29 oktober 2011

Laudatio Rik van Cauwelaert

bij de uitreiking van de erepenning van de Marnixring 2011, Provinciehuis Gent 29 oktober 2011, door Matthias E. Storme.

De erepenning kan door de Marnixring hoogstens éénmaal per jaar worden uitgereikt aan een niet-lid dat zich bijzonder verdienstelijk heeft gemaakt in het licht van de doelstellingen van de Marnixring. Deze bestaan er vooral in te dienen in trouw aan de Nederlandse taal- en cultuurgemeenschap, buiten en boven politieke of staatsgrenzen. Ik zal niet veel moeite hebben om U ervan te overtuigen dat Rik van Cauwelaert perfect aan dit profiel beantwoordt.

Wij kennen Rik van Cauwelaert natuurlijk het meest door zijn directie van de het weekblad Knack en de kritische stukken die hij daarin ook zelf schrijft, en daarnaast als veelgevraagd en gevierd spreker of moderator in het socio-culturele leven in Vlaanderen, in Marnixringen en andere kringen. Aldus is hij een van onze al bij al zeldzame Vlaamse public intellectuals.

Als directeur van Knack draagt hij er mee zorg voor dat in zijn weekblad naast de feiten en analyses ook zeer uiteenlopende levensbeschouwelijke en politieke ideeën en overtuigingen aan bod kunnen komen, wellicht meer dan in welk ander medium in ons land ook.

Zijn woorden en geschriften getuigen van een bijzondere onafhankelijkheid van geest, waarbij hij tegelijkertijd echter ook steeds weer de toekomst van onze Vlaamse en Nederlandse gemeenschap voor ogen houdt. Hij voert, in de woorden van Anton van Wilderode, geen ander wapen dan het woord, maar in zijn hand is het woord een heel bijzonder wapen. Het gewapend woord kan messcherp zijn. Velen van U zullen de voorbije jaren wel vaker gelikkebaard hebben bij het lezen van de eerste pagina van Knack waar de politieke actualiteit telkens opnieuw wordt gefileerd. Dat likkebaarden kunnen we echter vooral ook omdat Rik van Cauwelaert zich nooit beperkt tot het herkauwen van de actualiteit met een sausje erover, zoals te vaak door andere politieke commentatoren gebeurt, maar een historische feitenkennis en perspectief heeft waarvoor we telkens weer de hoed afdoen.

Ik heb zo’n vermoeden dat het iets te maken heeft met zijn verleden als persfotograaf, of misschien nog correcter, dat zijn bekwaamheid als fotograaf en als politiek analist beiden het gevolg zijn van dezelfde karaktereigenschappen.

Om een goede fotograaf te zijn zowel als een goede analist moet men niet enkel kijken, maar ook zien – om even de titel van het recente boek van Gie van den Berghe, “Kijken zonder zien” te parafraseren. De scherpe blik is veelal een geoefende blik, een blik die geoefend is in het uitsnijden uit de werkelijkheid en inkaderen op een wijze die dingen ook aan het licht brengt en laat zien. Die selectie toont zaken die ontsnappen aan de velen die niet die scherpe blik hebben van Rik van Cauwelaert. Zijn doorzicht bestaat er ook sterk in om zowel het detail te zien als het algemeen kader, waar vele journalisten ofwel in algemeenheden blijven steken of zich op de onbelangrijke anekdoten blindstaren en die met veel emojournalistiek opblazen. Zijn inzicht is zo scherp dat hij met de breedhoeklens dingen ziet waar anderen een telelens voor nodig hebben, met als gevolg dat zij het kader niet meer zien. Dit doorzicht is natuurlijk mede het gevolg van het verslinden van lectuur en informatie door de jaren heen en wellicht ook van een fenomenaal geheugen.

Waar aan het oog van de arend geen beweging ontsnapt, ontsnapt aan het oog van Rik van Cauwelaert zelfs geen schijnbeweging. En zeker geen “Invisible Gorilla”. Hij moet ook een bijzondere neus hebben voor de geur van schijnheiligheid, net zoals zijn bijzondere blik de ontelbare vormen van trucage in het politieke bedrijf en vaak ook daarbuiten herkent.

Rik van Cauwelaert is als een Photoshop à rebours. Hij herstelt het beeld dat vervalst of minstens geretoucheerd werd om onkunde en machtsmisbruik weg te moffelen. Of hij gebruikt een ander perspectief op feiten die we meenden te kennen, waardoor een keerzijde aan het licht komt, een achterkant die natuurlijk niet altijd even fraai is. Of een andere belichting, die wat verdonkeremaand wordt bloot legt. Lux, maar wel niet verbonden met “de luxe” maar met veritas – lux et veritas is het motto van mijn alma mater de Yale University.

Langs het pad van de politieke journalist bevinden zich vele valkuilen; er is zou ik zeggen aan weerszijden een ravijn, en Rik van Cauwelaeert waakt erover in geen van beiden te vallen. Aan de ene zijde ligt het ravijn van het entertainment; te vaak verschuift informatie naar infotainment, wordt informatieverschaffing verward met amusement. Amusement mag er zijn, maar wel netjes gescheiden.

Aan de andere zijde kan men vervallen in cynisme, de houding van de schrijver die niets meer wenst te verdedigen, zich niet meer wil engageren voor ideeën die hij fundamenteel acht. Rik van Cauwelaert blijft zich engageren voor onder meer de rechtsstaat, voor de democratie, voor de welvaart van ons volk ook in zijn toekomstige generaties. Enkel al daarvoor verdient hij de erepenning van onze Marnixring.
Read more...

28 oktober 2011

Komediant-intrigant Elio di Rupo (Hoegin)

Als de huidige formatiepoging al iets aangetoond heeft, dan wel dat formateur Elio di Rupo er een ietwat speciale leidersstijl op nahoudt. Hoewel hij geen deel uitmaakt van de regering–Leterme II, bestond er weinig twijfel over dat hij de man was die achter de schermen de touwtjes stevig in handen hield. Maar nu hij zelf de leiding moet nemen slaagt hij er niet in zijn reflexen als intrigant achter zich te laten.

Aan de vaststelling dat Elio di Rupo een komediant is, hoeven we niet veel woorden vuil te maken. Wie de persconferentie gezien heeft waar hij de ondertussen beruchte «Comment est-ce qu'il ose?» uitsprak over de nota–De Wever weet immers genoeg. In dat opzicht is Elio di Rupo niet meteen de meest geschikte man om alle clichés over Italianen of homo's als ijdeltuiten en drama queens naar de vuilnisbelt te verwijzen. Dat hij die gewoonte niet meteen van zich zou afwerpen werd niet verwacht, omdat deze trek te fundamenteel is voor Elio di Rupos persoonlijkheid. Uiteindelijk is dit ook niet van zo groot belang voor het komende regeerakkoord of het beleid van de toekomstige regering–Di Rupo I. Ik betwijfel echter wel of dit een stijl is die in Vlaanderen lang in goede aarde zal blijven vallen, als ze dat al ooit gedaan heeft. De dag dat de modale Vlaming er finaal zijn buik van vol krijgt zal Bart de Wever massaal kunnen oogsten.

Opmerkelijker is echter dat hij, nu hij formateur is, gebruik blijft maken van intriges allerhande om in de «Wetstraat 16» te raken. In de plaats daarvan zou hij immers ook kunnen kiezen voor de directe onderhandelingen, voorstellen doen en af en toe zijn wil proberen doordrukken om tot een resultaat te komen. De klacht die al lang meegaat is echter dat Elio di Rupo zich niet wil «smijten», waardoor de onderhandelingen tot in het oneindige blijven aanslepen. Veel tastbaar bewijs hebben we daar als kiezer natuurlijk niet voor, behalve dan dat deze formatie nu al een eeuwigheid duurt. Verder is er nog de manier waarop enkele sleutelmomenten voor deze onderhandelingen tot stand zijn gekomen.

Zo zijn er bijvoorbeeld de liberalen van Open Vld en MR. Eerst mochten ze er niet bij, om uiteindelijk toch te mogen deelnemen aan de gesprekken over de staatshervorming. Het was echter formateur Elio di Rupo niet die hen ten lange leste uitnodigde, maar wel N-VA-partijvoorzitter Bart de Wever. (Achteraf gezien bijzonder ironisch natuurlijk, want precies daardoor kon de N-VA uiteindelijk uit de onderhandelingen geloosd worden, en was het bovendien de Open Vld die als eerste de N-VA als een baksteen liet vallen.) Bovendien moest er eerst nog een rondje komedie met de koning opgevoerd worden vóór de liberalen ook echt mee aan de onderhandelingstafel mochten aanzitten. Officieel «onderging» Elio di Rupo die beslissing, en had hij hen eigenlijk liever niet aan tafel gezien.

Op een gelijkaardige manier verdween de N-VA van de onderhandelingstafel. Officieel had hij hen er liefst bij gehouden, maar wat kon hij eraan doen dat zij zijn uiterst evenwichtige en alleen maar te goeder trouw geschreven nota zomaar pardoes verwierpen? Het zal je als formateur inderdaad maar overkomen! Van een herkansing voor de N-VA kon echter geen sprake zijn – daarvoor was de regeringsvorming natuurlijk te dringend.

Vervolgens was er dan de beruchte donderpreek van koning Albert II de Boze, waarin de vorst een regering hic et nunc eiste, om de volgende dag reeds de onderhandelaars tot maar liefst drie weken vakantie te verplichten. Opnieuw zat er de formateur niets anders op dan de beslissing van een ander te ondergaan, waarna hij gezwind zijn koffers pakte om in Italië weer een beetje bij te kunnen bruinen.

Ei zo na werd aan die drie weken vorstelijk verplichte vakantie nog een vierde week toegevoegd, omdat CD&V-voorzitter Wouter Beke zo dom was geweest een jaar eerder al zijn vakantie een beetje ongelukkig te plannen. Opnieuw een geval van overmacht voor de formateur, zo leek het, tot Wouter Beke de bal terugkaatste en liet weten dat hij dichtbij een TGV-station logeerde, en dus altijd beschikbaar was om snel over en weer te reizen naar Brussel voor een vergadering. Exit vierde week vakantie dus, en Elio di Rupo was bijna betrapt op een beslissing.

Volgend wapenfeit waar Elio di Rupo voor niets tussen zat: het vertrek van de groenen van de onderhandelingstafel eens het luik van de staatshervorming afgerond was. Opnieuwe had de formateur zowel Groen! als Ecolo er liever wel bij gehad in de komende regering, maar Open Vld en in mindere mate ook CD&V hadden nu eenmaal een veto gesteld tegen Groen!, en Ecolo was niet bereid in een regering te stappen zonder hun fractiegenoten uit het Noorden.

Als we het dus allemaal moeten geloven zullen maar liefst drie van de negen partijen die in aanmerking kwamen om deel te nemen aan de volgende federale regering in de oppositie zitten (N-VA, Ecolo en Groen!). Twee anderen waren niet gewenst (MR en Open Vld), maar nemen nu toch deel aan de gesprekken, zij het met de nuance dat één van hen ondertussen met een afscheiding te maken kreeg (FDF). Slechts vier van de negen partijen waren echt gewenst (PS, CD&V, sp.a en cdH), en konden ook aan boord blijven. In aantal kamerleden uitgedrukt betekent dit dat 40 afwezige gewenste kamerleden uitgewisseld werden met 28 ongewenste aanwezigen, terwijl een kern van 65 gewenste aanwezigen behouden werd. Je vraagt je af waar die man feitelijk mee bezig is, want wie de optelsom maakt zal merken dat het aantal afwezigen en ongewensten groter is dan het aantal gewenste aanwezigen. En dat allemaal dus zogezegd buiten zijn wil om!

Een nieuw staaltje van hoe Elio di Rupo liefst elke verantwoordelijkheid van zich afschuift zonder echter de controle te willen verliezen, kregen we deze week te zien. Toen MR-voorzitter Charles Michel op de proppen kwam met zijn eis dat de gewesten en de gemeenschappen een grotere begrotingsinspanning moesten leveren, produceerde Elio di Rupo prompt… twee sets met handpoppen. Het ene setje is beter bekend onder de naam Hoge Raad van Financiën (HRF), en werd eigenlijk gevraagd een nieuwe kopie van een rapport van enkele maanden geleden te maken. Zuiver tijdverdrijf dus, want Elio di Rupo had net zo goed aan Charles Michel kunnen zeggen dat hij gewoon vast zou houden aan het vorige rapport, tenzij Charles Michel goede redenen op tafel zou kunnen leggen om dat niet te doen.

Het tweede setje handpoppen van Elio di Rupo bestond uit het drietal gewestelijke minister-presidenten dat ons landje telt. Twee daarvan, met name de Brusselse minister-president Charles Picqué en zijn Waalse collega Rudy Demotte, zijn van PS-signatuur, en staan bovendien aan het hoofd van twee gewesten die eerder bekend staan om hun chronisch geldgebrek dan hun besparingsijver. De derde minister-president, Kris Peeters, zou wel een inspanning kunnen leveren, was het niet dat hij zich onsterfelijk belachelijk zou maken als hij op het eenvoudige signaal van Charles Michel de Vlaamse buiksriem nog eens zou aanhalen. Zoiets zou geheid voor gerommel binnen de Vlaamse regering zorgen, nog afgezien van het feit dat het ook in zijn voordeel is als de milde sinterklaaspolitiek van volgend jaar ongestoord door zal kunnen gaan zoals reeds jaren geleden gepland. Of toch als hij graag in 2014 herkozen zou willen raken.

Het liet zich dan ook raden dat tweemaal tot dezelfde conclusie werd gekomen: de federale overheid zal zelf de bijdrage moeten leveren die ze moet leveren. Dat stond natuurlijk al van in het begin vast, alleen werd er nog maar eens een week tijd verloren om die dringend noodzakelijke –zegt men toch– federale regering te vormen. Charles Michel kan men echter niet verwijten dat hij voor zijn partijbelangen opkwam, hoe doorzichtig het spelletje dat hij speelde ook was. Dit tijdverlies kan slechts op één iemands conto geschreven worden, en wel dat van Elio di Rupo. In plaats van een stukje dubbel poppenkast op te zetten, had hij Charles Michel onmiddellijk kunnen vertellen waar het op stond. Zich even profileren mag, maar men moet ernstig blijven. En als Charles Michel met dat antwoord geen vrede had kunnen nemen, had hij het bericht moeten krijgen dat hij zich altijd nog naar hartenlust mocht gaan profileren in de oppositie. Met de groenen op de reservebank is de MR nu ook weer niet zo onmisbaar.

Wat betekent dit voor de toekomst? Allereerst dat men zich bij de N-VA nog gelukkig zal mogen prijzen dat men ontsnapt is aan een deelname aan de komende regering–Di Rupo I. Het is best mogelijk dat Open Vld-voorzitter Alexander de Croo deze zomer de vruchten in de bomen zag hangen, maar ondertussen zal misschien toch al het besef gegroeid zijn dat die druiven toch maar zuur smaken. Ga het maar eens aan je achterban uitleggen dat er alweer geen ruimte was voor één van je partijstandpunten na een nieuw stukje theater van Elio di Rupo. De ene keer wordt er één of andere raad van experten opgevist om het liberaal varkentje te wassen, de andere keer een groepje politici van een ander bestuursniveau om zich met een kluitje in het riet te laten sturen. En als wat verteld wordt Elio di Rupo niet zint, zoals recent nog met de Europese aanbevelingen voor de sanering van de overheidsuitgaven, speelt hij gewoon Oost-Indisch doof of voert hij een nieuw nummertje drama op. Het zal dus al goed zijn als de Open Vld in 2014 de kiesdrempel nog haalt.

