31 oktober 2009

BHV-carrousel draait een nieuw rondje (Hoegin)

De afgelopen weken draaide de BHV-carrousel nog maar eens een nieuw rondje. De hoofdrol was deze keer weggelegd voor de Duitstalige Gemeenschap, met aan het hoofd ervan Minister-President Karl-Heinz Lambertz. De uitslag stond echter al op voorhand vast, net zoals bij het vorige rondje: een nieuw belangenconflict werd uiteindelijk ingediend. Maar wat zal de toekomst voor BHV-dossier brengen?

Eigenlijk kan het niets anders genoemd worden dan een uiterst lamentabel schouwspel, het stukje derderangstheater dat de laatste weken opgevoerd werd rond het dossier-Brussel-Halle-Vilvoorde. Inderdaad, zowel aan Vlaamse als aan Duits–Franstalige zijde waren de acteerprestaties ondermaats. Wat bijvoorbeeld te denken van CD&V-voorzitster Marianne Thyssen, die pleitte voor een onderhandelde oplossing van het dossier, waarop Karl-Heinz Lambertz een week later inpikte door een signaal van de Vlamingen te verlangen om al dan niet een belangenconflict in te dienen. Achter de schermen bad Eerste Minister Herman van Rompuy ondertussen rustig vast op zijn knieën om het belangenconflict toch maar in te dienen, en dat was meteen het enige signaal dat Karl-Heinz Lambertz veinsde gehoord te hebben – dat, en de toewijzing dat het Kehrweg Stadion van Eupen één van de oefenstadions zal zijn indien de Belgisch-Nederlandse kandidatuur voor het WK-voetbal in 2018 of 2022 aanvaard zou worden. Alhoewel, officieel heeft dat laatste natuurlijk niets met het eerste te maken, maar voor de volledigheid wil ik toch ook even vermelden dat Karl-Heinz Lambertz een lidkaart van de PS heeft, en laat de rest aan het oordeel van de lezer over. Voor de argumenten van N-VA-voorzitter Bart de Wever en een delegatie van de burgemeesters uit Halle-Vilvoorde bleef de man in ieder geval oostindisch doof, om nog maar over die van de «griezels» van VVB, TAK en HaViKo te zwijgen.

Wat staat ons nu verder te wachten in dit dossier? Opvallend is in ieder geval dat de Duitstalige Gemeenschap bij de vorige ronde nog optrad als reserve voor het geval het Waalse Parlement zou nalaten een belangenconflict in te roepen. De tijd die met het Waalse belangenconflict gewonnen werd –120 dagen, maar in de Belgische praktijk al gauw bijna een half jaar– werd zoals bij alle andere vorige belangenconflicten vooral gebruikt om niets te doen. Verwacht kan dus worden dat het ook deze keer niet anders zal gaan. Bovendien werd al aangeduid wat over meer dan 120 dagen te gebeuren zal staan. Het Brussels Parlement trad immers op als reserve indien Eupen zou nalaten een belangenconflict in te roepen, en zal in de lente van 2010 de eer hebben de hoofdrol te mogen spelen in het volgende rondje van de BHV-carrousel. Absurd? Indien de Duitstalige Gemeenschap zich deze keer genoodzaakt zag een belangenconflict in te roepen om de federale regering te redden en het land bij mekaar te houden, waarom zou de Belgische en Europese hoofdstad dan niet precies hetzelfde mogen doen om te vermijden dat het Belgische EU-voorzitterschap in het honderd zou lopen? Is onze dierbare hoofdstad dat niet aan zichzelf, het land en de Europese Unie verplicht? Als het moet zullen de Brusselse CD&V- en Open Vld-leden dat belangenconflict desnoods zelfs mee goedkeuren. De respectievelijke achterbannen werden in ieder geval de afgelopen week al eens goed voorbereid op dit scenario.

En wat dan na het Brusselse belangenconflict? In het Belgische leugenfederalisme kunnen 120 dagen misschien wel lang duren, maar niet lang genoeg om het BHV-splitsingsvoorstel tot in 2011 uit de Kamer te houden. Als ik een gokje mag wagen, dan zullen CD&V en Open Vld vrijwillig afzien van een onmiddellijke stemming eens het Brusselse belangenconflict afgelopen zal zijn, om heel het zaakje te verdagen tot in 2011. Een belangenconflict door het Vlaams Parlement lijkt zelfs voor Open Vld en CD&V een brug te ver. Bovendien hebben de twee partijen er geen meerderheid, en lijkt het me onwaarschijnlijk dat sp.a de federale meerderheid zou willen helpen depanneren. Daarna zijn we al zo dicht bij de volgende federale verkiezingen, dat het voor zowel de Franstalige als de Vlaamse partijen geen onnoemelijk grote nadelen meer zal opleveren om de federale regering vervroegd te laten vallen, zodat het voorstel eenvoudigweg niet meer gestemd kan worden. Meer zelfs, het zou voor iedereen alleen maar voordelen opleveren: de Franstaligen kunnen aan hun kiezers vertellen dat ze de belangen van de Franstaligen hebben kunnen verdedigen door een vroegtijdige val van de federale regering te veroorzaken, terwijl CD&V en Open Vld zullen verklaren dat ze hun best gedaan hebben, maar dat een eenzijdige splitsing nu eenmaal niet mogelijk was. En dat een onderhandelde oplossing, dat wil zeggen één met Vlaamse toegevingen, de enige mogelijke is, ook al is het eigenlijke probleem vooral de onnoemelijke lafheid en het verraad van de twee partijen. (Maar laat er geen twijfel over bestaan: sp.a is geen haar beter.) Dat de Franstaligen hun belangenconflicten in serie mochten inroepen was immers helemaal geen hinder om Brussel-Halle-Vilvoorde onverwijld –wie herinnert zich het woord nog– en met vijf minuten politieke moed te splitsen. De «Vlaamse» partijen CD&V en Open Vld, in het begin trouwens aangevuld met N-VA, lieten de Franstaligen toe hun belangenconflicten in serie in te roepen. Meer zelfs, ze smeekten en smeken hen daar nog steeds om, en rekken actief de wettelijke termijnen met alle mogelijke en onmogelijke officiële en officieuze vakantiedagen.

Bestaat er dan geen alternatief? Dat de Franstaligen zouden toegeven, lijkt me onwaarschijnlijk: zij zullen nog eerder een Brussels belangenconflict indienen of de federale regering laten vallen, desnoods zelfs tijdens het Belgische EU-voorzitterschap, dan hun «rechten» op Halle-Vilvoorde zomaar op te geven. Wie de Franstalige media een beetje volgt –de Vlaamse media berichten hier niet over, een schuldig verzuim overigens– weet dat men aan de overzijde goed weet wat op het spel staat. Er wordt daar niet gedacht in termen van solidariteit, verdraagzaamheid, flexibiliteit, wettelijkheid of zelfs nog maar grondwettelijkheid, maar territorium, en PS-voorzitter Elio di Rupo heeft dat al meer dan eens duidelijk laten blijken in interviews. De Franstalige «rechten» op Halle-Vilvoorde zullen dan ook een pak zwaarder doorwegen dan de glorie en glitter rond het Belgische EU-voorzitterschap, zeker als die glorie en glitter toch alleen maar CD&V'er Herman van Rompuy te beurt zullen vallen. Als Brussel-Halle-Vilvoorde dus gesplitst zal raken voor de volgende federale verkiezingen, zal dat alleen maar kunnen omdat CD&V en Open Vld zware toegevingen doen aan de Franstaligen. De vraag is dan of dat nog mogelijk is.

Indien CD&V van plan is zware toegevingen te doen, en zowel Marianne Thyssen als Herman van Rompuy geven sterk die indruk, dan was er eigenlijk geen beter moment geweest dan nu. Begin 2010 zullen de voorbereidingen voor het EU-voorzitterschap al volop aan de gang zijn, en lijkt het weinig waarschijnlijk dat CD&V en Open Vld veel tijd en energie over zullen hebben om een reeks Vlaamse toegevingen samen te stellen waarmee ze de Franstaligen zullen kunnen paaien. Minder dan wat hen aangeboden werd ten tijde van de regering-Verhofstadt II is voor hen waarschijnlijk hoe dan ook niet aanvaardbaar, en tegelijkertijd voor CD&V een brug te ver zolang er nog altijd een mogelijkheid is om het Brusselse Parlement een belangenconflict te laten indienen. Alsnog een Brussels belangenconflict inroepen zal dan ook de gemakkelijkste uitweg zijn, desnoods met de steun van CD&V en Open Vld dus. Nà het EU-voorzitterschap zullen we dan weer al zo dicht bij de volgende federale verkiezingen zitten, dat CD&V ervoor zal terugschrikken Halle-Vilvoorde openlijk aan de Franstaligen uit te verkopen. Dan nog liever de federale regering laten vallen in onderling overleg met de Franstaligen –al dan niet met wat theater voor de galerij– en achteraf de ongrondwettelijke verkiezingen toch maar goedkeuren in de Kamer. Het zou trouwens niet de eerste keer zijn dat men daar ongrondwettelijke verkiezingen zou goedkeuren.

Labels: , , , ,

Read more...

30 oktober 2009

Een geval van twijfel (vpmc)

Le hasard fait bien les choses. zeggen de Fransen, en ik ben niet geneigd om hen tegen te spreken.
Wat wil het geval? Eergisteren vertelt een oude vriend mij dat hij een interessante ontdekking heeft gedaan in Parijs, enkele weken geleden. Petrus Prunus heet die vriend, en hij zit vaak in Frankrijk –zo vaak zelfs dat ik hem soms Pierre noem– en bij een bouquiniste aan de Seine had hij een oud document zien liggen, zwaar gehavend en in het Latijn geschreven. Gewoon een blad papier dacht hij eerst, maar zoals later zou blijken was het velijn.

Zulke dingen zie je meer. Misschien komt dat blad uit een oud missaal of zo, maar om de een of andere reden had het toch zijn aandacht getrokken. Hij probeerde het te lezen, en begreep min of meer waar de tekst over ging, maar een goed deel van de letters was half uitgewist of ontbrak. Er waren veel scheuren en gaten. Enfin, het stuk toch maar gekocht, want veel vroegen ze er niet voor.

En nu bleek die tekst, na voorlegging aan een college van filologen, een fragment te zijn uit een veel groter, jammerlijk verloren gegaan werk –misschien van de hand van zekere Carolus Vossius emendeerden de geleerden– waarin vermanend werd gewezen op de kwalijke rol die de Media in het Rome van het late Keizerrijk al moeten gespeeld hebben.
Het ontdekte fragment zelf is een bevlogen, bijna pathetische oproep tot matiging in de bewoordingen. Een luide schreeuw om stilte wordt erin uitgestoten. Zachtmoedigheid, medemenselijkheid en redelijkheid, kortom begrip en respect was nodig in turbulente en onzekere tijden.

Waarom val ik u met deze anekdote lastig, lezer?
Wel, omdat die dingen blijkbaar van alle tijden zijn! en de Media ook in onze dagen hun kwalijke en luidruchtige rol verder spelen.

Nemen we één voorbeeld. Vandaag had Patrik Vankrunkelsven (de afscheidnemende VLD-senator) in De Standaard een gesprekje met hun reporter Frans De Smet, die aan het slot een zogezegd guitige opmerking plaatst:
'Knack'-columnist Koen Meulenaere verliest een geliefkoosd doelwit. Hij beschreef u graag als 'kabouter drift'.
'Kijk, ook dat speelde mee om te stoppen. Want Meulenaere ging er altijd vér over. Ik kan niet ontkennen dat ik en mijn omgeving daardoor werden geraakt. Te vaak wordt door de media vergeten dat politici ook mensen zijn, die met enig respect moeten worden behandeld.'
Het is nogal evident dat Meulenaere –met zijn insinuaties altijd– hier vooruitloopt op twee onderzoeken die nog volop gaande zijn in Leuven!

