1 juli 2012

Verbelging van de Europese Unie zet zich door (Hoegin)

Met het Europese akkoord over de rechtstreekse herkapitalisatie van noodlijdende banken door het ESM zoals dat in de nacht van donderdag op vrijdag gesloten werd, zet de verbelging van de Europese Unie onder leiding van Herman van Rompuy zich alweer een beetje verder door. Stukje bij beetje worden van Noord naar Zuid geldpijplijnen opgebouwd, terwijl je er gif op mag innemen dat morgen al de verplichtingen van de begunstigden heronderhandeld zullen dienen te worden. Dat de constructie duidelijk tegen de wil van het betalende gedeelte van de unie opgezet wordt lijkt bovendien bij de EU-elite vooral extra genoegen op te wekken.

Het bereikte akkoord werd in de pers vooral omschreven als een Duitse toegeving, ja zelfs knieval, onder druk van de Zuid-Europese landen, en natuurlijk de financiële markten. In tegenstelling tot wat de Duitse bondskanselier Angela Merkel enkele dagen geleden nog verkondigde, zal vanaf nu wel rechtstreeks hulp verleend kunnen worden aan de Zuid-Europese noodlijdende banken. In principe is het beeld echter genuanceerder, omdat dit pas zal kunnen nadat een centrale Europese waakhond opgericht is die toezicht zal houden op de banken die van de steun kunnen genieten. Is het echter zonneklaar dat diverse Spaanse en andere Zuid-Europese banken zich binnenkort aan een ferme injectie euro's mogen verwachten, dan is het al een pak minder duidelijk onder welke voorwaarden dat precies zal gebeuren. Of nog: de Noord-Europese verplichtingen zijn nu reeds tot in de puntjes gekend, maar over de Zuid-Europese verplichtingen zal later nog eens onderhandeld en vooral veel gepalaverd dienen te worden. Komt het de lezer allemaal een beetje bekend voor?

Bovendien: als er al strenge voorwaarden komen waaraan de banken zullen moeten voldoen, hoe lang zal het dan duren eer men terug zal willen komen op de bevoegdheden van de waakhond? En ook, zullen eventuele sancties niet door de politieke leiders weggewuifd zullen worden omdat je in tijden van acute crisis nu eenmaal niet te veel discipline mag eisen van de geholpenen? Een Kathleen van Brempt zal trouwens ook dan weer met veel emotie in de stem komen beweren dat het allemaal de schuld van die arme Zuid-Europeanen niet is, en dat enig toezicht vanuit Noord-Europa op wat er met de toegeschoven middelen precies uitgespookt wordt dus ten zeerste ongepast is. Om niet te zeggen dat het eigenlijk feitelijk allemaal vooral de schuld van Noord-Europa is, en dan in het bijzonder het rechtse Duitsland.

Met andere woorden, de verbelging van de Europese Unie heeft zich met dit akkoord weer een stapje verder doorgezet. De Noord-Europese verplichtingen zijn vanaf nu immers niet alleen gekend, maar zullen als een verworven recht worden beschouwd, en op de verplichtingen voor Zuid-Europa zullen we het later nog wel eens hebben, wanneer een nieuw Mediterraan mes op de Germaanse keel gezet kan worden. We zouden zeggen: dit is België in het groot, maar met dit verschil dat Duitsland en de rest van Noord-Europa voorlopig nog mogen weten hoeveel geld ze precies in de bodemloze Middellandse put moeten storten. Misschien is ook dat een punt waar een volgende EU-top nog iets kan aan verhelpen? Ondertussen horen we Herman van Rompuy graag zeggen tijdens een interview met het Journaal van de VRT dat solidariteit gekoppeld dient te zijn aan verantwoordelijkheid. (Hoeft het te verbazen dat Paul Magnette en Elio di Rupo niet bepaald van blijdschap stonden te springen over dit akkoord?) Maar toen diezelfde Herman van Rompuy nog eerste minister was van ons aller geliefde landje België, toen was het zelfs nog teveel gevraagd om in ruil voor de brede Vlaamse solidariteit een klein beetje respect op te brengen voor de territoriale integriteit. Toen ging hij zelfs zélf als een dief in de nacht bij Franstalige en aanverwante parlementen belangenconflicten afsmeken tegen een wetsvoorstel dat hij zelf mee had ingediend!

