaturen zijn, waar zij kleuren en vormen in horen.

Zeer juist, maar Sjoerd had tegen het Islamboek ook een volkomen onredelijk bezwaar. Bij het snelle doorbladeren ervan, had hij opgemerkt dat het alleen maar sombere diagnoses bevatte, en geen remedies. Nu is dat niet waar, maar zelfs als het waar was, moet de diagnose aan de remedie voorafgaan.
Dat er iets niét in staat, kun je aan elk boek verwijten – behalve aan de koran zelf natuurlijk. Zo’n verwijt is gratuit, en het geeft aan Sjoerd zijn bespreking iets willekeurigs en zeurderigs. Goethe zei daar iets over:



Die Supp’ hätt’ können gewürzter sein,
Der Braten brauner, Firner der Wein. —
Der Tausendsackerment!
Schlagt ihn tot, den Hund! Es ist ein Rezensent



Een pittiger soep was hij gewend,
De wijn vroeg kelder, ‘t gebraad wat jus. –
Verdomme nondedju!
Sla hem dood, die hond! Het is een recensent.
.

Labels: , , , , , , , ,

Read more...

20 november 2010

Een plan N voor Vlaanderen (en Brussel)

Een van de chantagemiddelen die de voorbije maanden regelmatig werd aangevoerd tegen voorstanders van Vlaamse onafhankelijkheid bestaat daarin, dat een Vlaanderen dat zich zou afscheuren van België daardoor automatisch buiten de Europese Unie zou liggen en, mocht het daarvan deel willen uitmaken en de voordelen willen genieten, zijn toetreding als lidstaat zou moeten aanvragen, waarbij de Franstaligen er wel voor zouden zorgen dat er draconische toetredingseisen zouden worden gesteld.

Op de eerste plaats gaat deze chantage eraan voorbij dat die stelling impliceert dat in zo'n geval de rest van België wel automatisch lid zou blijven van de Unie, als zijnde de lidstaat België. Waarbij men nogal licht vergeet dat wie België wil voortzetten, ook gehouden is tot de gehele Belgische staatsschuld. Ook wordt daarbij door sommige juristen een zeer specieus onderscheid gemaakt tussen een afscheiding en een opheffing van het land. Op deze vragen wil ik hier vooralsnog niet ingaan, omdat er hoe dan ook voor Vlaanderen nog een erg interessante mogelijkheid bestaat om de chantage te beantwoorden, een Plan "N".

De grondslag voor dat plan "N" is te vinden in art. 355 lid 3 van het VWEU (Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie), gekoppeld aan het zgn. Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden. Dat Statuut is een Wet van 28 oktober 1954 van het Koninkrijk der Nederlanden later meermaals gewijzigd (1), waarnaar ook verwezen wordt in de Europese verdragen.

Dat Statuut is bij ons vrij onbekend en daardoor allicht onbemind, maar houdt kort gezegd het volgende in. Het regelt de relaties tussen "Nederland" (in het enkelvoud), Aruba, Curaçao en Sint-Maarten als vier landen die overeengekomen zijn om een gemeenschappelijk buitenlands beleid en een gezamenlijke defensie te voeren, een gezamenlijke Nederlandse nationaliteit te verschaffen aan de burgers van die landen en gezamenlijk een koninkrijk te vormen onder het huis van Oranje. Andere onderwerpen kunnen in gemeen overleg tot aangelegenheden van het Koninkrijk worden verklaard (art. 3 van het Statuut). Met andere woorden, dit Koninkrijk vormt een confederatie tussen Nederland en drie kleinere landen.

Vlaanderen zou dan ook kunnen toetreden als een verder land bij dit Statuut van het Koninkrijk der Nederlanden met behoud van alle bevoegdheden behalve de zonet genoemde. Het leger zou moeten samengesmolten worden en de buitenlandse betrekkingen overgedragen aan de Koninkrijksinstellingen. En we zouden kunnen genieten van onze natuurlijke nationaliteit, het Nederlanderschap.

Een dergelijke toetreding zou meteen ook het Europa-chantage-probleem oplossen. Vlaanderen zou als Europees deel van het Koninkrijk zonder onderbreking deel blijven van de Europese Unie. Het statuut van Vlaanderen zou daarbij ook niet terugvallen op dat van Aruba, Curaçao en Sint-Maarten. Die drie landen zijn geassocieerde leden van de Europese Unie als "landen en gebieden overzee" (LGO)(2) -waardoor zij deel uitmaken van de Gemeenschappelijke Markt maar niet in alle opzichten onder het gemeenschapsrecht vallen. Vermits Vlaanderen evenwel een Europees gebied is en geen gebied overzee (LGO), zou hierop art. 355 lid 3 van het VWEU van toepassing zijn. Dat bepaalt immers dat "De bepalingen van de Verdragen zijn van toepassing op de Europese grondgebieden welker buitenlandse betrekkingen door een lidstaat worden behartigd."

Ook voor Nederland is dit zeker aantrekkelijk: men krijgt er 6 miljoen Nederlanders bij en zowat de helft van zijn economisch potentieel; het Koninkrijk komt daarmee terug in de buurt van de grote landen waarmee het toch graag op wat meer gelijke voet zou komen. Waar een meerderheid van Nederlanders zelfs een volledige een Unie met Vlaanderen niet uitsluit, zal deze tussenoplossing in het Noorden zeker voldoende steun vinden.

Bovendien zou dit plan "N" niet enkel voor Vlaanderen aantrekkelijk zijn, maar ook voor Brussel. Brussel zou als een apart land kunnen toetreden tot het Koninkrijk zonder meer bevoegdhende over te dragen dan de genoemden, zonder deel van Vlaanderen te worden, en met behoud van een aparte inspraak in het Koninkrijk. Toetreding tot het Koninkrijk vereist al evenmin dat Brussel officieel ééntalig Nederlands zou moeten worden; het Frans zou mede officiële taal blijven.

Overigens zou het ook voor Wallonië geen slecht idee zijn om over de toetreding tot het Koninkrijk der Nederlanden na te denken, als een apart land natuurlijk.

Is dit voor Vlaanderen het ideale scenario ? Niet op alle vlakken, bv. omdat dit ons geen apart stemrecht in Europa zou opleveren, en daarvoor inderdaad een herziening van de Verdagen zou moeten worden onderhandeld. Maar het maakt ons wel grotendeels immuun voor de hierboven aangegeven vorm van francobelgische chantage.

(1) Zie http://wetten.overheid.nl/BWBR0002154, ook op http://nl.wikisource.org/wiki/Statuut_voor_het_Koninkrijk_der_Nederlanden
(2) Zie http://europa.eu/legislation_summaries/development/overseas_countries_territories/index_nl.htm

Read more...

18 november 2010

Nieuwe verkiezingen volledig van de baan (Hoegin)

Nogal wat wetstratologen lijken ervan overtuigd dat als de Johan vande Lanotte in zijn bemiddelingsopdracht mislukt, we regelrecht naar nieuwe verkiezingen zullen gaan. Ik denk echter dat «België» het niet zo ver zal laten komen, en Steven Vanackere zette als spreekbuis van het ACW deze morgen die stelling op de radio kracht bij.