Ironisch is het trouwens dat Alexander de Croo de regering–Leterme II liet vallen omdat hij onvoldoende liberale accenten kon leggen. Uiteindelijk zal hij terecht komen in precies dezelfde regering, maar dan wel één aangevuld met de sp.a en aan het hoofd ervan een Waalse socialist. Van een centrum-rechts-linkse regering naar een centrum-links-rechtse regering dus. Het is nu al uitkijken naar welke «strategische» zet Alexander de Croo in 2012 zal doen. We wensen hem in ieder geval nu al veel plezier toe in de regering van komediant-intrigant Elio di Rupo. Of zoals ze in het Engels zeggen: May you live in interesting times

Labels: , , , , , , , ,

Read more...

26 oktober 2011

Minachting voor de democratie

Het Duits Grondwettelijk Hof bepaalde dat elke ingrijpende maatregel in verband met het Europees noodfonds EFSF vooraf minstens door de commissie Begroting van het Duits parlement moet worden goedgekeurd. Omdat het parlement de vertegenwoordiging is van het volk. Volgens 'Europajournalist' Paul Goossens echter heeft het Duits parlement hiermee de Europese Raad onder curatele geplaatst. Nog straffer: DS-journaliste Annelien De Greef meent dat dit zelfde parlement de euroclub gijzelt. Het pleegt dus een misdaad? Wat zou moeten toegejuicht worden als een overwinning van de moeizaam bevochten democratie, noemen beiden een slechte zaak, zelfs een misdaad.


Naast zijn tweewekelijks column op zaterdag in De Standaard krijgt 'Europajournalist' Paul Goossens er ook regelmatig ruimte voor een opiniestuk over Europese actualiteit. Dat was weer het geval op dinsdag 25 oktober 2011, met een stuk over een hele bladzijde, met de titel: "De vele crisissen van Europa". Het uittreksel waarin hij het Duits parlement ervan beticht de Europese Raad onder curatele te hebben geplaatst:

'François Mitterrand was een van de hardste pleitbezorgers van een Europese eenheidsmunt. Voor de Franse president was het de uitgelezen manier om de macht van het grote, verenigde Duitsland te compenseren. Vandaag blijkt dat een foute inschatting. Nooit woog Duitsland zwaarder op het Europees beleid en de invloed neemt elke dag toe. Als de regeringsleiders zowel zondag als woensdag in Brussel present moeten geven, is het omdat het Duitse parlement kanselier Merkel, maar ook de hele Europese Raad, onder curatele plaatste.
Sinds de uitspraak van het Duits Grondwettelijk Hof van 7 september is de bewegingsvrijheid van de kanselier sterk verminderd. Pas als ze het fiat van het eigen parlement heeft, mag Merkel in Brussel haar jawoord geven. In vergelijking met Helmut Kohl is Merkel een mini-kanselier. Dat ze desondanks de machtigste regeringsleider van Europa blijft, zegt alles over de slagvaardigheid van het huidige Europa.'

Bondsparlement beticht van criminele handelingen

Voorpagina De Standaard, maandag 24 oktober 2011, een grote kop: 'Europa staat verdeeld voor laatste horde' .
Annelien De Greef in het artikel op de voorpagina: 'Wat wel duidelijk werd, was hoe verdeeld Europa vandaag is. Duits-Franse onenigheid maakt een sterk antwoord op de crisis al weken onmogelijk. Maar ook het Duitse parlement gijzelt de euroclub. Vandaag trekt Angela Merkel naar de Bundestag om de nieuwe pistes uit de doeken te doen. Zonder fiat kan ze in Brussel geen beslissingen nemen. Daarom ook dat pas woensdag alle knopen doorgehakt kunnen worden. Een gevaarlijke ontwikkeling, vindt ook de Luxemburgse premier Jean-Claude Juncker die in een interview de Duitse traagheid zwaar op de korrel nam.'

Dat is dus niet mals als betichting, want gijzeling is een misdaad waarvoor men jaren effectieve gevangenissstraf kan krijgen, zoals blijkt uit volgend bericht: 'Het Gentse hof van beroep heeft drie mannen die in 2007 een Gentenaar twee dagen gijzelden in Schaarbeek veroordeeld tot elk vier jaar cel. Voor twee verdachten is de straf voor de helft met uitstel. Het hof bevestigt daarmee de straffen die in eerste aanleg werden uitgesproken.' (Bron: Skynet.be, op dinsdag 25 okt. 2011, met verwijzing naar een bericht van Belga).

Het kan ook veel objectiever

Wat dus zou moeten toegejuicht worden als een overwinning van de moeizaam bevochten democratie, noemen beiden een slechte zaak, zelfs een misdaad. Vooreerst kan berichtgeving veel objectiever, zoals blijkt uit diezelfde De Standaard, dinsdag 25 okt '11, over het zelfde onderwerp. Auteur van het artikel is '(mta)', Manu Tassier vermoed ik. Uit zijn artikel met de titel 'Parlement moet bondskanselier zegen geven':
'Bondskanselier Angela Merkel heeft gisteren de fractieleiders in de Bondsdag ingelicht over de plannen voor de versterking van het noodfonds EFSF (European Financial Stability Facility) en voor een schuldherschikking voor Griekenland.... Merkel zal de definitieve versie van de plannen morgen voorleggen aan het Duits parlement, dat er dan over stemt. Met de goedkeuring op zak kan ze dan naar de Europese top in Brussel afreizen. Het is het volledige Duitse parlement dat zijn zegen moet geven — en dat was oorspronkelijk niet gepland. Op 7 september had het Grondwettelijk Hof bepaald dat de Duitse deelname aan het EFSF niet in strijd is met de grondwet, maar dat elke ingrijpende maatregel in verband met het EFSF door de commissie Begroting moet worden goedgekeurd.'

Eurofiele ondergravers van de democratie

Het lijkt voor eurofielen blijkbaar vanzelfsprekend dat de democratie moet inbinden, zelfs uitgeschakeld worden, ten voordele van beslissingen genomen door niet door het volk verkozen organen zoals de Europese Commissie, de Europese Raad of ministers van Financiën. Dat ondergraven is nu al jaren bezig, maar men moet het blijven aanklagen om te vermijden dat gewenning optreedt. Men herinnert zich wellicht nog de verwensingen die de Ieren te verduren kregen toen ze in een referendum het Verdrag van Lissabon verwierpen. Matthias Storme schreef daar toen over:
'Net zoals na het afstemmen van het ontwerp van Europese Grondwet door de bevolking van Frankrijk en Nederland mochten we na het afstemmen van de als Verdrag van Lissabon vermomde Grondwet in Ierland weer reacties horen die vooral van onbeschaamdheid getuigen. De "verwende egoïstische" en "domme" Ieren zouden nu alle andere volkeren van Europa gijzelen en die schitterende toekomst die het verdrag van Lissabon aan Europa zal verlenen proberen te verhinderen. Artikel 'Ierland -EU for dummies' wo, 25/06/2008.

Moeten we daarin blijven?

Goossens in zijn opiniestuk van 25 okt' 11: 'De eurozone kan slechts overeind blijven als ze een fiscale unie wordt en de lidstaten bevoegdheden afstaan.' In zijn column van zaterdag 11 juni '11 was hij nog duidelijker: 'Als het sanctiemechanisme binnenkort wordt goedgekeurd kan de Commissie in begrotingskwesties en geladen sociaal-economische dossiers de lidstaten voor het blok zetten en 'overrulen'. Dan heeft ze echt tanden en kunnen de aanbevelingen in geen tijd tot heuse verplichtingen, zelfs dictaten, worden omgebouwd.... Met uitzondering van de eurosceptici betwist niemand dat een betere coördinatie van het economisch en begrotingsbeleid van de Unie nodig is. De lidstaten zullen soevereiniteit moeten inleveren en de hoofdsteden zullen met regelmaat Brusselse aanbevelingen moeten slikken, anders kraakt en verdwijnt de muntunie.'

De Europese Commissie is geen verkozen orgaan, en het zou toch de macht moeten krijgen om door parlementen goedgekeurde budgetten te 'overrulen', ze 'voor het blok' te zetten. Wat een minachting voor de democratie spreekt er hier uit! Moet niet overwogen worden uit dergelijk totaal ondemocratisch verband van de eurozone te stappen, ook uit de Europese Unie, met zijn schijnparlement, voor we helemaal in de EUSSR terechtkomen? Idem voor alle mogelijke andere 'internationale' verbanden, zoals de VN, vóór ze hier islamofobie strafbaar kan stellen? Er bestaat een alternatief: alleen nog deel uitmaken van een te vormen confederaal echt democratisch Europa, naar Zwitsers model, waar de burgers van elk land het laatste woord hebben via bindende referenda. Binnen Europees verband zou België/Vlaanderen de EU kunnen verlaten en lid worden van de Europese Vrijhandelsassociatie (EFTA), waarin we Zwitserland, Noorwegen, Liechtenstein, en momenteel ook nog IJsland aantreffen.
Read more...

24 oktober 2011

Vlinderakkoord (2). Het blijft meer dan ooit: "La Belgique nous appartient"

Het vlinderakkoord respecteert zeer sterk de drie principes die ik eerder beschreef en waaraan elke onderhandeling voor de Franstalige politici moet voldoen. Een: de Franstaligen willen in zoveel mogelijk beleidsgebieden een feitelijk vetorecht behouden en willen daarom geen staatshervorming 'in de diepte'. Twee: de transferts zijn hun verworven recht. Drie: met Frans moet men (bijna) overal bediend geraken. Zo komt er nooit een volwaardige federale staat tot stand en krijgen de regio's geen echte verantwoordelijkheid. Het vlinderakkoord geeft de Franstaligen nog maar eens meer grendels, en kan dus geen evenwichtig akkoord genoemd worden. Waarom beweert de Vlaamse regering dan dat het vlinderakkoord niet in tegenspraak is met het Vlaams regeerakkoord?

(Informatie vóór u begint te lezen: het is een iets langer artikel dan gewoonlijk. Komt overeen met circa 9 in kleine letters, corps 10, geprinte bladzijden).

Op 17 januari '11 publiceerde ik een artikel met de titel "La Belgique nous appartient". Dat was een uitspraak van Di Rupo in de TV-studio's van de RTBF en RTL-TVi op zondag 10 oktober '10. Pas vrijdag 8 oktober '10 had de koning Bart De Wever tot 'verduidelijker' aangesteld, met een opdracht van maximum TIEN (...) dagen. In de studio's maakt Di Rupo volop reklame voor een 'plan B'. Dat voorziet het behoud van een klein-België, bestaande uit Wallonië, Brussel en zo mogelijk nog minstens de faciliteitengemeenten, nadat Vlaanderen per referendum voor zijn onafhankelijkheid zou kiezen. Di Rupo, en ook Onkelinx, dreigen hiermee, maar beweren tegelijk dat ze dat plan eigenlijk helemaal niet willen uitvoeren. Als een van de Vlaamse partijen voor onafhankelijkheid zou kiezen, eist hij dat hierover in Vlaanderen een referendum wordt georganiseerd. En moest een meerderheid in Vlaanderen voor een splitsing zijn, dan is plan B van toepassing: "Dès lors, nous garderions la Belgique avec Bruxelles et la Wallonie et les habitants de la périphérie pour autant qu'ils le souhaitent. Car la Belgique nous appartient..." Die eenvoudige zin "La Belgique nous appartient" geeft duidelijk de gemoedsgesteldheid weer van de Franstalige politici bij elke onderhandeling. Dat ze dit land als hun eigendom beschouwen, en de Vlamingen alleen aanvaarden als hún (goed betalende) huurders. Uit hun optreden distilleerde ik toen drie principes van Franstalige politici die gelden bij elke onderhandeling met de Vlamingen:

1. Wij moeten over een zeer ruime vetomogelijkheid blijven beschikken op alle beleidsgebieden
2. De 'interpersoonlijke' solidariteit moet gegarandeerd behouden blijven - transferts zijn zoiets als een 'mensenrecht'
3. Het 'droits des gens' moet toegepast worden: wij moeten overal Frans kunnen praten

In dit artikel nu toets ik het vlinderakkoord aan die drie principes. En jawel, ze worden ten overvloede toegepast. Niet noodzakelijk naar de letter zoals ik de principes eerder formuleerde, maar des te meer naar hun geest. Om over alles en nog wat te kunnen blijven mee beslissen, en zo niet, minstens het wettelijk vastgelegd recht te hebben om over van alles mee te blijven praten, heeft Di Rupo in het vlinderakkoord een hele reeks zaken opgenomen: nog meer bijzondere wetten, slechts een gefragmenteerde overdracht van bevoegdheden, samenwerkingsovereenkomsten - dure praatbarakken - op allerlei gebieden. Er wordt zelfs een super-samenwerkingsakkoord opgezet in de vorm van een bij bijzondere wet op te richten 'Hoofdstedelijke Gemeenschap'. En voor de overgedragen fiscale bevoegheden wordt dan nog elke 'deloyale fiscale' concurrentie verboden, wat de autonomie over de eigen fiscale bevoegdheden volledig uitholt. Hier gaan we, meer in detail:

1. Wij moeten over een zeer ruime vetomogelijkheid blijven beschikken op alle beleidsgebieden

In januari schreef ik het volgende: 'Aan Vlaamse kant hoort men regelmatig de verzuchting dat men niet verstaat waarom de Franstalige politici zo moeilijk doen over de transfert van bevoegdheden van het federale niveau naar de gewesten en gemeenschappen, 'terwijl zij dan toch ook even goed bevoegdheden krijgen'. De Franstalige politici zien dat echter helemaal anders: bij een federale bevoegdheid kunnen ze over alles meepraten en mee beslissen. Wanneer een bevoegdheid overgeheveld wordt, hebben ze in Vlaanderen en over de Vlamingen niets meer te zeggen. En dat is iets dat ze blijkbaar niet kunnen verdragen. Ze willen overal hun zegs over doen, meer nog, niets mag zonder een meerderheid van Franstaligen beslist worden. Dankzij de alarmbelprocedure, bijzondere wetten en pariteit in de regering hebben ze bovendien op federaal niveau een vetorecht op elke beslissing gekregen (1). De gewone democratische meerderheid is volledig uitgeschakeld en vervangen door een blokkeringsmacht van de minderheid. Als bevoegdheden naar de deelgebieden overgeheveld worden, hebben de Franstaligen (bijna) niets meer in de Vlaamse pap te brokken. Ze kunnen wel nog met bevoegdheids- en belangenconflicten de Vlaamse decreetgever het leven zuur maken, wat ze ook herhaaldelijk doen, maar uiteindelijk kunnen ze een Vlaamse beslissing niet tegenhouden. Op federaal niveau kan er echter niets gebeuren zonder hun akkoord. Daarom ook willen ze dat bij het overhevelen van bevoegdheden deze nooit een volledige sector van het bestuur betreffen, maar altijd slechts brokstukken.'

Wat vinden we daar nu van terug in het vlinderakkoord?