Over nachten gesproken, konden ook deze keer de onderhandelingen het daglicht niet verdragen, zodat alles bedisseld diende de worden in het holst van de nacht, ja zelfs tegen de dageraad aan? Of met andere woorden: het moment waarop vampieren terug in hun kist kruipen? Heeft het er misschien iets mee te maken dat het volledig indruist tegen de wil van het betalende deel van de bevolking? Voor de politieke «leiders» is dat laatste natuurlijk geen bezwaar, om niet te zeggen een extra dikke kers op de romige taart. Onze «opiniemakers» in onze «kwaliteitsmedia» –voor zover zij natuurlijk werkelijk veel invloed zouden hebben op de Vlaamse bevolking– liggen er alvast ook niet wakker van, en verheugen zich zoals Bart Sturtewagen in de De Standaard zelfs over het bereikte akkoord. Als er al een minpuntje aan het akkoord zit, dan wel dat het er al veel eerder had moeten komen – lees: dat Duitsland al een paar maanden geleden had moeten plooien. Ook dat klinkt allemaal bekend. Maar hoe dicht kan je redactielokaal eigenlijk bij de Wetstraat 16 (en de Brussels-Belgische salons) gelegen zijn om een passage als de volgende uit je toetsenbord te toveren, zonder daar meteen ook de sleutelwoorden «PS» en «index» bij te tikken?
Blijkbaar kan dit Europa nog steeds geen beslissingen nemen op het moment dat zonneklaar is geworden dat ze nodig zijn. Dat kan alleen met het mes op de keel.
Ik laat het dan ook aan de lezer over te antwoorden op Bart Sturtewagens vraag of we nu blij of boos moeten zijn…

Labels: , , , , , ,

Read more...

19 november 2011

De neo-eurosceptici (Hoegin)

Sp.a-voorzitter Bruno Tobback zou in besloten kringen regelmatig laten horen dat hij zich «geen moer aantrekt van wat Europa komt vertellen». PS-kopstuk Paul Magnette dan weer verkondigde onlangs dat de Europese sociaal-economische aanbevelingen voor België slechts een «inspiratiebron» waren. En ook de populistische manier waarop Kathleen van Brempt twee weken geleden in De Zevende Dag uithaalde naar alles wat van «Europa» komt, doet de wenkbrauwen fronsen. Het is immers ooit anders geweest.

Inderdaad, de tijd dat de socialisten bij de grootste aanhangers van het Europese «project» (zoals dat dan heet) konden gerekend worden, ligt nog niet zó ver achter ons. Meer dan een jaar of vijf–zes hoeven we eigenlijk niet terug te gaan in de tijd om nog resten te vinden van het enthousiasme van de linkerzijde voor de EU. Het was de tijd dat de Europese Unie nog gebruikt kon worden om het migrantenstemrecht in België door te duwen. Het was de tijd dat men hoopte achtergestelde landen te kunnen «ontwikkelen», door via het achterpoortje van één of ander Europees verdrag de mensenrechten abortus en het homo-huwelijk algemeen ingang te doen vinden, en dan liefst van al nog zonder inspraak van de lokale bevolking. De Ierse vrees hiervoor naar aanleiding van het referendum over het Verdrag van Lissabon, door «Europa» weliswaar nadrukkelijk afgewimpeld als paranoia, was wel degelijk gewettigd, want de plannen lagen klaar in de linkse lade. En men was absoluut niet van plan een Iers-katholieke versie van Bruno Tobback de optie te laten zich «geen moer aan te trekken» van wat Europees links hem ging komen vertellen.

Het is dan ook traditioneel rechts, dat vaak nog belang wil hechten aan in een Europese context compleet achterhaalde begrippen als democratie, inspraak en soevereiniteit, dat tot nu toe het verwijt van euroscepticisme naar het hoofd geslingerd kreeg. Zeker, ook aan de linkerzijde liepen er hier en daar wat eurosceptici rond, maar dat beperkte zich voornamelijk tot figuren die het maar niets vonden dat het Europees Parlement nog altijd een verkozen parlement was, en niet één of andere door de nomenklatoera samengestelde raad, waarbij het woord «raad» uiteraard in de eerste plaats als een vertaling van het Russische woord sovjet (совет) gezien diende te worden. Wie tot nog toe het woord eurosceptisch uitsprak, zei dus vooral ook rechts, bekrompen, anti-sociaal, eng-nationalitisch en proto-fascistisch, en bijvoorbeeld nadrukkelijk niet links, progressief of sociaal-democratisch.

Aan de Europese natte droom van links kwam echter geleidelijk aan een einde naarmate in de lidstaten de ene socialistische regering na de andere vervangen werd door een conservatieve regering. Gedaan met de hoop op een Europese sociale zekerheid die zou kunnen zorgen voor uitkeringen op Scandinavisch niveau gekoppeld aan regels toegepast op Mediterrane leest. Bovendien zorgt de recente financiële crisis ervoor dat er nog maar weinig tijd overblijft voor fetisjen als euthanasie en homo-adoptie, toch ook twee fundamentele mensenrechten in de linkse bijbel. Nu de conservatieven meer en meer de plak zwaaien in Europa, en de economische realiteit het gulle uitkerings- en overheidstewerkstellingsbeleid van een aantal landen heeft ingehaald, is de ster van de Europese Unie bij links sterk gedaald, om niet te zeggen dat het woord «Europa» er bijna synoniem is geworden voor het scheldwoord «neo-liberaal». En dat wil al wat zeggen.

