1 oktober 2008

Kleine pronostiek over de staatshervorming (Hoegin)

Nu het stof rond het voormalige Vlaams Kartel stilaan weer neergedwarreld is, kunnen we ons misschien eens aan een kleine pronostiek wagen over het verdere verloop van de staatshervorming en de beruchte «interinstitutionele dialoog». Of moeten we schrijven, niet-verloop?

Nadat het partijcongres van de N-VA de «interinstitutionele dialoog» wat haar betrof naar de prullenmand zond en daarmee het vertrouwen in de regering-Leterme I opzei en zich zelfs terugtrok uit de Vlaamse regering, stemde een grote meerderheid van de leden van de CD&V in met een voortzetting van diezelfde dialoog onder het motto «met de moed om door te zetten». Ik wil echter niet uitsluiten dat een aantal van de CD&V-leden zich genoodzaakt zagen de dialoog eerder «met de dood in het hart» toch nog maar een kans te geven.

Maar valt er nu werkelijk nog iets te verwachten van die dialoog? Het is in ieder geval zo dat met het uittreden van de N-VA uit die dialoog een convergentie van belangen optreedt bij alle andere betrokken partijen. Een zeer voor de hand liggend aspect dat reeds meerdere malen aangehaald werd in de media is dat iedereen nu gemotiveerd is om aan te tonen dat de N-VA de laatste maanden de bron van alle communautaire problemen is geweest, en niet de Franstaligen (of toch niet alleen). Voor de Open Vld komt daar nog bij dat zij er belang bij heeft ervoor te zorgen dat de CD&V zo snel mogelijk stappen zet die de wig tussen CD&V en N-VA nog wat dieper kunnen drijven, zodat de bruggen tussen de twee ex-kartelpartners definitief opgeblazen kunnen worden. Een vorm van staatshervorming die groot genoeg is voor de CD&V maar veel te klein voor de N-VA zou daarbij echt niet te versmaden zijn.

Ook de CD&V heeft nu een staatshervorming nodig, zodat Kris Peeters volgend jaar niet met lege handen naar de kiezer hoeft te trekken. Verder is voor de partij een oplossing voor Brussel-Halle-Vilvoorde dringend nodig, koste wat het kost – en het zal inderdaad wat mogen kosten. Dit dossier zal de partij, en zeker Yves Leterme die er maar liefst twee keer een verkiezingszaak van maakte, immers blijven achtervolgen zolang er geen oplossing gevonden is.

Tot slot zijn er nog de Franstalige partijen, en ook zij zullen de kans niet willen laten liggen om te bewijzen dat de N-VA, en bij uitbreiding alle Vlaams-nationalisten, de oorzaak van alle problemen in België zijn. Als hen dat bovendien niets hoeft te kosten, ja meer zelfs, als ze hoe dan ook objectief een goede zaak kunnen doen omdat ze aan de onderhandelingstafel zeer gewillige Vlaamse partijen zullen vinden, dan staat niets nog een vruchtbaar verloop van de «interinstitutionele dialoog» in de weg.

De vraag is dan hoe het resultaat van die dialoog eruit zal zien. In eerste instantie mag verwacht worden dat het eerste pakket van de staatshervorming, de zogenaamde «borrelnootjes», eindelijk goedgekeurd zullen worden door het parlement, en dan in het bijzonder die borrelnootjes die het Brusselse Gewest geld opleveren. Verder mag aangenomen worden dat de studiediensten van de Franstalige partijen al aan het uitrekenen zijn in welke delen van de Sociale Zekerheid er een transfert van Zuid naar Noord opgespoord kan worden, zodat die delen toch gesplitst kunnen worden – zij raken immers niet aan de solidariteit zoals de Franstaligen dat begrip begrijpen. Hierdoor zullen de transferts van Noord naar Zuid niet afnemen, maar netto zelfs toenemen, maar de Vlamingen krijgen wel een gedeeltelijke splitsing van de Sociale Zekerheid die ze dan zelf zouden moeten afwijzen.