We hebben reeds uitvoerig betoogd dat de échte opdracht van Johan vande Lanotte – tijd winnen – eigenlijk niet kon mislukken. Morgen zal de bemiddelaar zijn oorspronkelijk doel al met een week overschreden hebben, en wanneer we het tijdsschema dat hij dinsdag uit de doeken deed overlopen, blijkt duidelijk dat hij zichzelf zonder veel problemen nog tot minstens begin december aan de slag zal kunnen houden. De opdracht ís dus reeds geslaagd, en de vraag die rest is enkel nog hoezeer hij zijn oorspronkelijk doel zal weten te overtreffen.

De kansen om er het absoluut maximale uit te halen zijn overigens de laatste dagen fel gestegen. Niemand schijnt het opgemerkt te hebben, of zwijgt er zedig over, maar de N-VA doet er alvast openlijk niet moeilijk meer over dat Johan vande Lanotte zich van week tot week telkens weer wat extra tijd toemeet. Het was ooit anders, al resulteerde het toen in een enorm gezichtsverlies in de Kamer toen de partij haar eigen splitsingsvoorstel over Brussel-Halle-Vilvoorde moest laten vallen. Alleen Siegfried Bracke flaterde verleden week een beetje, maar werd daarvoor door zijn ex-collega's opvallend mild behandeld in het zondagse praatprogramma De Zevende Dag. Ondertussen zal hij het misschien dan toch afgeleerd hebben op voorhand straffe uitspraken te doen over cruciale data in de toekomst.

Belangrijker is echter de afschaffing van de beruchte Stratego-groep. Partijvoorzitter Bart de Wever riep die in een vorige leven in het leven om op tijd en stond te kunnen «terugkoppelen» van de onderhandelingen, zoals dat dan heet. Hier zit een opvallende parallel met de reflectiegroep van de CD&V, die in november 2007 opgeheven werd. Het tijdsaspect is één parallel, de geruchten over interne tegenstellingen een andere, en de officiële reden voor de afschaffing, de lekken naar de pers, nog een andere. Het échte probleem van zo'n Stratego- of reflectiegroep is natuurlijk dat zij precies dat doet waarvoor ze in het leven geroepen werd: voorstellen aftoetsen aan het partij- en verkiezingsprogramma. Voor een partijvoorzitter die zich in de onderhandelingen mee gegeven heeft voor een compromis is dat natuurlijk telkens weer een koude dweil in de nek. En met hangende pootjes terugkeren naar de onderhandelingen, weer vertrekken vanaf nul, het uitgangspunt: het verkiezingsprogramma dus.

Het gevaar dat de N-VA nu loopt, is dat van de sluipende besluitvorming. Het is die sluipende besluitvorming die de CD&V aan het einde van 2007 door de knieën deed gaan om toch maar in een regering–Verhofstadt III te stappen, en uiteindelijk ook Leterme I, ook al stonden de regeerakkoorden mijlenver af van wat de partij aan de kiezer beloofd had. Het is die sluipende besluitvorming die over enkele weken wel eens Bart de Wever en de N-VA de das zou kunnen omdoen om in een regering–Di Rupo I te stappen met een regeringsakkoord dat mijlenver verwijderd staat van het partij- (separatisme!) of verkiezingsprogramma (confederalisme) van de N-VA. Wanneer de N-VA dan sust dat partijvoorzitter nog wel zal terugkoppelen, maar dan meer ad hoc, is het duidelijk dat het gevaar op zo'n proces van sluipende besluitvorming zeer reëel is.

Zo'n ad hoc-terugkoppeling verwordt immers snel tot een overtuigingsoefening om medestanders te verwerven in de partijraad en later op een eventueel partijcongres. Bovendien wordt het aantal betrokkenen al snel beperkt tot een kleinere kring rond de partijvoorzitter, meteen ook de ministeriabelen in de partij. Wie van hen zal willen klaarstaan om herhaaldelijk én moederziel alleen telkens weer een koude dweil in de nek van de partijvoorzitter te leggen? Zeker als er enige ambitie is om uiteindelijk ook minister te mogen worden. En hoe vaak gaat die partijvoorzitter voorstellen waar hij zelf nog zo hard aan gezwoegd heeft in de onderhandelingen terugkoppelen met iemand die ze toch maar zal afwijzen? Het antwoord laat zich dan ook gemakkelijk raden. Een bewust proces om een regeringsdeelname mogelijk te maken wil ik de afschaffing van de Stratego-groep niet noemen, maar als geschiedkundige zou Bart de Wever toch iets meer historisch besef aan de dag mogen leggen.

Bovendien is er nog de vraag waarom die Stratego-groep zo vaak lekte. Was het omdat die groep volzat met figuren die zichzelf interessant en populair wilden maken bij enkele journalisten? Of was het omdat enkelen in die groep de gang van zaken gewoonweg niet meer konden aanzien? De afschaffing van de Stratego-groep was dan toch wel een heel gemakkelijke oplossing voor een lastig probleem. Het zegt trouwens ook iets over de geestesgesteldheid van de partijvoorzitter wanneer hij blijkbaar meer tijd veil heeft voor de federale regeringsonderhandelingen dan het behoud van de interne gezondheid binnen zijn eigen partij.

Mijn conclusie is daarom dat de kans sterk gestegen is dat de N-VA uiteindelijk toch zal toehappen wanneer Johan vande Lanotte zijn «meccano-voorstel» zal presenteren. Er kan echter weinig twijfel over bestaan dat dat voorstel een stuk onder de nota van Bart de Wever zal duiken om aanvaardbaar te kunnen zijn voor PS, cdH en Ecolo. Sp.a en Groen!, die zich meer en meer gedragen als Vlaamse bijhuizen voor hun Franstalige meesters, zullen het voorstel ook aanvaarden, om de eenvoudige reden dat ze eender wat zouden aanvaarden als ze maar mee in de federale regering mogen. Vraag is dus of de N-VA-onderhandelaars tegen de tijd dat Johan vande Lanotte zijn voorstel zal doen nog tot een afwijzing in staat zullen zijn. Hoe langer Johan vande Lanotte zijn voorstel kan uitstellen, hoe groter zijn kansen dat de N-VA zal aanvaarden. En indien de N-VA toch haar akkoord zou weigeren, is de volgende vraag natuurlijk wat de houding van de CD&V zal zijn.

Zoals reeds geschreven heeft Steven Vanackere wat dat betreft deze ochtend reeds een tipje van de sluier opgelicht: het ACW stapt hoe dan ook in de volgende federale regering. Aan Wouter Beke, die tegen de tijd dat de ultieme beslissing genomen zal moeten worden misschien al volwaardig partijvoorzitter zal zijn, zal dan de keuze gelaten worden of ook de CD&V volgt, dan wel of ACW alleen in die regering zal stappen. Merk daarbij op dat de niet-ACW'ers in de Kamer- en Senaatsfractie van de CD&V met een vergrootglas gezocht moeten worden. Merk verder ook op dat Yves Leterme eigenlijk geen rekening houdt met een scenario waarbij hij binnenkort niet opnieuw minister zou worden. Het monkellachje dat het antwoord op de ietwat domme vraag van Ivan de Vadder in De Zevende Dag over het gouverneurschap van West-Vlaanderen begeleidde sprak wat dat betreft boekdelen. Men kan natuurlijk niet uitsluiten dat Inge Vervotte zich hevig zou verzetten tegen een regeringsdeelname en liever in de oppositie zou stappen. Ik schat echter de kans dat Michel Daerden deze avond nog geheelonthouder zou worden een pak hoger in.