1.1. Veto via bijzondere wetten

Wanneer er dan toch moet overgeheveld worden om aan de eisen van de Vlamingen tegemoet te komen, om ze zo b.v. over de brug te laten komen met veel geld voor Brussel, stelt Di Rupo ten overvloede het middel van de bijzondere wetten met hun bijzondere meerderheden voor. Een bijzondere wet betonneert een afspraak zo vast dat er slechts aan kan gewijzigd worden met een wet die goedgekeurd wordt met zowel een drievierden meerderheid als met een meerderheid van Franstaligen en Vlamingen. Een bijzondere wet kan dus slechts met een meerderheid in elke taalgroep gewijzigd worden, waardoor er alweer een vorm van vetorecht ontstaat. Een bijzondere wet is zelfs een sterkere grendel tegen latere wijziging dan een grondwetsartikel. Bij dat laatste is er alleen sprake van een tweederdemeerderheid, zonder dat er een meerderheid per taalgroep nodig is. Om een bijzondere wet te stemmen en later te wijzigen, moet een meerderheid van elke taalgroep aanwezig zijn en instemmen met de wijziging, waarbij in totaal 2/3 van de aanwezigen voor moet stemmen. Ter vergelijking: om een gewone wet te wijzigen moet gewoon een meerderheid van de parlementsleden aanwezig zijn, waarbij dan een meerderheid van de aanwezigen (min de onthoudingen) moet voorstemmen. In feite volgen de bijzondere wetten de logica van een confederatie van onafhankelijke staten, helemaal niet deze van een unitaire of federale staat. Alleen wordt bij een confederatie slechts dat gedeeld waarover men het eens is het te delen, en geldt een eenvoudige meerderheid in elk land van de confederatie ook alleen maar daarvoor. Vlaanderen wordt echter steeds meer in een cocon van afhankelijkheid geplaatst van een Franstalige minderheid, en telt haar democratische meerderheid in dit land steeds minder. Enkele van de meest markante voorbeelden van nieuwe bijzondere wetten, of uitbreiding van bestaande bijzondere wetten:

- Het akkoord over het kiesstelsel in de faciliteitengemeenten komt in de grondwet, met een grondwettelijke waarborg dat een bijzondere meerderheid nodig is om ze te wijzigen. Bovendien zal de wet over de splitsing van de kieskring BHV pas mogen goedgekeurd worden nadat de grondwetsartikels over dit akkoord gewijzigd zijn! UIt het vlinderakkoord:
'De kiezers van de zes randgemeenten, namelijk Sint-Genesius-Rode, Wezembeek-Oppem, Drogenbos, Linkebeek, Wemmel en Kraainem, zullen nog steeds ter plaatse kunnen stemmen voor dezelfde kandidaten als de kiezers van de 19 gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Ze zullen dus de mogelijkheid krijgen om te kiezen voor ofwel een lijst van de kieskring Vlaams-Brabant ofwel een lijst van de kieskring Brussel Hoofdstad. Om die redenen zullen deze gemeenten in één kieskanton verenigd worden, met Sint-Genesius-Rode als hoofdplaats. Omwille van de juridische zekerheid zal het kiesstelsel dat van toepassing is in de zes randgemeenten grondwettelijk gewaarborgd zijn en enkel door een bij bijzondere meerderheid gestemde wet kunnen worden gewijzigd...
Deze grondwetsherziening moet goedgekeurd worden voordat de gewone wet betreffende de splitsing van BHV wordt goedgekeurd, maar beide zullen gelijktijdig in werking treden.'

- De essentiële elementen van de hervorming met betrekking tot het gebruik der talen in rechtszaken in het gerechtelijk arrondissement van Brussel (Halle- Vilvoorde) alsook de ermee overeenstemmende aspecten inzake parket, zetel en rechtsgebied zullen alleen door een bijzondere meerderheid kunnen gewijzigd worden.

- Alle administratieve geschillen met betrekking tot de 6 randgemeenten en de natuurlijke personen of rechtspersonen die er gevestigd zijn vallen onder de bevoegdheid van de Algemene Vergadering van de Raad van State,... De nieuwe bevoegdheden en uitvoeringsregels van de beraadslaging van de Algemene Vergadering van de Raad van State zullen alleen door een bijzondere meerderheid kunnen worden gewijzigd..

- Benoeming van de burgemeesters in de zes randgemeenten: een bijzondere wet zal de communautaire pacificatiewet van 9 augustus 1988 met betrekking tot de burgemeesters van de 6 randgemeenten wijzigen.

- De correcte financiering van Brusselse instellingen bestaat uit twee delen. Het 'eerste deel' betreft de geaffecteerde middelen en het dodehandcomplement en zal samen met de stemming over de kieskring BHV onder de vorm van een bijzondere wet (behalve voor wat de taalpremies betreft) worden gestemd en in 2012 van kracht worden.... Het tweede deel van de financiering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreft de pendelaars en de internationale ambtenaren. Dit tweede deel wordt in de BFW ingevoegd, en die is ook slechts met een bijzondere meerderheid wijzigbaar.

- De splitsing van de kieskring BHV voor de verkiezingen voor het Europees parlement vragen nog nader overleg. Het vlinderakkoord hierover:
'In het kader van de zoektocht naar een globaal evenwicht zullen dezelfde wijzigingen op het vlak van de samenstelling van de kieskringen voor de verkiezingen voor het Europees parlement mutatis mutandis worden aangebracht. Een technische groep zal de voor de Europese verkiezingen voorgestelde tekst eventueel moeten aanpassen aan de voor de Kamer bedoelde nadere regels en waarborgen (dat betekent in het bijzonder de grondwettelijke waarborg + de bijzondere meerderheid).'

- 'Nauwe samenwerkingsverbanden tussen Brussel en zijn hinterland zijn essentieel en voordelig voor elk van de drie Gewesten. Deze verbanden zijn in het bijzonder belangrijk op het vlak van werk, economie, ruimtelijke ordening, mobiliteit, openbare werken en milieu. Om deze samenwerking actief te promoten, zal de bijzondere wet een hoofdstedelijke gemeenschap oprichten. De vertegenwoordigers van de Gewestelijke regeringen zullen er in zetelen. De bijzondere wet zal bepalen dat alle gemeenten van de oude provincie Brabant net als de federale overheid van rechtswege lid zijn van de hoofdstedelijke gemeenschap.

1.2. Geen veto meer: dan liefst slechts gefragmenteerde bevoegdheden overdragen

In januari '11 schreef ik: 'Zolang overdrachten naar de deelgebieden nog gingen over onderwijs of wegenonderhoud, konden de Franstalige politici leven met het stomp wapen van de bevoegdheids- en belangenconflicten. Wat interesseerden hen de eindtermen in het Vlaams onderwijs, of de putten in Vlaamse wegen? Nu het echter om zaken gaat die hen veel meer interesseren en waar ze willen op wegen, zal met die ingesteldheid vermoedelijk geen akkoord tot stand komen over 'samenhangende bevoegdsheidspaketten' met een 'grote diepgang'. Bij alles wat federaal is, hebben ze een feitelijk vetorecht. Waarom zouden ze dat opgeven? En als eigenaar van België is het toch hun plicht op al de meubels te passen, niet alleen op die in hun kamer..'

En jawel hoor, het vlinderakkoord gaat op dezelfde manier te werk als bij de vijf vorige staatshervormingen: geen grote homogene bevoegdheden, geen 'grote diepgang' dus, maar transferts van stukken en brokken. Wat volgt is geen volledige lijst, alleen een reeks van de meest markante voorbeelden in het vlinderakkoord:

- Arbeidsmarkt: 'De regels die tot het arbeidsrecht en de sociale zekerheid behoren blijven federaal, evenals de voorzieningen voor sociaal overleg en het loonbeleid. De Gewesten verwerven volledige beslissings- en uitvoeringsbevoegdheid om de actieve en passieve beschikbaarheid van de werklozen te controleren en de daarbij behorende sancties op te leggen. Echter: 'Het normatief kader voor regelgeving inzake passende betrekking, actief zoekgedrag, administratieve controle en sancties blijft federaal.' Bovendien wordt de autonomie nog meer aan banden gelegd, want er moeten samenwerkingsakkoorden worden gesloten tussen de Gewesten om gemeenschappelijke doelstellingen voor de intensiteit van de begeleiding van werklozen vast te leggen.

- Doelgroepenbeleid werklozen: RSZ-kortingen voor doelgroepen en van de activering werkloosheidsuitkeringen wordt geregionaliseerd, maar de bevoegdheid voor structurele RSZ-verminderingen en de vrijstelling van het doorstorten van de bedrijfsvoorheffing blijft federaal.

- Regionalisering van de dienstencheques, maar de aspecten in verband met het arbeidsrecht, zoals die inzake de arbeidsvoorwaarden in de sector, blijven federaal.

- De Gemeenschappen zullen bevoegd zijn om de normen te definiëren waaraan de ziekenhuizen en de diensten, de zorgprogramma's, ziekenhuisdiensten, enz. moeten beantwoorden om erkend te worden, ECHTER, met dien verstande dat de programmatie een federale bevoegdheid blijft, .... de financiering van de ziekenhuizen een federale bevoegdheid blijft, evenals de regels met betrekking tot het vastleggen en de verrekening van het budget van de financiële middelen van de ziekenhuizen.

Het verkeersreglement blijft een federale bevoegdheid, behalve de overheveling naar de Gewesten van enkele kleinere zaakjes, zoals de snelheidsbeperkingen op de openbare weg, uitgezonderd de autosnelwegen. De Gewesten mogen wel voorstellen doen, maar alle beslissingen blijven federaal: 'Men zal meer rekening houden met het advies van de Gewesten met betrekking tot de wijzigingen aan het verkeersreglement. Indien een gewest een negatief advies geeft over de federale voorstellen, zal er een overleg tussen de federale staat en de Gewesten worden georganiseerd via de interministeriële conferentie. Bij gebrek aan een akkoord, neemt de federale regering de uiteindelijke beslissing.'

Men kan Guy Tegenbos slechts beamen wanneer hij schrijft: 'de bevoegdheidsverdeling blijft een lappendeken die nog meer staat vergt.' (DS 12 okt '11).

1.3. Geen veto meer: dan maar concurrentie verbieden

Een heel normale zaak in een federaal land wordt hier nu grondwettelijk verboden, en overtredingen komen voor het Grondwettelijk Hof: fiscale concurrentie. Die bestaat in landen zoals Duitsland, Zwitserland, de Verenigde Staten. Dat is juist een belangrijk kenmerk van een federaal land, want anders is het gewoon op zijn Frans een unitair centraal geleid land. Maar hier wordt dus fiscale concurrentie bij een bijzondere wet verboden. De fiscale autonomie van elk van de zesentwintig Zwitserse kantons is ruim groter dan deze van de Belgische Gewesten en Gemeenschappen, ook na het doorvoeren van het vlinderakkoord. (De beslissingsmacht inzake belastingen ligt in Zwitserland grotendeels bij de kantons. De maximum marginale belastingvoet op federaal niveau ligt er op circa 11.50 %. In de kantons varieert de maximum inkomstenbelasting van 10.90 % in Zug tot 30 % in steden zoals Genève. De totale maximum belastingvoet (federaal + kantonaal) varieert tussen circa 20 % en 40 %. Niettegenstaande die zeer lage belastingdruk en de sterke belastingconcurrentie tussen de kantons, heeft Zwitserland nagenoeg een begroting in evenwicht en een staatsschuld die slechts 43.50 % bedraagt van het bbp, België bijna 100 %. Bron: Willy De Wit, WorkForAll). Zoals Zwitserland duidelijk bewijst is belastingconcurrentie een uitstekende manier om politici te verplichten hun uitgavendrift te beperken en om een steeds groeiende overheidsbureaucratie binnen de perken te houden. Maar juist dat wil men hier dus verhinderen. Een vlaktaks invoeren bijvoorbeeld is met het vlinderakkoord onwettelijk, en er kan alleen wat marginaal gerommeld worden met opcentiemen op federaal bepaalde belastingsschijven. Wanneer de Gewesten de opcentiemen differentiëren per belastingschijf, mag het tarief van de gewestelijke opcentiemen slechts zeer beperkt afwijken van de federale afspraak in de bijzondere financieringswet. Het belastingvoordeel per belastingplichtige ingevolge de afwijking op de progressiviteitsregel mag niet meer dan 1000 euro (geïndexeerd) per jaar bedragen. Wat een autonomie...

Doordat er geen fiscale concurrentie mag zijn en de belastingschalen progressief en federaal bepaald moeten zijn, wordt elk vernieuwend fiscaal eigen Vlaams beleid bij voorbaat gefnuikt. Hierdoor worden eigen hervormingen - zoals een vereenvoudiging van de fiscaliteit - volstrekt onmogelijk gemaakt. De Gewesten/Gemeenschappen innen dus met het vlinderakkoord wel meer belastingen dan vroeger, maar ze hebben er weinig of niets over te zeggen. Een verbod op 'deloyale fiscale concurrentie' wordt vastgebeiteld in de bijzonder financieringswet (BFW), dus weer een wet die slechts met een meerderheid van beide taalgroepen kan gewijzigd worden: Onder de titel algemene bepalingen zal de BFW worden aangevuld om te verduidelijken dat: ”de uitoefening van de fiscale bevoegdheden van de gewesten gebeurt met naleving van de federale loyauteit en met name van de volgende principes: het principe waarbij elke deloyale fiscale concurrentie wordt uitgesloten; .... Wat 'deloyale fiscale concurrentie' echter is wordt nergens omschreven of verduidelijkt. Stof voor nieuwe conflictstof en procedures tussen de deelstaten dus. Procedures hierover worden beslecht voor het Grondwettelijk Hof.

(Bart De Wever over de fiscale autonomie in De Tijd, 1 okt '11: 'Krijgen we nu meer instrumenten voor een eigen beleid? De 11 miljard dotaties die de gewesten vroeger kregen, worden nu 10,7 miljard opcentiemen. Veel verschil zie ik niet. Hebben we daar meer over te zeggen? Eigenlijk niet. We kunnen nu al kortingen toekennen. Maar het geld daarvoor is er op dit moment toch niet. Fiscale autonomie gaat voor mij over iets heel anders. Heb je de vrijheid je eigen tarieven en barema's te hanteren? Nee, dat blijft allemaal Belgisch. Dit is de fiscale autonomie van de gemeente Bommerskonten.')

1.4. Geen veto meer: dan maar verplichten zoveel mogelijk samenwerkingsakkoorden te sluiten

En waar men nu geen directe greep meer op zal hebben, moet ook nog eens voor een groot deel vervat worden in 'samenwerkingsakkoorden' allerhande tussen de Gemeenschappen, Gewesten en de federale overheid. Het vlinderakkoord staat er vol van: samenwerkingsakkoorden moeten gesloten worden in de gezondheidszorg, voor toerisme, werklozenbegeleiding, opleidingen bij betaald educatief verlof, over een interfederaal instituut i.v.m. gezondheidszorg, voor zes verdere verschillende thema's in de gezondheidszorg, over het vervolgingsbeleid, de strafuitvoering, verkeersveiligheid, bijkomende subsidiëring van de NMBS door de gewesten, de maximale ambtenarenweddes, en nog enkele andere kleine onderwerpen.

1.5. Super-samenwerkingsakkoord: de hoofdstedelijke gemeenschap

Er wordt zelfs een super-samenwerkingsakkoord opgezet in de vorm van een bij bijzondere wet op te richten 'Hoofdstedelijke Gemeenschap' waarvan alle gemeenten van Brussel en Vlaams- en Waals-Brabant verplicht deel uitmaken, naast vertegenwoordigers van de Gewesten en van de federale overheid. Een samenwerkingsakkoord in het kwadraat, alweer gebetonneerd met een bijzondere wet. Binnen de door de bijzondere wet opgerichte hoofdstedelijke gemeenschap zullen de drie Gewesten met elkaar overleggen over de mobiliteit, de verkeersveiligheid en de wegenwerken vanuit, naar en rond Brussel. Over het sluiten of onbruikbaar maken van de op- en afritten van de ring zal er voorafgaand overlegd worden.'