Deugddoend is het dan, om te zien dat er ook vandaag wel gematigder stemmen opgaan. Deze van Carl Devos bijvoorbeeld, die als een roepende in de woestijn journalisten, en zeker bloggers tot rede probeert te brengen. Met graagte herhaal ik hier Devos zijn woorden, bis repetita placet, ook al komen zij, met wat ik nu weet, in het licht van wat vriend Prunus in Parijs pas ontdekte, helaas in een wat verdacht perspectief te staan.
Zoals het er namelijk uitziet heeft Devos (en vraag me niet hoe hij dat voor elkaar heeft gekregen) vroegtijdig de hand kunnen leggen op het genoemde fragment van Carolus Vossius ...en heeft hij diens woorden meteen schaamteloos tot de zijne gemaakt (een praktijk die meer en meer ingang vindt aan universiteiten lees je).
Ik laat het oordeel aan u lezer, maar mijn vermoeden is dat hier onoorbare zaken zijn gebeurd:

EST PERICULUM NE MEDIARUM RERUM CENSURA IN ACERBAS INCURSIONES AD HOMINEM PRÆCIPITETUR.
ID ETIAM EIS ACCIDIT QUI MENTIS APERTI, PACEM AMANTES, ANIMÆ INCORRUPTÆ, ERUDITI AUT PROGREDIENTIS HUMANITATIS STUDIOSI DICI MALUNT.
ILLIS QUOQUE SENTENTIÆ AD REM PERTINENTES SÆPE, QUASI PELLE DETRACTA, IN SORDIDAS VINDICATIONES AURA QUASI DOCTA PERFUSAS MUTANT.
OLEO EX SULFURE IMBUENDA SIT CENSURA ET IN REPREHENSIONEM AD HOMINEM MUTANDA.
SINT CAPITA GLADIO TRADENDA.
EO SPECTACULO CARENTE PARUM VENTI ARGUMENTA NANCISCUNTUR.
SINT CYNICÆ SATURÆ CONTUMELIÆQUE!
LÆSIONES VIDEAMUS!
INIMICITIÆ PATENTIS CAUSA DISSENSIONES DELABUNTUR IN VINDICATIONES.
ALIQUANDO SUPER AQUAM, SÆPIUS SUB AQUA.
VEHEMENTER SE MUTUI TELORUM NUBE INFESTANT.
CENSURA RERUM MEDIARUM COMMUNITER IN SCÆNA RERUM MEDIARUM OBVENIT.
RARO OBVENIT PER LIBRUM TAMQUAM HUNC.
SCRIPTORES SE SÆPIUS MUTUI IN LIBELLO AGGREDIUNTUR μίκρῳ ῥηματι θανατηφορῳ BENE DIRECTO.
[…]
RARO FIT UT ALTER TANTUMMODO IN PROFESSIONIBUS QUÆ AD REM PERTINENT ERRET.
IN MALEDICTA DISPUTATIONIS SUBSTANTIA EVANESCIT.


Herlezen wij nu de tekst die Carl Devos afleverde:

Mediakritiek dreigt snel te vervallen in zurige, persoonlijke aanvallen. Ook bij diegenen die zich als open, tolerant, objectief, erudiet of progressief laten omschrijven. Ook bij hen vervellen inhoudelijke beoordelingen vaak tot platte afrekeningen, overgoten met een intellectualistisch sausje.
Kritiek moet in vitriool gedrenkt en gepersonaliseerd worden. Er moeten koppen zijn om op te schieten,zonder dat spektakel vangen de argumenten anders te weinig wind. Er moet cynisme en sarcasme zijn. Kwetsuren.
Meningsverschillen verloederen tot afrekeningen, omwille van openstaande vetes. Soms boven, vaker onder de waterlijn. Er wordt duchtig op elkaar geschoten.
Mediakritiek verloopt doorgaans via de media. Zelden via een boek als dit. Vaker valt de ene editorialist in zijn stukje de andere aan, met een welgemikte petit phrase qui tue. […]
Zelden gaat het erom dat de ander zich alleen maar inhoudelijk vergist. De inhoudelijke discussie verdwijnt onder de schimpscheuten.

In gemoede, lezer, kan zoiets toeval zijn?
.

Labels: , , , , , ,

Read more...

Linkse Ostalgie en Islamofilie

Mark Grammens verdedigt vandaag nog het 'sociaal idealisme' dat bij de kommunistische DDR 'hoog in het vaandel stond', 'al waren vrijheid en democratie daar niet bij'. Hij voorspelt een kans op de beleving van een nieuwe vorm van socialisme. En Paul Goossens windt zich op over de activiteiten rond de heiligverklaring van pater Damiaan, die 'wrikt aan een axioma van de Verlichting, namelijk dat religie in de privésfeer thuis hoort'. Tezelfdertijd hekelt hij de vrijzinnigheid die met grote woorden recentelijk 'de gesluierde moslima's uit de scholen en de islam uit het publieke domein probeerden te weren'. Oude linkse jongens op de dool?

In zijn veertiendaags Journaal van donderdag 22 oktober '09 bespreekt Mark Grammens 'Twintig jaar na de val van de Muur'. Die val en de implosie van het vroegere Oostblok leidde volgens hem 'tot een wedloop naar ongeremde deregulering en ongeremde afschaffing van alle grenzen, met de aktieve steun van een ideologisch gekorumpeerd West-Europees socialisme, dat zijn "Europese roeping" (ter vervanging van het socialisme) betaald zag met Regierungsfähigkeit en bijhorende mandaten'. Maar er komt een moment dat dit niet meer zal pakken, en vooral Duitsland zal opkomen voor een 'eigen Duits buitenlands beleid, zij het door het recht op te eisen voor de beleving van een nieuwe vorm van socialisme'. Het is natuurlijk het goede recht van Mark Grammens te dromen van een 'nieuwe vorm van socialisme'. Als men zijn appreciatie van de DDR in dat artikel leest, en die nieuwe vorm van socialisme zoiets als een heropleving van de DDR zou moeten worden, moet men hopen dat zijn droom nooit ofte nimmer werkelijkheid wordt. Want dat zou ons terugbrengen naar donkere tijden van een dictatuur die zijn eigen volk onderdrukt en desnoods neerknalt.

De passage van Grammens over de DDR:

"De Duitse Demokratische Republiek (DDR) werd, tot ontzetting van velen in het Oosten die aan de Wende hadden meegewerkt, gewoon door de West-Duitse Bondsrepubliek (kanselier Kohl) opgeslorpt. Wat de Oost-Duitsers beschouwden als een revolutie, die zij, naar hun aanvoelen, geheel op eigen kracht hadden doorgevoerd, maakte plaats voor wat niet anders beschreven kan worden dan als een reaktionaire restauratie. Zeer tegen de zin van velen in binnen- en buitenland werd de DDR vernietigd. Men moet daar niet sentimenteel over doen, noch in de ene noch in de andere richting: het is zoals het is gebeurd. De DDR was ongetwijfeld een totalitaire staat, met akelige grens-kontroles, maar de Oost-Duitsers waren wel opgegroeid in een land waar volledige werkgelegenheid heerste, - en dit al twee generaties lang, - waar konkurrentie niet bestond, en waar een aantal idealen hoog in het vaandel stonden, ook al waren vrijheid en demokratie daar niet bij. Dit was de leefwereld van de Oost-Duitser, en daarmee had men wel rekening mogen houden, maar dat is niet gebeurd. De samenleving die in de DDR werd opgebouwd, was er een van sociaal idealisme met verwaarlozing van de politieke voorwaarden waarin een demokratie kan funktioneren. Het is een optie die, afgezien van de repressieve metodes die werden gebruikt om het regime te handhaven, in se niet minder achtenswaardig is dan het tegendeel ervan. Zo ook wordt het blijkens alle peilingen die de laatste twintig jaar werden gehouden, door de gewezen Oost-Duitsers zelf aangevoeld. Zeer velen onder hen (een op vijf wil zelfs de muur terug) lijden aan Ostalgie (nostalgie naar de vroegere DDR), en dromen van bijvoorbeeld de zeer vele crèches die het regime had opgericht, ondermeer in of vlakbij elke belangrijke onderneming, zodat het uit werken gaan van jonge moeders zo goed als geen probleem meer vormde."

Een totalitaire staat

Hoe kan men vandaag, goed bij zinnen, zoiets schrijven? De DDR was dus, ook volgens hem, 'ongetwijfeld een totalitaire staat', maar... dat is van weinig of geen belang, want 'er heerste volledige werkgegelegenheid', en - o zaligheid - 'er bestond geen concurrentie'. Dat er hierdoor vooral lege schappen in de winkels waren, en de nomenclatura zich met Westerse deviezen alles wat in de winkels voor het volk ontbrak kon kopen in speciale winkels (Intershop), dat behoorde 'selbstverständlich' bij 'de leefwereld van de Oost-Duitser'. De DDR was een land opgebouwd uit 'sociaal idealisme', echter wel 'met verwaarlozing van de voorwaarden waarin een democratie kan functioneren'. Volgens Grammens een optie die 'niet minder achtenswaardig is dan het tegendeel ervan', als men natuurlijk even 'de repressieve methodes' buiten beschouwing laat. Geen vrijheid, geen democratie, repressieve methodes, allemaal een 'achtenswaardige optie' in dienst van een 'sociaal idealisme' ? Wat is daar sociaal aan?

Een 'sociaal idealisme', waar het Ministerie voor Staatsveiligheid, de Stasi, oppermachtig was en elke burger tot in zijn bed kon bespionneren? Men schat dat ten tijde van de ineenstorting van de DDR in 1989 de Stasi 91.000 voltijdse medewerkers ('Hauptamtliche Mitarbeiter') had en 300.000 informanten ('Inoffizielle Mitarbeiter'). Dit betekent dat ongeveer 1 op de 50 mensen in de DDR met de Stasi samenwerkte. Vrienden, collega's, partners en zelfs familieleden bespionneerden elkaar en rapporteerden regelmatig aan de Stasi, zoals goed in beeld gebracht in de film 'Das Leben der Anderen'. De Stasi stond boven de wet. Zo kon ze in 1961 en 1962 de kluizen en huurkluisjes van de banken in een actie die "Staatsaktion Licht" werd genoemd leeghalen. Sieraden, kunst, goud, verzamelingen en kunst ter waarde van miljoenen verdwenen in de kas van de Stasi. Controle op de bestemming ontbrak. Dat was dus de praktijk van het 'reëel socialisme', door Grammens 'sociaal idealisme' genoemd. En de Berlijnse muur, onderdeel van de volledig bewaakte grens met prikkeldraad, grachten, hondenpatrouilles, automatische mitraillettes en wachttorens tussen Oost- en West was dan wel officiëel om 'zich te beschermen tegen het antifascisme', in de praktijk wist en weet iedereen dat de enige bedoeling was de eigen bevolking in een nationaal kamp op te sluiten. Dissidenten werden opgepakt en gevangen genomen, om nadien verkocht (!) te worden voor deviezen aan de Bondsrepubliek, waarna die mensen naar West-Duitsland kwamen. Tussen 1964 en 1989 werden in het totaal 33.755 politieke gevangenen verkocht. Aanvankelijk vroeg de DDR daar ca. 40.000 DM 'per stuk' voor, wat later opliep tot 100.000 DM, gemiddeld 90.000 DM over de hele periode. Anderzijds ondersteunde de DDR financieel en logistiek de Rote Armee Fraktion in de Bondsrepubliek, die met aanslagen op prominenten 'een bijdrage wou leveren aan de kommunistische wereldrevolutie', en nam ze er zelfs 10, die besloten de strijd te staken, op in de DDR. Hoe kan men stellen dat het 'sociaal idealisme' een niet minder achtenswaardige optie is, en de repressieve metodes die werden gebruikt om het regime te handhaven even tussen haakjes durft te plaatsen, alsof ze er niet alles mee te maken hebben? De repressieve methodes waren een integrerend bestanddeel van het regime, een absolute voorwaarde om het te handhaven. Heeft men ook Ostalgie hiernaar?

Dit door Grammens geprezen 'sociaal idealisme' was zo groot, dat tijdens het bestaan van de DDR van 1949 tot 9 november 1989 (val van de Muur) ongeveer drie miljoen mensen op de vlucht gingen, op een gemiddelde bevolking van 17 miljoen. Van die drie miljoen verlieten er via de nog open grenzen tussen 1949 en 1961 (bouw van de Berlijnse Muur) zo'n 2,6 miljoen mensen de DDR, inclusief Oost-Berlijn, of toen meer dan 10% van de bevolking. Volgens andere bronnen betrof het zelfs 3,5 miljoen mensen, als men rekent vanaf 1945 tot 1961. Dat 'sociaal idealisme' werd de bevolking met dictatoriale middelen door de keel geduwd. Wat op 16 juni 1953 begon als een protest van Oost-Berlijnse bouwvakkers tegen een opgelegde hogere productiviteit, werd al de dag erna een Volksopstand, een wijdverbreid protest tegen het Oost-Duitse regime op zich, dat met geweld onderdrukt werd door het Rode Leger en de Volkspolizei. Heeft men ook Ostalgie hiernaar?

Economische en ecologische ramp

Vandaag hebben sommige Oost-Duiters dus nog steeds 'Ostalgie' naar de tijd van de vele crèches door het regime opgericht. Die sociale staat 'met volledige tewerkstelling' was echter slechts mogelijk door elke economische en ecologische wetmatigheid aan zijn dictatoriale laarzen te vegen. De DDR leefde zowel in haar defensie-, politie- als cultuuruitgaven ver boven haar stand. De productie van de DDR gebruikte jarenlang te veel grondstoffen omdat deze materialen niet tegen marktprijzen aan de kombinaten werden geleverd. De planeconomie slaagde er ook niet in om de benodigde reserveonderdelen te fabriceren of te distribueren zodat tal van machines, in landbouw en industrie stilstonden. Nagenoeg alle machines waren verouderd, en een kwart stamde nog uit de jaren dertig. Dat had er ook wel mee te maken dat, in tegenstelling tot het 'kapitalistische' Westen, (dat - na aanvankelijk ook industriële installaties af te breken - snel overging tot een andere politiek, en met geld over de brug kwam met het Marshallplan om de West-Europese economie terug op gang te brengen), de kommunistische 'kameraden' uit de Sovjetunie na WO II ongeveer de helft van de economische infrastructuur ontmantelden en grote herstelbetalingen eisten. Reeds in het begin van de jaren '80 moest West-Duitsland de economie van de DDR ondersteunen met een krediet van meer dan een miljard West-Mark. Uit een analyse in opdracht van generaalsecretaris van de SED Egon Krenz voor de politbureauzitting van 30 oktober 1989 ('Analyse der ökonomischen Lage der DDR mit Schlußfolgerungen') bleek de DDR door de enorm hoge staatsschuld zowel in Marken als in deviezen binnen het jaar failliet te zullen gaan. Heeft men ook Ostalgie hiernaar? Er waren dan wel gratis chrèches, maar dat waren een van de vele maatregelen die de ondergang van de DDR veroorzaakten.