Kan men zich trouwens een betere partijvoorzitter dan Wouter Beke – mét Vlaams profiel! – voorstellen om een Belgische regering van Nationale Eenheid door te drukken op een CD&V-partijcongres? Als ik een euro zou krijgen voor elk binnenpretje dat dat zou opleveren bij Yves Leterme, dan zou ik de rest van dit en volgend jaar het huis niet meer uit hoeven om de kost te gaan verdienen, en kon ik voltijds artikelen schrijven zoals deze. Binnenpretjes ook over het afvoeren van de staatshervorming en de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, en vooral, die regeringsminderheid aan Vlaamse zijde. Op dat punt ben ik het alvast helemaal niet eens met professor Herman Matthijs: de regeringen–Van Rompuy I en Leterme II zijn immers het perfecte smeermiddel geweest om opnieuw te regeren tegen een Vlaamse meerderheid in. Waarom een regering van Nationale Eenheid een tweederde meerderheid nodig zou hebben ontgaat me trouwens volledig, want als er iets is dat hét bindmiddel van zo'n regering zou zijn, dan wel het verzet tegen een staatshervorming. Of moeten we nu echt denken dat ACW, PS en het koningshuis vragende partij zouden zijn voor meer fiscale autonomie?

Neen, nieuwe federale verkiezingen, daar geloof ik dus niet in. In vervroegde verkiezingen, vóór 2014, door de val van een nieuwe federale regering trouwens ook niet. Aan Vlaamse zijde zou die immers alleen maar bestaan uit partijen die alleen maar kunnen verliezen, en aan Franstalige zijde uit partijen die in die regering precies hun zin zouden kunnen doen. Het zou al raar moeten lopen als één van de zes partijen er dan vroegtijdig zou willen uittrekken. Bijproduct zou wel eens een volstrekte V-meerderheid in het Vlaams Parlement kunnen zijn, maar dat is natuurlijk een «zorg» voor later.

Labels: , , , , , , , ,

Read more...

De politieke dakloosheid van Gaia

Ook dit jaar waren de protesten tegen de barbarij op het islamitische offerfeest miniem.

Milieubewustzijn en dierenwelzijn: het blijft iets oneigenlijk en marginaal in ons dagdagelijks universum. Interesseert het de doorsnee Vlaming niet dat een dier afziet? Toch wel, we hebben huisdieren, troetelbeesten, de hond mag nog eerder op de sofa dan oma, en vele oudjes sparen zich het eten uit de mond om de poes met Sheba-blikjes te verwennen. Er is anderzijds natuurlijk wel het algemene slachthuizennegationisme: we willen niet weten waar die kippenbout op ons bord vandaan komt. En wie het wel al gezien heeft, maakt veel kans om zich tot het vegetarisme te bekeren. Walgelijke praktijken, kalveren in kisten, legkippen die leven op de ruimte van een A4-velletje. De sensibilisering rond dierenwelzijn, als universele empathie en respect voor het leven, komt in elk geval niet op gang. En daarvoor mogen, vreemd genoeg, de Vlaamse Groenen met de vinger gewezen worden: in het huidige politieke landschap worden zij gepercipieerd als wereldvreemde Al Gore-adepten die voortdurend met het kijvend vingertje klaar staan, terwijl ze zelf meestal uit een sociaal-geprivilegieerde omgeving komen. Echte bobo’s dus. Dat straalt negatief af op het ecologisch bewustwordingsproces (“klimaatverandering? Larie!”) en dus ook op de daaraan verwante thema’s zoals dierenwelzijn. Ik spreek met opzet niet over dierenrechten, want rechten worden aan mensen toegekend. Je leert kinderen om spinnen niét dood te trappen, niet omdat die beesten “rechten” hebben, maar gewoonweg omdat dieren ook pijn voelen, en er zoiets is als een verbondenheid bestaat met alle levende wezens, buiten de utilitaire horizon van de vleeseter. Dat inzicht hebben we o.m. te danken aan de Engelse filosoof Jeremy Bentham (1748-1832).

In het essay “Kreeft op zijn Japanees”, geschreven na een etentje bij de Japanner waar ze levende kreeften middendoor sneden en op een gloeiende plaat gooiden terwijl de beesten nog minuten lang kronkelden, tot groot plezier van de gasten, heb ik dat gebrek aan fundamenteel mede-lijden vastgesteld en antropologisch omkaderd. De vleeseter wil macht demonstreren en zijn heerschappij over de natuur ritueel bezegelen. Terwijl tal van grote sportlui nauwelijks vlees eten, fysiek hebben we het niet nodig. Maar goed, de Groene beweging, en zeker de partijpolitieke fractie ervan, is veeleer spelbreker dan katalysator geweest in dat bewustwordingsproces. Het Agalev van Pater Versteylen, ontstaan in de laten jaren ’70 van vorige eeuw, was nog een echte activistische formatie met een Christelijk-fundamentalistische inspiratie. Maar onder impuls van Mieke Vogels en Jos Geysels werd die spirituele dimensie afgedempt. De partij werd een strak geleide machine die weinig tendensrecht, laat staan dissidentie, gedoogde. De sympathiek-alternatieve, enigszins anarchistische anti-establishmentkantjes werden er afgevijld. Voor ideologische zijsprongen naar meer enthousiasmerende verhalen rond levenskwaliteit, gezondheid, onthaasting, harmonie met de natuur, collectief identiteitsbesef, was geen plaats meer: allemaal te veel buik en onderbuik.

“De sensibilisering rond dierenwelzijn, als universele empathie en respect voor het leven, komt in elk geval niet op gang. En daarvoor mogen we de Vlaamse Groenen met de vinger wijzen…”

Vooral Jos Geysels was en is een extreme ideeënagent, op het Stalinistische af. Hij is de bedenker van het cordon sanitaire, waarmee het politieke establishment zich van een lastige outsider probeerde te ontdoen,- een aanfluiting van elk elementair democratisch fatsoen. Hij was ook jarenland voorzitter van boek.be, organisator van de Antwerpse Boekenbeurs waar bepaalde uitgeverijen van rechtse signatuur nog altijd geweerd worden. Binnen het toenmalige Agalev was Geysels een fervent tegenstander van de zgn. basisdemocratie, veegde het cumulverbod aan zijn laars, en duwde hij er een strakke, verticale partijhiërarchie door. Opgeruimd staat netjes.

