16 mei 2009

Vaderlandse Geschiedenis (vpmc)

Iedereen weet dat er zaken zijn die je in gezelschap beter kunt nalaten, of die je tenminste wilt onderdrukken. Flatulentie valt daar zeker onder, maar ook het uitspreken van bepaalde woorden. “Poëzie” is er zo een.
Laat je deze term onverhoeds vallen, in een vrolijk gezelschap, dan ontmoet je blikken waarin medelijden, ontzetting, zelfs afgrijzen en walg te lezen staan. Een Engelsman –ik weet niet meer wie– vergeleek het effect met dat van het woord “god”.

Ik vind dat niet onbegrijpelijk. Het gemoraliseer en de navelstaarderij die tegenwoordig voor poëzie doorgaan kun je een mens niet aandoen. Zelfs een kleine droefgeestige haiku kan al snel te veel worden.
Nu had ik hier nochtans graag een gedicht ter sprake gebracht, dat 3944 regels beslaat, en moraliserend van aard is. Bovendien is het een leerdicht, over Vaderlandse Geschiedenis.
Gelukkig werd het door twee verzenmakers geschreven, en niet door wat tegenwoordig zoal voor dichters doorgaat. Meer in de traditie dus van versifiers, als bv. Dryden, Pope of Kipling, die ook onpoëtische thema's gebruiken, en woorden en wendingen die nog naar dagelijks brood smaken, en geen sentimentele of geëffemineerde luchtjes afgeven.

Onze twee dichters spreken in hun gedicht overigens niet zélf, maar geven het woord aan prins Willem-Alexander
die u beter zult kennen als de man van de mooie Maxima.
Deze Willem-Alexander is blijkbaar een goede vader, want aan zijn kinderen vertelt hij voor het slapengaan verhaaltjes uit de geschiedenis van hun land. Immers het onderricht in de scholen, vindt hij, laat wat dit betreft te wensen over, en tenslotte: “Dat alles is zoals het is, komt voort uit de geschiedenis”.

Op het punt waar wij zullen invallen, is vader al bij de Tachtigjarige Oorlog aanbeland …en hij geeft zijn kinderen terloops een actuele beschouwing mee, waar wij allen straks in het kieshokje wellicht ons voordeel mee kunnen doen:

Binnen de Staten-Generaal
besloot men zich niet andermaal
met vreemde snuiters in te laten.
Dat was verstandig van de Staten,
want Nederland werd soeverein
en zo behoort het ook te zijn:
men moet niet naar het pijpen dansen
van Duitsers, Engelsen of Fransen.
Laat die zelfingenomen buren
maar mooi hun eigen land besturen –
wij blijven liever ongemoeid.
Wien Neêrlands bloed in d’aders vloeit,
van vreemde smetten vrij, die ziet
zo’n buitenlander liever niet
die onze lakens uit komt delen.
En hier, ondanks mijn officiële
staatkundige onschendbaarheid,
wil ik sub rosa aan je kwijt
(het blijft tenslotte entre nous)
dat ik dat eenwordingsgedoe
hier in Europa niet zie zitten.
Dat Fransen, Duitsers, Belgen, Britten
eenzelfde lijn ooit zouden trekken
is toch te zot en van de gekke!
Want ondanks alle goeie wil
blijft er een wereld van verschil.
Wat hebben Tsjechen en Slowaken
bijvoorbeeld met elkaar te maken?
Of Zevenburgers met Roemenen?
Straks staan de Turken nog voor Wenen
wanneer je ze een vinger geeft!
[…]

P.S. Bij een volgende gelegenheid kom ik nog terug op dit leerdicht, en wel met een passage waar zelfs Obama iets aan zal hebben.

Jean-Pierre Rawie & Driek van Wissen
Rijmkroniek des Vaderlands
De opkomst van de Nederlandse Republiek (2005)
De Gouden Eeuw (2007)
Uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam

.

Labels: , ,

11 Comments:

At 17/5/09 22:59, Blogger Filip van Laenen said...

Er staat in de passage wel een joekel van een taalfout in dat aan je arendsoog ontsnapt moet zijn. Of zijn infinitieven tegenwoordig niet meer onzijdig?

 
At 17/5/09 23:16, Blogger Marc Vanfraechem said...

Ik herlees het nu (heb het overgetypt uit het boekje) en ik zie niets... wat bedoel je?

 
At 18/5/09 13:48, Anonymous hel decker said...

Beste Filip,
het moet ook wel zijn 'een joekel, die':-) Joekel is mannelijk.