Ook ecologisch en op het vlak van gezondheid was het kommer en kwel. In een nieuwe evaluatie die in 2009 werd uitgevoerd, blijkt de ecologische balans van de DDR niet minder dan 'katastrofaal'. Door het gebruik van bruinkool (zonder filters, die men in de 'kapitalistische' industrie wel begon te gebruiken) in industrie en huishoudens had het land de hoogste uitstoot van zwaveldioxide en de hoogste stofuitstoot van alle Europese staten. Door de luchtvervuiling lag het sterftecijfer door bronchitis, longkanker en astma bij mannen meer als dubbel zo hoog als het toenmalig Europees gemiddelde. Het grensgebied van Tsjechië, Polen en de voormalige DDR heeft de twijfelachtige eer één van de meest vervuilde gebieden in Europa te zijn geweest. Een concentratie van industriële activiteiten en de winning en het gebruik van bruinkool had in dit gebied geleid tot een desastreuse luchtkwaliteit, kale bossen, een ernstig aangetaste bodem en grondwater. De 'zwarte driehoek' zoals hij genoemd wordt, was een grensgebied van drie 'volksdemocratische' landen. Heeft men ook Ostalgie hiernaar?

Een failliete staat

In 1988 voerden Polen en Hongarije democratische hervormingen door. De DDR-leiding keurde deze af, evenals Michael Gorbatsjov's perestrojka en glasnost. Op 7 oktober 1989 was Sovjet-president Michael Gorbatsjov te gast in Oost-Berlijn ter gelegenheid van de plechtige viering van het 40-jarig bestaan van de DDR. Tijdens een optocht van de pioniers (communistische jeugd) begonnen enkele jongeren anti-Honecker leuzen te scanderen. Demonstranten riepen luidkeels: "Gorbi, Gorbi". De protesten bereikten die avond een hoogtepunt tijdens de receptie van Gorbatsjov in het Paleis van het Volk. Er waren toen 75.000 demonstranten aanwezig voor dat Paleis. Gorbatsjov maakte de leiding van de DDR duidelijk dat zij moesten hervormen: 'Wie te laat komt, wordt gestraft door het leven'. De SED-leiding begon daarna eindelijk te reageren om de DDR te redden. Op 18 oktober 1989 werd Honecker door de partij afgezet en vervangen door Egon Krenz. De bevolking was het niet eens met deze machtswisseling omdat er in feite niets veranderde. De demonstraties in Leipzig en Oost-Berlijn namen qua omvang toe en het regime kwam zwaar onder druk te staan.

Dat kanselier Kohl zomaar de DDR heeft 'opgeslorpt', doet de geschiedenis onrecht aan. Op 28 november '89 presenteerde Kohl in het Westduits parlement een tienpuntenprogramma voor een confederatie van de DDR met de Bondsrepubliek. Ondertussen waren er de bekende 'Maandagsdemonstraties', vooral in Leipzig. In januari 1990 veranderde de gescandeerde leuze er van "Wir sind das Volk" in "Wir sind ein Volk" en "Deutschland einig Vaterland". Op 18 maart 1990 kozen de bewoners voor het eerst in de geschiedenis van de DDR een parlement volgens democratische regels, waarbij de communisten nog slechts 16% van de stemmen kregen. Van Ostalgie was er dus toen geen sprake. Kohl stapte af van een confederatie, en wou toen zo snel mogelijk een toetreding van de Oost-Duitse deelstaten tot de Bondsrepubliek, want er kwamen in die periode dagelijks duizend Oost-Duitsers naar het Westen. Anders riskeerde een lid van de confederatie een kerkhof te worden, waar behalve steuntrekkers geen kat meer woonde. Werd de DDR zeer tegen de zin van velen in binnen- en buitenland vernietigd? In de praktijk is de DDR helemaal alleen, door zijn veertig jaar gevoerde politiek geïmplodeerd: financieël, economisch, politiek, een wegvluchtende actieve bevolking, de Stasikantoren bestormd door woedende burgers, en ga zo maar door. Wellicht was een tweestatenoplossing, met een echt democratische DDR, een optie geweest, maar die staat was failliet, en wie kon werken, probeerde hem zo snel mogelijk te ontvluchten. Sinds de eenheid is een totaalbedrag van ver over de 1.000 miljard euro in het oosten gestoken. De DDR-bewoners hadden geprofiteerd van de 'weldaden' van het socialistische gratisverhaal, dat alleen mogelijk was door een enorme schuldenberg op te bouwen, waarvoor nu nog steeds moet afbetaald worden, en liet een totaal verouderde industrie achter. Zou het met een tweestatenoplossing anders kunnen verlopen zijn?

De Ostalgie van Grammens

De meeste van die gegevens kan men in de Duitse versie op Wikipedia nalezen. Bedoeling van het overzicht is - naast achtergrondinformatie voor de lezer n.a.v. de twintigste herdenking van het slopen van de muur - het heimwee naar een 'idealistisch socialisme' van Mark Grammens te vergelijken met de geschiedenis van het 'reëel socialisme'. Volgens Grammens zou dat recht om de beleving van een nieuwe vorm van socialisme op te eisen vandaag vooral zeer sterk leven in de ex-DDR, 'hoezeer men dit vroegere Oost-Duitsland ook overstelpt met kredieten, subsidies en een kunstmatige kapitalistisch-konsumentistische levenswijze'. Blijkbaar is de 'kapitalistische levenswijze' hem zo een doorn in het oog, dat hij verlangt naar het heroprijzen van een staats-socialisme. Zoals echter in alle Oostbloklanden is gebleken, kon dat maar bestaan op een Stalinistische wijze. Wie vandaag nog zo een regime verdedigt, is blijven steken in een verblinde aanbidding voor een Stalinistisch staats-socialisme, vereert een dictatoriaal systeem dat elk respect voor de burger ontbreekt. Dat werpt een negatief licht op al zijn andere commentaren in Journaal over de wereldpolitiek. Een 'Journaal' dat vermoedelijk in de DDR niet eens gepubliceerd zou kunnen worden. Heeft Grammens wellicht nog een grote foto van Stalin en/of Mao boven zijn schouw hangen in de woonkamer?

Toemaat

Een andere oudere linkse rakker is blijkbaar op zijn manier de pedalen kwijt: 'Europajournalist' Paul Goossens (*), in zijn veertiendaagse column in De Standaard van 24 oktober '09, 't Verdriet van de seculier'. De activiteiten rond de heiligverklaring van pater Damiaan, o.a. de talrijke aanwezigheid van ministers in Rome, brengen hem tot de droevige conclusie dat het 'doffe tijden zijn voor seculieren'. De Belgische oververtegenwoordiging in Rome was moeilijk te slikken, 'want nogal tegenstrijdig met een van de verworvenheden van de verlichting, de strikte scheiding van kerk en staat.... De stelligheid waarmee Voltaire, Marx, Niezsche, Freud en zoveel anderen de triomf van de ratio en het einde van de godsdienst voorspelden, bleek een grandiose vergissing... De religieuze revival is niet zonder gevaar en het risico van een destructieve contrareformatie is reëel. Het wordt bijgevolg zoeken naar aangepaste remedies en een postmodern seculier project. Een herijking van het Verlichtingsdenken.'

Men zou dan denken dat hij tevreden is met het bannen van religieuze symbolen, bijvoorbeeld in het onderwijs? Neen. Vreemd genoeg leest men in zijn stuk: 'Alsof een Belg voor transcendentaal goud ging, zo groot was de gretigheid van de pers voor het kardinale woord. Voor de vrijzinnigheid, ongeacht de obediëntie, was het balen. Dat was het des te meer, omdat zij recentelijk met verheven en verlichte begrippen, grote en soms grove woorden de gesluierde moslima's uit de scholen en de islam uit het publieke domein probeerden te weren'. Krijg daar maar een kop aan. Leve de Verlichting, maar ook: leve de hoofddoekmeisjes. Hij blijft wel consequent in zijn verdediging van een bepaalde islamstrekking, want in een eerder opiniestuk had hij al directrice Heremans er voor verantwoordelijk gemaakt wanneer de hoofddoekmeisjes geen diploma zouden krijgen. Ten minste twee oude linkse rakkers zijn dus blijkbaar wat op de dool. De ene heeft Ostalgie naar dictaturen, als ze maar links zijn, de andere wil de Verlichting herijken, maar heeft toch een zekere islamofilie. Rare jongens, die twee linksen. Men kan ze bij een andere linkse knaap bijzetten, Bart Eeckhout, chef politiek van De Morgen, die stelde dat enigszins kapitaalkrachtige gezinnen die in Molenbeek neerstrijken op zoek naar een betaalbare woning er vaak even snel weer weg lopen, waarbij ze heus niet op de vlucht slaan voor jeugdbendes maar des te meer voor de tergend banale overlast van kapotte stoeptegels. (DM 01.10.09). Dat zou in de DDR waarschijnlijk niet waar zijn?

(*) P.S. aan Paul Goossens. Natuurlijk moeten kerk en staat gescheiden blijven. Maar Damiaan werd toch door de Vlaamse TV-kijker uitgeroepen tot 'de grootste Belg'? In uw lange journalistieke carrière moet u zeker vastgesteld hebben dat politici er graag bij zijn, van welke obediëntie ze ook zijn, als een bekende in de bloemetjes wordt gezet? Dat gebeurt toch ook in de sport. Zo zwaar moet u dus aan die 'oververtegenwoordiging' niet tillen, en toch zeker al niet dat ze de verworvenheden van de verlichting op de helling zet. Terwijl ik u schrijf valt mij een vraag te binnen: kan u mij in de islam een tegenhanger van Jozef De Veuster geven? Als die er is, zullen er zeker niet alleen veel PS- en CdH-politici op een huldiging van die onbaatzuchtige islamheld aanwezig zijn.

P.S. aan Mark Grammens. De Jongerenafdelingen van CDU/CSU van Berlijn, Brandenburg, Hessen (ex-DDR) en Oldenburg zeggen 'Ostalgie, Nein Danke.

Die DDR wird in vielen Abendshows, Zeitschriften und Magazinen "gefeiert". Ob Tempo-Bohnen, Club Cola, Trabbi oder Spreewald-Gurken. Man bekommt den Eindruck vermittelt, im real existierenden Sozialismus sei das ja alles nicht so schlimm gewesen.

Die historische Wirklichkeit und die verharmlosende Darstellung in vielen Medien haben jedoch nichts gemeinsam!

Was ist mit den Verbrechen am Menschen?
Kein Wort über die nicht vorhandene Pressefreiheit!
Die sozialistische Planwirtschaft und der Mangel an Wohlstand werden verschwiegen.
Schweigen über die vielen Mauertoten und die über 200.000 politischen Gefangenen!

DAS IST DIE DDR GEWESEN!!!! Gott sei gedankt, dass dieses Regime gestürzt wurde und alle Deutschen nun in Frieden und Freiheit sind!
Read more...

29 oktober 2009

Professor Paul De Grauwe tackelt een stroman (Tuur Demeester)

In zijn bijdrage van 24 oktober in De Morgen, getiteld "Tachtig jaar na de crash van 1929", schrijft professor de Grauwe dit: "In de jaren dertig liepen nogal wat economen rond die geïnspireerd waren door een sociaal darwinisme dat ervan uitging dat een economische recessie goed was omdat die het systeem "uitzuiverde" van de zwakken en van diegenen die grote fouten hadden begaan. Na de recessie zou de economie sterkers zijn, omdat alleen de fitste lui overleefden. De overheid moest dus zeker niet proberen de recessie tegen te gaan. Op lange termijn leidt zo'n politiek enkel tot zwakke economische structuren. Er lopen nog enkele economen rond die in dit verhaal geloven. Gelukkig vormen ze een uitzondering."

Het is niet met zekerheid te zeggen, maar het lijkt er sterk op dat de Grauwe hier verwijst naar de theorie van de Oostenrijkse School, waar hij kortgeleden in een commentaarstuk door Simon van Wambeke nog eens op gewezen werd. Maar klopt het wel het dat de reden waarom Oostenrijkse economen de crisis noodzakelijk en "zuiverend" noemen is omdat de zwakken en diegenen die grote fouten hebben gemaakt erdoor worden geliquideerd? Laat ons even naar de bron kijken. Dit is wat Murray Rothbard schrijft in een van de meest bekende beschrijvingen van de "Austrian Business Cycle Theory": "The "boom" (...) is actually a period of wasteful misinvestment. It is the time when errors are made, due to bank credit's tampering with the free market.

Met andere woorden, het krediet dat private en centrale banken uit het niets creëren zorgt ervoor dat ondernemers foute investeringsbeslissingen maken maken, beslissingen die niet zijn afgestemd op wat mogelijk en wenselijk is met het beschikbare kapitaal. Rothbard vervolgt verderop in zijn betoog: "The crisis signals the end of this inflationary distortion (...) The "depression" is actually the process by which the economy adjusts to the wastes and errors of the boom, and reestablishes efficient service of consumer desires." Tijdens de crisis wordt de door de inflatie en fractioneel reservebankieren veroorzaakte misleiding duidelijk. Mensen beseffen dat er veel minder kapitaal beschikbaar is dan ze daarvoor dachten, en gaan daardoor anders consumeren en investeren.