Het oorspronkelijk door Di Rupo voorziene vetorecht (2) van de andere Gewesten op sommige aspecten van de ruimtelijke ordening in Vlaams-Brabant is verdwenen, en beperkt zich nu tot voorafgaand overleg. Gezien er echter een globale - niet nader omschreven - 'federale loyauteit' vastgebijteld is in de Grondwet, waar nu de mogelijkheid bijkomt hierover procedures te voeren voor het Grondwettelijk Hof, zal er dus weer stof genoeg zijn om de besluitvorming in Vlaanderen volledig lam te leggen, of minstens sterk te vertragen.


2. De 'interpersoonlijke' solidariteit moet gegarandeerd behouden blijven - transferts zijn zoiets als een 'mensenrecht'

Eerder haalde ik ondermeer aan:

- "Sans la solidarité interpersonelle, la Belgique ne m' interesse plus" (Philippe Moureaux, PS) in Le Soir van 18 juni '08
- Di Rupo: Splitsen is niet onze wens. De 4,5 miljoen Franstaligen vragen eigenlijk niks, behalve de middelen om verder werk te kunnen maken van de economische heropleving van Wallonië. (Elio Di Rupo, geïnterviewd door Tom Pardoen in Humo, 26 oktober 2010). Anders gezegd: Wij vragen alleen maar de bestendiging van de transferts.
- De PS herhaalt sinds de verkiezingen van 13 juni '10 dat twee dingen onbespreekbaar zijn: de splitsing van de sociale zekerheid en het behoud van de solidariteit in de geldstromen.

En het vlinderakkoord bedient hen op hun wenken. De 'interpersoonlijke solidariteit' in de sociale zekerheid blijft volledig behouden (Vlinderakkoord: 'De interpersoonlijke solidariteit houdt in dat er een gelijke toegang is voor allen tot de terugbetaalde gezondheidszorg') en de nieuwe financieringswet garandeert dat Wallonië en Brussel de volgende tien jaar niets minder zullen krijgen dan vandaag, welke berekeningen men ook toepast. Pas daarna zou over een periode van tien jaar de 'oversolidariteit' worden afgebouwd. Brussel krijgt stapsgewijs vanaf 2012 meer geld, en vanaf 2015 wordt dat 461 miljoen per jaar extra, naast het al bestaande 'Beliris'-fonds van de federale overheid van 125 miljoen euro per jaar, dat ook vastgeklikt wordt. Wallonië krijgt een garantie dat de eerste tien jaar zeker 500 miljoen gecompenseerd worden als de nieuwe financieringswet op minder geld voor dat Gewest uitkomt. (NvdR: in het vlinderakkoord zelf is er geen sprake van een bedrag van 500 miljoen. Het getal '500' komt er zelfs niet in voor. Die 500 miljoen die overal in de pers en in partijcommuniqués opduiken hebben dus een andere bron dan de eigenlijke tekst van het vlinderakkoord).

Over die garantie voor Wallonië de volgende tien jaar, Wim Winckelmans in De Standaard, 26 sept '11: 'De huidige financieringswet leidt tot oversolidariteit, waardoor het Waals Gewest er geen belang bij heeft om economisch beter te presteren. Het zou er financieel slechter van worden. Dat perverse mechanisme wordt stilgelegd. Slechts 80 procent van de welvaartsverschillen worden via solidariteit weggewerkt. In 2012 verliezen Wallonië en Brussel daardoor ongeveer 250 miljoen euro, in 2025 verliezen ze ongeveer 175 miljoen. Om te garanderen dat Wallonië niet armer wordt van de nieuwe financieringswet, wordt er een compensatiemechanisme ingevoerd. Het is in elk geval niet juist om te zeggen dat de nieuwe financieringswet een nieuwe transfer van 500 miljoen naar Wallonië organiseert. Wallonië verliest door de teruggeschroefde solidariteit (250 miljoen) en door de verdeling van het arbeidsmarktbeleid op basis van de opbrengsten van de personenbelasting, daar waar ze nu meer dan hun deel verbruiken (300 miljoen). Netto bedraagt het verlies ongeveer 500 miljoen voor Wallonië en 50 miljoen voor Brussel. Wallonië krijgt tien jaar lang 500 miljoen, maar dat geld dient om de verminderde solidariteit op te vangen, en wordt in de tien jaar daarna langzaam afgebouwd.'

Zaterdag 24 september vond prof. Pagano, professor overheidsfinanciën aan de UMons dat de nieuwe financieringswet zeer in het voordeel is van de Franse Gemeenschap. ('Les francophones se réjouissent d'avoir rééquilibré en leur faveur le financement des Communautés ? L'idée générale c'est qu'on va financer les Communautés selon leurs besoins. C'est très favorable aux francophones, bien plus que dans l'actuelle loi de financement. C'est donc très rassurant.').

3. Het 'droits des gens': wij moeten eigenlijk overal Frans kunnen praten

Eerder schreef ik dat de eisen en de houding van de Franstalige politici in het algemeen bekend zijn: de huidige taalgrens is 'onaanvaardbaar', de - op geen enkele manier gerespecteerde - tweetaligheid van ambtenaren in het Brussels Gewest moet worden afgeschaft, de faciliteiten moeten uitgebreid worden en eeuwig behouden in de faciliteitengemeenten, men wil overal Frans kunnen spreken, er is een corridor nodig, enz... Philippe Moureaux (PS) stelde in Le Soir van 18 juni '08 dat België hem alleen nog interesseert, niet alleen mits behoud van de 'interpersonele solidariteit', met dus een eeuwige vergrendeling van de huidige transferts, maar ook nog eens dat er drie volwaardige Gewesten moeten komen, waarbij Brussel een gewest met Franstalige dominantie wordt, door de taalwetten te herzien die er de Vlaamse minderheid beschermen, Brussel moet uitbreiden, en BHV kan slechts gesplitst worden als de compensatie permanente faciliteiten tot in Aalst, Mechelen, Leuven en wellicht nog verder betekent, zonder een brede verbinding van Brussel met Wallonië te vergeten. (Cfr het artikel 'La Belgique nous appartient')

Het vlinderakkoord komt daar zeer ruim aan tegemoet, zoals Hendrik Vuye, professor staatsrecht aan de Universiteit Namen, uitvoerig beschrijft in een opiniestuk in De Morgen, 17.10.11 in verband met de ontdubbeling van het gerechtelijk arrondissement BHV. Het volstaat hier hem te citeren.

Titel: 'De geest van Maingain, tot diep in Vlaanderen' '

De onderhandelende partijen stellen in koor dat er meer efficiëntie komt in het gerechtelijk arrondissement B-H-V. Ze krijgen echter de wind van voren. Eerst argumenteert de voorzitster van de Brusselse arbeidsrechtbank, Gaby Van Den Bossche, dat het akkoord de gerechtelijke achterstand nog zal doen aangroeien (DS 11 okt '11). Vervolgens uit voorzitter Luc Hennart van de rechtbank van eerste aanleg gelijkaardige kritiek (DS 13 okt '11). Wat is er aan de hand?
De onderhandelaars hebben de taalverhoudingen gewijzigd. De verhouding eenderde Nederlandstaligen tegenover tweederde Franstaligen wordt gewijzigd naar een verhouding van eenvijfde tegenover viervijfde. Blijkt echter dat de instroom van Nederlandstalige zaken wel degelijk eenderde bedraagt en niet eenvijfde. De Vlaamse onderhandelaars hebben de bal mis geslagen!.... (NvdR, aanvulling: alleen bij de rechtbank van koophandel zal deze verdeling 40% N en 60% F van het huidige kader bedragen, en niet 20% N en 80% F).
De zetel [van de rechtbank van eerste aanleg, de rechtbank van koophandel, de arbeidsrechtbank en de arrondissementsrechtbank] wordt niet 'gesplitst', maar wel 'ontdubbeld'. Dit betekent dat er in de 54 gemeenten van B-H-V zowel Franstalige als Nederlandstalige rechtbanken komen. In Gooik zullen ook de Franstalige Brusselse rechtbanken bevoegd zijn, net zoals Olivier Maingain (FDF) dit steeds heeft gewild. In het wetsvoorstel Hugo Vandenberghe (CD&V), het model gehanteerd door de meeste Vlaamse partijen tot het afsluiten van het Vlinderakkoord, waren de Franstalige Brusselse rechtbanken maar bevoegd voor de 19 Brusselse gemeenten.
Het parket wordt 'gesplitst' in een parket van Brussel (19 Brusselse gemeenten) en een parket van Halle-Vilvoorde (35 gemeenten van Halle-Vilvoorde). Dit is positief. Zo kan er een aangepast vervolgingsbeleid komen in Brussel en in Halle-Vilvoorde. Het akkoord bepaalt tevens dat er Brusselse Franstalige parketmagistraten gedetacheerd worden naar Halle-Vilvoorde "met het oog op het prioritair behandelen van Franstalige zaken". Deze Franstalige magistraten van Halle-Vilvoorde staan "onder het hiërarchisch gezag van de procureur des Konings in Brussel". Dit komt erop neer dat het Vlaamse parket van Halle-Vilvoorde een Franstalige afdeling kent, actief tot in bijvoorbeeld Gooik.
Franstaligen zullen niet alleen in 'hun taal', maar ook door 'hun mensen' worden vervolgd. Neigt dit niet naar etnisch denken? Neigt dit niet naar racisme? Ik las in Berichten uit Brussel van Groen!-politicus Luckas Vander Taelen dat welgestelde Brusselaars die naar het Zoute rijden de E40 de 'Trans-Ménapien' noemen. Nu blijkt dat die Franstalige Brusselaars wel graag komen wonen in het land van de Menapiërs, maar dat ze niet willen berecht worden door de procureurs van de Menapiërs, zelfs niet indien deze tweetalig zijn. Franstaligen in de Vlaamse rand mogen alleen vervolgd worden door de Franstalige Brusselse homo sapiens.
Ook op andere punten hebben de Vlaamse onderhandelaars gescoord, zij het ondermaats. De Brusselse procureur des Konings is voortaan altijd Franstalig. Tot nu toe was dit alternerend een Franstalige en een Nederlandstalige. De Franstaligen uit de 35 Vlaamse gemeenten van Halle-Vilvoorde kunnen voortaan vrijwillig voor de rechtbank van de taal van hun keuze verschijnen, net alsof ze in Brussel wonen. In de zes - nog steeds - Vlaamse randgemeenten kan een Franstalige verweerder taalwijziging vragen naar het Frans volgens een aangepaste procedure die maakt dat de rechter dit nauwelijks kan weigeren. Ook hier: net alsof ze niet in Vlaanderen wonen. Als kers op de taart bepaalt het Vlinderakkoord: "De wenselijkheid om dit stelsel uit te breiden naar het geheel van de gerechtelijke arrondissementen van het land zal worden onderzocht door de Commissie voor de modernisering van de rechterlijke orde". Taalfaciliteiten in gerechtszaken voor de Franstaligen overal in Vlaanderen, van Oostende tot Opgrimbie!
De tweetaligheid van Brussel wordt afgebouwd van tweederde tot eenderde van de magistraten. Dit is een bijzonder asociale maatregel. Dossiers in Brussel bevatten vaak stukken in meerdere talen. De eentalige rechters zullen voortaan vertalingen mogen eisen van de anderstalige stukken. Zo loopt de zaak vertraging op en dient de burger vertalingkosten te betalen. Is het niet triest dat een probleem van de Franstalige Brusselse magistraten - het kennelijk gebrek aan kennis van het Nederlands - werd opgelost op kap van de rechtzoekende?
Wat splitst het Vlinderakkoord eigenlijk? Tot diep in Vlaanderen blijven er Franstalige Brusselse parketmagistraten en tot diep in Vlaanderen blijven er Franstalige rechtbanken. Naar aloude Belgische gewoonte is er evenmin sprake van enige wederkerigheid. In Wallonië, waar nochtans ook Vlamingen wonen, zijn er geen Nederlandstalige parketmagistraten en zijn er geen Nederlandstalige rechtbanken. Zou het niet beter zijn om niet langer te spreken van het Vlinderakkoord, maar wel van het Pinocchio-akkoord?' (einde citaat).

Voor wie prof Vuye 'te Vlaams' vindt, want hij geeft ook eens advies aan Bart De Wever, laat ons dan maar letterlijk uit het vlinderakkoord citeren:

'De bestaande rechten van het geheel van de rechtsonderhorigen in het gerechtelijk arrondissement Brussel blijven integraal gevrijwaard, zodat de mogelijkheden tot het wijzigen van de taal, zoals op heden voorzien in de taalwetgeving en haar toepassing, met betrekking tot verweerders woonachtig in het gerechtelijk arrondissement Brussel, en in het bijzonder met betrekking tot verweerders woonachtig in de gemeenten met een bijzonder taalregime, onverkort blijven bestaan.... De huidige mogelijkheden om te verzoeken om van taal te veranderen zullen behouden blijven, maar in voorkomend geval zal deze vraag in een vraag tot doorverwijzing worden omgezet, dit rekening houdend met de ontdubbeling van de rechtscolleges. Voor de Nederlandstalige of Franstalige rechtscolleges van het gerechtelijk arrondissement van Brussel kunnen de partijen in gemeenschappelijk akkoord vragen om van taal te veranderen of om te worden doorverwezen. De rechter doet ambtshalve recht aan deze vraag door onmiddellijk een beslissing uit te spreken. Voor het geheel van de gerechtelijke arrondissementen van het land zal een nieuwe procedure met betrekking tot de vraag tot taalwijziging of de verwijzing, beide in gemeenschappelijk akkoord, in het leven worden geroepen. De vraag in gemeenschappelijk akkoord wordt ingediend bij de griffie van de betrokken rechtbank. Een schriftelijke procedure wordt ingeleid bij de magistraat. De rechter neemt binnen een termijn van 15 dagen een beschikking. Bij gebrek aan een beslissing binnen deze termijn geldt het gebrek aan beslissing als doorverwijzing of het aanvaarden van de verandering van taal. De griffie betekent de beschikking, of het gebrek aan beschikking, aan de partijen en in voorkomend geval aan de rechtbank waarnaar de zaak wordt verwezen.'

Er worden in BHV dus geen rechten afgeschaft, er blijft overal volwaardig een Franstalig proces mogelijk voor de burgerlijke rechtbanken. De procedure wordt zelfs vereenvoudigd, want bij de vraag naar een taalverandering in heel BHV moet de rechter 'ambtshalve' onmiddellijk de vraag goedkeuren. Het wordt zo veel eenvoudiger voor een Franstalige in Halle-Vilvoorde om een proces in het Frans te krijgen. Een appreciatiebevoegdheid over de vraag of het niet in het Nederlands kan (omdat de procespartijen b.v. ruim voldoende Nederlands verstaan) heeft hij niet meer, want hij MOET de vraag bekrachtigen. En dat systeem zou uitgebreid worden tot alle gerechtelijke arrondissementen van het land. Zoals Vuye het schrijft: 'Taalfaciliteiten in gerechtszaken voor de Franstaligen overal in Vlaanderen, van Oostende tot Opgrimbie!'