 
At 18/5/09 18:22, Blogger Marc Vanfraechem said...

Maar ondertussen weet ik nog niet welke fout er staat in mijn tekst, of in hetgeen ik overtypte...
Het is mij echt een raadsel.

 
At 18/5/09 19:07, Blogger Luc Van Braekel said...

Misschien vindt Filip dat het moet zijn "naar HET pijpen dansen"?

 
At 18/5/09 19:16, Blogger Marc Vanfraechem said...

Inderdaad! ik typte het slecht over, en dan helpt herlezen (op het scherm) gewoonlijk niet.
Goed gezien Filip en Luc.
Ik heb het verbeterd in de tekst, want van Wissen en Rawie verdienen zo'n fout niet...

 
At 18/5/09 22:25, Anonymous hel decker said...

Van Dale:
1·naar iemands pijpen dansen; dansen naar het pijpen van –
iemands wil in ieder opzicht volgen
1·(ook wel met ‘de’) dansen naar de pijpen van –

 
At 18/5/09 22:55, Anonymous bartvs said...

Als er bij Wissen en Rawie "naar het pijpen dansen" staat, moet dat in de aanhaling natuurlijk letterlijk worden overgenomen. Omdat ik hun werk niet bij de hand heb, kan ik niet toetsen wat zij schreven.

Maar de "moet" als in: "het moet zijn (...)" kan enkel slaan op een desgevallend niet letterlijk overnemen van wat Wissen en Rawie schreven; niet op de vorm op zich.

Noemvormen zijn inderdaad onzijdig, maar 'pijpen' als in de uitdrukking "naar iemands pijpen dansen", hoeft geen noemvorm te zijn. In de uitdrukking kan "pijpen" zowel de noemvorm van het werkwoord pijpen (het pijpen), als de meervoudsvorm van het zelfstandig naamwoord pijp (de pijpen) zijn. Sterker nog: niet enkel laat de uitdrukking beide toe, maar bovendien is de oudste vorm: "naar iemands pijp dansen" (zn., enk.). Zie hierover bijv. ook VD14 (2005), tw. 'pijp', 1 (p. 2676) en tw. '¹pijpen', 1 (p. 2677).

Onder die laatste ingang lezen we daarom:
-----
¹pijpen (peep, h. gepepen) 1 (onoverg.) op de fluit blazen, syn. fluiten: trommelen en pijpen; naar iemands pijpen dansen, dansen naar het pijpen van —, iemands wil in ieder opzicht volgen; (ook wel met 'de') dansen naar de pijpen van —, vgl. pijp (1)-----
(VD14, tw. ¹pijpen, 1, p. 2677).

Ik sluit niet uit dat Wissen en Rawie hier kozen voor "naar het pijpen dansen" maar durf er geen vergif op innemen: de gebruikte vorm moet in de bron getoetst - doen! Dan nog: zelfs als er daar 'naar het pijpen dansen' staat, is er met de uitdrukking 'naar de pijpen dansen' op zich helemaal niks mis. Ook die laatste geldt als onberispelijk Nederlands.

Mocht Filip met zijn "een joekel van een taalfout" dus op die/dat pijpen hebben gedoeld, overspeelde hij zijn hand: hij slaat de plank volkomen mis.

Los van de inhoud (zie hierboven), heb ik het ook met de vorm van zijn zinnetje nogal moeilijk. Niet enkel met de joekel van een taalfout als waar hel decker al op wees, maar daarbovenop ook nog met het meervoudig 'in': "Er staat in de passage wel een joekel van een taalfout in dat aan je arendsoog ontsnapt moet zijn." Oei, oei, oei, driewerf oei!

 
At 18/5/09 23:08, Anonymous bartvs said...

@ hel decker

Ons beider opmerkingen hiervoor hebben elkaar kennelijk gekruist. U haalde aan uit eVD14, ikzelf uit VD14: inhoudelijk hetzelfde, maar de vorm verschilt een ietsje.

Als toemaatje dan maar aangehaald uit Calisch & Calisch (VD1, 1864):
-----
Pijp, v. (-en), [...]; (fig.) naar iemands -en (fluit) dansen, alles doen wat hij begeert; [...]
-----
(I.M. Calisch & N.S. Calisch, Nieuw Woordenboek der Nederlandsche Taal (1864), tw. pijp, uittr.)

 
At 18/5/09 23:19, Blogger Marc Vanfraechem said...

