7 oktober 2011

Lezers over de Vlaamse kwestie

Ooit op een debat over de Belgische stammentwisten pleitte een flamingant voor een nieuwe staatshervorming. Niet-flamingant mr. Fernand Keuleneer wees er fijntjes op dat bij elke vorige staatshervorming de Vlamingen terrein verloren hebben. En dan fel: “God beware ons voor nóg een staatshervorming!” Helaas, er is er nu weer één, volgens Alexander De Croo zelfs de grootste ooit.




Qua algemene strekking is deze weer hetzelfde als elke vorige: wat de Vlamingen “binnenhalen” zijn brokken grotere autonomie die evengoed aan de Franstaligen toevallen, maar waarvoor zij wel een prijs aan diezelfde Franstaligen betalen. Een nadere ontleding van de bereikte akkoorden laten we over aan wie zich dieper in het dossier ingewerkt heeft; maar dat de Vlaamse onderhandelaars niet gewonnen hebben, zoals zijzelf beweren, ligt er vingerdik bovenop. Zoals hun voorgangers laten de jonge Vlaamse partijvoorzitters zich bij de neus leiden.

Zij worden daarin door een onbekend maar groot percentage van de Vlaamse bevolking gesteund. Je ziet die anti-Vlaamse Vlamingen aan het woord op de discussieforums van de kranten in antwoord op Vlaamsgezinde opiniestukken. Neem nu “Van propere, vuile en slappe was” (DS, 16-9-2011) door Jean-Pierre Rondas, dat het BHV-akkoord als “voor Vlaanderen aan alle kanten negatief” beoordeelt.



Dieptepsychologie

De meeste pro-België lezers vinden argumenteren niet nodig, en enkelen zeggen dat ook meteen: “Zaag, zaag, zaag. En te zeggen dat ik vroeger respect had voor monsieur Rondas.” Of: “Volksverlakkerij eerste klas. Flauw en onbetamelijk. Weg met dat gezwans.”

Enkelen rechtvaardigen dat met een gratis psychoanalyse: “Beste mijnheer Rondas, ik zie uw tunnelvisie en uw vijandsdenken.” Ontevreden Vlamingen geven slechts uiting aan “een verslaving aan ongenoegen omwille van het ongenoegen”. Dat er eigenlijk helemaal niets te discuteren valt, hier dus wegens geestelijke stoornis van de dissident, is een typische eerste verdedigingslijn van een belegerd regime.

Volgens nog zo’n dieptepsycholoog “gaat het in de 'eisen' van de Vlaamse beweging en de partijen met uitgesproken Vlaams profiel duidelijk en uitsluitend om revanchisme en rancune, en dan nog van het domme soort: vanuit de nulsom-gedachte: 'Wat de anderen hebben aan geluk, aan inkomen, aan succes, dat kan niet anders dan van 'ons' zijn afgenomen'.” Welja, en alwie een klacht gaat neerleggen wegens diefstal, doet dat alleen uit ziekelijke afgunst jegens de o zo succesvolle inbreker.

De meesten halen Vlaanderen en België door elkaar, bv.: “Het Belgisch compromis is geven en nemen.” Preciezer: het is Vlaams geven en Franstalig nemen. Het Franstalige geven, zeker juist in het BHV-akkoord, komt neer op: minder nemen dan eerst geëist. Iemand citeert Jan De Volder (Tertio): “Eén ding doen weinigen ons na: voor onze conflicten tussen meerderheden en minderheden is geen druppel bloed vergoten. (…) Dat heet beschaving.” De bevoordeelde partij heeft natuurlijk geen reden om bloed te doen vloeien. De benadeelde partij, die indien Iers of Baskisch wel naar de wapens had kunnen grijpen, dié geeft inderdaad blijk van beschaving door het bij woorden te laten. Maar dat zijn niet de Belgen, wel de Vlamingen. De belgicisten geven eigenlijk ook toe dat de geweldloosheid in hun eigen kamp niet onvoorwaardelijk is, want zij waarschuwen voor “de finale botsing waarvan u het einde niet kent”.

Weg met ons, zo adviseren zij: “In plaats van zich te fixeren op die paar vierkante km Vlaamse grond hadden de Vlamingen veel beter de faciliteitengemeenten afgestaan aan Brussel in ruil voor een ruime staatshervorming.” Natuurlijk, elke Vlaamse toegeving was altijd al de laatste, ook deze weer.

Vlamingen wilden altijd al liever hun hemel verdienen dan hun rechten te verdedigen. Vandaag is die eeuwige zaligheid als ersatz voor aardse rechtvaardigheid vervangen door een schouderklopje van de media, maar één belgicist beveelt toch nog aan “te bidden voor inzicht, en als het even kan, (...) te bidden voor je vijanden”. Mooi zo, maar zijn terreinkennis is wat minder: “Zich aanpassen is voor een mens wel degelijk altijd moeilijk. U wil anderen opleggen wat u zelf niet wil doen.” Integendeel, de Vlamingen hebben op Franstalig grondgebied altijd wel gedaan wat zij van de Franstaligen in de rand vragen, namelijk zich aanpassen.


Splinter

Opvallend maar niet verrassend is de politieke onnozelheid van deze Vlamingen. Moedwillig oppervlakkig weigeren zij de feitelijke implicaties van de fraaie teksten te zien: “Geen onzin vertellen a.u.b. Er worden geen faciliteitengemeenten overgeheveld naar Brussel.” Zo knijpt iemand zijn ogen toe voor de strategische diepte van het Franstalige project van de “metropolitane regio”: “U hoeft zich geen zorgen te maken, de 'hoofdstedelijke gemeenschap' heeft hoogstens een adviserende rol over zaken als mobiliteit etc.” Welja, over de faciliteiten van 1963 hoef je je geen zorgen te maken, zij dienen alleen om de Franstalige inwijkelingen te helpen om zich te integreren, niet? Iemand ziet in dit akkoord zelfs de kiem van een Vlaamse expansie: “En vice versa natuurlijk, de Vlamingen hebben dan ook een poot in het al even rijke 'Frans Brabant'.”

En steeds weer splinters in het Vlaamse oog vinden maar niet de balk in het Franstalige: “De 'taalfierheid' waar u het over heeft is een laat-romantisch begrip. Het is achterhaald.” Terwijl het hele probleem er maar is omdat de Franstaligen zulke buitensporige “taalfierheid” ten toon spreiden, niet tijdens de Romantiek maar vandaag.

Eén veelgehoorde stelling zou echter juist kunnen zijn: “De waarheid is dat het akkoord over BHV voor de meeste mensen perfect aanvaardbaar is.” En dat “er geen democratische meerderheid bestaat om het land te ontbinden”. Die liefde voor de democratie is wel erg selectief: er bestond in het parlement een democratische meerderheid (Vlamingen minus Groen!) om BHV te splitsen, maar dat is wegens de Belgische grendels niet doorgegaan.

Doordat de meeste Vlamingen geen eigen ervaring hebben met de Belgische politiek, die hen al zolang als kinderen behandelt dat zij zichzelf als kinderen gaan gedragen, kunnen zij zich blijven wijsmaken dat het probleem België maar een kunstmatige obsessie van een zootje caractériels moet zijn. Laat hen door volkssoevereiniteit eigen ervaring opdoen met de Belgische politiek, en zij zullen beter weten.

Labels: , , , ,

1 Comments:

At 8/10/11 13:17, Anonymous Anoniem said...

Pijnlijk juiste analyse...

 

Een reactie posten

<< Home

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>