2 december 2008

Better Regulation Conference (Vincent De Roeck)

Op 24 en 25 november organiseerde het “Ludwig von Mises Institute Europe” in het Brusselse Amigohotel een conferentie over “better regulation”. Een zeventigtal personen hadden voor de conferentie ingetekend en ondanks de relatief hoge techniciteitsgraad van de verschillende lezingen heb ik deze tweedaagse zeker naar waarde weten schatten. Naast “keynote speeches” van Niko Demeester, kabinetschef van minister Vincent Van Quickenborne, en Herman De Croo, minister van Staat en erevoorzitter van de Kamer van Volksvertegenwoordigers, die allebei een liberaal antwoord trachtten te formuleren op de lokroep naar méér regulering en overheidsbemoeienis, en allebei prat gingen op de formidabele evolutie op vlak van administratieve vereenvoudiging die België de jongste jaren gekend heeft, was het toch vooral de redevoering van Marianne Klingbeil, de directrice van het “Better Regulation Project” van de Europese Commissie, die bij mij is blijven hangen. En niet tenminste omdat zij de eerste Eurocrate van enig formaat is die ik al gehoord heb en die niet enkel haar dossier kende maar het ook nog interessant, én levendig, wist te brengen.

Het project van Klingbeil heeft tot doel de Europese “red tape” tegen 2012 met 25% te verminderen en in dat kader verdedigde zij resoluut de ideeën van e-government (o.a. op vlak van douaneformaliteiten en informatievergaring), “impact assessment” via de oprichting van een permanente commissie die zich over deze taak zal buigen, verdere codificering van regels om zo helderheid, transparantie en toegankelijkheid te genereren, en “administrative review” van het volledige “acquis communautaire” op basis van het vereenvoudigingscriterium. De verschillende paneldiscussies werden op hun beurt dan weer in goede banden geleid door een velerlei aan personen uit de Europese libertarische beweging zoals Annette Godart Van der Kroon, voorzitster van het LVMI-Europe, Barbara Kölm-Lamprechter, secretaris-generaal van het Weense Hayekinstituut, Gawain Towler, woordvoerder van de UKIP en de IND/DEM-groep in het Europees Parlement, hoofdredacteur Kris Barrezeele van het zakenblad “The Director” en redacteur Kyle Wingfield van de “Wall Street Journal Europe”.

Professor Stephan Wyckaert van de ULB schetste het raamwerk waarbinnen de Europese Commissie momenteel werkt aan “betere” regelgeving en koppelde dit terug naar enkele traditionele libertarische kritieken zoals die van Frédéric Bastiat of Portalis die allebei een natuurrechtelijke kijk op de wethouders hadden en vooral het belang van afdwingbare eigendomsrechten hoog in het vaandel droegen. “De Europese Unie wil té veel reguleren en vaardigt daarom té vaak slechte regels uit,” aldus Wyckaert. Professor Hardy Bouillon van de universiteit Duisburg-Essen hekelde de nadruk op utilitaristische argumenten in het debat rond regulering en verdedigde de meerwaarde van competitie, ook in minder traditionele domeinen als éénvormigheids- en kwaliteitsstandaarden. Professor Matthias Storme van de UA en de KUL analyseerde de ideeën en de wensen van de Europese regelgevers en deed deze af als “inherent contradictorisch”. Perfecte regulering bestaat niet. Men moet altijd kiezen tussen rechtszekerheid en voorspelbaarheid aan de ene kant, en actieradius en flexibiliteit aan de andere kant. Wil men iets reguleren, moet men het ideaal van coherentie doorgaans laten varen. En ook de interpretatievrijheid van rechters en uitvoerders geeft problemen. Tenslotte waren de anti-discriminatiewetten volgens hem nog de archetypische voorbeelden van slechte regels.

Mario Fetz, de directeur van het “Private Sector Partnership” binnen het Wereldvoedselagentschap van de Verenigde Naties, kwam in Brussel vertellen over de recente veranderingen in aanpak op vlak van publiek-private samenwerking. Tot 2002 werd privé-hulp uitgesloten van de VN-projecten, maar daar is nu verandering in gekomen. Tegen 2012 moet al 200 miljoen euro van het WVA-budget een private oorsprong hebben en dat bedrag zou nadien geleidelijk aan tot 2 miljard euro moeten oplopen. Transportgoeroe Luke Disney sprong Fetz hierin bij. Disney stond enkele jaren geleden mee aan de wieg van de “North Star Foundation” die geld inzamelt bij transportbedrijven en dat in Afrika onder VN-vlag aan eigen projecten mag besteden. De VN begint ook meer en meer in te zien dat centrale planning haar doelen vaak mist terwijl privaat initiatief meer succes kent, minder verspilling en inefficiëntie met zich meebrengt en op de grond het verschil kan maken. Thomas Deichmann, de hoofdredacteur van NOVO, sprak over het concept van spontane “corporate social responsibility” en woog dit af tegen Milton Friedmans uitspraak, “the business of business is business”. Zelfs al zijn de redenen voor bedrijven om aan charity te doen niet 100% filantropisch, de gevolgen en realisaties daarvan zijn dat natuurlijk wel.

Professor Simon Duindam van de universiteit van Maastricht vergastte de aanwezigen op een lezing over “law and economics” en hield een bevlogen pleidooi voor een nieuwe methodologie in de analyse van regulering en de impact ervan op de economie die het individu centraal zou plaatsen in plaats van bepaalde doelgroepen of targetsectoren. Europees Mandarijn Gert-Jan Koopman temperde het enthousiasme van Duindam en hield vast aan het traditionele overlegmodel waarin alle stakeholders, zowel associaties als individuen, betrokken worden. Consultant John Houston van de “Kreab Group” waarschuwde voor het misbruiken van de bankcrisis. Houston stelde dat een groot aantal nieuwe regels nu verpakt worden als maatregelen tegen de crisis en zo gestemd geraken terwijl hun link met de crisis eigenlijk verwaarloosbaar is. Milieujournalist Edgar Gärtner gaf onverbloemd kritiek op de REACH-richtlijn. Dit zou een coup-de-théâtre zijn die de landbouwprijzen verder zou doen toenemen zonder noemenswaardige impact te hebben op de kwaliteit en veiligheid van de producten of op de bescherming van het milieu.

Gewezen Brits Europarlementslid Tom Spencer drukte dan weer zijn vrees uit voor het verdwijnen van het debat in Europa en de opkomst van een corporatistische consensuscultuur, en Detmar Döring van de “Friedrich Naumann Stiftung” mocht de conferentie besluiten met een ideologisch libertarisch discours. De vrije markt faalt natuurlijk niet. Het klimaat verandert, maar natuurlijk niet door menselijk gedrag. Ecologisme is helemaal niet moreel gerechtvaardigd, net zomin als technologisme of vrijemarktdenken. Democratie is misschien wel beter dan technocratie, maar de huidige EU combineert net het slechtste van twee werelden. Geldcreatie is wel degelijk de oorzaak van de huidige financiële crisis. En het is gewoon onbegrijpelijk dat kapitalisten in de publieke opinie de nieuwe joden geworden zijn...


Meer over deze conferentie op www.lvmi-europe.org.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.


<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>