Bedankt voor deze omstandige uitleg, Bartvs en Hel Decker!
Maar de fout ligt geheel bij mij: vers 101 van "De Gouden Eeuw" zegt wel degelijk het pijpen.

 
At 19/5/09 00:34, Anonymous bartvs said...

"Poëzie""Laat je deze term onverhoeds vallen, in een vrolijk gezelschap, dan ontmoet je blikken waarin medelijden, ontzetting, zelfs afgrijzen en walg te lezen staan."

Daar valt inderdaad wel wat voor te zeggen. Maar wie zich wanneer dat vermaledijde woord "poëzie" valt laat betrappen op "blikken waarin medelijden, ontzetting, zelfs afgrijzen en walg te lezen staan", kan zich nog wel eens behoorlijk in de voet schieten. Sterker nog, zich genoopt weten tot - welgemeende (!) - verontschuldigingen. Omdat hij een voorbarig oordeel velde.

Daar kan ook de jury van "Britain's Got Talent" (BGT), mogelijk de grootste talentenjacht ter wereld, sinds kort over meepraten.

Het gaat daar bij BGT om volstrekt 'populaire cultuur', en de hele tweeduizendkoppige zaal, juryleden incluis, kijkt al bij voorbaat wanhopig wanneer "Eugene", de bibliothecaris, het podium opschuifelt. De wanhoop slaat om in afgrijzen wanneer de schlemiel aankondigt: "I am here tonight to share for you my passion (for) poetry". Meteen gaat de eerste rode (uitsluitings)knop omlaag en Pears' 'buzzer' weerklinkt luid: "Beueueu!" Maar dán!

Op de aanvankelijke wanhoop volgen verbijstering, lachen, ontroering, juichen, applaus en een staande ovatie toe. De jury verontschuldigt zich en beloont de dichter met een eenparig, drievoudig "Yes".

Op YouTube is het filmpje met het uittreksel uit de TVI-uitzending van zaterdag jongstleden ondertussen al ruim een kwart miljoen keer bekeken en het wordt er enkel maar steeds nog doller.

Zie en volg het met eigen ogen: Eugene The Librarian - Britains Got More Talent 2009 Ep 6 (http://www.youtube.com/watch?v=O7ijwEwAvdo) en klik daarna ook even op "Statistieken en gegevens". Wereldwijd al in een heleboel categorieën in de top-10, en pijlsnel verder stijgend!

Hiermee:

Ode to Britain's Got Talent-- Eugene (The Librarian)

"You 'll never make it through," they said:
"They 're bound to choose another."
"You are a looser, always were." So I said:
"Thank you, mother."

But I am no contortionist,
I can't juggle with a ball.
I haven't got a friendly pet.
I 've got no friends at all.

Or I could do some magic,
Oh, that much is clear.
For when I enter a crowded room,
The girls just disappear.

It doesn't really matter, though,
'Cause I 'll try any trick,
Just to get me on the show.
So, Pears, he is a ...

A genius, with his finger
On the pulse of popular culture!

I may go through tonight, or not,
Of that I do not know.
But at least I can say, to my girls,
That daddy 's given it a go.
Mogelijk hebben ook Rawie en Van Wissen (*) de tijd helemaal goed begrepen. Aanvankelijk afgrijzen, jawel, maar eens men van wal mag steken, blijkt de betovering niet van de lucht. En áls er dan al iemand een modderfiguur bij slaat, hoeft dat niet vanzelf de poëet te zijn.

Mogelijk ook zullen door het BGT-optreden van Eugene (The Librarian) een heleboel mensen in het vervolg toch iets terughoudender zijn met hun (bij voorbaat) "blikken waarin medelijden, ontzetting, zelfs afgrijzen en walg te lezen staan"; sterker nog: bereid gevonden worden belangstellend te luisteren. Omdat, zo blijkt, poëzie zélfs in "populaire cultuur" ook heel erg hip kan zijn. Een schlemiel met een versje, die een tweeduizendkoppige zaal ontroert, laat schateren en volkomen uit het dak doet gaan. Dat alles door Eugene, "de witte ridder uit de stal der poëten" (en hoe!)

(*) In mijn eerdere inhaken had ik die laatste naam verkeerd. Het spijt me.

P.S.: Welk een schitterende reclame voor de beide boekjes vormt het stukje-met-uittreksel dat Marc ons hier opdient. Graag zie ik dan ook uit naar de vervulling van zijn P.S. In afwachting van de boekjes zelf.

Talen naar taal...

 

Een reactie posten

<< Home

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>