Mag ook nog verwacht worden in het tweede pakket: een regeling van Brussel-Halle-Vilvoorde, vermoedelijk met een federale kieskring die amper enkele dagen geleden nog opnieuw opgerakeld werd door Didier Reynders in een interview met de krant Le Monde, plus een uitbreiding van de faciliteiten door middel van één of andere vorm van inschrijvingsrecht of iets gelijkwaardigs. Het valt ook niet uit te sluiten dat Marino Keulen over enkele weken plots tot de vaststelling komt dat alle juridische middelen uitgeput zijn, en hij geen andere keuze meer heeft dan de drie Franstalige burgemeesters alsnog te benoemen. Kern van de zaak is echter dat Brussel-Halle-Vilvoorde op zo'n manier gesplitst zal worden dat in geval van een splitsing van België de Franstaligen hun aanspraken op delen van de provincie Vlaams-Brabant zullen kunnen blijven behouden, of zelfs nog uitbreiden, en CD&V zal bereid zijn die toegeving te doen om van het dossier af te raken.

O ja, terloops: enkele jaren geleden schoot het toenmalige SPIRIT een gelijkaardige regeling nog af. De VlaamsProgressieven hebben vandaag geen vertegenwoordigers meer in de Kamer, en komer er strictu sensu dus niet eens aan te pas, maar als de partij bij haar kartelpartner zou protesteren, zou het wel eens kunnen dat sp.a van de gelegenheid gebruik zou willen maken om de puntjes binnen het kartel nog eens op de i te zetten: misschien willen de VlaamsProgressieven wel het voorbeeld van de N-VA volgen, ja zelfs een kartel met hen aangaan?

Het derde pakket van de staatshervorming, ten slotte, zal hetzelfde lot beschoren zijn als die beruchte derde fase in de jaren negentig: het zal er niet komen. Eens het tweede pakket goedgekeurd zal het communautaire dossier immers opnieuw de koelkast in verdwijnen, niet tot 2011, maar als het even kan tot 2015. Alleen een separatistische meerderheid in het Vlaams Parlement in 2009 of 2014 of een accident de parcours door externe factoren zal Yves Leterme ervan kunnen weerhouden in de voetsporen van zijn voorganger Guy Verhofstadt te treden: aan de macht komen met een stoer Vlaams programma, om zich vervolgens jarenlang te laten gebruiken als de gewillige handpop van de Belgische partij. En om op het einde meer en meer te lonken naar een Europees baantje, want na Vlaanderen zal ook België voor hem te klein blijken te zijn. Zelfs in de «serieuze» media begint men dat stilaan al door te hebben.

Een eerste test of al deze voorspellingen steek houden zal de behandeling van de splitsingsvoorstellen van Brussel-Halle-Vilvoorde in de Kamer zijn. Indien de Franstaligen zonder veel morren opnieuw een belangenconflict indienen, zal het duidelijk zijn dat er afspraken zijn gemaakt. Dienen de Franstaligen geen nieuw belangenconflict in, maar zorgen Open Vld en CD&V er zelf voor dat het dossier voldoende vertraging oploopt – de financiële crisis, tegenwoordig goed om elk, maar dan ook elk normaal democratisch proces de nek om te wringen zal ook hiervoor wel van pas kunnen komen– zal ook dat aantonen dat er afspraken zijn gemaakt, en meteen ook dat de Franstaligen partijen zo sterk zijn dat ze niet alleen dénken de CD&V de kelk tot op de bodem te laten leegdrinken, maar erin slagen die partij dat nog te laten doen ook. Dat het toch nog tot een crisis zou komen die tot een vroegtijdige val van de regering-Leterme I zou kunnen leiden, daar gelooft ondertussen niemand nog in. Desnoods laat kamervoorzitter Herman van Rompuy het splitsingsvoorstel wel zoekraken, of eet Yves Leterme het persoonlijk tot de laatste papiersnipper op.

Labels: , , , , ,

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>