De links-populistische onzin die sommige socialistische kopstukken echter uitslaan, is soms echt niet te harden. Zo was er bijvoorbeeld Kathleen van Brempt, die in De Zevende Dag beweerde dat de Grieken toch zelf niet schuldig zouden zijn aan de huidige Griekse schuldencrisis, en er daarom ook niet het slachtoffer van mogen worden. Toch een gedurfde stelling, want het zou betekenen dat alleen maar immigranten geprofiteerd zouden hebben van de pensioenen van overleden Grieken. Of overleden immigranten. Alsof de Griekse bevolking ook de opeenvolgende sjoemelende regeringen opgelegd gekregen heeft door Europa. Alsof het geen Grieken waren die loon uitbetaald kregen voor overheidsbaantjes waar ze zich nooit lieten zien, of zich zelfs niet hoefden te laten zien. En alsof het geen Grieken waren die zich prompt organiseerden om al hun vernuft aan te wenden om te kunnen ontkomen aan elke vorm van extra belasting dan ook, ja zich zelfs met grote woede verzetten tegen een poging van de Griekse overheid om al jarenoude belastingen nu ook effectief te gaan innen.

Wat bovendien opviel: als Kathleen van Brempt op één ding erg gebrand was, dan toch wel op het vreselijke feit dat de Duitsers – die uiteindelijk toch de Griekse, Italiaanse en Spaanse putten zullen moeten dempen – niet zomaar bereid zijn hun portemonnee volledig open te trekken. Ja, stel je dat voor, in volkomen tegenstelling dus tot de Vlamingen, die jaarlijks zonder veel morren meer dan tien miljard euro lammeren aan de Franstaligen, vooral dan nog omdat ze het vaak niet eens weten. De Duitse regering bedankt daar echter voor, en is niet bereid zomaar en stoemelings een gigantische Europese geldstroom van Noord naar Zuid op te zetten. Van een vertegenwoordigster van de sp.a, zowat dé behoeder in Vlaanderen van de belangen van de PS en dus hevig voorstander van het instandhouden van die continue aderlating, mag die verwondering misschien niet verwonderen, maar je blijft toch je oren uitwrijven van het virulente anti-Duitse discours waar de politica maar op bleef terugkomen.

Over Duitsland gesproken: een fiscale unie zal de Duitse belastingbetaler niet kunnen redden. Integendeel zelfs, het zou dé ultieme, geïnstitutionaliseerde en daarmee ook permanente aderlating voor de Duitse middenklasse betekenen. Het zou dan ook goed zijn als de Duitse bondskanselier Angela Merkel, en met haar de CDU, CSU en FDP, de financiële mechanismen binnen dat kleine landje, dat ze af en toe genoodzaakt is ambtshalve te bezoeken, eens wat nauwkeuriger onder de loep zou nemen. Want als België Europa iets kan leren, dan wel dat eengemaakte fiscale regeltjes absoluut niets te betekenen hebben zolang iedereen de vrijheid behoudt die regeltjes zelf naar eigen goeddunken toe te passen.

Laat ze dus maar een Europese fiscale unie opzetten: zolang de Grieken zélf hun belastingen zullen mogen innen (of werklozen schorsen, om maar iets te zeggen) laat het zich gemakkelijk raden waar de regeltjes wél strikt toegepast zullen worden, en waar niet. Je kan er trouwens nu al gif op innemen dat in zo'n fiscale unie de belastingopbrengsten in Griekenland het eerste jaar meteen een pak naar beneden zouden gaan, om nooit meer te stijgen. Ik neem aan dat de lezer daar zelfs geen tekeningetje bij nodig heeft. Als het er echter toch ooit van komt, verdient alvast Europees keizer Herman van Rompuy zonder twijfel dat in elke Griekse, Italiaanse en Spaanse stad het grootste plein of de grootste boulevard naar hem vernoemd wordt, met uiteraard een meer dan levensgroot standbeeld. De rekening zal toch elders betaald worden.

Hoe dan ook: de liefde voor Europa staat voorlopig op een laag pitje, nu links zijn grootse plannen voor het Europese «project» noodgedwongen in de koelkast heeft moeten zetten. Europa afwimpelen als niet meer dan een «inspiratiebron», zoals Paul Magnette deed, is daarbij zelfs nog één van de mildste uitspraken over de Europese Unie die we de laatste tijd in linkse hoek te horen hebben gekregen. Bruno Tobback zingt natuurlijk zoals zijn vader gebekt is, maar dat iemand als een Europees Parlementslid Kathleen van Brempt zich verlaagt tot de meeste onzinnige plat links-populistische praat is toch een teken aan de wand. Drie jaar duurt de financiële crisis ondertussen toch al, en nog steeds hebben de socialistische partijen, vastgeroest als ze zitten in de twintigste eeuw, er geen zinnig antwoord op gevonden. En dat ondanks die morele en intellectuele superioriteit waar ze anders toch zo prat op gaan. Vandaar het links-populistische taaltje, nu ook overgoten met een neo-eurosceptisch sausje, want de socialistische keizers van weleer staan allemaal lelijk in hun blootje.