Geysels is de belichaming van een kil, bureaucratisch ecologisme dat zich vooral op de bovenbouw toelegt, de wetgeving, de regels, en niet op het Volksempfinden, zeg maar het gevoel van de dame met haar 19 katten. De partij hield zich voor de rest strikt aan de normen van de modieus-linkse political correctness, verdedigde bovendien een neo-Belgicistisch discours, kreeg het etiket van regelnevenpartij, en miste zo de Vlaamse grondstroom compleet. Groen! Is vandaag, met zijn schamele 7%, een echte establishmentpartij.

It ’s monotheism, you stupid

Het is dan ook niet te verwonderen dat de relatie tussen politiek-groen en Gaia (Global Action in the Interest of Animals) op zijn zachtst gezegd nogal dubbelzinnig is. De Groenen lusten filosoof Michel Vandenbosch niet. Zijn visie is veel te radicaal en anti-establishment. Enkele jaren geleden kreeg hij een pak rammel van veehandelaars op de markt van Anderlecht, terwijl rijkswachters er lachend stonden op te kijken. De NMBS en de Brusselse Metro weigeren zijn (betaalde) affichecampagnes rond de productie van foie gras, omdat de beelden te choquerend zijn: het politieke establishment en de marketeers willen geen onrust rond dierenleed, zeker niet met Kerstmis.

Evenmin is hij voor het klassieke links-progressieve gat te vangen, het paarse gezemel dat we zo beu waren: in tegenstelling tot de Groenen zit er in zijn missie wél een buikgevoel. De naam van zijn organisatie verwijst namelijk ook naar de Griekse oermoeder Gaia, de aardegodin die eigenlijk veel ouder is dan de klassiek-Griekse mythologie, en die vrijwel in alle culturen onder allerlei benamingen voorkomt. Isis is het Egyptische equivalent. Vóór Mohammed in Mekka toesloeg was ze trouwens ook aanwezig om en rond de Ka’ba, en gedenatureerd en ontsexualiseerd komt ze zelfs terug in de Christelijke Maria-figuur. Zij is de vergoddelijking van alle empathische en natuurreligieuze waarden die we vandaag seculier vermommen als mensen- of dierenrechten.

In de jaren ’60 van vorige eeuw introduceerde ene James Lovelock (en niet Lovecock, zoals hij door zijn critici spottend wordt genoemd) zelfs de Gaia-hypothese, een wetenschappelijk model dat de wisselwerking tussen alle elementen in de biosfeer en de aarde zelf als één groot vitaal-zelfregelend gebeuren beschouwt. In dat perspectief is de mens één deeltje van dat groot lichaam, dat vandaag de dag evenwel de neiging heeft om zich cancerogeen te gedragen, gericht op de vernietiging van het weefsel. We moeten dus terug landen, aarde worden. In wezen is deze Gaia-revival schatplichtig aan filosofen zoals Friedrich Nietzsche, wiens Zarathustra eveneens de ultieme bestemming van de mens in organische relatie met de aarde en het hier-en-nu zag (“Bleibt der Erde treu!”). Voor Lovelock, door de Flower Power beïnvloed, liep het eerder op een madeliefjesdans uit (Daisyworld),- een overigens correcte theorie die vaststelt dat lichtgekleurde madeliefjes vooral in de zomer voorkomen om meer zonnelicht en warmte terug te kaatsen, en de donkergekleurde in voor- en najaar om meer licht vast te houden. Zo zouden zij helpen om de atmosferische temperatuur te stabiliseren en de aarde tegen opwarming te behoeden: alles werkt met alles samen in één grote keten van het behoud. Immanente rechtvaardigheid, om het met André Léonard te zeggen…

“De Moslimexecutieve, die meer en meer de allures krijgt van een parallel overheidsorganisme, levert ook de slagers… die alleen maar enkele koranverzen hoeven van buiten te kennen. Er wordt dus nogal wat op los gekerfd door deze dilletanten.”

Dit aards-sacrale karakter van het ecologisme is voor de groenen een taboe, want de aarde ruikt voor hen naar stront, carnaval, en het fascisme, en het zou maar eens de monotheïstische gevoeligheden van de geïnstitutionaliseerde godsdiensten (jodendom, christendom én islam) kunnen verstoren. Bovendien is Gaia in wezen een conservatief concept, gericht op behoud, evenwicht en zelfregulering, niet op expansie en maakbaarheid. Ook over dat monotheïsme in onze geïnstitutionaliseerd-bureaucratische brave new world heb ik al grote bomen opgezet. In wezen gaat het terug op de oertiran Mozes, die met de veelgoderij en de natuurreligie korte metten maakte, omdat het zijn politieke beheersingsstrategie in de weg stond. Vandaar de stenen tafelen, de oervorm van het politiek-correcte denken. Het brein van Jos Geysels is monotheïstisch, vertikaal en exclusief. Mozaïsch zelfs. Het “offert” dingen en mensen op aan de Goede Zaak, het elimineert, verdringt, purifieert. Het ideologiseert en transcendeert, op zo’n manier dat de essentie van het leven zelf verloren gaat. In mijn ogen is het zelf een soort fascisme (men spreekt dan van “eco-fascisme”) al zal Jos daar niet mee akkoord gaan.

Het mag ons dus niet verwonderen dat groen-links geen kik gaf n.a.v. het jaarlijkse Offerfeest van de moslims, gisteren, 16 november: het multiculturele dogma is blijkbaar belangrijker dan het protest tegen deze barbarij. Het gaat er nochtans bloederig aan toe. De keel van het onverdoofde schaap wordt overgesneden, waarna men het spartelende dier laat leegbloeden op de grond. De Moslimexecutieve, die meer en meer de allures krijgt van een parallel overheidsorganisme (dat in een later stadium ook de sharia mag toepassen?) levert ook de slagers… die alleen maar enkele koranverzen hoeven van buiten te kennen. Er wordt dus nogal wat op los gekerfd door deze dilletanten.

Het is integendeel de erfvijand van Groen, het Vlaams Belang, dat actie voert tegen de onverdoofde slachtingen, maar dan wel alleen als het over moslims gaat, want de barbarij bestaat ook in onze “Christelijke” slachthuizen. Ook de zgn. rechterzijde, waar zelfs de anti-abortus-beweging nog actief is in naam van het “respect voor het leven”, deelt in de onverschilligheid als het over andere levende wezens gaat. Terwijl nu juist dat heidens naturalisme, met een lichte matriarchale toets, gefundenes Fressen zou kunnen zijn voor een partij die zich rechts-conservatief opstelt.

Moeten we nu in sneltempo tempels oprichten voor Gaia of Isis? Neen, natuurlijk niet. Wel laat de ontkerstening van het Avondland een lacune, en hebben we nood aan nieuwe vormen van spiritualiteit en zingeving. Anders staan we binnen de kortste keren zelf schapen te kelen in naam van Allah. Er is beslist zelfs een electorale markt voor een groen-rechtse gelukspartij, gefocust op levenskwaliteit, natuurlijk evenwicht en spiritualiteit, maar men gaat er achteloos aan voorbij. In Nederland bestaat er wel een Partij voor de Dieren (PvdD) onder leiding van de schone Marianne Louise Thieme, maar zo’n one-issue-partij doet geen recht aan de veel bredere Gaia-onderstroom. Een groot deel van de afkeer tegen politici, techneuten, overgesubsidieerde cultuur, bureaucratie, commerce, etc valt nochtans in die bedding: een zoektocht naar zuiverheid en autenticiteit, het helende, een rechtzetting van wat krom is, terug naar “the real thing”. Geert Wilders zit er iets dichter op, en wil dierenwelzijn in de grondwet opnemen, maar zijn roep naar meer autowegen en de opheffing van het rookverbod in de horeca is dan weer wansmakelijk.