Noot: blijkt achteraf dat de verdeling 80/20 van het kabinet van minister van justitie De Clercq komt, zo bericht De Standaard op 21.10.11:‘De advocatuur was geen vragende partij voor de splitsing. De politici hebben die keuze gemaakt. De Orde van Vlaamse Balies was en is wel vragende partij voor een betere en vlottere rechtsbedeling; of die er zo komt, valt te betwijfelen', luidt het. De verdeling van het aantal magistraten bij de rechtbanken in Brussel (80 procent Franstalig en 20 procent Nederlandstalig) is volgens de balie niet gemaakt op basis van de reële instroom van vonnissen en zaken. ‘De werklast van de Nederlandstalige magistraten zal zwaarder worden en dat is onaanvaardbaar. De Orde eist een onmiddellijke werklastmeting en niet binnen drie jaar zoals het akkoord vermeldt.' Voor de rechtbank van eerste aanleg is de werkelijke verdeling 32% Nederlandstalig tegenover 67% Franstalig, voor de arbeidsrechtbank gaat het om een verhouding 27/73. En voor de rechtbank van koophandel, waar de onderhandelaars een 40/60-verdeling voor opstelden, zou het eerder 45/55 moeten zijn. Minister van Justitie Stefaan De Clerck (CD&V) – wiens kabinet verantwoordelijk is voor de cijfers die de onderhandelaars gebruikten – geeft in De Tijd toe dat ‘met de cijfers die nu bekend raken, het akkoord er anders zou hebben uitgezien'. (DS 21.10.11)

En dit komt blijkbaar allemaal overeen met de Vlaams regeerakkoord?

Minister-president Kris Peeters gaf tijdens de plenaire vergadering van het Vlaams parlement op woensdag 12 oktober '11 een 'verklaring van de Vlaamse regering over het politieke akkoord voor een zesde staatshervorming'. (Plenaire vergadering nr. 5 (2011-2012) – 12 oktober 2011).

Kris Peeters: 'In de context van het huidige staatsbestel waarbij de beleidsniveaus zelfstandig optreden en een beleid ontwikkelen, maken de onderscheiden politieke partijen een eigen beoordeling van het bereikte akkoord. De Vlaamse Regering stelt vast dat het voorliggende akkoord niet in tegenspraak is met het Vlaams regeerakkoord...... De bijkomende bevoegdheden zijn een stap in de richting van de realisatie van de doelstellingen van de Octopusnota. In essentie wil het Vlaams communautair programma zoals verwoord in de Octopusnota een verantwoordelijk beleid op maat tot stand brengen, rekening houdend met de grote maatschappelijke uitdagingen. Het akkoord over de zesde staatshervorming geeft hier invulling aan.....
Er werden oplossingen uitgewerkt voor de splitsing van het kies- en het gerechtelijk arrondissement BHV, zoals in de Octopusnota werd gevraagd. Overeenkomstig het regeerakkoord en rekening houdend met het voorliggend federaal akkoord blijven wij volop inzetten op een gecoördineerd en inclusief beleid om het Nederlandstalig karakter van de Vlaamse Rand te bevestigen en te versterken. De Vlaamse deelstaat kan blijven groeien, ook dankzij de nieuwe bevoegdheden om de eigen politieke instellingen te regelen, de zogenaamde constitutieve autonomie. Onze sterke band met Brussel blijft bestaan: wij zullen onze gemeenschapsbevoegdheden onverkort blijven uitoefenen, in het belang van de Brusselse Vlamingen en van alle Brusselaars. Wij zijn ons daarbij goed bewust van de grote uitdagingen waarmee Brussel wordt geconfronteerd.'

Als dat wat hierboven allemaal beschreven is invulling geeft aan de doelstellingen van de Octopusnota, dan is die nota niet veel waard. Bovendien neemt Peeters een loopje met de waarheid. Het gerechtelijk arrondissement BHV wordt helemaal niet gesplitst, en de Vlaamse Gemeenschap zal haar gemeenschapsbevoegdheden helemaal niet 'onverkort' kunnen uitoefenen in Brussel. Alle bevoegdheden die volgens het vlinderakkoord naar de Gemeenschappen zouden overgeheveld worden, gaan in Brussel helemaal niet naar de Vlaamse en Franse Gemeenschap, zelfs niet naar de Vlaamse en Franstalige Gemeenschapscommissie (VGC en Cocof) maar zullen overgedragen worden aan de GGC, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. De GGC is een orgaan waarin alle 89 Brusselse verkozenen uit de Brussels Gewest in de Raad zitten (zeg maar een tweede parlement van het Brussels gewest) en alle Brusselse ministers en staatssecretarissen in de executieve (zeg maar een tweede Brusselse gewestregering), en ALLEEN zij. Alle nieuw overgehevelde bevoegdheden worden dus de facto geen Gemeenschaps-, maar Gewestmateries. (In een derde deel behandel ik, nog te schrijven in de loop van deze week, meer in detail de Brusselse aspecten van het vlinderakkoord: 'Het Vlinderakkoord (3). Brussel wordt een Gewest + een Gemeenschap').

Wat zegt Veronique Lamquin over het vlinderakkoord in Le Soir (12 okt '11): 'de Franstalige partijen hebben begrepen dat België niet meer onontkoombaar is, en ze hebben ook begrepen dat ze nog niet klaar waren om een onmiddellijke splitsing van het land op zich te nemen. Deze bewustwording heeft heel de Franstalige strategie gestuurd aan de onderhandelingstafel sinds de zomer van 2010. Op elk ogenblik hadden ze in hun hoofd dat, wellicht morgen, de Vlamingen zouden vertrekken. Er mocht dus niets worden aanvaard waardoor de faciliteitengemeenten gelost werden, of zelfs Brussel in Vlaanderen. En vooral hebben ze tijd gekocht. Die hebben ze nodig, berekenen ze, om hun plan B voor te bereiden.'

Beatrice Delvaux, diezelfde dag: 'De Vlamingen hebben hun bevoegdheden en hun BHV, en de Franstaligen hebben van hun kant de zekerheid dat ze niets hebben toegestaan waardoor ze de volgende keer automatisch in de kookpot terecht komen, als er over een scheiding zal onderhandeld worden, wel integendeel. Brussel is quasi een volwaardig gewest en geherfinancierd, de zes faciliteitengemeenten zijn potentieel brusselse gemeenten, de verbinding Wallonië-Brussel is gegarandeerd.'

Op dinsdag 24 augustus '10 kwam een akkoord tot stand over de principes die bij de herziening van de financieringswet zouden gelden. In het Franstalig kamp klonk toen al meteen dat men het niet te luid moest roepen, maar dat er wel voldoende hindernissen en garanties in zaten zodat de Walen niet armer zouden worden. ("On ne va pas le crier trop fort", s'esclaffait un francophone, "mais franchement, nous avons bien joué le coup: toutes nos balises et nos clauses de sauvegarde sont présentes. C'est un exploit". La Libre, 25 aug. '10). Joëlle Milquet herhaalt die vreugdekreet in Le Soir van zaterdag 24 september '11, wanneer er een akkoord rond is over de inhoud van de wijzigingen aan de financieringswet, onder de titel 'Alle Franstalige bakens zijn er' (« Toutes les balises des francophones sont là »). Ze spreekt van 'een zeer evenwichtig akkoord', en 'opdracht volbracht': 'geen verarming van Brussel en Wallonië, een juistere financiering van de Gemeenschappen, een herfinanciering van Brussel. De inzet was het bestaan van Walen en Brusselaars. Uiteindelijk hebben we een zeer, zeer evenwichtig akkoord bekomen. Alle Franstalige bakens, en in het bijzondere deze van CDH, zijn er. Het is onverhoopt. We hebben de niet-verarming van de deelstaten en een juistere financiering van de Gemeenschappen verkregen, wat positief is voor de Franstaligen'.

Het Franstalig plan B komt steeds dichterbij

De Franstaligen hebben alweer 'Vlaamse' partijen gevonden die een akkoord willen sluiten waarbij de drie hier beschreven principes zoveel mogelijk gevrijwaard blijven, meer zelfs, de Franstaligen hebben, zo zeggen ze zelf, een verbeterde uitgangspositie bekomen voor het geval er over een splitsing onderhandeld wordt. Wat ze ondertussen ook bereikt hebben is dat België nog weer veel meer de kenmerken van een confederatie van onafhankelijke staten krijgt (veto's, samenwerkingsakkoorden,...), maar zij alles van een unitaire staat behouden wat voor hen voordelig kan zijn (overal nog kunnen meepraten, geen verarming, verbod op fiscale concurrentie, straks nog meer taalfaciliteiten over heel Vlaanderen,...). Ze komen versterkt uit de onderhandelingen wat hun doel op lange termijn betreft.

Men moet hierbij niet vergeten dat een onafhankelijk Wallonië zonder Vlaamse transferts een enorme verlaging van zijn levensstandaard tegemoet zou gaan en tot de armste regio's van Europa zou behoren. Dat hebben recent zelfs Waalse professoren beaamd. Als Vlaanderen de transferts moe wordt - en vooral volgens mij, eerder nog als in de volgende jaren de Vlamingen al die veto's, alarmbellen, bijzondere meerderheden, pariteit, samenwerkingsakkoorden en tuti quanti meer dan moe zullen zijn - zal een plan B er moeten voor zorgen dat hun scheidingsscenario een gunstig perspectief voorziet, met dus minstens een melkkoe Brussel (inclusief de inning van de personenbelasting op de Vlaamse pendelaars die in Brussel werken, waar men in Franstalige berekeningen meestal van uitgaat), en liefst nog met de rijke faciliteitengemeenten, en meer dan dat, nog meer gemeenten uit Halle-Vilvoorde. Met het vlinderakkoord verbeteren ze substantieel hun positie om hun staat Wallo-Brux, Wallonie met Brussel en minstens de faciliteitengemeenten, en liefst nog meer gemeenten, internationaal te verdedigen, minstens een referendum te eisen:

1. In Brussel worden alle nieuwe Gemeenschapszaken overgeheveld naar het tweede Brusselse parlement en regering; de GGC, zonder enige inspraak van de andere Gemeenschappen. Vlaanderen heeft dus niets meer te zeggen in Brussel voor alle nieuwe 'Gemeenschapsbevoegdheden', zelfs niet eens voor het kindergeld. Anderzijds riskeert de positie van het Nederlands in Brussel met een vervolg op het vlinderakkoord er zeer fel op achteruit te gaan. In het vlinderakkoord wordt de taalwetgeving in Brussel niet gewijzigd ten nadele van de Vlamingen, zoals dat in de eerste nota van formateur Di Rupo (2) wel zeer fors het geval was. In het vlinderakkoord staat echter: 'Een ad hoc werkgroep, samengesteld uit Brusselse vertegenwoordigers van de acht bij de onderhandelingen betrokken partijen, onderzoekt de specifieke vraagstukken van het gebruik der talen in Brussel en van de tweetalige lijsten.' Dat betekent dus dat de Vlaamse partijen akkoord waren dat 'het gebruik der talen' in Brussel moet herzien worden. Daar mag men niet gerust in zijn. Men kan dus argumenteren dar Brussel een Franstalige stad is die samen met Wallonië een 'romp-België' mag worden.

2. De faciliteitengemeenten zijn behoorlijk losgeweekt van Vlaanderen met een afzonderlijk kiesarrondissement waar men voor Brusselse kandidaten zal kunnen stemmen, een specifieke regeling voor geschillen bij de Algemene Vergadering van de Raad van State en een quasi-verworven corridor met Wallonië.

3. Met de niet-splitsing van het gerechtelijk arrondissement BHV en de verbetering van de faciliteiten voor Franstaligen bij gerechtelijke procedures in heel Halle-Vilvoorde zullen ze ook eisen minstens een deel van Halle-Vilvoorde in te lijven bij hun staat Wallonie-Bruxelles. Franstaligen zijn er toch thuis? Na de splitsing van het kiesarrondissement BHV zullen nog steeds Franstalige senatoren kunnen gecoöpteerd worden in Halle-Vilvoorde: de nieuwe afgeslankte Senaat zal niet alleen bestaan uit 50 onrechtstreeks verkozenen, verdeeld in “taalgroepen” (29 N, 20 F,1 D), maar ook uit 10 gecoöpteerden (6N-4F), verdeeld volgens het aantal uitgebrachte stemmen in de Kamer: in de kieskringen van Henegouwen, Namen, Luik, Luxemburg, Waals-Brabant, Brussel en de kieskantons van Halle-Vilvoorde voor de Franstaligen; in de kieskringen Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen, Limburg, Antwerpen, Vlaams-Brabant en Brussel voor de Nederlandstaligen. Als dat geen argument is dat internationaal zal tellen - dat de Franstaligen wettelijk, bij bijzondere wet gebetonneerd, een of meerdere Franstaligen mogen blijven coöpteren uit de kieskantons van Halle-Vilvoorde - dan weet ik het niet meer. Vooral dat dit geen oud historisch fenomeen is, maar iets dat nu door de Vlaamse onderhandelaars aanvaard werd. Er onstaat bovendien, alweer met een bijzondere wet, een 'Hoofdstedelijke Gemeenschap', waarbij de taalgrens en de grens van het Vlaams Gewest weer wat minder grens wordt.

Het lijkt evident dat ze bij een boedelscheiding zeker een internationale procedure zullen starten met de eis om zowel Brussel (mocht Vlaanderen die eveneens opeisen), als de faciliteitengemeenten, en nog meer gemeenten uit Vlaams Brabant, op te nemen in de staat Wallonie-Bruxelles. Als alternatief zullen ze veel geld vragen, ter vervanging van een jarenlang -mogelijk tientallen jaren - aanslepende internationale zaak. Naïeve Vlamingen zullen dit wellicht niet geloven, maar zoiets menen ze echt. Zie "BHV is een pure diamant - wie de splitsing eist moet duur betalen", een artikel van 8.05.08, over een interview met Professeur Chistian Behrendt, professor van constitutioneel recht aan de Rijksuniversiteit Luik, in Le Soir van 30 april '08, waarin hij stelt dat de Franstaligen tegen de splitsing van BHV moeten zijn, of anders alleen maar mogen toegeven tegen een hoge prijs.

Aan Vlaamse kant staat daar niets tegenover, in tegendeel: de nieuwe Gemeenschapsbevoegdheden in Brussel worden aan het Brussels Gewest gegeven.

Als 'de solidariteit' teveel afgebouwd wordt omdat de Vlamingen zelf in de problemen komen door bijvoorbeeld het gokken van de banken, de Gemeentelijke Holding en Arco, en geen miljardentrensferts meer kunnen dragen, zullen het de Franstaligen zijn die de stekker uit België trekken, niet de Vlamingen (3). Dat was zo bij de unitaire politieke partijen, en er is geen reden om aan te nemen dat het bij hun plan B anders zou zijn. Dat wordt kort en krachtig verwoord door Philippe Moureaux (PS) "Sans la solidarité interpersonelle, la Belgique ne m' interesse plus".

(1) Zie ook de 11-juli voordracht van Rondas in Brugge op 10 juli van dit jaar: 'Grendel is een monster in Beowulf'
(2) De nota van formateur Di Rupo, 4 juli 2011 (in PDF)
(3) Zoals het de Franstaligen waren die in de jaren '30 van vorige eeuw eentaligheid eisten, omdat ze geen tweetaligheid wilden in Wallonië. Het waren opnieuw zij die in 1950 met gewelddadige betogingen (vier doden door rijswachtkogels) verhinderden dat Leopold III terug op de troon kwam, ondanks een meerderheid van 57,68% voor in een referendum. Het waren opnieuw zij die na geweldadige betogingen (vier doden bij een confrontatie tussen rijkswachters en betogers) tegen de eenheidswet in 1960, daarna de oprichting van Gewesten eisten, omdat zij hun eigen potje wilden koken zonder dat de Vlamingen daar in een federaal parlement iets over zouden mee beslissen.