Labels: , , , ,

Read more...

4 augustus 2011

De kogelregen kwam van rechts (Hoegin)

Er moet niet flauw over gedaan worden: niet de kogel, maar de kogelregen kwam deze keer van rechts. Maar dat betekent nog niet dat de islam plots een vredelievende godsdienst is geworden, of dat de multiculturele maatschappij nu plots wel een succes is. En mag toch ook even gezegd worden dat Utøya een vette knipoog bevatte naar één van de moorddadigste ideologieën die de mensheid ooit gekend heeft?

Het is bizar om in de late namiddag van de laatste dag van je zomervakantie plots betrokken te raken in een gebeurtenis van globale dimensies, en dat op meerdere manieren. Ik woon dan wel zo'n twintig kilometer van het centrum van Oslo af, toch heb ik de ontploffing kunnen horen, ook al dacht ik op het ogenblik dat het dondergeroffel was. In de getroffen gebouwen ben ik in de loop der jaren meermaals binnen geweest voor allerlei vergaderingen met klanten, of ik ben er voorbij gereden of gewandeld op weg naar iets anders. Het eiland Utøya ligt ook zo'n twintig kilometer van mijn huis vandaan, maar dan in de andere richting. Voor de helikopters van de politie en de hulpdiensten gaat de route naar Utøya door het dal waar we in wonen, en ik er dus meerdere voorbij zien vliegen gedurende de avond van 22 juli.

Pas om vier uur hoorde ik dat er iets aan de hand was, toen het radionieuws van Klassik Radio iets vermeldde over een aanslag in Oslo. Op NRK was toen de programmatie al een tijdje overgeschakeld op een rechtstreekse nieuwsuitzending, terwijl op Twitter al de eerste berichten te lezen waren. De schietpartij op Utøya zou pas later beginnen, en de eerste berichten erover werden eerst nog afgedaan als een vorm van idiote interessantdoenerij op een ogenblik dat er ernstigere dingen aan de hand waren. Pas de volgende ochtend zou duidelijk worden wat de échte aanslag was, en wat het afleidingsmanœuvre.

Toen ik besefte wat de omvang van de aanslag in het centrum van Oslo was, ben ik zelf beginnen twitteren in het Nederlands. Ik zit per slot van rekening letterlijk korter op de gebeurtenissen dan welk ander Nederlandstalig medium dan ook. Dat sommigen dat op prijs stelden, bleek uit de explosie van het aantal volgers (ze zullen wel weer verdwijnen), waaronder overigens ook een pak journalisten. Later volgende interviews voor onder meer JOE FM. 's Zaterdags mocht ik met de ploeg van VTM mee naar Sundvollen, het hotel waar de overlevenden en de familie van de slachtoffers van Utøya opgevangen werden. Het is als blogger best wel eens interessant om beroepsjournalisten achter de schermen aan het werk te zien, maar wanneer je in het voorbijrijden de witte lakens op Utøya nog ziet liggen, of voorbij een reeks lijkwagens rijdt, is het toch even slikken.

Op dat ogenblik was al lang duidelijk dat de dader van de aanslagen, Anders Behring Breivik, helemaal geen moslimterrorist was zoals aanvankelijk gedacht, maar in extreem-rechtse hoek te situeren was. Maar pas later op de avond zou de voor mij meest onbehaaglijke verbinding met de aanslag opduiken: het beruchte manifest, en dan vooral de citaten uit en de verwijzingen naar The Brussels Journal. Niet dat ik zelf geciteerd wordt, of dat er naar mij verwezen wordt, maar op die manier kwam de dader nog net dat iets dichter bij huis. Het is één ding om toevallig dicht bij de plaats van een aanslag te wonen, maar toch nog iets anders als je op voorhand ook nog een internetforum gedeeld hebt. Helemaal lekker zat dat niet.

Dat wordt natuurlijk anders wanneer de media op een gegeven ogenblik proberen het verhaal om te draaien. Want wat moet je ervan denken als je plots op de radio hoort dat «The Brussels Journal stukken uit het manifest op voorhand zou gepubliceerd hebben», en dat op een ogenblik dat al lang duidelijk was dat Anders Behring Breivik een meester was in het kopiëren en citeren? Een andere verklaring dan een onnodige, misleidende en kwaadaardige poging om The Brussels Journal in een kwaad daglicht te stellen kan ik het niet noemen. Maar het past wel perfect in het discours dat sedert de aanslag is ontstaan, en dat elke vorm van islamkritiek of kritische bedenkingen over de multiculturele samenleving nu finaal de kop wil indrukken.