Gaia blijft dus politiek dakloos en maatschappelijk eenzaam, en Vandenbosch krijgt alleen maar muilperen op zijn toch al scheve smoel. Misschien moet hij wat harder worden, militanter, semi-illegaal, meer Greenpeace. Daar ligt, ben ik zeker van, de toekomst van het nieuwe burgerverzet. Een Gaea met de deegrol dus, een Dulle Griet misschien zelfs. Daar hebben we zelfs meteen een oer-Vlaams ikoon, een vrouw met meer ballen dan Neleke op de schoorsteen.

Johan Sanctorum

Read more...

17 november 2010

De Vlaamse media en de Amerikaanse verkiezingen

Op woensdag 3 november besprak het Canvas-programma Terzake de tussentijdse verkiezingen in de VS. Commentaar werd geleverd door twee gasten: via satelliet de Nederlander Michiel Vos, schoonzoon van Nancy Pelosi (de voorzitster van het Huis van Afgevaardigden), en in de studio Howard Gutman, ambassadeur van de VS in Brussel. Twee Democraten om de Amerikaanse verkiezingen van commentaar te voorzien, geen enkele Republikein. VRT, fair and balanced.





De VRT heeft naar verluidt wel een poging gedaan om een Republikeinsgezinde persoon voor de camera's te halen, maar heeft niemand bereid gevonden. Nochtans bestaan er, zoals hieronder zal blijken, wel degelijk Vlamingen die positief staan tegenover de visie van de Republikeinen en van de Tea Party.

In hun verslaggeving over de tussentijdse verkiezingen namen sommige journalisten het weer eens niet zo nauw met de grens tussen verslaggeving en opinie. En zowel in de verslaggeving als in de opiniestukken werd het publiek om de oren geslagen met het aloude cliché: de Democraten zijn kosmopolitische, multiculturele, solidaire en intelligente mensen zoals wij, terwijl de Republikeinen bange, blanke, angstige, egoïstische domme mensen zijn die zich laten vangen door met veel geld gekochte kapitalistische propaganda. In die niet aflatende stereotypering van het Amerikaanse politieke landschap zien we steevast een aantal patronen terugkeren. Laten we die even overlopen.


Cliché 1: Kiezers die zich afkeren van Obama zijn gemotiveerd door frustratie, woede en haat. Tea Party-aanhangers zijn dom, gesloten, dwaas

Evita Neefs op 2 november in De Standaard, in een artikel met als titel "Woede, geld en de vijand":
De haatzaaierij levert misschien politiek gewin op, maar de kwaliteit van het politieke en maatschappelijke debat lijdt eronder, en de democratie loopt zware averij op. De radicaal-rechtse volksmenners dragen een zware verantwoordelijkheid."
 Maarten Rabaey vanuit San Francisco in De Morgen van 4 november:
Maar de kloof tussen deze Europese liberals en de gesloten geesten van de Tea Party is misschien nog nooit zo groot geweest.
 Tom Vandyck in De Morgen van 25 oktober:
Het zootje minkukels waarmee de Republikeinse partij naar de kiezer gaat, is van een beschamend en op het randje af gevaarlijk niveau.
Björn Soenens op de weblog van de VRT-redactie, niet onder het hoofdstuk "opinie" maar in de categorie "analyse":
Conservatief Amerika is woest, zuur, somber, malcontent, ‘mad like hell’, en ze willen hun land terug, zeggen ze.
 Het is maar een greep uit de "analyses" van onze nationale media. De lezers slikken echter niet altijd wat hen voorgeschoteld wordt. De commentaarsecties van de kranten zijn dan ook steeds vaker interessanter dan de artikels en de opiniestukken.

 Lezer Marcel B. uit Sint-Gillis-Waas krijgt het op zijn heupen na het lezen van het artikel van Evita Neefs:
Natuurlijk, de Republikeinen (vooral de Tea-Party aanhangers) zijn slecht en dom, de Democraten (vooral Barack Obama als eerste zwarte president) is wijs en goed. Dat soort genuanceerde berichtgeving kunnen we verwachten van Vlaanderen's grootste kwaliteitskrant.
Stijn V. uit Dallas in Texas nuanceert het beeld van de Tea Party in een reactie op de website van De Standaard:
Net zoals Texas is ook de Tea Party erg veelzijdig. Aan de ene kant heb je libertarians (pro small government, low taxes, fiscal conservatives en zo) en aan de andere kant heb je religieuze crazies (hard-core social conservatives). Ik kan me gedeeltelijk vinden in het libertaire/fiscal conservatism, ik heb een afschuw voor socialisten en socialistische belastingsdiefstal-politiek zoals in Europa. Vergis u niet: de Democraten, Republikeinen en zelfs een deel van de Tea Party hebben meer met elkaar gemeen dan de Democraten gemeen hebben met linkse en zogenaamd liberale partijen in Belgie. Oh, en Texas is heus niet de meest conservatieve staat van de VS.


Cliché 2: Veel aanhangers van de Tea Party zijn racistisch gemotiveerd

Evita Neefs in De Standaard van 2 november:
De Tea Party stookte het vuur van de rassenhaat. Zoals de zwarte schrijfster Ethel Morgan Smith ons vertelde: 'Wat een genezingsproces had moeten worden, is door de Tea Party in een nachtmerrie veranderd.'
 Paul De Bruyn in Gazet van Antwerpen van 6 november:
Dat de Tea Party voor een deel is ontstaan uit reactie tegen de eerste zwarte president is onmiskenbaar. Zeker zit er een element van racisme in. Maar zij is vooral gevoed door de afkeer voor Obama's beleid en hij heeft er geen antwoord op gehad.
 In Het Nieuwsblad van 30 oktober rekent Fabian Lefevere de Republikeinse Tea Party-kandidaat Rand Paul letterlijk tot de categorie van de "clowns", want:
Paul vindt dat rassendiscriminatie onder de vrije meningsuiting valt.
 Bedoeld wordt ongetwijfeld: 'aanzetten tot rassendiscriminatie', want discrimineren is een daad, terwijl vrije meningsuiting met woorden te maken heeft. En over diezelfde Rand Paul schrijft Lefevere nog:
Naast de Senaatskandidaat uit Kentucky verbleekt George W. Bush tot een tolerante en vredelievende liberaal.
Naast de artikels in de media zijn er natuurlijk ook de meer informele communicatiekanalen, zoals Facebook en Twitter. De ochtend na de verkiezingen verblijdde Björn Soenens ons met deze mededeling op Facebook:



Ook hier moet de verwijzing naar de huidskleur van Obama in "blaming it on the black guy" blijkbaar insinueren dat je toch wel een tikkeltje racistisch moet zijn om iets tegen Obama te hebben.