De "economische crisis" is dan de periode waarin de economische productiestructuur zich heraanpast aan de noden en wensen van de consumenten. Zo moeten we ook Rothbards conclusie begrijpen: "In short, and this is a highly important point to grasp, the depression is the "recovery" process, and the end of the depression heralds the return to normal, and to optimum efficiency. The depression, then, far from being an evil scourge, is the necessary and beneficial return of the economy to normal after the distortions imposed by the boom. The boom, then, requires a "bust"."

Het "uitzuiveren" slaat dus niet het uitschakelen van personen, maar wel op het rechtzetten van foute beslissingen. En dit gebeurt niet door een strijd van de sterkeren tegen de zwakkeren, maar wel in de vredevolle omgeving van de marktplaats, waar de consumenten tijdens het depressiestadium door hun koopgedrag bepalen welke bedrijven het beschikbare kapitaal op een "goede" manier gebruiken, en welke op een minder goede manier. In crisistijd gaan mensen bijvoorbeeld meer naar de Colruyt en kopen ze minder Mercedessen — en dat vertaalt zich in een heraanpassingsproces waarbij sommige bedrijven beloond worden en andere moeten besparen of, hoe jammer het ook is, failliet gaan.

Kortom, het sociaal darwinisme waar Paul de Grauwe naar verwijst blijkt niet aanwezig te zijn in de Oostenrijkse theorie. Wat "Oostenrijkers" betogen is dat, willen we niet in een permanente economische crisis en een situatie van hyperinflatie belanden, de heraanpassing van de economische productiestructuur noodzakelijk, wenselijk, en daarom "goed" is. Meer nog, een kwade pen zou de tafels kunnen omkeren en Professor de Grauwe zèlf van sociaal darwinisme kunnen beschuldigen: hij is het immers die een politiek verdedigt van het in het zadel houden van de "sterksten", in casu de onstabiele bankkartels en centrale banken.

Het zijn immers zij die met hun artificieel lage rentes de ondernemers en consumenten al jaren tot verkeerde investeringen aanzet en door hun destructieve inflatiepolitiek voor aanzienlijke inkomensherverdelingen zorgen, weg van de spaarders en de verdieners van vaste lonen, naar speculeerders, grote bedrijven, en uiteraard ook de overheid. Maar in plaats van elkaar van kwade bedoelingen te beschuldigen (overigens lijkt ons de stelling dat De Grauwe een sociaal darwinist is erg betwijfelbaar) is het wellicht constructiever het over de argumenten ter zake te blijven hebben.


Overgenomen van de weblog van het Murray Rothbard Instituut:
http://rothbard.be/blog/230-paul-de-grauwe-tackelt-een-stroman

Read more...

Opgepast! Zet beter wat centen opzij, de Europese belastingen zijn in aantocht... (Paul Vreymans)

Uit een uitgelekt document van de Europese Commissie blijkt dat Brussel werk wil maken van een directe Europese belastingen, aldus het dagelijkse persoverzicht van de Europese denktank "Open Europe" gisteren. Brussel wil zo de bevoegdheid verwerven om direct in de zakken van de Europese belastingbetalers te kunnen zitten in plaats van het huidige model waarin nationale bijdragen zijn gebaseerd op het bruto nationaal inkomen (BNI). Het document suggereert dat de EU-begroting moet worden gespijsd met heffingen op telefoon-gesprekken, vluchten, financiële transacties of koolstof-uitstoot.

http://followthemoney.eu/docs/budget-leak.pdf
Het gelekte document van de Europese Commissie.
http://www.openeurope.org.uk/media-centre/summary.aspx?id=961
Het persoverzicht van de denktank "Open Europe".

Read more...

27 oktober 2009

Walgelijk anti-semitisme/anti-zionisme in Turkije (Vincent De Roeck)



De relatie tussen Israël en Turkije wordt steeds slechter, tenminste als we Elsevier-commentator Robin van der Kloor mogen geloven. Pas als Israël een "einde maakt aan de menselijke tragedie in de Gazastrook", zou verbetering mogelijk zijn. De Turkse minister van Buitenlandse Zaken Ahmet Davutoglu eiste vorige week "veranderingen van Israël". Onduidelijkheid troef als u het mij vraagt, maar de weinig verhullende AKP-propaganda tegen Israël laat geen twijfel bestaan over de vooroordelen van Davutoglu. Hij wil dat Israël "pogingen hervat om vrede te bewerkstelligen in het Midden-Oosten".

Niets mis mee zou u zeggen? Israël wordt door moslimlanden, al dan niet in conclaaf in de VN, beschuldigd van "onnodig veel burgerdoden" gemaakt te hebben in het laatste Gazadefensief. Volgens Davutoglu hebben die Israëlische aanvallen "de kansen op vrede gedood". Deze week werden de spanningen nog meer op scherp gezet door een propagandistisch tv-programma van de Turkse STAATS-omroep. U kunt daarvan hierboven een clipje zien waarin een Israëlische soldaat zomaar een Palestijnse baby doodschiet. Turkije, een kandidaat-lidstaat van de EU, toont met dit programma andermaal haar ware gelaat, dat van anti-zionistisch en anti-semitisch land. Zum kotsen.

Read more...

26 oktober 2009

Hoofddoek en keppeltje: geen godsdienstige verplichting

Het dragen van keppeltjes of hoofddoeken is geen verplichting om een goede jood of een goede moslim te zijn. Waar zijn we dus mee bezig? Kan men die attributen niet uit zichzelf thuis laten, in plaats van te eisen altijd en overal een levend reclamebord voor een bepaalde interpretatie van zijn godsdienst te kunnen zijn? In het maandblad 'Joods Actueel' van donderdag 22 oktober '09 komt hoofdredacteur Michael Freilich terug op de hoofddoek, in een artikel met de titel 'Het verschil tussen keppeltje, hoofddoek en pruik'.

"Het dragen van een keppeltje is geen religieus gebod uit de Thora. Deze hoofdbedekking werd ingevoerd ten tijde van de Talmoed (*), die haar beschrijft als ‘een scheiding tussen hemel en aarde’. Het keppeltje is dus een erkenning van de aanwezigheid van het Opperwezen boven ons, boven ons hoofd. Omdat het echter geen halachische verplichting is (joodse wetgeving) werd het keppeltje jarenlang enkel in de privésfeer gedragen, thuis en in de synagoge. Op het werk en in andere publieke ruimten werd dat zo typische joodse minihoedje steeds netjes in de binnenzak opgeborgen. Het is pas sinds de jaren ‘60, in een veranderende en meer open maatschappij, dat het keppeltje ook buiten de huiselijke levenssfeer werd gedragen. Maar ook vandaag nog zijn er veel mannen die thuis wel maar op het werk niet hun keppeltje opzetten. En dat met goedkeuring van de rabbijn!"

Dat is dan al duidelijk: het keppeltje is geen religieuze verplichting.

Hoe zit het dan met de zogenaamde 'islamitische hoofddoek'?

Volgens de fervente verdediger van de Palestijnen en Midden-Oostenspecialist Lucas Catherine staat er in de Koran geen enkel gebod om een sluier te dragen. Dat schreef hij in een artikel in januari 2003, te lezen op de website van 'de democratische school': 'Lucas Catherine over de hoofddoek' :

"De term die men nu het vaakst hoort is hijab, en dat vinden we in de koran terug in Soera 33: 'En als gij de vrouwen van de profeet iets vraagt, vraag het dan vanachter het gordijn (hijab), dat is reiner voor uw hart en haar hart.' Je kan hier hijab moeilijk anders dan met gordijn vertalen want in tegenstelling tot de twee eerste voorbeelden staat bij het woord geen bezittelijk partikel, dus gaat het niet om iets wat de vrouwen toebehoort. Gordijn is logisch, want de term gebruikt men nu nog voor een onderdeel van een bedoeïenentent. Het voorste deel van de tent, waar gasten in komen, is met een hijab afgesloten van de rest van de tent, waar de vrouwen verblijven. In de koran gaat het dus niet om een sluier, want dat is een lapje stof dat voor het gelaat wordt gedragen." En verder: "Tijdens de klassieke islam, bijvoorbeeld in Andaloesië, schonk de religieuze autoriteit niet echt veel aandacht aan specifieke kledingsvoorschriften voor vrouwen. Averroës/Ibn Rushd was niet alleen de grootste Arabische filosoof, hij was ook Opperrechter over Andaloesië en Marokko. In deze laatste functie schreef hij een handboek voor rechters (Bidayat al Mujtahid). Mijn Engelse vertaling telt 1200 pagina’s en er staat niet één paragraaf in over de kledij van de vrouw."

Dat is dan ook duidelijk: de hoofddoek is evenmin een religieuze verplichting.

Symbool van een misogyne visie

Maar van waar komt het dan? Uitleg van Lucas Catherine : "Er is voor het eerst sprake van kledijvoorschriften voor de vrouw bij een vijftiendeeuwse puritein Ibn Taymiya. Hij was zeer conservatief en werd omwille van zijn reactionaire ideeën uit zijn geboortestreek Syrië verbannen. Daarna trok hij naar Egypte, maar daar vloog hij dan weer in de gevangenis omdat hij de orde verstoorde door het verkondigen van een te rigide islam. De huidige fundamentalisten hebben hem dan ook met reden tot voorloper gebombardeerd. Hij verhief de hoofddoek en de sluier tot symbool voor de kuisheid van de vrouw in zijn boek Hijab al mara’a wa libasuha fi al salat (De hoofddoek van de Vrouw en de manier waarop ze tijdens het gebed gekleed moet zijn). Vijftig pagina’s lang dramt deze vijftiende-eeuwse puritein erover door. Van een vrouw mag volgens hem niets zichtbaar zijn: het gelaat niet, het haar niet, de ogen niet. Vrouwen mogen elkaar tijdens het baden niet naakt zien en een moslimse mag niet met een ongelovige vrouw naar het badhuis gaan. De hijab werd het symbool voor een bepaalde manier om de islam te interpreteren: preuts, puriteins, hard, maar ook onzeker."

En voor wie dit nog niet voldoende duidelijk is, het vervolg bij Lucas Catherine: "De eerste feministen in de Arabische wereld waren dan ook tegen niqab, hijab of hoe het ding ook mocht heten. Dat begon in Egypte, en het ging nog niet om de hoofddoek, maar om de gezichtssluier... Faris Shidjaq stelt al in 1855 dat er geen heropleving (nahda) van de Arabische cultuur mogelijk is zonder de bevrijding van de vrouw en het afleggen van de sluier. Ook Qassim Amin, die in 1899 het eerste ’feministische’ boek in het Arabisch schreef, Tahrir al Mara’a (De Bevrijding van de Vrouw) is tegen het dragen van de sluier en eist van vrouw en dochters dat ze ongesluierd de straat opgaan. In 1916 wordt in Egypte een vrouwenblad gesticht dat Al Sufur (De Ontsluiering) heet. De redactie bestaat nu wel uit vrouwen. In een beginselverklaring stelt de redactie dat de strijd op twee fronten moet worden gevoerd: de vrouwen moeten hun sluier afleggen, maar de mannen moeten ook de mentale sluier, waardoor ze naar de vrouw kijken afleggen en haar met andere ogen gaan bekijken. Dat het om een symbolische strijd ging wordt duidelijk als men weet dat Al Sufur in 1919 schrijft dat 84% van de Egyptische vrouwen ongesluierd lopen."

Geen goddelijke verplichting

Enkele uitspraken van de betogende moslima's voor het Antwerps atheneum deze zomer, volgens de kranten:
'Blijven volhouden, zusters. We doen dit voor Allah', 'Mijn hoofddoek is geen stukje stof dat je zomaar kunt wegnemen. Hij is een goddelijke verplichting', 'Een hoofddoek is een deel van onze identiteit en een goddelijke verplichting. Raak je daaraan, dan raak je onze ziel.'
Nog enkele reacties op de website van De Standaard n.a.v. het hoofddoekenverbod in Antwerpen: Siham Ettahiri: Want dan worden de vrijwillige hoofddoekdragende weer onderdrukt door de rechtsstaat - samiha atauil: ik ben moslima ik accepteer wat er in de koran staat en niemand kan mijn gedachten veranderen - Salaheddine Salaheddine: Een man die zijn vrouw niet toestaat de hijab te dragen, heeft niet veel van de Islam begrepen.