Anders Behring Breivik leverde door zijn aanslag immers niet het bewijs dat de islam een vredelievende godsdienst is, of ooit geweest is. Vergelijk maar de steun die Osama bin Laden mocht ondervinden in de moslimwereld (gemeten in tientallen procenten van de bevolking) met de steun die Anders Behring Breivik geniet voor zijn daden (te meten in delen van promilles). Hij leverde ook niet het bewijs dat hoofddoeken geen opdringerige en onderdrukkende religieuze symbolen zijn, die het veroverd terrein van de islam dienen aan te geven. En het feit blijft dat wie de bus neemt van de luchthaven naar het stadscentrum van Oslo, onderweg in de eerste plaats geconfronteerd wordt met een monumentale moskee waar je echt niet naast kan kijken. De vraag wie de mentale infrastructuur voor Anders Behring Breivik heeft geleverd heeft, in tegenstelling tot wat Bart Brinckman misschien wel denkt, een dubbel antwoord, en daarbij is het zelfs niet zeker dat het antwoord dat Bart Brinckman zijn lezers opdringt nog het meest ernstige en doorwegende is.

Want inderdaad, misschien moet Vlaams minister van Gelijke Kansen Pascal Smet (sp.a) aan de homo's in Brussel nog eens navragen of zij sedert 22 juli met een geruster hart hand-in-hand over straat kunnen lopen. Misschien kan Luckas vander Taelen (Groen!) nog eens zijn licht laat schijnen over de gastvrijheid die hijzelf en zijn kinderen –in hun eigen land– elke dag aan den lijve mogen ondervinden. En ik heb Angela Merkel of Nicolas Sarkozy in een reactie nog niet horen verklaren dat de multiculturele maatschappij nu plots dan toch wel geslaagd zou zijn, maar misschien is die boodschap mij in de vloedgolf van reacties gewoonweg ontgaan.

Wat me in ieder geval niet ontgaan is, is de platte lijkenpikkerij die zich in Gent afspeelde. De extreem mediageile sp.a-burgemeester Daniël Termont, in de media alomtegenwoordig als hij zich nog eens links-linkser-linkst kan profileren (maar niet als er zigeuners weggejaagd dienen te worden, want dan mag de waarnemende burgemeester het op TV komen uitleggen), vond het nodig om tegen lichtsnelheid een rouwregister te openen. Verleden jaar had hij in de zomer ook een stunt klaar, door deel te nemen aan de solidariteitsactie voor de Cuban Five. De vijf Cubaanse spionnen worden in hun Amerikaanse cel immers niet elke dag vergast op champagne, oesters en kaviaar, en dat is natuurlijk een ware misdaad tegen de menselijkheid. De beestachtige wijze waarop leden van de oppositie op Cuba zelf behandeld worden staat iets minder hoog op de agenda van Daniël Termont, ook al valt het regelmatig voor dat één van hen er het loodje bij moet laten.

Daniël Termont is overigens niet de enige die ziek is in het bedje waar er graag geflirt wordt met de meeste gewelddadige en moorddadige ideologie die de mensheid ooit gekend heeft. Zelfs de meest extreem-rechtse partij kan het zich onder geen beding veroorloven zelfs nog maar onbedoeld een pietluttig aspect van het fascisme of het nationaal-socialisme in een positief daglicht te stellen, maar een politieke partij hoeft anderzijds nog niet eens heel erg links zijn om onder het goedkeurende oog van de media communistische dictaturen met hand-en-spandiensten te ondersteunen. Of vettige knipogen in die richting uit te delen.

En zo ook het tragisch getroffen AUF. Eerst echter een korte taalles. «Vik» betekent in de Scandinavische talen zoveel als inham of kleine baai. De achternaam Breivik (brei·vik) bijvoorbeeld betekent zoveel als «brede inham», en kan verwijzen naar minstens vier plaatsen in Noorwegen. Sandvika (sand·vika) verwijst naar een zanderige inham, en ligt niet zo ver van Utøya vandaan. Bolsjevika daarentegen betekent niets in het Noors, maar toch heet de enige inham op het AUF-eiland Utøya Bolsjevika.

Het signaal dat AUF hiermee naar zijn leden uitzendt –en we spreken hier over zestienjarigen of zelfs jonger– is dat een knipoog naar en wat geflirt met het communisme best in orde is, ja zelfs als ludiek en goed gevonden omschreven mag worden. Of op het eiland ook veel aandacht werd besteed aan de slachtoffers van het communisme, is in het beste geval een open vraag. Wat wel duidelijk is, is dat wie vandaag wil voorwenden bezorgd te zijn voor de democratie en de maatschappij, al meer dan twintig jaar te laat is om dit soort ongein eindelijk eens op te ruimen. Dit praat de daden van Anders Behring Breivik natuurlijk niet goed, maar het is misschien toch een passende nuance in de rode vloedgolf aan steunbetuigingen die dezer dagen over Noorwegen stroomt. Zo maagdelijk onbevlekt was de Noorse sociaal-democratie immers ook weer niet.

