9 juni 2020

Wit, het begrip




Wit, het begrip


(Doorbraak, 10 juni 2020)



Eigen verhaal

Het is met grote tegenzin dat ik het debat over het racisme betreed. Ik bedoel hier niet het welig tierende oneigenlijke gebruik van die term, als in “anti-moslim racisme” (alsof moslims een ras vormen), maar wel de eigenlijke verwijzing naar geboortegroepen onderscheiden door huidskleur. Dat is ooit een ernstige bron van ongelijkheid geweest, maar het is slechts door de traagheidswet dat sommige achterblijvers daar nog steeds belang aan hechten. En zij sterven uit. Of zo leek het mij toch.

Mijn eerste kennismaking met racisme was in 1965-66, toen ik in de loop van het eerste leerjaar te maken kreeg met nieuwe klasgenoten wier familie na de onlusten van 1964 Kongo ontvlucht waren en zich na wat omzwervingen in het Leuvense gevestigd hadden. Ik begreep ervan dat er meerderwaardigheidsgevoelens vanwege blanken en wraakgevoelens vanwege zwarten geweest waren, en aanvaardde de uitleg vanwege de volwassenen dat dat een nu voorbijgestreefde vergissing geweest was, want dat alle mensen gelijk zijn. Zonder verder omkijken nam ik een ‘kleurenblinde’ houding aan tegenover huidskleur, en dat is nooit meer een thema geworden. Ik heb lang gereisd of verbleven in de Golfstaten, China en India, en heb nooit de indruk gekregen dat huidskleur iets uitmaakte. Zoals Paul McCartney en Stevie Wonder (hier in alfabetische orde opgesomd) het in hun duet Ebony & Ivory (idem) zongen: ‘We all know / that people are the same wherever you go.’ 

Wel heb ik hier en daar vanwege mijn gesprekspartners racisme ondervonden, maar niet genoeg om er enig belang aan te gaan hechten. Het was een vergissing, ook bij hen, en verklaarbaar doordat zij (anders dan onze jongere generaties) ook vandaag nog in raciaal homogene milieus opgroeien, en niet dag in dag uit met raspropaganda bekogeld worden. Daarentegen heb ik ernstige maatschappelijke problemen vastgesteld die uit een andere communautaire indeling van de mensheid voorkomen: ideologie en religie. Het kleinste kind kan een verschil in huidskleur zien, maar de eigenheid van levensbeschouwingen begrijpen, daar is verstand en onderzoek voor nodig (niet voorzien in een diploma Grievance Studies). Als volwassen mens heb ik me dan daarop toegelegd, terwijl kinderlijker geesten de verschillen in huidskleur tot basis voor hun politiek handelen maken.



Bezetenheid

Zij sleuren huidskleur overal bij en zien alles door een raciale lens, zoals in hun reeds genoemde racialisering van het islamprobleem. Bijvoorbeeld, christelijke meelopers met de heersende denkmode bezweren ons dat Jezus ‘een Midden-Oosterse vluchteling’ was, een soort Alan Kurdi, en ‘een maatje donkerder dan wij’.  Ras was nooit een kwestie in de kerstening van Europa, noch in die van Noordoost-Afrika, waar we iconen van een donkerbruine Jezus terugvinden. In het katholieke (‘universele’) geloof is hij dé mens, en dus te vereenzelvigen met mensen van eender welk ras, ook in visuele kunst. Het is pas nu dat hij onder handen van progressieve christenen een vreemdeling geworden is, een raciale ‘Ander’. Hun voorzaten streefden naar de eeuwige zaligheid, zijzelf hunkeren naar een schouderklopje van de toonaangevende neoracisten. Het is over hen dat Jezus zei: ‘Voorwaar, zij hebben hun loon reeds ontvangen.’

We worden tegenwoordig om de oren geslagen met het woord ‘wit’, zelfs in contexten waar goed Nederlands het woord ‘blank’ verwacht. Ouderen klagen dat jongeren niet meer zonder dt-fouten kunnen schrijven en dat onze taal verloedert, maar hier is het de VRT-nieuwsdienst (met zijn AN-voorbeeldfunctie) die die fout maakt. Om nog te zwijgen van toppolitici als Koen Geens, die aan alle ‘niet-witte’ medeburgers quota wil toekennen.

Een omstandigheid die we moeten begrijpen om de evolutie van het ideologisch landschap te kunnen volgen, is de krasse middelmatigheid van het soort mensen dat als woordvoerder van de neoracisten eindigt. Nieuw-Links in mei ’68 had hersenen in huis, en wist genoeg mensen te overtuigen om zijn Lange Mars door de Instellingen te doen slagen. Daarvan plukken hun minder begaafde nazaten de vruchten: spelenderwijs weten zij toppolitici als Koen Geens, Alexander De Croo of Bart Somers voor hun kar te spannen. Maar die middelmatigheid verklaart wel waarom ze onzintermen als ‘wit privilege’ gebruiken. Hun wereldbeeld is uit de VS overgenomen, en slecht of niet vertaald. Zij nemen de Amerikaanse maatschappelijke verhoudingen onkritisch over, en wanneer zij ‘white privilege’ lezen, weten zij niet beter dan dat letterlijk te vertalen. Goed Nederlands zou ‘blanke bevoorrechting’ zijn, maar zoveel denkinspanning kunnen zij niet opbrengen. Zo worden zij nuttige idioten van een Amerikaans cultureel imperialisme. De sindsdien uitgevonden redenen om ‘blank’ uit te bannen, moeten dit proces van schaapachtig slikken rationaliseren.

Evengoed slagen zij in hun opzet. Twee jaar geleden schreef VRT-ombudsman Tim Pauwels nog dat de staatsomroep in de opgeklopte twist tussen ‘wit’ en ‘blank’ (‘Waarom het woord “blank” niet weg hoeft’, 28 jan. 2018) geen partij moet kiezen. Toen had de staatsomroep in Hilversum gedecreteerd dat ‘wit’ de voorkeur verdient ‘omdat blank een positieve connotatie heeft’, wat blijkbaar niet mag. Pauwels wijst er dan op dat dat feitelijk onjuist is: ‘blank’ heeft geen ander gamma van connotaties dan ‘wit’. Is ‘wit geld’ in tegenstelling met ‘zwart geld’ dan niet positief geconnoteerd? Hij stelt heel democratisch voor om de woordkeuze aan de openbare mening over te laten: de omroep moet in deze ‘niet leiden maar volgen’. Maar zoveel gezond verstand, dat heeft blijkbaar niet mogen blijven duren, want tijdens de jongste ‘Black Lives Matter’-crisis was het bij de duidingsdienst al ‘wit’ wat de klok sloeg.




Slotsom

Op een recente jaarlijkse secretaressendag besloten de secretaressen dat ‘secretaresse’ iemand is die koffie zet; daarom wilden ze liever management assistent heten. Ze noemen zichzelf al wat ze willen, zolang ze maar niet pretenderen, andermans taalgebruik te mogen dicteren. In ieder geval hadden ze ongelijk over het gewraakte woord, en was het vervangende amerikanisme geen vooruitgang. Datzelfde geldt voor de haat tegen ‘blank’.


<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>