Alle gekheid op een stokje, maar kritiek op een kleurling-president meteen gelijkstellen met racisme is uiteraard nogal kort door de bocht. Dat er mensen bestaan die de gedachte aan een niet-blanke president van de VS ondraaglijk vinden, zal wel zo zijn. Evenzo is het waar dat sommige kiezers in 2008 voor Obama stemden, niet zozeer omwille van zijn programma, maar omdat hij zwart was. Eerder dan racistische motieven, zie ik aan beide kanten een nefaste vorm van groepsdenken. Men evalueert een politiek programma of een overheidsbeleid niet - zoals het volgens mij zou moeten - op basis van wat dit voor de burger betekent, maar op basis van hoe bepaalde groepen in de samenleving erdoor bevoordeeld of benadeeld worden. Het vermeende "racisme", zowel aan blanke als aan zwarte kant, valt in de meeste gevallen daarop terug te brengen, en is dan ook eerder ingegeven door groepsdenken dan door racisme. Het echte racisme is in de VS terug te vinden bij marginale white supremacy groupuscules, en in antisemitische samenzweringstheorieën die elke Jood als een onderdeel zien van een wereldwijd complot.

Marc Huybrechts uit Washington DC en zelfverklaarde Tea Party-aanhanger schrijft op mijn blog:
Wie echte Tea Partiers (zoals ik) zou kennen, die kan alleen maar lachen met de onnozele bewering dat het het om "racisten" zou gaan, en/of dat het zou gaan om mensen die veel sympathie zouden hebben voor "miljardairs". De realiteit is dat de overgrote meerderheid van Amerikaanse miljardairs (Hollywood, basketballspelers, Wall Street...) zich aan de Obamawagen vastklampten - omdat ze goed beseften van waar de wind toen waaide - en ze werden daar de laatste twee jaar financieel goed voor beloond. Eigenlijk is dat ook een verdere bevestiging van William Buckley's Boston-telefoonboekregel, namelijk: het gewone volk vertoont dikwijls veel meer gezond verstand dan de 'elite'. Het gewone volk is doorgaans meer bekommerd om de toekomst (vooral die van hun kinderen) dan ivoren-toren elites.


Cliché 3: De Tea Party wordt gefinancierd door de rechts-libertaire gebroeders Koch

Jan Van Hessche in De Tijd van 30 oktober jongstleden:
De onderzoeksjournaliste Jane Mayer legde ook haarscherp bloot hoe de beweging financiële en logistieke steun krijgt van grootindustriëlen als de gebroeders Koch, petromiljardairs die vooral de belangen van hun conglomeraat trachten veilig te stellen. Charles en David Koch (...) pompen al jaren miljoenen in rechtse denktanks, zoals Americans for Prosperity, en steunen ook de Tea Party, hoewel ze dat zelf ontkennen. David Koch deed in 1980 mee aan de presidentsverkiezingen, als kandidaat-vicepresident voor de Libertaire Partij. Die haalde 1 procent. Drie decennia later is het bereik via de Tea Party vele malen groter.

Roger Huisman in Het Belang van Limburg op 4 november:
De Tea Party wordt voorgesteld als een basisbeweging, als een populaire revolte tegen de politieke elite. Deze beweging is intussen wel gekaapt door occulte belangengroepen als 'Americans for Prosperity' die miljoenen dollars krijgen van de schatrijke oliebaronnen David en Charles Koch.
Björn Soenens op 1 november op de weblog van de VRT-redactie:
De wijdverspreide woede heeft de miljardairs van Amerika gemobiliseerd. Neem nu de broers Koch, Charles en David, eigenaars van Koch Industries (petroleumraffinaderijen, asfaltproductie, aardgaswinning, pijpleidingen). Koch noemt zichzelf ‘the largest company you’ve never heard of’ .

De Kochs financieren de Tea Party en regisseren op die manier ongemerkt de ontevredenheid, de razernij van de gewone man met angst voor de toekomst. De Kochs hebben een verborgen agenda: klimaatwetten tegenhouden, strengere regels voor de olie-industrie torpederen, elke mogelijke belasting bekampen, afschaffen van elke sociale uitkering. Hun fortuin wordt geschat op 65 miljard dollar. Enkele tientallen miljoenen hebben ze al geschonken aan Freedom Works en Americans For Prosperity. Met het geld kopen die schimmige organisaties tv-spotjes om Obama ‘zwart’ te maken.

Zo verspreiden ze het gerucht dat veel van Obama’s economisch herstelgeld naar Democratische districten ging. Ongecontroleerde berichten die vervolgens werden verspreid op het internet (RedState.com) en op de conservatieve – en heel druk bekeken – tv-zender Fox. Daar noemen ze Obama een hond, Imam Obama, de eerste moslimpresident. Het gaat er bij massa’s boze en partijdig geïnformeerde Amerikanen in als koek.

Dat kan allemaal best waar zijn, maar de impact op de resultaten van die miljoenenfinanciering was dan toch beperkt, want de meest gehypete kandidaten als Christine O'Donnell haalden het niet. En hebben we Soenens, Huisman en Van Hessche twee jaar geleden horen uitbazuinen hoe George Soros een belangrijke financier was van initiatieven die - buiten de wettelijke controle op partijfinanciering om - de Democraten meer wind in de zeilen moesten geven: de pro-Democratische websites MoveOn.org, de mediakritiek-website MediaMatters.org (die erin slaagt om de rechtse journalist Andrew Breitbart van tv-netwerk ABC te laten bannen) en HuffingtonPost.com kregen elk minstens een miljoen dollar van Soros.

Op diezelfde VRT-blog schrijft Karel Balen, die in Amerika woont:
Wat men ook van Amerika zegt, de democratische regels zijn er duizend maal beter en eerlijker dan in België.
Op diezelfde blog schrijft reageerder Thomas:
Met alle respect, maar dit artikel is toch wel van een enorm subjectief niveau. (...) [H]et [is] intellectueel oneerlijk om de giften van bedrijven (namelijk de Kochs met hun verborgen agenda?) als oorzaak [te stellen] van de opmars van de Tea party. De Tea party is gegroeid van onderuit, huismoeders die voelden - dit zijn geen academici - dat er heel veel mis ging omwille van het beleid. De financiële middelen kwamen pas daarna.


 Cliché 4: Amerika is er slecht aan toe omdat het beleid van Obama niet links genoeg is

Seumas Milne van The Guardian in een vrije tribune in De Standaard:
In werkelijkheid hebben die maatregelen (stimulus genoemd) volgens de onpartijdige begrotingsdienst van het Congres tot 3,3 miljoenen banen gered, ook al compenseerden ze slechts een kleine fractie van de instorting. Om de impact van de kredietcrisis op te vangen, had de stimulus veel groter moeten zijn – en moeten samengaan met een veel krachtigere regulering van de financiële wereld.