Labels: , , , , , , , , , ,

Read more...

21 februari 2011

Blauw mistgordijn

De kans dat informateur Didier Reynders in zijn opdracht slaagt, is vrijwel nihil. Dat betekent echter niet dat zijn opdracht maar schijn zou zijn, om te bewijzen dat de liberalen het ook niet zouden kunnen. Zijn opdracht lijkt immers in de eerste plaats een mistgordijn te zijn, dat het échte spel moet verbergen. En dat échte spel, dat speelt zich af in de Wetstraat 16.

Naar verluidt zou zelfs Didier Reynders ondertussen al ingezien hebben dat hij eigenlijk geen kans maakt om zijn informatieopdracht tot een goed einde te brengen. Inderdaad, PS-voorzitter Elio di Rupo bestrijdt waarschijnlijk nog liever zelf de twee pijlers waarop zijn partij in Wallonië rust – de corruptie en de werkloosheid – dan Didier Reynders de eer te gunnen te mogen slagen waar hij zelf zo pijnlijk mislukte. Dat betekent echter niet dat er voor Didier Reynders niets uit de brand te slepen valt. Misschien slaagt hij er wel in de N-VA eraf te rijden, zonder dat ook de CD&V afvalt? In dat geval zou het kunnen dat Elio di Rupo hem een derde ambtstermijn als minister van Financiën zou willen gunnen, als ook MR-voorzitter Charles Michel mee wil. Was ik Didier Reynders, dan zou ik eerder daar mijn energie insteken, in plaats van de sp.a of de groenen op de zenuwen te werken.

Als de informatieopdracht van Didier Reynders slechts een mistgordijn is, waar speelt zich dan het échte spel af, dat dat mistgordijn moet proberen te verbergen? Het antwoord is de Wetstraat 16 natuurlijk, waar een ontslagnemende eerste minister zit die de tijd van zijn leven beleeft. Kreeg Yves Leterme niet, nog voor Didier Reynders zijn informatieopdracht kreeg, ook een opdracht toegespeeld van koning Albert II? Hem werd inderdaad gevraagd een begroting voor 2011 op te stellen, en bovendien maatregelen te nemen om te beantwoorden aan alle eisen van de Europese Unie wat betreft het begrotingsbeleid en de structurele hervormingen. Een waar kolfje naar zijn hand dus. Enkele dagen later kwam daar nog eens het Interprofessioneel Akkoord (IPA) bovenop, om over zijn «ruzie» met Angela Merkel over het indexeringsmechanisme nog maar te zwijgen.

Had Yves Leterme zijn eigen droomjob mogen schetsen, hij had het waarschijnlijk nooit beter kunnen doen dan de job die hij nu heeft. Stel je voor zeg, al die cijfertjes bij mekaar optellen, en daarna op TV of internationaal de grote jan mogen uithangen, terwijl hij in het Parlement lastige vragen altijd kan pareren met een zwijgen «in het belang van het land en de bevolking». Ondertussen dient hij zijn ware heren, niet zijn kiezers of zijn eigen partij, maar wel de PS, in de hoop dat hij er straks nog enkele jaartjes bij zou mogen doen. Of zou het echt toeval geweest zijn dat hij in verband met het IPA tegen zijn eigen partij en een meerderheid in de Kamer in aan het onderhandelen sloeg met de PS, zogezegd omdat er binnen de federale regering toch eensgezindheid moest zijn? In een ontslagnemende regering is dat nergens voor nodig, tenzij er andere belangen op het spel staan natuurlijk.

Aan de geruchten over een samenwerking tussen Yves Leterme en Elio di Rupo hecht ik ondertussen weinig geloof. Zo'n samenwerking achter de schermen valt natuurlijk niet uit te sluiten, maar lijkt me toch onwaarschijnlijk. En bovendien, van de kant van Elio di Rupo bekeken totaal onnodig. Yves Leterme heeft hij immers al lang in zijn zak – waarom zou hij dan met hem moeten samenwerking? Bovendien valt zo'n samenwerking niet helemaal consistent te noemen met de uitvallen van Elio di Rupo naar de CD&V, al kan de samenwerking natuurlijk van recentere datum zijn. Maar dan nog blijft het merkwaardig dat bijvoorbeeld ook Laurette Onkelinx zich onlangs nog liet opmerken met een bitsige aanval op de CD&V. Of zou de samenwerking zo geheim zijn dat ze achter haar rug om zou gebeuren?