Ze dwalen, gezien er is geen enkele 'goddelijke verplichting' bestaat in de Koran, evenmin als in de Thora. In de Koran is de hijab een gordijn. Of moeten de moslima's dan wellicht met een gordijn rondlopen? Wat we bij moslima's en hun betogende moeders vandaag de dag zien is echter zelfs geen hijab meer, maar een khimar, een capevormige doek, die een heel stuk langer is dan een hoofddoek, waardoor ook nek en schouders worden bedekt, maar het gezicht wel (voorlopig?) vrij blijft, samen gedragen met een lang vormeloos eenkleurig kleed. Moesten ze nu al eens beginnen zich wat minder 'exotisch' als woestijnbewoners en zich meer zoals 'lokaal' gebruikelijk is te kleden, zou dat al niet helpen veel weerstand uit de weg te ruimen? Voorstanders van het overal en altijd mogen dragen van een hoofddoek komen dikwijls aandraven met het argument dat oma's hier ook lang een 'fichu' of een 'foulard' droegen. Alleen gingen ze er niet voor op straat, waren ze niet aggressief om te eisen die altijd en overal te mogen dragen. En toen pastoors en nonnen hier begrepen dat hun rokken en kappen geen goddelijke verplichting was, maar ze waren blijven stilstaan bij kledij die gangbaar was in de 17de of 18e eeuw, was de omslag snel gemaakt.

Het is dus niet nodig een hoofddoek (hijab), laat staan een khimar, te dragen om een 'echte' moslim te zijn. Koning Hassan II van Marokko zegde al twintig jaar geleden dat de hoofddoek geen verplichting is volgens de Koran, dat de wetten van het gastland gelden voor de jonge moslims en hun families, en school lopen belangrijker is dan een hoofddoek dragen. Vandaag zegt de Marokkaanse ambassadeur in België hetzelfde in Le Vif/L'Express van vrijdag 25 september '09. Edouard Delruelle, de Franstalige (adjunct)directeur van het CGKR, in La Libre Belgique (21.09.09): "Het dragen van een hoofddoek is trouwens geen religieus voorschrift." Een hoofddoeken- of keppelverbod op specifieke plaatsen kan geen schending zijn van de 'vrijheid van godsdienst', gezien noch de joodse noch de islamitische godsdienst dit opleggen.

Moet daar nog een tekeningetje bij gemaakt worden? Er bestaat gewoon geen 'islamitische kledij' die zich op de Koran kan beroepen. Waarom blijven sommigen dan doordrammen en eisen toch altijd en overal een hijab te mogen dragen? Kunnen in deze de moslims en moslima's de strijdbijl niet begraven? Het zou een mooi teken zijn dat ze geen fundamentalisten zijn, en een geste willen doen om te tonen dat ze wel degelijk hier thuis willen zijn, en niet naar een islamitische staat streven. Wat zegt directrice Karin Heremans: "De hoofddoek is steeds meer een politiek symbool geworden, en niet religieus. Het is steeds meer de uiting van een groep mensen die zich afzetten tegen de rest van de samenleving." (DS 5.09.09).

Vrouwonvriendelijke praktijken

Terug naar hoofdredacteur Michael Freilich:
"Maar nu naar de kern van de zaak. In dit debat dient men niemand iets wijs te maken, de recente vragen om religieuze symbolen te weren in onze maatschappij, eerst bij de overheiddiensten, dan bij de rechtbanken, nu op scholen, en straks misschien op elke publieke locatie, hebben niets te maken met het neutraliteitsprincipe of een plotse afkeer van religieuze symbolen. Neen, het draait allemaal om de discriminatie van de vrouw in de islam. Toen Patrick Dewael, in navolging van een rits lekenmaatregelen in Frankrijk bij ons het debat aanzwengelde in 2001 (hij was toen minister van Binnenlandse Zaken), was er maar één aanklacht in zijn discours en die betrof de schrijnende taferelen van onderdrukte moslima’s die verbaal of zelfs fysiek aangevallen werden omdat ze zich niet plooiden naar de wens van islamitische mannen. “Vrouwen als lustobjecten en meisjes die op steeds jongere leeftijd gedwongen worden een hoofddoek te dragen”, dáár draait het debat om. Wat men nu doet, door alle religieuze uitingen te verbannen, is het kind met het badwater weggooien. Dat is trouwens ook ongrondwettelijk en druist in tegen één van onze basiswaarden, te weten de vrijheid van religie. Noem een kat een kat, zeg ik dan, zeg ‘ja’ tegen religieuze symbolen in het openbaar – er is heus niets mis met een kerststal op de Meir – en zeg tegelijkertijd krachtig ‘neen’ tegen middeleeuwse, discriminerende en vrouwonvriendelijke praktijken."

Ongrondwettelijk, want tegen de vrijheid van religie? Mijnheer Freilich, niet overdrijven.. De politie kan een parcours opleggen aan een katholieke processie. Is zoiets ook tegen de vrijheid van religie? Gezien hoofddoeken of keppeltjes geen noodzakelijk religieus attribuut zijn, hoeft het dragen dus niet verboden te worden omdat het een religieus teken is, maar kan het gewoon verboden worden zoals alle andere, ook 'ludieke' hoofddeksels: piratenpetjes, vergieten, lampenkappen en trechters. Waarom moet men zoiets eigenlijk verbieden? Kan men die attributen niet uit zichzelf thuis laten, in plaats van een levend reclamebord voor een bepaalde interpretatie van zijn godsdienst te willen zijn? Dan zou er geen enkel probleem ontstaan zijn.

Respect waarvoor?

Dat zou pas getuigen van 'sociale cohesie, ondanks de religieuze verschillen', waar Patrick Loobuyck en een hele sliert ondertekenaars voor pleitten in hun opiniestuk in De Standaard van 26 september 'Het respect moet terugkeren'. Het opiniestuk begint met de woorden: 'Met groeiende bezorgdheid hebben wij....'. Loobuyck is niet alleen doctor in de moraalfilosofie (2004), maar studeerde eerst godsdienstwetenschappen (1992-96) aan de KULeuven. Het vermoeden kan dus terecht zijn dat hij hiermee alludeert op de beginwoorden van een encycliek van paus Pius XI van 1937. Dit is een van de weinige encyclieken ooit die niet in het Latijn zijn geschreven, maar uitsluitend in het Duits, om aan alle Duitse bisschoppen bezorgd te worden. De Duitse titel, tevens de aanvangswoorden: 'Mit brennender Sorge..' Daarin wordt het nationaal-socialisme en racisme veroordeeld. Een subliminale boodschap van Loobuyck om wie het niet met hem eens is in die stromingen te stoppen? Daarom wellicht ook wordt op het einde van de 'encycliek' van Loobuyck het hoofddoekenverbod een 'ontsporing' genoemd.

Loobuyck vindt dat we "nood hebben aan politieke verantwoordelijken die duidelijk het signaal geven dat de medeburgers met een moslimachtergrond er voor eens en voor altijd bijhoren". Is de eis om altijd en overal een hoofddoek te mogen dragen niet eerder 'een ontsporing'? En kunnen medeburgers met een moslimachtergrond niet het duidelijk signaal geven dat ze er voor eens en voor altijd bijhoren, door die doek thuis te laten? Of is die sluier dan toch iets anders dan een - ik herhaal het nog eens voor u: een niet door de Koran opgelegd - 'religieus teken', mijnheer Loobuyck? Een uitdrukking van, zoals u ze noemt, "gevaarlijke tendensen binnen de islam, die niet mogen verzwegen worden". Tendensen die juist niet willen aanvaarden wat u noemt "een aantal verworvenheden waarop niet kan worden toegegeven"? Als daar zijn, de door u opgesomde verworvenheden: "de mensenrechten (ook de godsdienstvrijheid, die de vrijheid inhoudt om die in het openbaar te beleven, om géén godsdienst te hebben of om van levensbeschouwing te veranderen); de vrijheid van meningsuiting en de gelijkheid tussen man en vrouw, (hetero en homo); de autonomie van de wetenschap (geen creationisme in de biologieles); de autonomie van de democratische rechtsstaat." Gevaarlijke achterliggende tendensen die juist leiden tot de ook door u erkende "veelgenoemde en niet goed te keuren sociale druk om een hoofddoek te dragen"?


(*) De Talmoed is na de Tenach (Wet of Thora, plus Profeten en Geschriften) het belangrijkste boek binnen het jodendom. Het bevat de commentaren van belangrijke rabbijnen en andere schriftgeleerden op de Tenach, veelal in de vorm van discussies tussen voor- en tegenstanders van een bepaald standpunt. De Talmoed heeft zowel een wetgevend als een verhalend karakter en beslaat alle facetten van het menselijk leven. De tekst van dit omvangrijke werk heeft zich tussen ca. 200 en ca. 500 ontwikkeld in de joodse leerscholen in Babylonië en Palestina, vandaar dat er zowel een Talmoed Bawli (uit Babylonië) als een Talmoed Jeroesjalmi (uit Palestina) is.
Read more...

23 oktober 2009

Is Lisbon in the interest of the Czech Republic? (Pieter Cleppe)

European Commission President José Manuel Barroso said that “it is not in the Czech Republic 's interest to keep postponing the completion of the ratification of the Lisbon treaty”. It’s not clear whether this remark by the top Commission official was meant as a threat or a claim, but it is worth looking into what the Lisbon Treaty would actually mean for the Czech Republic. The Lisbon Treaty means a critical transfer of power to the European Union. It will make it easier to pass laws in Brussels rather than in national parliaments like the Parliament of the Czech Republic.

Firstly, it abolishes over 60 national vetoes - a country's right to say no. The Czech Republic will give up its right to veto new EU laws on everything from what rights criminal suspects should have to aspects of foreign policy. If you don’t like what is proposed then that’s too bad, because the Czech government won’t able to say veto EU laws it dislikes. At the same time a new voting system also lowers the threshold for passing laws in the areas where majority votes are taken. The new version of the Qualified Majority Voting (QMV) system is complicated - but one of its main features is to sharply downgrade the influence of small member states.

According to a study by academics at the London School of Economics, the power of the Czech Republic to block laws it dislikes will be cut by a massive 51% under the Lisbon Treaty, compared with less than 2% for Germany. This means it will be much more difficult for the Czech Republic to steer new EU rules in the right direction. These changes to the voting system inevitably mean we will find that the EU will produce more laws than ever before. Open Europe has found that the annual cost to Europe of EU regulation has soared over the last five years by more than 50% from €108bn to over €161bn – and with Lisbon this is set to rise even higher.

Moreover, the study also found that 62 percent of the cost of regulations in the Czech Republic is already coming from the EU, where it is more difficult to exercise democratic control of laws than it is at the national level. Under Lisbon this will only get worse. If we are going to compete with America and China the last thing European business needs is to make it easier for unaccountable EU institutions to churn out even more red tape. But this isn’t just about business. If the Lisbon Treaty came into force, it would greatly expand the EU's control over important areas of public policy. For the first time the EU would begin to make important decisions over issues such as healthcare, transport and sport.

It would also give the EU huge new powers over extremely sensitive issues such as decisions on criminal justice. Under the Treaty the European Court of Justice would effectively become the Czech Republic's highest criminal court. Unelected EU judges would increasingly begin to determine Czech criminal law, for example, rather than the Czech courts and Czech voters. It has been said by EU leaders that this will be the last big EU Treaty for a long time. Indeed it is, but not because the appetite to constantly transfer power to the EU will disappear. It’s because the Lisbon Treaty introduces a system to make the Treaty self-amending, meaning EU leaders can change the treaties incrementally, without the need to go back to their electorates or national Parliaments.

It is a common myth that the Lisbon Treaty brings greater powers for national parliaments. In fact, the combination of the loss of policymaking powers to the EU level, the loss of the national veto brought by the increase in the use of majority voting, and new arrangements for amending the treaties means that national parliaments will have less influence on policymaking than ever before. As the German Constitutional Court recently pointed out: “The status of national parliaments is considerably curtailed by the reduction of decisions requiring unanimity and the supranationalisation of police and judicial cooperation in criminal matters.”

Under the Treaty the Charter of Fundamental Rights becomes legally-binding for the first time. It is likely to affect national law and give the European Court of Justice substantial new powers. The European Commission has confirmed that the Treaty of Lisbon introduces new rights. How the ECJ will use these powers is difficult to predict, so President Klaus is right to ask for stricter legal guarantees. And it would be no bad thing if this delays the Treaty for a few months. Having bullied the Irish people in voting a second time on the Treaty, when they had already rejected it, EU leaders are desperate to pass this Treaty and will stop at nothing to cajole the Czech President into signing it. We must resist this anti-democratic trend.

Polls show that a majority of people all around the EU wanted a say on any Treaty handing new powers to the EU, including 82% of Czech voters, but they were ignored. In the UK, the public is crying out for a vote, and the Conservative Party, which looks likely to win the next election in a few months’ time, has promised to give them a say if the Treaty is still not in force by then. Everything depends on what President Klaus decides to do next. It is only by resisting the entrenched forces prevalent in the EU institutions and in EU capitals that we can hope to stop this undemocratic Treaty once and for all and force Europe to change for the better.


Pieter Cleppe in de Tsjechische krant "ZPray iDnes" vorige week.

Read more...

De terugkeer van het utopisch socialisme
(Martin De Vlieghere & Paul Vreymans)

Niet het kapitalisch systeem is oorzaak van de crisis maar ons monetair stelsel. Jeffrey Sachs is topeconoom bij de VN en auteur van o.m. de bestseller "Common Wealth" en het controversiële essay "The Case for Bigger Government" in Time Magazine. In een interview in "De Tijd" wijt hij de financiële crisis aan het ongebreideld Amerikaans marktkapitalisme. Hij pleit voor het Zweeds sociaal model als alternatief. Zijn pleidooi is ideologisch en ontluisterend voor de overheersende utopisch socialistische strekking binnen de VN.