 Evita Neefs in De Standaard van 2 november:
Obama maakte wellicht de grote fout om niet eerst massaal banen te creëren via grootscheepse openbare werken, in plaats van eerst de gezondheidszorg te hervormen. Het zou een tastbare verwezenlijking zijn geweest.
In diezelfde Standaard van 2 november lezen we in een opiniestuk van de Brits-Pakistaanse schrijver Tariq Ali dat Obama mislukt is omdat hij het beleid van Bush verder zet:
De ‘hervormingen’ in de gezondheidszorg getuigden ook van een totale capitulatie voor het bedrijfsleven: de verzekeringsmaatschappijen, de farmaceutische bedrijven, de commerciële ziekenhuizen en de specialisten zullen profiteren. (...) [Z]owel in binnen- als buitenland wegen de gelijkenissen tussen de regering-Obama en de regering-Bush-Cheney veel zwaarder door dan de verschillen. (...) Het ‘nieuwe’ onderwijs gebaseerd op privatisering en ‘charterscholen’, dat een ramp bleek in delen van het land, wordt voortgezet nu managers onderwijsdeskundigen zullen vervangen. Guantanamo blijft open. (...) Elena Kagan, Obama’s cadeau aan het hooggerechtshof, zei tegen het Congres dat ze het eens is met John Yoo, een Bushman die dienst deed als assistent-procureur-generaal, in de zin dat een ‘terrorist’ onderhevig is aan de ‘krijgswet’, waar hij ook gevat wordt.

U leest het goed. Een deel van de journalisten en opiniemakers is er dus van overtuigd dat Obama werd afgestraft, niet omdat hij biljoenen dollars belastingsgeld spendeerde om de banken te redden en de economie kunstmatig aan te zwengelen, niet omdat hij de Amerikaanse burgers opzadelde met de verplichting om een ziektekostenverzekering af te sluiten, maar omdat hij ... niet ver genoeg ging. Hij had nog Keynesiaanser moeten optreden, en dan zou hij wel geslaagd zijn.

Philip C. uit Antwerpen nuanceert:
Ondanks alle bubbels is de economische groei van de VS de voorbije 20 jaar hoger dan die van West-Europa, en er is geen aanwijsbare reden waarom dat zou veranderen.

Dat Amerika in verval is en Europa of China er beter aan toe zijn, wordt betwist door Paul Vermeulen uit Wantagh, New York:
Dat de USA in verval is daar ben ik het mee eens, maar niet eens zo erg als Europa. Ondanks alles groeit de economie 'slechts' 2% in het derde kwartaal, terwijl dat in België 'reeds' 0.5% is. De infrastructuur is hier aan een grote update toe, maar ik was twee weken geleden in Nederland, België, Frankrijk en Groot-Brittannië, en de betere infrastructuur werkte daar niet wegens stakingen. (...) China is zeker een belangrijke speler, maar neem de uitvoer naar de USA weg, en het zakt als een kaartenhuis in mekaar. De USA is er niet best aan toe, maar voor de volgende verkiezingen zal het ergste leed geleden zijn, ik hoop voor Europa hetzelfde, maar heb grote twijfels. Europa heeft een ouder wordende bevolking die gepamperd wil worden, die pampering bestaat hier gelukkig niet zo (al noemen sommigen Obama's beleid zo).

De liberale blogger Ivan Janssens over de stelling van Björn Soenens dat zonder de herstelplannen van Obama er nu drie miljoen Amerikanen méér werkloos zouden zijn:
Wie zegt dat? Juist, de economen in dienst van Obama. Maar Soenens verkondigt het ook hier weer als objectieve waarheid.
Over de militaire strategie van Obama schrijft Janssens nog:
Afghanistan was een legitieme oorlog destijds. Maar diegene die zich nu weigert terug te rekken, en integendeel het aantal strijdkrachten fors heeft opgevoerd, is...juist...Obama. Als die oorlog inderdaad onwinbaar is, dan had Obama de Amerikaanse troepen moeten terugtrekken. Hij heeft dat niet gedaan, maar ook dat is voor Obama-fan Soenens geen probleem. Stel je voor dat McCain nu in het Witte Huis had gezeten en hetzelfde had gedaan. Wat zou Soenens dan geschreven hebben? De vraag stellen, is ze beantwoorden.


Cliché 5: Wij moeten voor Obama zijn, want hij wil de Amerikanen een sociale zekerheid bezorgen

Roger Huisman in Het Belang van Limburg van 4 november:
Ook de naar Amerikaanse normen gedurfde hertekening van de sociale zekerheid is nog te pril om de bevolking ervan te overtuigen dat een systeem dat gebaseerd is op solidariteit en gedeelde zorg, beter is voor de sociale cohesie.

De Standaard van 6 november in de rubriek "De Verliezers":
De Amerikaanse president en zijn Democratische partij mogen het volk dan wel een begin van sociale zekerheid hebben geschonken, dank kregen ze er bij de verkiezingen niet voor.

IT-journalist Frederik Tibau op mijn Facebook-pagina:
De nieuwe voorzitter van het Huis van Afgevaardigden tijdens zijn eerste persco vandaag: "America has the best healthcare system in the world." Allez. Zo'n mensen zou je toch tegen zichzelf moeten beschermen. Of tegen een muur moeten zetten en afknallen. En zo'n mensen verdedig jij Luc? (...) Republikeinen hoef je geen platform te geven. Je zwijgt ze beter dood, zoals zij dat doen met de rest van de wereld op Fox News.
Maar ook op dat vlak slikken sommige lezers de vooroordelen van de beroepsjournalisten niet.

De Vlaamse Amerikaan Karel Balen op de blog van Björn Soenens:
Als je arm bent in België dan geraak je daar nooit meer uit… er wordt teveel gezalfd en men wiegt je in slaap met een leefloon. In Amerika heb je nog steeds de kans om je uit die put op te trekken. Je moet er wel wat voor doen. Ieder zijn keus, maar ik verkies het laatste.
Eddy Daniels in een commentaar op de website van De Standaard:
De gezondheidszorg raakt de kern van het Amerikaanse vrijheidsgevoelen: je hebt alle rechten zolang je voor jezelf opkomt (in tegenstelling tot Europa waar je tegen jezelf beschermd wordt als je er een knoeiboel van maakt). Een dergelijke paradigmabreuk - ik laat in het midden of ze juist is of niet - realiseer je niet met een bijeengesprokkelde meerderheid, maar met een brede consensus en dat kan slechts via een piecemealbenadering die ophangt aan concrete kwesties.
Bart Claeys, webdesigner en entrepreneur in Seattle, in een reactie op mijn Facebook-pagina:
Als je ziet wat je in Belgie via belastingen elke maand/jaar betaalt voor healthcare dan val je achterover. Zeggen dat het in de States duur is, of duurder, is dus maar gedeeltelijk waar. Het verschil is dat in de States iedereen voor zichzelf kan beslissen hoeveel hij betaalt aan healthcare. De meesten verkiezen dat geld te spenderen aan een SUV of een nieuwe flatscreen en dan komen ze natuurlijk klagen dat er niet voldoende healthcare is. Tja... Soms moet je het volk natuurlijk beschermen tegen zichzelf. Ik betaal bv. $100/maand voor healthcare en de eerste $2500 bij een interventie moet ik zelf ophoesten. Nadien krijg ik 50% van mijn kosten terug. Fair deal? Wat mij betreft wel ja. Met de lagere belastingen kan ik zeker $2500 opzij zetten. In België heb ik de indruk dat via het healthcare-systeem (en dus via de overheid) de farmaceutische bedrijven worden gesponsord voor pillenslikkend België. Om dan nog te zwijgen over de erelonen van doktoren en superdure rekeningen van de ziekenhuizen.
In de hele Vlaamse pers verscheen er één artikel dat enig begrip toonde voor de kritiek op ObamaCare. Professor Melvyn Krauss in De Tijd van 29 oktober:
Veel Europeanen, die de welvaartsstaat met de paplepel kregen ingegoten, vatten niet hoe radicaal zo'n verplichte verzekering is voor Amerika. Amerikanen zijn zeer lichtgeraakt als het over hun 'freedom' gaat. Ze houden er niet van te worden gedicteerd door Washington dat ze dit product of die dienst moeten kopen, zelfs als die gesubsidieerd zijn. Dat is wat zij verstaan onder 'socialisme'.