Wat er ook van zij, de informatie-opdracht van Didier Reynders heeft voor de PS vooral één functie: de tijd verder laten werken, tot de CD&V bereid is de N-VA te laten vallen. Tegelijkertijd kreeg Yves Leterme van de PS een extra injectie van zijn favoriete drug toegediend: macht. Of misschien correcter, en nog gevaarlijker: schijn van macht. De signalen die de PS ondertussen teruggestuurd krijgt van de CD&V geven in ieder geval aan dat deze tactiek op termijn misschien dan toch zijn vruchten zou kunnen afwerpen. Was daar niet Yves Leterme, die al eens liet verstaan verkiezingen «tegen elke prijs» te willen vermijden? Ik hoef daar voor de lezer waarschijnlijk verder geen cynische opmerking bij te maken. Maar belangrijker was het nieuwe signaal van CD&V-voorzitter Wouter Beke, dat ondertussen al gretig opgepikt werd door Rik Torfs: de CD&V stapt niet zonder de N-VA in een nieuwe federale regering, tenzij de N-VA zelf niet meer zou willen. En daarmee werd de onvoorwaardelijke onverzettelijkheid van de CD&V meteen omgebogen in een voorwaardelijke onverzettelijkheid. Als N-VA-voorzitter Bart de Wever morgen het verlossende woord laat vallen, zal de CD&V de handen vrij hebben om toch in een federale regering te stappen zonder de N-VA. En desnoods – liefst? – ook zonder staatshervorming. De CD&V-bocht is dus ingezet.

En er zal nog bochtenwerk aan te pas komen. Misschien hoopt men nu binnen de CD&V wel in stilte dat de N-VA er eerder vroeg dan laat er toch zelf zou uittrekken, maar ik acht die kans eerder klein. De N-VA definieert zich immers als partij in functie van haar grootste concurrent, het Vlaams Belang, met als groot verschil dat de N-VA in tegenstelling tot het Vlaams Belang wél bereid is compromissen te sluiten en deel te nemen aan de macht. Het is niet meer of niet minder dan de bestaansreden van de N-VA. Sommige waarnemers verbazen er zich al maanden over dat de N-VA de onderhandelingstafel niet wil verlaten, en verklaren dat als een angst om de zwart piet toegespeeld te krijgen, maar het probleem van de N-VA is dus groter dan dat. Als de partij de federale regeringsonderhandelingen verlaat, toont zij immers impliciet aan dat niet zij, maar wel het Vlaams Belang al de hele tijd gelijk heeft gehad over de Belgische constructie. Federaal in de oppositie belanden is voor de N-VA op zich geen probleem, als zij aan haar kiezers maar kan vertellen dat zij in die oppositie geduwd werd, en er niet zelf voor gekozen heeft. Het verlossende woord van Bart de Wever voor de CD&V (en sp.a, Groen! en Open Vld) zal daarom ongetwijfeld nog enige tijd op zich laten wachten.

Zijn de Franstaligen gefrustreerd over de houding van de CD&V, die de N-VA maar niet wil laten vallen, dan is men bij de CD&V weer gefrustreerd over de houding van de N-VA, die de onderhandelingstafel maar niet uit eigen beweging wil verlaten. De scherpe uitval van Rik Torfs aan het adres van Bart de Wever moet wellicht ook in dat licht gezien worden, en niet alleen in dat van de recente peiling die de CD&V naar een historisch dieptepunt zond.

Welke mogelijkheden heeft de CD&V dan nog om alsnog een regering-Leterme III op de benen te brengen? Áls Bart de Wever bereid is de onderhandelingstafel zelf te verlaten, heeft de CD&V meteen de handen vrij, en kan ze bovendien de staatshervorming zonder veel problemen in één of andere werkgroep stoppen. Als Bart de Wever niet zo vriendelijk wil zijn voor de CD&V, vermoed ik dat de CD&V op een gegeven ogenblik zal willen vaststellen dat de N-VA de facto niet meer in een federale regering wil stappen, ook al zegt die partij iets anders. Dat de CD&V, naar het schijnt met de C van christelijk, niet te beroerd is om platte leugens te gebruiken, weten we reeds langer. De regering-Leterme II had volgens haar wel degelijk een meerderheid aan Vlaamse zijde, omdat haar regeerakkoord ooit mee goedgekeurd werd door de N-VA. En als die regering misschien dan toch geen meerderheid aan Vlaamse zijde had, en de N-VA daar problemen rond maakte, dan lag de schuld daarvoor natuurlijk volledig bij de N-VA zelf, die de regering-Leterme II dan maar moest steunen. Met nu bovendien ook Rik Torfs in huis, kan het voor de CD&V dan toch geen probleem zijn op een bepaald ogenblik vaststellingen te doen, die weliswaar kant noch wal raken, maar die haar wel toelaten om eindelijk weer de benoemingsmachines in gang te zetten. Zou bijvoorbeeld Steven Vanackere die klus niet kunnen klaren in een informatieopdracht, zodat Yves Leterme eindelijk aan zijn formatieopdracht zou kunnen beginnen? Laat de boel ondertussen rustig nog een paar weekjes sudderen, misschien is er dan wel iets mogelijk…

Labels: , , , , , , , , , ,

Read more...