Feit is dat het Zweeds sociaal model dat Sachs zo enthousiast promoot niet alleen het grootste overheidsbeslag heeft van de Westerse Wereld, maar ook de zwakste economische prestaties levert van de OESO. In 1970 was Zweden nog de vierde welvarendste natie ter wereld. Dertig jaar later was Zweden teruggevallen tot rang 17 met alle sociale gevolgen van dien. En dat terwijl de VS zich steevast wist te handhaven tussen rang twee en drie. Veel sociaal-economische wijsheid valt er in het Zweeds sociaal Model dus niet rapen.


http://workforall.net/English/Irish_succes_story.gif

Sachs schrijft ook de financiële crisis toe aan het “ongebreideld kapitalisme”. De realiteit is dat we Westerse economieën met een overheidsbeslag tussen 40% en 55% bezwaarlijk nog kapitalistisch kunnen noemen. Maar er is niet alleen de buitensporige belastingsdruk. Ook in het westen wordt de vrije marktwerking steeds vaker verstoord door overheidsingrepen; licenties en staatsmonopolies, exploitatievergunningen, bouw- en lokalisatievoorschriften, corporatistische vergunningsstelsels, quota, prijs en kwaliteitsvoorschriften enz.... Ondernemers krijgen jaarlijks tienduizenden pagina’s nieuwe regels en wetten over zich heen, veelal gesteld in een advocatenbargoens dat de rechtszekerheid van de vrije markt compleet ondergraaft. Buitensporig dirigisme heeft ondernemen herschapen in een gokspel over de volgende politieke gril en over rechterlijke interpretaties van het juridisch jargon. De buitensporige belastingsdruk werkt zo demotiverend en het dirigisme veroorzaken dusdanige scheeftrekkingen dat een crisis niet kon uitblijven.

Monetaire Politiek

Sachs zwijgt ook over de rol van het monetair beleid in de huidige crisis. Nochtans is het de buitensporige geldschepping die de koopkracht van ons geld heeft ondermijnd. De monetaire politiek heeft onze waardemeter en ons ruil- en spaarmiddel grondig vervalst met fatale marktverstoring gevolg. Jaren van artificieel lage rente zijn directe oorzaak van onze veel te lage spaarquote en de buitensporige schuldgraad van Amerikaanse consumenten en Europese Overheden. Niet het kapitalistisch systeem maar goedkoop krediet is schuld aan de aan de overconsumptie, de beurs- en immobubbles en de onevenwichtige Amerikaanse handelsbalans. Lage rente was de fundamentele oorzaak en de concrete aanleiding tot de crisis.

Dat rentemanipulatie massale scheeftrekkingen veroorzaakt komt omdat rente de cruciale factor is in alle bestedings- en investeringsbeslissingen. Niet alleen in de keuze tussen sparen en consumeren, maar ook in de keuze tussen kapitaalintensieve en arbeidsintensieve productieprocessen. Te lage rente leidt al jaren tot buitensporige investeringen in futuristische automatisering en onzinnige uitstoot van laag gekwalificeerde arbeid uit de productieprocessen. Die massale werkeloosheid bij laaggeschoolden keldert de globale productiviteit en is oorzaak van de aanslepende stagflatie en onze zeer suboptimale welvaart.

Veel te lage rente heeft ook geleid tot extreme hefboomratio’s en onderkapitalisatie van banken, maar vooral ook tot het zware competitief nadeel van arbeidsintensieve KMO’s ten voordele van de grootindustrie. Systeembedreigende concentratie en monopolievorming zijn het gevolg. Grootindustriële overproductie en massale tekorten aan zorg- en dienstverleners zijn de concrete symptomen.

Nieuw Monetair stelsel

Technologische en commerciële vooruitgang zorgen jaarlijks voor gemiddelde productiviteitswinsten van 2 à 3%. Prijzen zouden daarom jaarlijks met 2 à 3% moeten dalen en niet omgekeerd zoals we dit sinds mensenheugenis meemaken. De positieve inflatiedoelstelling die centrale banken werldwijd hanteren roomt systematisch de profijten van de vooruitgang af ten gunste van bankiers, en ontfutselt Jan Modaal jaarlijks 4 à 6% van zijn toegevoegde waarde. Die inflatie leidt tot zware scheeftrekkingen. Het is puur bedrog omdat de collectieve verworvenheid van vooruitgang aan de gehele samenleving hoort, en in de eerste plaats wie er hardst aan meewerkt. De inflatie vreet bovendien ook nog eens de spaarreserve aan die Jan Modaal tijdens zijn loopbaan aanlegt tot de reële koopkracht ervan nog amper één derde bedraagt als hij zijn pensioenleeftijd bereikt.

We hebben helemaal géén Zweeds Sociaal model nodig zoals Sachs beweert, maar een eerlijk monetair stelsel. Dit zal pas billijk zijn en bijdragen tot optimale toewijzing van productiefactoren als de geldgroei nul is of hoogstens wordt beperkt tot de groei van de reële economie. Terugkeer naar de goudstandaard is daartoe een valabele optie.

Kyoto en Emissierechten

Sachs behoort ook tot het kamp van “klimaatmanagers” die de zware controverse over trendmatige opwarming van de aarde al hebben omgedoopt tot “wereldwijde consensus” en die blijven volhouden dat menselijke ingrijpen die trend heeft veroorzaakt en zelfs kan omkeren. Volgens Sachs zal Zuid Europa straks uitdrogen en zal een massale vluchtelingenstroom op gang komen naar het noorden. Zulk klimaatalarmisme in de aanloop naar de klimaatconferentie van Kopenhagen volgende maand is bombastisch en bedoeld om de conferentie te laten meestappen in de wereldomvattende bureaucratie van emissierechten.

Met dit stelsel van Emissierechten werd een nieuwe en totaal fictieve grondstof gecreëerd die onmisbaar is in productieprocessen en waarvan de politiek straks de mate van schaarste en de regionale toewijzing zal bepalen. Emissierechten verzwaren niet alleen de productiekosten, maar ze vervalsen ook de concurrentie. Productiekosten worden voortaan deels politiek bepaald en losgekoppeld van de marktrealiteit, met al de scheeftrekkingen van dien. Het systeem is bovendien bijzonder fraudegevoelig.

Omdat schaarste en toewijzing van CO2 rechten het resultaat zijn van arbitraire politieke beslissing, dreigt voorkennis bovendien de globale emissiehandel de doen ontaarden in één grote zwendel met al de catastrofale gevolgen van dien. Het Sovjet debacle heeft geleerd tot welke systeemvernietigende verspilling de verstoring van marktwerking leidt. Subsidies bijvoorbeeld voor laagproductieve windmolens en zonnepanelen in het Westen leiden tot zwaar suboptimale aanwending van schaarse middelen wereldwijd.

Marktconform Alternatief

Laat ons, vooraleer we hypothetische kwesties aanpakken, eerst de reële problemen oplossen die de mensheid bedreigen. Eén enkele waterpomp met dezelfde kostprijs als een paar laagproductieve zonnepanelen kan honderden Sahel vrouwen dagelijks de kilometerlange tocht naar de bron besparen en vele infecties voorkomen en levens redden.

Emissiecertificaten zijn ten gronde niets anders dan een Wereldtaks op existentieel menselijke behoeften, en daarom onverenigbaar met het mensenrecht op ontwikkeling. Het systeem zal de Belgische belastingbetaler in de eerste fase jaarlijks al 3 à 5 miljard € kosten; zowat de verspilling van een “Lange Wapper” elk jaar.

Voor zover ooit zou vaststaan dat menselijke CO2 emissies effectief het klimaat beïnvloeden, kunnen nationale overheden ook zonder de verkwisting van die wereldbureaucratie bestaande taksen op fossiele brandstoffen optrekken. Omdat consumenten maar substantieel energie besparen als die duur wordt, is het de enige marktconforme manier om efficiënt emissies terug te dringen. De administratieve kost van zo’n belastingsverhoging is nul, terwijl een verschuiving van de belastingsdruk van inkomen op vervuilende consumptie bovendien ook nog eens de stimulansen herstelt en de economie stimuleert.

Het stelsel van emissierechten en de nieuwe Wereld Klimaat Organisatie waar Sachs op aanstuurt zijn een gevaarlijke stap naar een “Nieuwe Wereldorde” met een stelsel van Wereldbelastingen die het schrikbeeld van een Wereldregering onder VN dictaat dichterbij brengt.

Sachs noemt het griezelig dat het lot van de wereld afhangt van wat (democratisch verkozen nationale) senatoren over klimaatopwarming denken. Nog griezeliger is onze levenswijze en welvaart toe te vertrouwen aan enkele aan democratische controle ontsnappende VN despoten. Zelfs Marx zag in het bourgeois idealisme van zulke utopisch socialisten nog de allergrootste bedreiging voor de mensheid.


Martin De Vlieghere
Paul Vreymans

http://workforall.net

Read more...

Een goede les ! (vpmc)

Lezer! ik zal in dit blog zo voorzichtig mogelijk blijven bij mijn bewoordingen, schroomvallig welhaast. Elk sarcasme, cynisme of zelfs intellectualisme zal ik uit de weg gaan, laat staan dat ik mij tot platte persoonlijke afrekeningen zou laten verleiden.

Dat komt omdat ik het voorwoord heb gelezen dat professor doctor scientiæ politicologicæ Carl Devos* schreef bij het pas verschenen boek “Media & Journalistiek in Vlaanderen, kritisch doorgelicht”.**

Ik ben het met de professor namelijk eens, en in het verleden heb ik wellicht zelf tegen de regels gezondigd die Carl Devos hieronder zo eenvoudig en klaar op een rijtje zet.
Op haar tijd kan een kleine codificatie een groot gerief zijn! Zelfs buiten de journalistiek kan zij tot nut strekken, ik denk hier aan de uitgeschreven regels voor email-verkeer, die we nu bij de SP-a mogen verwachten, of, als we even in de tijd teruggaan, aan de fatsoensregels voor Senatoren, die in het vooruitzicht werden gesteld toen hun voorzitter Lizin het principe van de Scheiding der Machten onvoldoende onder de knie bleek te hebben.
Journalisten in het algemeen, en bloggers in het bijzonder kunnen er enkel bij winnen als zij de woorden van Devos tot de hunne maken:


Mediakritiek dreigt snel te vervallen in zurige, persoonlijke aanvallen. Ook bij diegenen die zich als open, tolerant, objectief, erudiet of progressief laten omschrijven. Ook bij hen vervellen inhoudelijke beoordelingen vaak tot platte afrekeningen, overgoten met een intellectualistisch sausje. Kritiek moet in vitriool gedrenkt en gepersonaliseerd worden. Er moeten koppen zijn om op te schieten,zonder dat spektakel vangen de argumenten anders te weinig wind. Er moet cynisme en sarcasme zijn. Kwetsuren. Meningsverschillen verloederen tot afrekeningen, omwille van openstaande vetes. Soms boven, vaker onder de waterlijn. Er wordt duchtig op elkaar geschoten.

Mediakritiek verloopt doorgaans via de media. Zelden via een boek als dit. Vaker valt de ene editorialist in zijn stukje de andere aan, met een welgemikte petit phrase qui tue. […] Zelden gaat het erom dat de ander zich alleen maar inhoudelijk vergist. De inhoudelijke discussie verdwijnt onder de schimpscheuten.

Laat mij een voorbeeld geven van hoe ik deze tekst vroeger had aangepakt.
Ik zou het, vrees ik, niet hebben kunnen nalaten om de professor te wijzen op het zinsdeel …zonder dat spektakel vangen de argumenten anders te weinig wind, en hem hebben gezegd dat zijn woord “anders” lichtjes dubbel-op is met “zonder”, en dat hij dat woord dus beter had geschrapt, toch in een tekst die voor een echt boek bedoeld was. Of ik had Devos een alternatieve zin aangeboden, met behoud van zijn anders, maar dan zonder zonder.
Verder had ik misschien nog gezegd dat hij het zinnetje “Soms boven, vaker onder de waterlijn” beter als slot van zijn paragraaf had kunnen bewaren, want vetes zijn nooit boven of onder de waterlijn, maar schoten wel, en onzekerheid moet de lezer bespaard worden, ook al duurt zij maar een kort moment.
Misschien had ik de professor ook gezegd dat men bij citaten uit vreemde talen altijd dubbel moet uitkijken een beestigheid is rap gebeurd en dat phrase in het Frans feminien is.

Maar u hebt begrepen lezer, dat ik de teneur van Devos zijn stuk goedkeur, en dan zijn zulke zaken niet op hun plaats.

Als bewijs van mijn goede voornemens, zal ik nu een stuk van Standaardjournalist Lieven Sioen bespreken, zonder enige stijlkritiek, ook niet op behaagzieke clichés als zijn “Nog iets..Ik zal deze journalist –die in een kwaliteitskrant wordt gevraagd om een duidingsartikel te schrijven, in een rubriek die stoutweg "Vlam" heet, over een onderwerp waar hij blijkbaar niet de eerste letter van afweet– ik zal hem er op wijzen dat hij zich alleen maar inhoudelijk vergist.