Deel 1: 'Het vlinderakkoord (1). Het verslag in de kranten'
Read more...

21 oktober 2011

De bekrompenheid van France Inter (vpmc)

.
De haatjournalistiek van Le Soir en cs. rond alles wat Vlaams is (de laatste tijd wat minder uitgesproken – om tactische redenen) blijft toch vruchten afwerpen. Zeker bij de Franse media gaat zo'n propaganda erin als koek. Helemaal verwonderlijk is dat niet, want bij gebrek aan talenkennis waren die Fransen altijd al sterk ‘repliés sur eux-mêmes’.
Gisteren introduceerde zekere Marion de Belgische zanger Daan op France Inter (sommigen onder u zullen die jongen misschien al gehoord hebben).
Deze Marion deed dat zo:
.
“Alors oui, Daan. Qui est Daan? Daan c’est d’abord un prénom, donc celui du chanteur Belge Daan Stuyven, et c’était le leader, c’est toujours le leader du groupe rock Dead Man Ray. C’est aussi un «look», celui d’un dandy, et toujours élégant [comme Niquet], oui, costard, cravate, pas mal. C’est une grande gueule. Il s’est fait remarquer cet été en Belgique parce qu’il a écrit une chanson assez, assez violente, assez remontée contre Bart De Wever.
Bart De Wever c’est le leader nationaliste de la N-VA. C’est un type à l'humour assez douteux qui milite pour l’indépendance de la Flandre, qui flirte un peu avec l'extrême droite en Belgique.
Et c’est surtout, Daan c’est surtout une voix, une très belle voix de basse, qui fait penser à Johnny Cash et à Leonard Cohen…”
.
.
“[Daan] Hij heeft een grote mond. Deze zomer liet hij zich opmerken in België want hij heeft een liedje geschreven dat nogal, nogal hevig was, een beetje pissig tegen Bart De Wever.
Bart De Wever is de nationalistische leider van de N-VA. Dat is een kerel die over een wat bedenkelijk soort humor beschikt, voor de onafhankelijkheid van Vlaanderen ijvert, en een beetje flirt met extreemrechts in België.
Maar vooral Daan is vooral een stem, een heel mooie basstem, die aan Johnny Cash en Leonard Cohen doet denken
.

Labels: , , , ,

Read more...

In België regeert de nomenklatoera

De belastingsbetaler draait op voor wanbeheer bij Dexia, bij Arco en de Gemeentelijke Holding (GH), terwijl de bestuurders vrolijk vrijuit gaan, nadat ze zichzelf onbekwaam en/of onbevoegd hebben verklaard om een bank te leiden. Jos Leys (UGent): "Het is corrupt om zitpenningen te aanvaarden voor een taak die men niet kan uitvoeren omdat men zich incompetent weet." En nu blokkeert vooral de PS van Elio Di Rupo de vraag naar een parlementaire onderzoekscommissie over Dexia. Echter: alle meerderheidsfracties hebben bevriende politici in de raad van bestuur van Dexia, Arco en de GH zitten. De nomenklatoera zal collega's van hun kaste niet bloot stellen aan kritiek. Contrast: in IJsland wordt de man die eerste minister was tijdens de bankencrisis nu strafrechtelijk vervolgd en voor de rechtbank gedaagd. Hij was op de hoogte en heeft niet ingegrepen, luidt de aanklacht.

Elke dag komen er meer onthullingen over wanbeheer bij Dexia, Arco en de Gemeentelijke Holding. Enkele kritische stemmen hierover:

Ivan Van de Cloot, hoofdeconoom van het Itinera Institute (De Morgen, 11 okt '11, titel: 'Dexiacommissie is onvermijdelijk'): 'In de raad van bestuur van Dexia Bank zaten evenwel grote referentieaandeelhouders zoals Arco en de Gemeentelijke Holding. Zij proberen nu de regels van het spel aan te passen om als aandeelhouder opnieuw vruchten te kunnen plukken van een doorstart terwijl de belastingbetaler wel het puin moet ruimen. In elk geval is het zo dat hun bestuurders het verschil niet gemaakt hebben. Een oud-directielid heeft deze week publiekelijk berouw getoond omdat hij de uitbouw van de bank tot een hefboomfonds (volgens de woorden van CEO Mariani) had laten passeren. Dergelijk berouw hebben we nog niet gehoord bij de mensen van Arco, noch bij de bestuurders van de Gemeentelijke Holding. En dat laatste is wel heel wrang omdat die bevolkt wordt door burgemeesters van steden en gemeenten als Charleroi, Antwerpen, Genk, Waterloo enzovoort. Als zij vandaag stellen dat zij niet de expertise hadden om te weten dat de bank zich op glad ijs begaf, dan is de vraag uiteraard wat ze dan zaten te doen in de raad van bestuur..... Gezien de fundamentele inzet en de plicht van ons allen om te vermijden dat we in de toekomst nogmaals een herhaling van dit schouwspel krijgen, kunnen we niet anders dan het parlement zijn werk te laten doen om een nieuwe relatie tussen politiek en bankwezen te ontwikkelen, in volle transparantie.... Daarnaast is het uiteraard essentieel dat we tot een nieuw debat komen omtrent financiële hervormingen zoals in landen zoals Zwitserland en Groot-Brittannië, waar men tot het inzicht is gekomen dat de banksector zelf moet kunnen instaan voor de gevolgen van haar risicogedrag in plaats van dit keer op keer te moeten afwentelen op de belastingbetaler. Als dat in die landen, waar de banklobby veel omvangrijker is dan in eigen land, kan dan zie ik niet in waarom we daar in ons land niet in zouden slagen.'

Jos Leys, specialist bedrijfsethiek en onderzoeker aan het Center for Ethics & Value Inquiry (CEVI) van de UGent (De Morgen, 21 okt '11, titel: 'Dexia, spektakel van goklust en corruptie'): 'De bestuurlijke fouten zijn dermate evident dat er geen ontkennen aan is. De reden ervan is gelegen in de onbekwaamheid, ongeïnteresseerdheid en mogelijk ook kwade trouw van de betrokken bankofficieren. Die blijkt nu van hoog tot laag. Er is de potsierlijke onbekwaamheid en cynische goklust aan de top en zowel Arco als de Gemeentelijke Holding bleken gretige schrijvers van puts, en wel op een aandeel van wat zelf een hedgefund was, Dexia. Er is brede medeplichtigheid aan de transfer van Vlaams spaargeld naar Franse casino's en zwarte gaten.... De onbekwaamheid van de bestuurslagen en functionarissen in de Arco-Dexiaconstructie laat zich makkelijk tonen. Met kwade trouw is dat moeilijker. Maar een redelijk mens kan niet anders dan tot kwade trouw besluiten wanneer hij demissionaire bestuurders hoort verklaren dat het al een puinhoop was toen ze arriveerden en dat er met alle wil van de wereld niets meer aan te verhelpen viel. Dat is manifest in tegenspraak met hun beweringen, kort geleden, dat er helemaal niets aan de hand is en dat zij, omdat ze het zo goed doen en zoveel waarde toevoegen, recht hebben op een bovenmenselijke bonus. Wel, dat is kwade trouw. Ook is het contradictoir om zich nu onbekwaam te verklaren en eerder zitpenningen te hebben ontvangen. Want het is corrupt om een loon te aanvaarden voor een taak die men niet kan uitvoeren omdat men zich incompetent weet. De bestuurders hebben dus heel wat om rekenschap over af te leggen en de verwijten waartegen ze zich moeten verdedigen, klinken niet licht. Ze hebben recht op serene en eerlijke rechtsgang.'

Mark Grammens (Journaal, 20 okt '11 'De ondergang van Dexia): 'Het zou aanbeveling verdienen als daar onderzoek naar werd gedaan. De banken hebben onverantwoorde risico's genomen, risico's "die geen zinnig mens ooit zou hebben genomen," en deze "risico's van de hebzucht hebben zeer zware gevolgen voor het hele land" (Luc van der Kelen, in Het Laatste Nieuws, 10.10.11). "Het is niet normaal dat wij de zwakste financiële instellingen van heel Europa herbergen" (Bart Sturtewagen, in De Standaard, 5.10.11). Het publiek heeft recht om te weten hoe dat komt. Wie heeft het cataclysme bij Dexia veroorzaakt? De bestuurders "hadden het verschil kunnen maken, maar dat hebben ze niet gedaan" (Van de Cloot, in Het Laatste Nieuws, 11.10.11). Waren ze niet ongeveer allemaal politiek benoemd? En is dat wel een waarborg voor bekwaamheid? Sommigen komen er, naar het schijnt, privé voor uit dat zij niet de expertise hadden om te weten wat er gebeurde, en Dehaene is zichtbaar gegeneerd voor de wijze waarop hij het voorzitterschap van Dexia heeft uige-oefend. Maar betekent dit dan niet dat hoogdringend de politiek en het financieel beheer van banken uit elkaar moet worden gehaald? Nu Dexia genationaliseerd wordt en we een PS-regering krijgen (aldus Van Besien, van Groen, in De Morgen, 15.10.11), dreigt het alleen nog allemaal erger te worden. Nu zal op elk niveau bij Dexia de partijkaart tot referentie dienen, niet de bekwaamheid. In IJsland is de man die eerste minister was toen daar met geld gespeeld werd en ten gevolge daarvan de welvaart van allen in het gedrang kwam, Geir Haarde, voor de rechtbank gedaagd. Hij was op de hoogte en heeft niet ingegrepen, luidt de aanklacht. Daarvoor wordt hij thans strafrechtelijk vervolgd.'

België, het land bestuurd door een nomenklatoera

De federale oppositiepartijen Vlaams Belang, N-VA, Groen!, Ecolo en FDF pleitten in de plenaire zitting van de Kamer donderdag, 20 oktober '11, voor een onderzoekscommissie die het Dexiadrama onder de loep moet nemen. Vlaams Belang en FDF dienden al een wetsvoorstel terzake in, de groenen zouden dat volgende week doen. De meerderheidspartijen hebben de vraag van Vlaams Belang en FDF verworpen om zich hoogdringend te buigen over hun wetsvoorstel. De Morgen laat de PS-fractieleider Thierry Giet aan het woord, die opwierp op dat de commissie Financiën al hoorzittingen organiseert over Dexia en volgende woensdag de NBB en FSMA aan de beurt komen. "Laten we eerst hierop wachten vooraleer eventueel te beslissen om verder te gaan. We zullen volgende week de situatie evalueren", verklaarde de socialist. De Standaard legt veel explicieter de schuld voor de afwijzing in de schoenen van de PS. Inleiding van het artikel hierover (DS 21.10.11): 'De PS van Elio Di Rupo blokkeert de vraag naar een parlementaire onderzoekscommissie over de dure splitsing van Dexia.' Verder in het artikel: 'Vooral de PS is een hevige tegenstander van een parlementaire onderzoekscommissie. 'Een onderzoekscommissie heeft geen zin', zegt kamerlid Yvan Mayeur. 'We kunnen noch Pierre Mariani (huidig ceo van Dexia) noch de Franse toezichthouder opvorderen. Toch twee belangrijke stemmen. Wat gaat er bijgevolg gebeuren? De commissie zal haar pijlen richten op onze politici, onze leden in de raad van bestuur, en onze administratie. Daar doen we niet aan mee.' Eenzelfde redenering bij de andere regeringspartijen. Elke meerderheidsfractie heeft dan ook bevriende politici in de raad van bestuur van Dexia zitten, of heeft collega's die actief zijn in andere afdelingen van de grootbank.' (DS 21.10.11)

We worden dus bestuurd door een graaibende die overal extra vergoedingen bij elkaar sprokkelt in (semi)overheidsbedrijven als Eandis, Belgacom, De Post, NMBS, Dexia, Gemeentelijke Holding, om maar enkele van de velen te noemen, maar als ze verantwoordelijkheid zouden moeten opnemen voor hun beslissingen niet thuis geven. "Hoe komt het dat wij ons geld, of als aandelenkapitaal, of als spaargeld, of als belastinggeld, hebben toevertrouwd aan een zootje ongeregeld dat een casino runt en zijn klanten beliegt? Onze onverschilligheid is de oorzaak," schrijft Jos Leys (zie hoger). Daar ben ik het niet mee eens, ik ben niet onverschillig maar zeer boos op deze nomenklatoera. Alleen ben ik machteloos om in hun plaats als een goed huisvader over onze belastingen te waken. Bij deze protesteer ik niettemin hevig tegen hun onverantwoord gedrag dat ons allemaal wel eens heel zuur zou kunnen opbreken.

(Nomenklatoera volgens Wikipedia: De nomenklatoera vormde een kleine politieke en bestuurlijke elite, die de bevolking van de Sovjet-Unie en andere Oostblok-landen met strakke hand regeerde en middels de door hun leden ingenomen sleutelposities ook vrijwel alle belangrijke domeinen van het openbare leven in die landen wist te beheersen: overheid, industrie, landbouw, onderwijs, etc. )
Read more...

19 oktober 2011

Wouter zet David een pad in de korf

Het gebeurt niet elke dag, maar soms hoor je over het stelsel van de democratie toch verstandige dingen vertellen. David van Reybrouck deed dat laatst bij de VPRO, in hun Buitenhof.
David hoeven we hier niet voor te stellen want hij kreeg de laatste tijd, terecht ongetwijfeld, ruimschoots media-aandacht en iedereen die ook maar de franjes van het politieke leven heeft gevolgd zal de voorbije weken vreselijk met hem te doen hebben gehad.
Je moet inderdaad al een beest zijn om geen medelijden te voelen met iemand die maandenlang zijn beste krachten wijdt aan een burgerinitiatief, in de redelijke veronderstelling dat er nooit of jamais nog un compromis à la Belge kan komen ...en dan loopt hem daar plots een Beke in de voeten, die blijkbaar uit gelijk welke sloot wil drinken en voor wie niets imbuvable is.
Onze jonge David laat zich gelukkig niet ontmoedigen, en op de Hollandse tv legt hij uit dat duizend man bijeenbrengen veel te veel is om goed werk te leveren. Misschien dat er in die duizend kokers wel een paar goede vragen opkomen, maar wat David zoekt zijn antwoorden. Pas na zo'n séance, en petit comité, en op hotel zoals David zegtkun je deftig werk aan het werk gaan.
.

.
Een aantal tientallen mensen gaan [=zullen, nvdr] daarna verder werken, want op één zondag kan je een aantal brede contouren uittekenen; daarmee heb je nog geen concrete oplossingen bedacht, en dat is precies wat gaat [alweer...] gebeuren door enkele tientallen burgers, na afloop van de G1000Die zullen van november tot april mekaar zien, enkele weekends op hotel, experten erbij, documentatie erbij halen…
.

Labels: , , , , , ,

Read more...

18 oktober 2011

Vlinderakkoord (1). Het verslag in de kranten

Dinsdag 11 oktober kondigt Elio Di Rupo op een persconferentie tegen de middag aan dat er een akkoord is over een zesde staatshervorming. De tekst wordt vrijgegeven. Hoe berichten de kranten de volgende dag over deze volgens Di Rupo 'historische, memorabele en gigantische hervorming'? Hebben ze wel hetzelfde akkoord gelezen?

Een greep uit de kranten van woensdag 12 oktober 2011.

De Morgen


'Mesdames, messieurs,
nous avons un accord!”