De Democraten zien de miljoenen Amerikanen zonder ziekteverzekering wel als een sociaal probleem dat dit land, met zijn enorme rijkdommen, moet aanpakken. Maar niet een gebrek aan inkomen verklaart de onverzekerden, wel een risicobereidheid. En dat maakt een groot verschil. Vele onverzekerden zijn jonge mensen. Zij gokken erop dat ze niet ziek zullen worden en verkiezen hun zuurverdiende geld te spenderen aan de geneugten des levens. Wie kan het hen kwalijk nemen?


Cliché 6: Obama belichaamt de Amerikaanse Droom, de Tea Party het tegenovergestelde

Luckas Vander Taelen in De Standaard van 22 oktober:
De Amerikanen plooien zich steeds meer op zichzelf terug en zijn bang voor wat de toekomst brengen zal. Ze dromen niet meer van een New Frontier zoals Kennedy en al evenmin van de ambitieuze New Deal van Roosevelt. Het enige wat hen rest is de herinnering aan hun glorieus verleden.

Nochtans is de Amerikaanse Droom gestoeld op de principes van eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid. De Amerikaanse Droom is gestoeld op de overtuiging dat zelfs een arme drommel het tot miljonair kan schopppen door hard werken en met wat geluk, maar zeker niet door uitkeringen, positieve discriminatie door de overheid of enig ander geschenk dat hem door de overheid in de schoot wordt geworpen, noch door enig verplichting van overheidswege, zoals de verplichte sociale zekerheid die ObamaCare is. Luckas Vander Taelen heeft dat niet begrepen, zijn lezers wel.

Jan V. uit Arendonk in een reactie op Vander Taelen:

Ooit al eens in de VS geweest? Als daar iets gebeurt dan gooien de mensen niet de handen in de lucht om dan te klagen over de staat. Neen, daar helpen ze elkaar. Dat heb ik zelf talloze keren gezien: [orkaan] Katrina, orkanen in Florida, twisters in het Midwesten. Dat is geen maatschappij van verzuurd wijzen vanuit de zetel, maar een maatschappij van 'vooruit met de geit'. Er kunnen op het gebied van sociale zekerheid verbeteringen aangebracht worden, zeker vanuit het oogpunt van onze eigen verzuurde zetel. Wat we hier bij Vander Taelen zien is de groene anti-democratische reflex om alles wat rechts is automatisch in het verdomhoekje te drummen en buiten de democratie te zetten.
 Lezer Frederick de Meyer uit Berkeley schrijft op dezelfde pagina:
Grappig dat socialisten en communisten steeds weer zichzelf en de wereld proberen wijsmaken dat de VS aan het aftakelen is. Dat gaat zo al een paar decennia mee. De enige landen die volledig afgetakeld en ingestort zijn, zijn de communistische. De waarheid is blijkbaar moeilijk onder ogen te zien voor sommigen. Is er angst in Amerika? Ja, Amerikanen houden van hun vrijheid en willen onder geen beding in een land wonen waar de overheid alles regelt en iedereen een politiek correct socialistisch denken oplegt tot in de klaslokalen en het priveleven toe. Anders gezegd: Amerikanen hoeven geen groenen. Voor de rest hebben ze helemaal geen angst, zijn de wegen hier in perfecte staat, zijn het supervriendelijke mensen, etc.
 Lezer Koenraad Van der Perre uit Knokke, onder hetzelfde stuk van Vander Taelen:
Vander Taelen kent duidelijk Amerika niet, bijkomend rijzen twijfels over zijn niveau van kosmopolitisme en ook over zijn Engels. Amerika heeft tegen een hoge kost dankzij Reagan de Koude Oorlog gewonnen, en eens te meer, voor het welzijn van de hele wereld. Nu staan er weer andere uitdagingen op de agenda, en in de waslijst van eigenschappen die dit land uniek maken is er één die net zoals de bergen en de zee nooit onderschat mag worden: de onstuitbare exclusieve Amerikaanse pioniersgeest en de drang om grenzen niet te accepteren en telkens te verleggen. Verankerd in bodem en bloed zoals nergens elders ter wereld kan deze nooit gestopt worden, en veert hij passioneel terug exact daar waar alle andere geesten het allang opgegeven hebben of gevlucht zijn.

Tenslotte ontving ik een lange reactie van Joke Fincioen, CEO van Joke Productions, tv-producer in Hollywood. Haar volledige reactie leest u in haar gastcolumn op mijn blog, maar ik haal er toch de opmerkelijkste passage uit, specifiek over die Amerikaanse Droom:

Wat ik verschrikkelijk vind, is niet alleen het gebrek aan eerlijke en evenwichtige verslaggeving, maar de toediening van een ronduit pessimistische ideologie die de Grote Amerikaanse Droom gelijkstelt aan een "mythe". (...) Een kleinere overheid, lagere belastingen, persoonlijke vrijheden, stellen de burgers in staat om hun geluk na te streven. (...) Het moet erg zijn om al die belastingen te betalen, om brood en spelen voorgeschoteld te krijgen zodat jullie verstrooid blijven, om beperkt te worden in jullie vrije meningsuiting, om gekweld te worden door angst voor arrestatie als jullie verzet willen bieden aan de verdrukkers. (...)

Ik ben een trotse Amerikaan, en een trotse Vlaming. Op een dag, ik hoop binnenkort, zullen de Vlamingen hun recht verwerven om hun geluk na te streven. Als jullie intussen onze Amerikaanse Droom belachelijk willen maken om jullie eigen Belgische Nachtmerrie beter verteerbaar te maken, doe maar. Ik heb te doen met jullie.

Wat leert deze bloemlezing ons? Het gros van de Vlaamse beroepsjournalisten en duidingsambtenaren spuwt de Republikeinen uit, demoniseert de Tea Party, stelt de Democraten als enige valabele keuze voorop en verkiest nog steeds Obama als de evidentie zelf. Een deel van het publiek slikt dat, een ander deel van het publiek doorprikt op snedige wijze de clichés en de vooroordelen die de mainstream media hen voorschotelen.
Read more...

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>