[...] Nog iets. Wat hoor ik vrijdagavond op ATV? Het neen-kamp heeft de imams in alle moskeeën tijdens het vrijdaggebed laten oproepen om tegen de brug te stemmen. Het was SP.A-gemeenteraadslid Karim Bachar die op ATV kwam vertellen dat er bovendien 50.000 folders met Arabische en Turkse tekst tegen het BAM-tracé werden verspreid in de moskeeën, vzw's en verenigingen. 40.000 moslimstemmen, dat legt gewicht in de schaal.


Onvoorstelbaar! Dat uitgerekend de socialistische partij de klok honderd jaar terugdraait, naar de tijd toen de pastoors van op de preekstoel opriepen om tegen de goddeloze socialisten te stemmen, dat kan er bij mij niet in. Politici mogen uiteraard hun achterban mobiliseren. Dat hoort bij het politieke spel. Maar pastoors, imams en rabbijnen horen geen stemadvies te geven. Dat is nu net een van de essentiële aspecten van de scheiding tussen kerk en staat. [...]
Beste kwaliteitsjournalist Sioen: een pastoor mag op zijn kansel, en een imam mag op zijn matje gelijk wat verkondigen (we begrijpen elkaar: binnen bepaalde grenzen, bv. die van het Strafrecht), en dat is juist een toepassing van de Scheiding van Kerk en Staat.

Dixi.

___________________

* Het zou een impertinentie van mij zijn om deze man hier nog uitgebreider voor te stellen, aangezien hij genoegzaam bekend is van radio en tv, en ook van zijn showproducties in de Universiteit, waar hij geregeld bevriende politici een plek geeft op de politicologisch-wetenschappelijke bühne.
** bezorgd door Johan Sanctorum en Frank Thevissen (Van Halewyck, 2009).
____________________________


P.S. (24 oktober)
Al kan ik er geen aparte blog aan wijden, bang als ik ben om mijn lezers te vervelen, maar vandaag heeft alweer een Standaardcolumnist (weliswaar een minderbegaafde, dus respect graag) een artikel gewijd aan de “Scheiding van Kerk en Staat”. Paul Goossens heet de knaap, en hij weet niet het verschil tussen een privébezoek aan de Paus, zoals het echtpaar Coburg er een aflegde, en een Staatsbezoek. Och ...diezelfde jongen schrijft ook dingen als "fine fleure", dus wat kun je verwachten?
Maar als ik de Marketeer een suggestie zou mogen doen, dan deze: nodig op een rustige dag een jurist uit die aan de voltallige redactie enkele basisbegrippen bijbrengt, Kerk&Staat, Scheiding der Machten &c.
Veel kan dat niet kosten, en de return zou enorm zijn Peter, we vertrekken immers van NUL.
(en vergeet ook niet de gastcolumnisten méé uit te nodigen, en dan vanzelfsprekend ook een drankje te voorzien).



Labels: , , , ,

Read more...

19 oktober 2009

Een avondje in Goed Gezelschap

VB- en NV-A aanhangers niet welkom op “The Sound of Music”-première

Zaterdag 17 oktober j.l. ging in de Antwerpse Stadsschouwburg “The Sound of Music” nog maar eens in première. De voorstelling werd bijgewoond door hunne hoogheden Prins Filip en prinses Mathilde, naar verluidt twee fervente musical-liefhebbers: de kroonprins en zijn echtgenote leggen de culturele lat vrij laag, maar laat dat onze zorg niet zijn. Ergerlijk is wel de manier hoe de organisatoren hun eigen publiek schoffeerden door alle instructies van het Paleis klakkeloos op te volgen.

Dat zit zo. Blijkbaar waren Filip en Mathilde maar te elfder ure op het idee gekomen om de première bij te wonen (die mensen hebben het ook zo druk) en was de zaal eigenlijk al uitverkocht. Al wie tickets had op de drie eerste rijen was er aan voor zijn moeite en mocht thuis blijven: die plaatsen waren herbestemd voor het prinselijk paar en heel hun gevolg. Als charme-offensief naar de Vlamingen, die de dag van vandaag toch al koele minnaars van het koningshuis zijn, kan dat tellen.
Uit inside-informatie blijkt er ook politieke stront aan de knikker. Op aanvraag van het Paleis werden alle aanwezigen namelijk op voorhand netjes gescreend op hun vaderlandsliefde, en waren lui met NV-A- of VB-connecties ongewenst, aldus luidden de expliciete instructies. Ook zij mochten dus hun gekochte tickets terug inleveren. Hoe en waar die persoonlijke dossiers inclusief politieke voorkeuren bijgehouden worden, en of dat niet in strijd is met de privacy-wet, wie zal het zeggen. Maar de veiligheid van de kroonprins gaat natuurlijk voor. Het is alleszins goed om weten dat geen enkele als “links” bekend staande partij het koningshuis verontrust (Groen! of SP.A bijvoorbeeld), noch LDD dat af en toe republikeinse oprispingen ventileert. Neen, het zijn weer die twee loten van de oude Volksunie-stam die de avonturen van de familie von Trapp moeten missen. Terecht, want het verhaal speelt zich af in het nazi-tijdperk, en de fascisten in de zaal zouden maar eens uit pure nostalgie het Horst Wessel lied kunnen aanheffen.
Maar nu serieus: ongewild duiden Filip en Mathilde precies het politieke pad aan dat ons een alternatief kan bieden voor het vermolmde Ancien Régime, beheerst en uitgebaat door een Franco-Belgisch netwerk waarin koningshuis, aristocratie en haute finance de dienst uitmaken. De cultureel-taalkundige band met Parijs wordt economisch-financieel bezegeld én geconsumeerd; dat was al zo ten tijde van de Société Generale, vandaag is het met Fortis/Suez niet anders.
De uit de zaal gebonjourde separatisten moeten dus van twee één maken, dat is de duidelijke hint van het Hof: de Vlaamse onafhankelijkheid uitroepen en een sterk republikeins verhaal uitwerken. Het een kan niet zonder het ander. Economisch, sociaal, cultureel, en politiek. Elk conservatisme is in deze context misplaatst. Het gebaar van Jan Peumans om een uitnodiging in Laken af te slaan, was pertinent en symbolisch zinvol. Maar het Vlaams parlement is en blijft een praatbarak, als het ingebed blijft in een hoogst verwarrende deelstaatconstructie, gedomineerd door grendels, pariteiten en belangenconflicten.
Ik zou dus zeggen: dat de twee politieke formaties, in wiens gezelschap Filip en Mathilde geen avondje uit wensen door te brengen, toch maar eens nagaan hoe diep het water tussen hen eigenlijk nog is.
Het is ooit begonnen met een derderangsopera in Brussel,- het zou wel eens kunnen eindigen met een grijsgedraaide musical in Antwerpen.

Johan Sanctorum
Read more...

Johan Leman: alleen een slechte vertaler?

Op het opiniestuk van Luckas Vander Taelen ('De ghetto's van Brussel', DS 30.09.09) kwamen alleen al op de website van DS meer dan 460 reacties. Paul Goossens reageerde erop in zijn column in dezelfde krant, en nu meldt zich ook Johan Leman, met een reactie in Le Soir en La Libre Belgique, waarin Vander Taelen woorden in de mond gelegd worden die deze helemaal niet heeft geschreven. Verstaat deze professor geen Nederlands meer? Of is het een venijnige zwanenzang van een slechte verliezer die zijn rijk ten einde ziet gaan?

Luckas Vander Taelen publiceerde zijn opiniestuk over 'De ghetto's van Brussel' ook in Le Soir van 6 oktober. Op dinsdag 13 oktober '09 reageert Johan Leman hierop in Le Soir, en op woensdag 14 oktober in La Libre Belgique: 'Insécurité dans certaines communes'. (Is het toeval dat het stuk in LLB verscheen op de bladzijden waar ook de overlijdensberichten staan?). Johan Leman presenteert zich tegenwoordig als 'gewoon hoogleraar sociale en culturele antropologie aan de KU Leuven en voorzitter van het Regionaal Integratiecentrum Foyer in Molenbeek'. Hij begint met de melding dat hij wil reageren op de tegenslagen (mésaventures) die Vander Taelen meemaakte. "Het lijkt duidelijk dat u onlangs enkele problemen had met bepaalde jongeren,.. en uw dochter lijkt u ook wat zorgen te baren." Hij kan zelfs de lijst van problemen nog wat aanvullen (wat hij ook doet), maar "dat soort verhalen hoor ik ook bij mijn kapper, wat niet noodzakelijk wil zeggen dat ze niet zonder enige grond zijn. Maar geef toe ... het is een wat apart genre." Hij vindt het "niet illegitiem" dat Vander Taelen "in sommige van zijn artikels" de aandacht vestigt op een groep jongeren die afgescheiden leeft in zijn marginaal ethisch kader.

Maar dan wil hij tot de feiten komen. "In mijn vroegere carrière (volgt een opsomming..) heb ik steeds gedacht dat wie tot de meerderheid behoort in de beslissingsorganen zou proberen prioritair die zaken te laten toepassen die volgens hem fundamenteel zijn, en die hij wil veranderen. Uw partij heeft een staatssecretaris in de Brusselse gewestregering. Hij maakt deel uit van de meerderheid. Ik veronderstel dat deze man zijn rol niet zal beperken tot 'extrapolatie' van de problemen, maar dat hij er effectief oplossingen zal voor aanbrengen. U weet zonder twijfel dat we in Vlaanderen reeds twee partijen hebben die zaken doen door een soort literatuur te beoefenen die ten alle prijze wil breken met de taboe's zonder ooit echte oplossingen voor te stellen. Een derde partij zou er een teveel zijn. Mag ik aannemen dat Groen! over vier maanden een nota zal voorstellen, of beter nog: dat dank zij de onderhandelingen van Groen! het Brussels Gewest een nota zal voorstellen met oplossingen om uw problemen op te lossen." Als dat niet zou gebeuren mag Vander Taelen volgens Leman best de politiek vaarwel zeggen, omdat hij veel wind maakt zonder een positieve weerslag. Dan volgt nog een melodramatische - en voor mijn part morbide - vergelijking. De moeder van Leman heeft op 96-jarige leeftijd het zuid-oosten van Vlaanderen verlaten om in Molenbeek te gaan wonen, waar ze "goed en gelukkig woont in een wijk die niet overeenstemt met het beeld dat de niet-Brusselaars van Molenbeek hebben." En hij eindigt zijn artikel in de 'wij'-vorm: "Wij hopen, nu u deel uitmaakt van de meerderheid, u gedurende vier jaar er uw levenswerk zal van maken en bij de partijen waar u toegang toe hebt, u concrete, positieve en democratische oplossingen zal kunnen promoten. Als dit niet gebeurt, spaar ons dan uw 'revelaties'... want die zullen ons anders meer ontmoedigd hebben dan aangemoedigd."

Misselijk

Vooreerst: Vander Taelen zit in het Vlaams, niet in het Brussels parlement. En dat zal niet vier, maar vijf jaar besturen. Het is wel juist dat Groen een staatssecretaris heeft in de Brusselse regering: Bruno De Lille, voor mobiliteit, gelijke kansen en openbaar ambt, maar hij is dat slechts sinds de laatste verkiezingen van juni. Nu zou Groen dus binnen de vier maanden een nota moeten voorstellen 'om de problemen van Vander Taelen op te lossen'. Er is dus blijkbaar geen algemeen probleem, wel: Vander Taelen heeft problemen ("un note qui donnera des solutions pour résoudre vos problèmes"), inclusief dus met zijn dochter (Vander Taelen: "Mijn dochter heeft het al lang opgegeven om in die wijk te gaan. Daarvoor is ze net iets te vaak uitgescholden voor veel onfraais"). Terwijl Leman veertien dagen daarvoor in De Morgen (zie verder) nog de verdediging op zich nam van burgemeester Moureaux van Molenbeek - die volgens Leman, helaas, na zeventien jaar bestuur nog niet alle hardnekkige problemen heeft kunnen oplossen - moet Vander Taelen nu maar binnen de vier maanden met oplossingen komen. Dat artikel maakte mij misselijk: Vander Taelen woorden in de schoenen schuiven die hij niet gebruikte, het voorstellen alsof Vander Taelen problemen heeft met zijn dochter, de neerkijkende blik op zijn 'kapperspraat', de versluierde koppeling van Vander Taelen aan racistische standpunten... Niet alleen demagogisch: walgelijk.

"Weule zijn van Meulebeek..'