Dat staat er op de voorpagina van De Morgen die dag, in het Frans, over bijna de hele voorpagina, de woorden waarmee Di Rupo zijn persconferentie begon. De twee tekstlijnen worden opgeleukt met drie paginabrede foto's van de negen onderhandelaars tijdens de persconferentie.

Het editoriaal. “Eindelijk”, is de titel van het artikel van chef politiek Steven Samyn:
'Geflankeerd door de acht onderhandelaars meldde de formateur dat dit akkoord het land laat evolueren en stabiliseren. Beter kan het niet worden gezegd. De zesde Belgische staatshervorming is een evolutie, geen revolutie. Een grote hervorming waarbij het zwaartepunt in België nog een stuk verder wordt verlegd van de federale overheid naar de deelstaten. Maar of dat nu een copernicaanse omwenteling is? De regio's krijgen nog steeds niet de bovenhand op het nationaal niveau.'

Berichtgeving over het vlinderakkoord: 2 blz. redactioneel en 1 blz. met diverse opinies. Eén blz. gaat vooral over de presentatie van Di Rupo. Op een volgende blz. komt over driekwart blz. een wel zeer summiere samenvatting van het akkoord van 70 blz. Daaronder krijgen politicoloog Dave Sinardet plaats om te zeggen wat er PRO het akkoord is ('in cijfers uitgedrukt is dit de grootste hervorming ooit'), en hoogleraar staatsrecht Hendrik Vuye wat er CONTRA is ('helemaal geen historisch akkoord. Ik ben werkelijk geschokt over BHV.).
Op een blz. meer achteraan de krant komen dan verder vijf mensen aan het woord in de rubriek 'De Gedachte':
- Marc Hooghe, docent politieke wetenschappen aan de KUL: 'Binnenkort mag het federale niveau zich enkel nog bezig houden met het redden van failliete banken, het innen van de belastingen en het sturen van soldaten naar Afghanistan... Dat samenwerkingsfederalisme is noodzakelijk maar het is ook bijzonder kwetsbaar. Eén extremistische partij in één deelstaatregering die de boel wil verzieken kan het systeem alsnog lam leggen... Het Belgisch federaal niveau heeft nu weer een onderhoudsbeurt gekregen, maar het blijft bijzonder kwetsbaar voor extremisme en sabotage'.
- Carl Devos, politicoloog aan de UGent: 'De tekst van het communautaire akkoord leert dat het nog een hele tijd zal duren en veel moeite zal kosten om deze staatshervorming uit te voeren.... Het is begrijpelijk dat niet alles in detail geregeld is, maar nogal vaak is er eerst een voorafgaand akkoord nodig, moet een werkgroep nog een en ander bekijken, is er een wettelijke verduidelijking vereist, enz. Bijvoorbeeld vóór de overheveling van de gezinsbijslagen naar de gemeenschappen er kan komen, moet eerst het verschil tusen loontrekkenden en zelfstandigen weggewerkt worden. Niet meteen een detail. Uiteraard is deze staatshervorming historisch. Om wat eraan voorafging. Niet om wat eruit komt.'
-Pierre Verjans, politicoloog aan de Uni Luik: 'Wat de kwalificatie 'duurzaam' in de titel betreft: de Franstaligen maken zich minder illusies dan in 1994 over het definitieve karakter van de onderhandelingen... Dat de Franstalige formateur gebruikmaakt van het ecologische adjectief 'duurzaam' om de staatshervorming te duiden, zegt veel over de hoop van de enen en de vrees van de anderen omtrent de evolutie van de structuren van de Belgische staat en haar onderdelen'.
- Jos Bouveroux, voormalig hoofdredacteur van de VRT-nieuwsdienst: 'Het feit zelf dat er na jarenlang immobilisme en ruzie nu wel een akkoord is, lijkt wel belangrijker dan de concrete inhoud ervan. Daarmee mikken Di Rupo en de acht ook op de (vele) N-VA-kiezers, die hun keuze niet baseerden op Vlaams-nationale motieven maar vooral hun ongenoegen lieten blijken over het uitblijven van oplossingen. De Wever zal dus goed moeten kijken naar zijn electoraat alvorens dit compromis onder vuur te nemen'.
- Peter Van Aelst, hoofddocent politieke wetenschappen aan de UA en Uni Leiden, schrijft een stuk met de titel 'Zesde staatshervorming, met dank aan N-VA'. Dat publiceerden we eerder in extenso op Nieuw Pierke.

Sportrubriek: die zelfde dag staan er 3 blz. in over de voetbalmatch Duitsland-België van de avond ervoor, in het kader van de voorrronde van de beker Euro 2012 .

De Standaard

Voorpagina die dag: bijna over de helft van de voorpagina een foto van de acht onderhandelaars die applaudisseren voor Di Rupo, met daaronder de kop 'Akkoord heeft een prijs', met een inleidende tekst over het akkoord, onder de subitel 'De responsabilisering voor gezondheidszorg overleefde de onderhandelingen niet. Het bonus/malus-systeem inzake werk sneuvelde eveneens'.

Het editoriaal. Dat komt van Guy Tegenbos. De titel zegt meteen wat Tegenbos ervan denkt: 'De naam van het akkoord is mooi. Het akkoord zelf niet.' Hij onderbouwt dit als volgt: 'Het Vlinderakkoord dat de gevlinderstrikte Elio Di Rupo gisteren voorstelde, is een typisch Belgische staatshervorming. Die zesde staatshervorming bevat, net zoals de vijf voorgaande, veel pagina's en afspraken. Maar er zit geen lijn in. De hervorming vertolkt geen gemeenschappelijke visie. Ze ontstond uit de botsing van twee visies die op zowat elke punt tegengesteld waren. Met veel wroeten, trekken en sleuren, met sjacheren, afdreigen en flemen, is een stel onderdelen gevonden waarover de twee blokken het toevallig eens zijn geworden. En dát is dan tot een lappendeken aaneengenaaid.... Het akkoord is geen enthousiasmerend vredesverdrag dat een nieuw tijdvak inluidt. Het is een wapenstilstand die beide partijen een stukje geeft van wat ze wilden en waarmee ze wel een tijd 'kunnen leven'.
Is de angel BHV verwijderd? Voor een deel. Maar het gif is nog niet weg en de zaak kan nog verder etteren.
Is het politiek zwaartepunt naar de deelstaten verschoven? In budget wel. Maar de bevoegdheidsverdeling blijft een lappendeken die nog meer staat vergt. Kan de federale overheid zich nu concentreren op haar kernopdrachten en die nu beter behartigen? Een beetje.'

Berichtgeving over het vlinderakkoord: 4 1/2 blz. redactioneel. Daarin: één blz met een verslag van de persconferentie, een halve blz. interview met Caroline Genez ('een helder verhaal zonder loodgieterij'), over drie blz. de verschillende thema's van het akkoord (overdracht van bevoegdheden, financieringswet, politieke vernieuwing, de gezochte nieuwe evenwichten tussen Vlaamse en Franstalige verzuchtingen, de kieskring BHV, BHV gerechtelijk, Brussel) en een stukje over De Bethune die Senaatsvoorzitter wordt.

Sportrubriek: 2 blz. over de voetbalmatch Duitsland-België.

Het Laatste Nieuws

Voorpagina: de kop rechtsboven op de voorpagina 'Dag van glorie voor Di Rupo', een kort stukje tekst naast een foto van een glunderende Di Rupo bij de presentatie van het akkoord. Links daarvan, in koeien van letters 'MOTILIUM IN OPSRAAK'

Editoriaal: van Luc Van der Kelen op blz. 2. Titel 'Een miraculeus akkoord'. Van der Kelen is opgetogen over het akkoord, en hij noemt het historisch, omwille van vijf redenen, waaronder deze: 'Het is de eerste staatshervorming die het bestuur van de staat eenvoudiger maakt en niet ingewikkelder, precies omdat een pak bevoegdheden in zijn geheel worden getransfereerd. De homogene bevoegdheden waar Vlaanderen al lang om vroeg. Voorbeelden zijn: het hele ouderenbeleid, de geestelijke gezondheidszorg, het kindergeld, de jeugdsanctionering, de strafuitvoering.'

Berichtgeving over het vlinderakkoord: 2 blz. redactioneel, op blz. 2 en 3, naast het editoriaal van Van der Kelen. Met twee lijstjes:
'Dit wordt Vlaams..', te weten: verkeersveiligheidsfonds, snelheid op de gewestwegen, kinderbijslag, rijopleiding, ruimte voor belastingsverlaging, sancties voor werklozen, doelgroepenbeleid, dienstencheques, jeugdsanctierecht, een deel van de gezondheidszorg
'.. En dit blijft Belgisch': arbeidsrecht, definitie 'passende job' voor werkzoekende, terugbetaling in gezondheidszorg, financiering ziekenhuizen, verkeersreglement, belastingsschalen, vennootschapsbelasting, brandweer en civiele bescherming, hoogte en duur van werkloosheidsuitkeringen, hoogte van pensioen.
Noot: De lijstjes, telkens met enkele lijnen uitleg bij elk punt, spreken de bewering van Van der Kelen duidelijk tegen dat er homogene bevoegdheden ontstaan door de overdracht ven 'een pak bevoegdheden in zijn geheel'.

Sportrubriek: 6 blz. over de voetbalmatch Duitsland-België de avond ervoor.
(Die dag ook 2 blz. over het proces Ronald Janssen, evenveel als over het vlinderakkoord).

De Tijd

Voorpagina: een klein berichtje onderaan de voorpagina met de titel: 'Di Rupo haalt uit naar Bart De Wever tijdens gloriemoment'.

Editoriaal van Bart Haeck, redacteur politiek & economie, met de titel 'Vraag van 23 miljard':
'Het goede nieuws: Brussel-Halle-Vilvoorde is eindelijk herleid tot zijn ware proportie, namelijk een ernstig maar vrij lokaal probleem dat niet jarenlang het regeringswerk had mogen blokkeren. De deelstaten krijgen meer bevoegdheid om zelf een belastingbeleid te voeren. Sommige Vlamingen hadden meer gewild, maar een Vlaamse regering die deze legislatuur de lasten met 600 miljoen euro heeft verhoogd kan alvast niet klagen over de 6 miljard fiscale autonomie die ze krijgt. Ook positief is dat het arbeidsmarktbeleid - cruciaal om meer mensen aan het werk te krijgen en te houden - wellicht efficiënter kan nu het nog meer bij de deelstaten ligt. De arbeidsmarkt in Vlaanderen is immers niet die van Brussel. In de financieringswet is het goede nieuws dat de perverse solidariteit weg is en dat er dus meer loon naar werken komt.
Het slechte nieuws: Brussel wordt wellicht niet efficiënter maar complexer. Ook het Brussels Gewest mag nu arbeidsopleidingen organiseren en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie zal er de kinderbijslag organiseren. Als 'tegenprestatie' krijgt Brussel extra geld. Een ander minpunt is dat het tien jaar duurt eer de nieuwe mechanismes van de financieringswet écht beginnen te werken. Nog een minpunt is dat de financieringswet het ongenoegen in de Vlaamse onderbuik over 'de transfert' niet zal wegnemen. De grootste hoop ligt in het nieuwe arbeidsmarktbeleid: als dat jobs oplevert in Franstalig België kan de kloof met Vlaanderen kleiner worden.
En dan is er de mist die nog steeds over het akkoord hangt. Ten eerste blijft het bijzonder moeilijk de precieze gevolgen van de financieringswet in te schatten. Dat komt omdat de simulaties nog niet zijn vrijgegeven, maar ook omdat het belangrijkste sluitstuk nog moet komen: de 23 miljard euro besparingen en/of belastingverhogingen tegen 2015. De hoogte van dat bedrag maakt duidelijk dat de regering-Di Rupo daarop zal worden afgerekend, en niet op haar staatshervorming van 17 miljard euro. De komende dagen en weken worden de écht cruciale: houdt Di Rupo vast aan zijn ronduit gevaarlijke mix van vooral extra inkomsten en weinigbesparingen? Of kan hij overtuigd worden de belastingdruk onder controle te houden en de staat efficiënter te doen werken? Dat wordt de vraag van 23 miljard. De zesde staatshervorming is belangrijk, maar het venijn van deze onderhandelingen zit in de staart.'

Berichtgeving over het vlinderakkoord: 1 blz. redactioneel. Een reportage over de persconferentie, en een vooruitblik op de verdere regeringsvorming. Vor meer details wordt verwezen naar de website, omder de rubriek 'Staatshervorming' met artikels over BHV, Brussel, Financieringswet en Meer bevoegdheden voor deelstaten.

Sport: geen sportbladzijden, en dus ook niets over de voetbalmatch Duitsland-België.

La Libre

Voorpagina: een grote “Enfin!”, onder een foto met de negen onderhandelaars die als brave schoolkinderen met hun diploma onder de arm (een exemplaar van het vlinderakkoord) braaf in de lens kijken.

Editoriaal van die dag van Francis Van de Woestyne, journalist van de krant. Hij heeft het die dag al over de verdere regeringsvorming en de plaats hierin van Ecolo. Ze zijn niet echt nodig vindt hij. In een coalitie van zes partijen zit rechts, het centrum en links. Hoe zouden de groenen een echt verschil kunnen maken? De aandrang van de socialisten om de groenen ten allen prijze aan boord te heisen vindt hij verdacht. Is het om hen te belonen? Tenzij de PS toegeeft dat het onmogelijk is aan ecologie te doen zonder de ecolos, of het toch alleen maar de bedoeling is om ze in bewaakte residentie te plaatsen om zo te vermijden dat ze sterker worden vanuit de oppositie?

Van de Woestyne had al op maandag 10 okt een artikel geschreven over het vlinderakkoord, waarin hij vol lof schreef over 'de belangrijkste kunstenaar van deze onderhandelingen, Elio Di Rupo': 'De mensen staan er waarschijnlijk niet bij stil hoeveel energie, geduld, openheid en creativiteit het van hem heeft gevergd om dit te bereiken. Want nadat hij zich eerst al had afgebeuld om samen met Bart De Wever een positieve uitweg uit de crisis te vinden (…), moest Elio Di Rupo daarna tot een akkoord zien te komen met onderhandelingspartners die nu eens kwetsbaar of onvoorspelbaar, en dan weer verdeeld waren. We moeten erkennen dat Di Rupo, in een land dat gebukt gaat onder centrifugale en egoïstische krachten, de enige was die deze politieke synthese tussen noord en zuid, en links en rechts, tot stand kon brengen. (Titel: 'En un mot: chapeau!', pag. 9) (Bij het lezen van La Libre moet men steeds het Hof in het achterhoofd houden. La Libre zal niets schrijven dat Laken niet aanstaat. En Albert had duidelijk samengespannen met Di Rupo tijdens de onderhandelingen. Deze laatste mocht Albert zelfs hals over kop uit zijn vakantieverblijf in Nice terughalen met een regeringsvliegtuig, om de situtatie te dramatiseren en de partijen tot een akkoord te forceren. Als La Libre de loftrompet voor Di Rupo bovenahaalt, is dit minstens met de goedkeuring van het Hof, wellicht zelfs ingefluisterd? Mark Grammens in Journaal van 25 maart '10: 'Want u moet weten dat La Libre het blad is dat de leden van de hofhouding bij hun ochtendkoffie te lezen krijgen, en dat de afgevaardigd-bestuurder van La Libre, Dominique Le Hodey, tot de intiemste vriendenkring van Albert II behoort. In dat blad verschijnt niets dat de monarchie onwelgevallig kan zijn, zeker niet over Albert II. Het echtpaar Le Hodey heeft al herhaaldelijk samen met Albert en Paola vakanties doorgebracht, en zijn regelmatig te gast op het yacht van Albert in de Italiaanse wateren'.)