2 november 2010

Goossens, Hooghe en grof taalgebruik (vpmc)

.
Om te beginnen zal ik iets moois vertellen, want daarna word ik noodgedwongen vervelend. In het leven is er nooit een vrije dag, zei Gerard Kornelis van het Reve, en hij had gelijk. Ik weet niet of Harry Mulisch ook zulke diepe gedachten heeft neergeschreven.

De naam Angela de Franceschi, bijgenaamd la Mariuccia (1734-1805), zal niet iedereen bekend voorkomen neem ik aan, maar zij was een van de geliefden van Casanova, en hij gaf een wondermooie beschrijving van haar:
“Ses yeux noirs, très fendus et à fleur de tête, et toujours remuants avaient sur leur superficie une rosée qui paraissait un vernis du plus fin émail. Cette rosée imperceptible que l’air dissipait très facilement reparaissait toujours plus fraîche au rapide clignotement de ses cils.”*
Haar zwarte ogen, heel langwerpig en prominent, en voortdurend in beweging, hadden op hun oppervlak een laagje dauw, dat een vernisje van het fijnste émail leek. Deze onmerkbare dauw, die aan de lucht heel makkelijk vervluchtigde, kwam telkens weer helemaal fris tevoorschijn bij het snelle knipperen van haar oogleden.

Geef toe lezer, zelfs in mijn gebrekkige vertaling kunnen deze twee zinnen neerbuigend kijken naar de gedrochten die bij ons voor “de mooiste zin van het jaar” elke keer moeten doorgaan.

Een andere Angela is Angela Merkel, en Paul Goossens bedacht haar met een artikeltje, getiteld:  “Een vluggertje, voor Angela”.
Niet het register dat Casanova hanteert, zult u zeggen. Inderdaad, en wat hierbij niet als excuus mag gelden, is dat Paul als oud-seminarist zich misschien geen houding weet te geven als er vrouwen ter sprake komen, want Casanova was ook bijna pastoor. Neen, hier speelt de eeuwige drang die columnisten voelen om vooral levendig te schrijven, gedurfd, stout. Dat brengt hen helaas tot vulgariteiten.

“Wat een grof volkje” zou Marc Hooghe zeggen, die andere Standaardman, want die maakt zulk verwijt zelfs als het totaal ongepast is, bv. enkel als Luc Huyse onheus wordt aangevallen volgens hem, en hij bij deze emeritus –om redenen waar wij het raden naar hebben– een wit voetje wil halen. Natuurlijk laten ze bij de Kwaliteitstabloid niet toe dat hun jonge medewerker op zijn plaats wordt gezet in een gedegen antwoord, ook al schreef Peter de Roover dat meteen.

Maar wat Paul Goossens, “Europajournalist” ons wilde vertellen, kwam simpelweg hierop neer dat de EU (zoals bekend zijn gagne-pain) vooral moest blijven wat zij is, namelijk een democratisch niet gelegitimeerde instelling.
"Na de mislukte ratificatie van de Europese grondwet en de traumatische goedkeuring van het verdrag van Lissabon, was het idee van een nieuwe wijziging, met alles wat dat aan referenda, chagrijn, koehandeltjes en verlammende navelstaarderij meebrengt, een perverse, zelfs destructieve gedachte."
Op een discussie met deze anti-democraat zal geen ernstige mens ingaan. Daarvoor is deze jongen ook te wollig en te zweverig, zij het dat hij ongewild soms een geestigheid heeft. Maar Paul beseft duidelijk niet wat hij allemaal verkondigt met zijn wild gezwaai. Zo zegt hij dat zijn geliefde EU steunt op een Verdrag waarvan de artikelen –die nochtans niet mogen veranderen!– getuigen van “een extreme saaiheid en trivialiteit, want gestolde macht”. In zijn ijver gebruikt Paul ook woorden waarvan hij de draagwijdte niet snapt. Zo noemt hij de artikelen van het Verdrag van Lissabon zelfs obsceen: “Met een obscene zin voor het detail bepaalt artikel 48 hoe een verdragswijziging moet worden uitgevoerd.”

Nu heeft volgens de Oxford Latin Dictionary het woord obscenus vele betekenissen, maar geen lijkt te verwijzen naar verdragsteksten die wij niettemin als onveranderlijk dienen te beschouwen:
OBSCENUS: [samengevat] sinister, walging opwekkend, op slechte voortekens duidend, smerig, vuil, onzedelijk, betrekking hebbend op perversieën of excrementen, of op de organen of handelingen die daarmee in verband kunnen staan.
___________________


* Jacques Casanova de Seingalt
Histoire de ma vie
Suivie de textes inédits
Volume 7 – Chapitre IX
Édition présentée et établie par Francis Lacassin
Robert Laffont, 1993, 2002, p.613
.

Labels: , , , , , , , ,

Read more...

<<Oudere berichten