Na het opiniestuk van Vander Taelen in De Standaard, kon De Morgen blijkbaar niet snel genoeg een eigen mening daar tegenover stellen. De volgende dag schreef Bart Eeckhout, hun chef politiek en inwoner van de Maritiemwijk in Molenbeek, dat de ellende allemaal de schuld is van de politiek, voornamelijk dan van burgemeester Philippe Moureaux (PS). In De Gedachte, 1.10.09 'Gezocht: een curator voor Molenbeek':
"De pas heraangelegde Kanaalzone zelf is een belachelijk pijnlijke mislukte kans om de buurt te herwaarderen. Pijnlijk omdat de opfrisbeurt, ooit aangekondigd als het Brusselse antwoord op de Parijse rive gauche, na al het politieke gekonkel uiteindelijk grotendeels beperkt is gebleven tot een aanleg van parkeerplaatsen. Belachelijk omdat het nieuwe trottoir er in twee soorten stoepstenen is neergelegd, die niet eens op elkaar aansluiten, en nu al voor nieuwe lelijke en hinderlijke gaten in het voetpad zorgen. En dit is het verhaal van die hele zogenaamde Maritiemwijk, de buurt die sinds twee weken in heel het land bekendstaat als de 'oorlogszone' waar politie en jongeren vechten om hun territorium. Neem om het even welke straat in de wijk om en rond de beruchte Ribaucourtstraat, en je valt er letterlijk over de kaduke trottoirs, gaten in het wegdek, opgehoopt straatvuil of hondenpoep. De metrohaltes Ribaucourt en Zwarte Vijvers zijn sinds jaar en dag zwarte verzamelpunten van criminaliteit, maar op een efficiënt plan van aanpak blijft het wachten. Waarom zouden jongeren een buurt respecteren die zo zichtbaar door haar eigen gemeentebestuur verwaarloosd en aan haar lot overgelaten is? Dat is des te jammerlijker omdat de gemeente zo haar eigen ondergang in de hand werkt. Jonge en enigszins kapitaalkrachtige gezinnen die in Molenbeek neerstrijken op zoek naar een betaalbare woning lopen vaak even snel weer weg." En nu komt de onvoorstelbare 'pointe' van het verhaal: "Ze slaan heus niet op de vlucht voor jeugdbendes maar des te meer voor de tergend banale overlast van kapotte stoeptegels. Politiek verantwoordelijk voor die voortschrijdende ellende is Philippe Moureaux, burgemeester sinds 1992 en allround sterke man van de PS in de hoofdstad."

De dag erna neemt Leman ("ik woon wat verderop") de verdediging op zich van Moureaux: 'Molenbeek, you like it or you don't like it'
"In 1992 is Moureaux gestart als burgemeester van Molenbeek. Hij is mogen beginnen met het "kuisen" van zijn politiekorps, waar toen affiches van Front de la Jeunesse en Front National aan de muren hingen. Denkt men in Vlaanderen echt dat die eerste rellen van Molenbeek, begin jaren negentig, aan de kapotte voetpaden te wijten waren of aan het feit dat Moureaux net burgemeester was? Mag ik pleiten voor enig historisch perspectief? De politie, die nu in Molenbeek heel behoorlijk werkt, heeft een veel groter draagvlak dan in de jaren zeventig en tachtig. Dat maakt het verschil tussen rellen nu en rellen vroeger.
Intussen kan ik vaststellen dat in zeventien jaar tijd serieuze restauratiewerken plaatsgevonden hebben, een sociaal draagvlak gecreëerd werd waar vertegenwoordigers van moskeeën praten en soms samenwerken met andere verenigingen om oplossingen te zoeken. Ik zie ook dat niet alle investeringen alleen naar Nieuw-Molenbeek met zijn hippe lofts gaan. Is dat fake? Waarom? Had een andere burgemeester het beter gedaan?...
Een laatste bedenking. Het Molenbeek (en bij uitbreiding Brussel) van 2009 is complexer dan het Molenbeek van 1992. De globalisering heeft Brussel volop bereikt. Dat heeft mooie maar ook lelijke kanten. Het uitgaansleven is enorm gevarieerd en boeiend, maar minder charmant is dat Brusselse jongerenbendes de normen oppikken van bendes van Kinshasa tot New York. Vooral in kringen van degenen die het niet maken, de "losers", ontwikkelen zich marginale culturen waar het interessant is om "gevaarlijk anders" te zijn, minstens in de verbeelding, soms ook in de feiten. Wie in bepaalde Brusselse wijken komt wonen zal met die facetten van de hedendaagse wereld te maken krijgen, en you like it or you don't like it."

De gebedsmolen van weldenkend links

Voor weldenkend links is het allemaal alleen onze schuld. Daar zijn ze het roerend over eens. Het is ook de schuld van 'de overheid'. Zo bijvoorbeeld van de slechte stoepaanleg van de Molenbeekse burgemeester. 'Jonge gezinnen slaan niet op de vlucht voor jeugdbendes maar des te meer voor de tergend banale overlast van kapotte stoeptegels.' (Kan men nog idioter praat bedenken?). Voor Leman doet de burgemeester het dan weer wel goed, maar is het ogenblik toch "aangebroken dat de beleidsmakers, niet alleen Moureaux maar álle Brusselse politici, een aantal ernstige opties zouden lichten." Bovendien zal men met 'kut-marrokaantjes' (niet zijn woorden) en andere jongerenbendes moeten leren leven, want die importeren gewelddadige normen van Kinshasa tot New York. Telkens weer treft de Marokkanen of de Turken geen schuld, en noch minder de islam, allen ten onrechte op het verdachtenbankje gezet. De schuld ligt volgens Goossens bij de "steriele Brussels gemeentepolitiek en communautaire kortzichtigheid. Omdat het de politieke baronieën aan daadkracht ontbrak, verziekte de boel. Niet de migrant of de islam heeft hier schuld aan, wel het eigen, autochtoon beleid." (DS, 10.10.09, overgenomen in Le Soir, 14 okt '09). Zelfs de directie van het Antwerps atheneum is voor de oververtegenwoordiging van die groep in de werkloosheidsstatistieken verantwoordelijk, want "met het verbannen van de hoofddoek op school mag het jonge volk dat het daar oneens mee is inpakken. Zonder diploma, zonder toekomst." (Ibidem).

Vreemd toch dat het niet alleen hier is dat kinderen uit de migratie uit islamlanden het veel slechter doen dan andere migranten. Om slechts één statistiek te geven: "Van de Turken en Arabieren in Berlijn haalt slechts 13 procent een diploma hoger secundair onderwijs. Bij de autochtone Duitsers is dat percentage 38, bij de Vietnamezen in Berlijn 53 en bij de Duits-Russen 80 %. Kortom, de moslims doen het niet goed in de prestatiemaatschappij. In Duitsland rust er nog altijd een taboe op dit soort waarheden. Wie van de mislukte integratie van grote delen van de islamitische bevolking spreekt, krijgt meteen het verwijt van racisme, fascisme en nazisme te horen." (Uit een artikel van Antoine Verbij in het Dagblad Trouw, 13.10.09, nav de heisa in Duitsland rond uitspraken van directeur van de Bundesbank Thilo Sarrazin, 'Steeds meer hoofddoekmeisjes' ). Niet alleen in Duitsland rust er nog een taboe op dit soort waarheden. Ook hier doen mensen als Leman en Goossens er alles aan om het taboe te behouden.

De heisa rond de 'Kopftuchmädchen'

Even tussendoor: over de 'Kopftuchmädchen'. Thilo Sarrazin (64), jarenlang minister van Financiën in Berlijn en sinds mei '09 directeur bij de Bundesbank, werd door sommigen met pek en veren overladen voor uit zijn verband gerukte uitspraken, zoals: "Ik moet niemand erkennen die van de staat leeft en deze staat afwijst, die niet goed voor de opvoeding van zijn kinderen zorgt en voortdurend nieuwe kleine hoofddoekenmeisjes op de wereld brengt." Of nog dat "een groot deel van de arabieren en Turken noch willens zijn te integreren, noch integreerbaar zijn." Het betrof een interview van meerdere bladzijden in het Berlijnse tijdschrift 'Lettre International', waarvan journalisten die de moeite deden om het te lezen vonden dat het zeer evenwichtig en genuanceerd was. Heel verschillende personen als de schrijver Ralph Giordano en de ex-voorzitter van de Verbond van de Duitse Industrie (het Duitse VBO), Hans-Olaf Henkel in een open brief waren het met Sarrazin's uitspraken eens. Maar vakbonden, verenigingen van Turken en zelfs joodse organisaties protesteerden heftig. De bondsbankvoorzitter Axel Weber kreeg bij zijn bezoek aan Istanbul voor een financiële top bescherming van bodyguards. Op 13 oktober beperkte de raad van bestuur van de Bundesbank, zonder commentaar, drastisch de bevoegdheden van Sarrazin, waarop dan weer sterke kritiek kwam uit prominente CDU en SPD-kringen. Bij een online bevraging op Die Welt Online hebben 24.000 mensen gereageerd op de vraag of Sarrazin voor zijn uitspraken moest gedegradeerd worden. 87% vond van niet, 'want hij had alleen de waarheid gezegd'. Zie ook Die Welt Online 'Klippen der Meinungsfreiheit' en van daaruit naar verdere artikels over de uitspraken van Sarrazin.

Massale linkse zelfhaat

Laat ons het onderwerp nog verder open trekken. Christopher Caldwell, Amerikaans auteur van het boek 'Reflections on the Revolution in Europe', was onlangs te gast in Amsterdam. "Caldwell heeft een scherp oog voor de door schaamte en schuld geladen wijze van reageren van de elite van de Europese politiek en media op de moslimmigratie. Hij ziet een algemeen gedeeld wensbeeld voor multiculturalisme in die elite. De elite vraagt van de oorspronkelijke Europeanen het opgeven van de ‘liberties that natives once thought of as rights.’ Zelfverloochening en zelfhaat heeft ertoe geleid dat Europa de eigen cultuur moest gaan zien als iets kwalijks, iets van vroeger, dat ondergeschoffeld moest worden in een nieuwe multiculturele wereld, waarin alle godsdiensten en culturele rituelen van de hele wereld als gelijkwaardig moesten worden beschouwd. Het was dus de Europese elite die streefde naar de opheffing van Europa. Een proces van massale gekte dat tot wasdom kwam in de jaren tachtig, en waarvan we de enormiteit nog nauwelijks kunnen beseffen, zozeer heeft het onze breinen vergiftigd. (Bespreking van het boek van Caldwell op de website van Niemöller, 1 okt '09, 'De ondergang van Europa' )

"Caldwell gaf ook aan dat hij niet met oplossingen aan wilde komen, omdat hij niet deel wilde uitmaken van een politieke discussie. Dat was heel slim van hem. Wie begint over oplossingen, ziet meteen dat de discussie alleen nog maar gaat over de haalbaarheid daarvan, terwijl over het probleem zelf heen wordt gewalst." (Joost Niemöller, 11 okt '09 in 'Het Vrije Volk' en op zijn website, 12 okt '09 'Femke's verwarring'). Dat is dus nu net de strekking van het artikel van Leman in Le Soir en La Libre Belgique: een discussie uitlokken over de mogelijke oplossingen, maar met een grote boog om de problemen zelf fietsen.

En zo komen we terug bij het begin, het opiniestuk van Luckas Vander Taelen, dat als volgt eindigt: "Misschien moeten we ons eens afvragen hoe het komt dat we aanvaard hebben dat principes als de vrijheid van de kunstenaar en gelijke rechten voor man en vrouw niet voor iedereen gelden in dit land. Waarom durven wij niet opkomen voor wat eigenlijk essentieel is: respect voor de wetten en de waarden van het land waarin wij leven? .... Het is de verdienste van links geweest om meer aandacht te vragen voor discriminatie en sociale achterstand. Het probleem ligt jammer genoeg dieper: we zijn bang geweest om onze waarden op te dringen aan allochtonen. Die waarden zijn mij echter te dierbaar om ze verloren te laten gaan."

Leman, Goossens en anderen van de multiculturalistische elite "die onze breinen vergiftigden", hebben ze hun tijd niet gehad? Wordt het niet tijd deze heren, en vele andere dames en heren, op te bergen in het 'Groot Museum van de Linkse zelfhaat'. Om Paul Goossens te parodiëren: hun plaat is grijsgedraaid. Of met de woorden van Benno Bernard over Goossens, die 'voormalige misdienaar van Mao': "Ach, Paul! Als je mij dan toch in een rijtje met beroemdheden wil plaatsen, schrijf dan: ‘Of ze nu Salman Rushdie, Benno Barnard of Ian McEwan heten…' Wij drieën zeggen je, in naam van de emancipatie, in naam van de in elkaar geslagen homo, in naam van de lerares aan het Antwerpse atheneum wier voordeur is ingetrapt door de salafistische jeugd: de islam bedreigt inderdaad de Europese waarden! Hoor je me, daar in de ondeugende jaren zestig?" (DS 13.10.09)

Het slotwoord geven we graag aan Vander Taelen: "En wat is er nu verkeerd aan om het te hebben over onze waarden? Dat woord werkt blijkbaar bij sommigen nog steeds als een rode lap op een stier. Paul Goossens doet zelfs de moeite niet om te vermelden over welke waarden ik het had: de gelijkheid tussen man en vrouw, de vrijheid van de kunstenaar. Want wat ik schreef over de positie van de vrouw binnen de allochtone gemeenschap en de censuur van een voor de islam beledigend kunstwerk, daar praat de heraut van het grote gelijk niet over. Die problemen zijn blijkbaar zijn aandacht niet waardig.... Als we die jongeren zien als de toekomst van Brussel, moeten wij het met hen ook durven hebben over waarden en plichten die aan de basis liggen van onze samenleving. Met de jongeren, hun ouders, de imams. Dat is niet repressief, maar bevrijdend. En dat is niet het discours van een oude, bange Belg. Wel van een Belg die in 2009 leeft en niet in 1968 is blijven hangen..." (DS 14.10.09)


Artikels
30.09.09 Luckas Vander Taelen: 'De getto's van Brussel'

10.10.09 Paul Goossens 'De klaagzang van Luckas'

13.10.09 Reactie van Benno Barnard: 'Islamitisch spuwen'

14.10.09 Reactie van Vander Taelen 'Geen bange oude Belg'
Read more...

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>