Berichtgeving over het vlinderakkoord: 10 blz. redactioneel, met hierin over vijf blz. op telkens één blz. een thema van het akkoord beschreven, met een interview: kiesarrondissement BHV, gerechtelijk arrondissement BHV, financiering Brussel, financieringswet, tewerkstellingspolitiek. Verderdop in de krant 2 blz. met twee opinies (Bart Maddens en Luc Van der Kelen), met de vraag of men nu voor een of voor twintig jaar vertrokken is.
Uit de themabladzijden: de benoemde burgemeester van Sint-Gensius-Rode, Myriam Delacroix-Rolin (CDH): 'het juridisch luik is positief, de Franstaligen zullen over meer rechten beschikken dan ervoor in Halle-Vilvoorde.' Alain Deneef, voorzitter van de denktank Aula Magna over de hoofdstedelijke gemeenschap: 'het principe is verworven, wat een duidelijke stap in de goede richting is. Maar het gaat niet ver genoeg. De volgende stappen zijn niet duidelijk.'

Sport: 3 blz. over de voetbalmatch Duitsland-België de avond ervoor.

DH (La Dernière Heure/Les Sports)

Voorpagina: grote foto over de voetbalmatch Duitsland-België, en één lijn met 'RÉFORME DE L'ÉTAT: ce qui van changer pour vous'

Editoriaal: een venijnig stukje van de adjunct-hoofdredacteur Christian Carpenier die stelt dat 'de Vlamingen een grote staatshervorming wilden, en zover gingen het land te bedreigen met de gekste gevolgen als men ze hen die niet gaf. Ze hebben ze gekregen. Zoals altijd. ("allant jusqu’à menacer le pays des conséquences les plus folles si on ne la leur concédait pas"). Men mag het de Franstaligen niet te zeer verwijten. Als ze al capituleerden door een nieuwe belangrijke vermindering van het federaal niveau te aanvaarden in ruil voor geld, dan hebben ze er alles aan gedaan om de gevolgen te beperken. Wedden dat het overbodig is hen eraan te herinneren dat Vlaanderen daarom niet verzadigd is. Met moeite zal de inkt van het akkoord droog zijn dat ze alweer ten aanval zullen trekken met nieuwe vragen en nieuwe verderfelijke chantages. Wallonië heeft een fiskale vrede van slechts tien jaar gekregen met Vlaanderen. Daarna zal het Noorden zich niet inhouden haar concurrentie te ontplooien met potentieel rampzalige gevolgen. De enig manier voor het Zuiden om zich hiertegen te beschermen is nu te starten met een fundamentele hervorming van haar praktijken, haar baronieën en haar pamperbeleid.'

Berichtgeving over het vlinderakkoord: 2 blz. redactioneel, met dezelfde foto als La Libre van de negen onderhandelaars op hun 'prijsuitreiking', over de speech van Di Rupo, over de controle van de werklozen die verhuist naar de gewesten, over het gerechtelijk arrondissement BHV (titel: 'être jugé en français sera plus facile'...)

Sport: 10 blz. over de voetbalmatch Duitsland-België de avond ervoor, in de afzonderlijke katern 'Les Sports'.

Noot: La Libre en La Dernière Heure behoren tot dezelfde groep, en beide dagbladen verschijnen in magazineformaat (iets groter dan A4), ongeveer de helft van het formaat van de andere kranten dus. In principe komt dus bv. de publicatie van 12 blz. vlinderakkoord in La Libre overeen met zes blz. in een andere krant. Als Le Soir natuurlijk de foto van de negen onderhandelaars over bijna twee halve bladzijden uitsmeert, of een cartoon over een halve bladzijde, blijft er op de rest van die pagina's niet veel meer plaats over dan op één pagina van La Libre. Besluit: men mag inhoudelijk niet zomaar één blz. Le Soir gelijk stellen met twee blz. La Libre.

Le Soir


Last but not least, wat weet Le Soir te vertellen?

Voorpagina: een grote titel 'La nouvelle Belgique' en het editoriaal van Beatrice Delvaux, 'Avec ou sans la Belgique'.

Editoriaal: volgens Beatrice Delvaux, 'hoofdeditorialist', is niet Di Rupo, maar België de grote winnaar van de dag: 'We moeten ons realiseren hoezeer wij het vertrouwen verloren waren. Men moet terugdenken aan al die keren dat we dachten dat alles naar de knoppen was, inclusief België, om het belang van dit ogenblik te begrijpen. België! Dat is klaarblijkelijk de grote winnaar van de dag, alleen al vanwege het feit dat het land er uiteindelijk nog altijd is en klaar is om zijn weg te vervolgen. België, jazeker, maar niet meer hetzelfde België: voortaan zijn het regionale en communautaire krachten die het land aandrijven, en is zijn voortbestaan als zodanig meer dan hypothetisch. We moeten toegeven dat deze oude entiteit, die flirtte met de dood, zojuist in een wonderbaarlijke en ingenieuse mutatie is geslaagd, want ze komt er toe, door verstandige en moeizaam ontstane evenwichten, aan de enen en de anderen elementen van tevredenheid te geven. De Vlamingen hebben hun bevoegdheden en hun BHV, en de Franstaligen hebben van hun kant de zekerheid dat ze niets hebben toegestaan waardoor ze de volgende keer automatisch in de kookpot terecht komen, als er over een scheiding zal onderhandeld worden, wel integendeel. Brussel is quasi een volwaardig gewest en geherfinancierd, de zes faciliteitengemeenten zijn potentieel brusselse gemeenten, de verbinding Wallonië-Brussel is gegarandeerd.'

Berichtgeving: 8 blz. in het totaal, waarvan 1 met een overzicht van de vorige staatshervormingen, een ruim portret van Di Rupo en De Wever, een verslag over de persconferentie, een artikel over wie er deel zal uitmaken van de volgende regering, en in feite slechts 2 blz. over de eigenlijke staatshervorming van het vlinderakkoord.

Sportbladzijden: 3 blz. over de voetbalmatch Duitsland-België.

Globaal

Soms krijgt men de indruk dat de kranten niet over één, maar over verschillende vlinderakkoorden berichten. Tegenbos heeft het over een lappendeken dat nog meer staat vergt, Van der Kelen ziet er een miraculeus akkoord in waarbij een pak homogene bevoegdheden worden getransfereerd. Los daarvan, is de inhoudelijke oogst nogal mager, ondanks de vele bladzijden die enkele kranten er aan wijden. Alleen de algemene principes worden uit de doeken gedaan, niet de vele 'kleine lettertjes' die de grote principes weer aan banden leggen of uithollen. Zo wordt zogenaamd het kindergeld overgedragen aan de Gemeenschappen, echter pas nadat er een harmonisatie is doorgevoerd tussen het stelsel van arbeiders/bedienden en zelfstandigen. Hiervoor moet er dus eerst of veel meer belastingsgeld in het systeem gestopt worden om het kindergeld van de zelfstandigen op te trekken tot het niveau van de werknemers, of de bijdragen voor de zelfstandigen fors opgetrokken moeten worden. Wanneer zal een ven beide kunnen? Over twintig jaar? (Tenzij de 'harmonisatie' betekent dat de werknemers minder krijgen, en de zelfstandigen meer, terwijl de afhoudingen bij werknemers en werkgevers gelijk blijven??). Als de overdracht dan ooit eens gebeurt, gaat die bevoegheid in Brussel helemaal niet naar de Gemeenschappen, maar naar de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, een orgaan waarin alle 89 Brusselse verkozenen uit de Brussels Gewest in de Raad zitten (zeg maar een tweede parlement van het Brussels gewest) en alle Brusselse ministers en staatssecretarissen in de executieve (zeg maar een tweede Brusselse gewestregering), en ALLEEN zij. Le Soir, La Libre en de Tijd vermelden even terloops of tussen haakjes dat in Brussel de GGC bevoegd zal zijn, maar gaan er niet op in, en leggen al helemaal niet uit dat dit in feite een 'verbrusseling' van het kindergeld betekent en de facto geen Gemeenschaps-, maar een Gewestmaterie wordt, want de Vlaamse Gemeenschap krijgt dan helemaal geen bevoegdheid in Brussel over het kindergeld. Dat overdragen op de GGC geldt trouwens voor alle bevoegdheden die volgens het vlinderakkoord zogenaamd 'naar de Gemeenschappen' worden overgeheveld. Daarover leest men niets in geen enkele krant.

Veel thema's waar de Franstaligen nu geen directe greep meer zullen op hebben in Vlaanderen, vanwege niet meer federaal maar overgeheveld naar de Gewesten, moeten dan weer het voorwerp uitmaken van 'samenwerkingsakkoorden' allerhande. Het vlinderakkoord staat er vol van: samenwerkingsakkoorden moeten gesloten worden in de gezondheidszorg, voor toerisme, werklozenbegeleiding, opleidingen bij betaald educatief verlof, over een interfederaal instituut i.v.m. gezondheidszorg, voor zes verdere verschillende thema's in de gezondheidszorg, over het vervolginsbeleid, de strafuitvoering, verkeersveiligheid, bijkomende subsidiëring van de NMBS door de gewesten, de maximale ambtenarenweddes, en nog enkele andere kleine onderwerpen. Er wordt zelfs een super-samenwerkingsakkoord opgezet in de vorm van een bij bijzondere wet op te richten 'Hoofdstedelijke Gemeenschap' waarvan alle gemeenten van Brussel en Vlaams- en Waals-Brabant verplicht deel uitmaken, naast vertegenwoordigers van de gewesten en van de federale overheid. Een samenwerkingsakkoord in het kwadraat, alweer gebetonneerd met een bijzondere wet. Maar hiermee zijn we al zelf het vlinderakkoord aan het bespreken, terwijl dit afzonderlijk nog aan bod komt in verschillende afleveringen.

Toemaat 1: ter info, de oplage van de kranten

Volgens de nieuwste cijfers van het CIM, het Centrum voor Informatie over de Media, voor de periode juli 2010-juni 2011, bekend gemaakt begin augustus, ziet de 'betaalde verspreiding' van de kranten er als volgt uit (bij sommige kranten heb ik slechts de cijfers van het jaar daarvoor, 2009/2010, en dat staat er dan ook bij vermeld):
Het Laatste Nieuws (de meest verkochte krant in België) 286.775 exemplaren, Het Nieuwsblad 261.110 ex., Gazet van Antwerpen 100.121 ex. (cijfer 2009/2010), Het Belang van Limburg 97.999 ex. (cijfer 2009/2010), De Standaard 91.903 ex., De Morgen 53.948 ex., De Tijd 32.261 ex.
Aan Franstalige kant is er niet echt een krant die qua oplage boven anderen uitsteekt. Sud Presse is de grootste met 114.850 ex. (cijfer 2009/2010, voor de volgende titels samen: La Meuse, La Nouvelle Gazette, La Province, Nord Eclair en La Capitale - Sud Presse is onderdeel van de groep Rossel, uitgever van Le soir), gevolgd door L'Avenir: 92.137 ex, (cijfer 2009/2010 - L'Avenir heeft negen regionale uitgaven onder de zelfde titel L'Avenir - het is onderdeel van Corelio, uitgever van o.a. De Standaard en Het Nieuwsblad), derde in oplage is Le Soir met 79.435 ex, dan DH (La Dernière Heure/Les Sports) met 63.173 ex. (cijfer 2009/2010) (maakt deel uit van de 'Groupe Multimédia IPM S.A', ook uitgever van o.a. La Libre en Paris Match Belgique), La Libre Belgique met 41.191 ex. en hekkensluiter is in Franstalig België L'Echo met 16.667 ex. (2009/2010 - maakt samen met De Tijd deel van Mediafin).

Toemaat 2: van waar komt het neologisme 'Vlinderakkoord'?

De volledige titel van het akkoord bestaat uit twee zinnen: 'Een efficiëntere federale staat en een grotere autonomie voor de deeltstaten', gevolgd door 'Institutioneel akkoord voor de zesde staatshervorming'. Kortweg het 'vlinderakkoord' genoemd. Zover we konden nagaan is de naam van 'Vlinderakkoord' voor het eerst gebruikt door Wim Winkelmans in een artikel in De Standaard van zaterdag 1 oktober '11, met de titel 'Leve het Vlinderakkoord'. Hierin stelt hij de vraag, hoe we dit akkoord dat er stond aan te komen nu zouden noemen. "Na omzwervingen langs de copernicaanse akkoorden, de nazomerakkoorden, het 477-dagenakkoord (het kunnen er nog iets meer worden) en het olifantendrachtakkoord - we vergeten er nog enkele - is de keuze gevallen op het kleinood dat de centrale figuur in deze onderhandelingen doorgaans onder zijn kin heeft hangen: het Vlinderakkoord." Wie dan die keuze heeft gemaakt, staat er niet bij. Vooral in De Standaard, het Nieuwsblad en bij de VRT wordt de naam courant gebruikt. Veel minder tot quasi niet bij de andere media, die het meestal hebben over de zesde staatshervorming, zonder die een specifieke naam te geven. Bij de Franstalige pers wordt het woord 'accord papillon' helemaal niet gebruikt, behalve één zeldzame keer als La Libre het heeft over het feit dat de Vlaamse regering het akkoord zal uitvoeren (Christian Laporte, 13.10.11: 'Le ministre-président a aussi fait remarquer qu’il n’y avait pas de contradiction entre l’accord papillon et le programme de son gouvernement.'... ). Het Parool, 12 okt, nam de naam wel over: 'gisteren presenteerde formateur Di Rupo, tevens voorzitter van de Waalse socialisten, trots het naar zijn vlinderdas genoemde Vlinderakkoord.' Als er dus geen 'accord papillon' bestaat, maar alleen een vlinderakkoord, betekent dit nog niet dat 'papillon' in de context van de huidige onderhandelingen nooit werd gebruikt. La Libre publiceert op dinsdag 27 sept een artikel van Martin Buxant en Francis Van de Woestyne met de titel 'Qui représentera les couleurs des partis au sein de la prochaine coalition Papillon?' Daarin wordt gespeculeerd over welke partijen wel of niet aan een regering onder Di Rupo zouden deelnemen, en namen genoemd van wie er mogelijk minister zou kunnen worden. Het gaat dus over welke coalitie onder Di Rupo, de man met de vlinder, zou aantreden. Wellicht is Winkelmans daar het idee gaan halen om de zesde staatshervorming de naam vlinderakkoord te geven?

Ondertussen weten we ook dat vlinderakkoord het duizendeneerste (nr. 1001) neologisme is dat geregistreerd werd door de Vereniging voor Nederlandstalige Terminologie, afgekort NL-TERM, in het kader van haar project NEOTERM dat gesteund wordt door o.m. de Taalunie: "Neoterm is opgezet om neologismen (d.w.z. nieuwe woorden, nieuwe uitdrukkingen, nieuwe betekenissen van bestaande woorden e.d.) te verzamelen en toegankelijk te maken voor alle belanghebbenden. (Nieuwe samenstellingen die eenduidig te begrijpen zijn nemen wij doorgaans niet op.)" Voor dat neologisme nr. 1001, Vlinderakkoord, wordt als bron aangegeven: De Standaard, 1 oktober 2011, p. 5 "Leve het Vlinderakkoord". Het artikel dus van Wim Winkelmans.
Read more...

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>