11 september 2008

Eens iets goeds over Bernard-Henri Lévy (vpmc)

.
Waarom is Moby-Dick zo'n geweldig boek ?

Heel simpel: omdat Moby-Dick, behalve komisch en episch en tragisch, ook een encyclopedie van zijn tijd is (1851).* Je vindt er dingen in, ongeveer zoals je in een heel oude Winkler-Prins of Brockhaus dingen kunt vinden die in moderne edities zijn weggevallen.

Nu las ik enige jaren geleden dat zelfs Bernard-Henri Lévy in zijn boek, Le Siècle de Sartre,** de behoefte heeft gehad om naar Moby-Dick te verwijzen. De journalist Daniel Bermond bespreekt dat Sartre-boek van hem, en hij besluit:

Il y avait donc un Sartre rebelle et un Sartre totalitaire, deux âmes dans le même corps, un peu, analyse Bernard-Henri Lévy, à la manière du monstre dans Moby Dick, qui avait, comme l’écrivain, les yeux tellement divergents que deux visions de la réalité s’inscrivaient dans son cerveau.


Zoals hier al bleek, heb ik het op BHL niet zo begrepen, maar ik moet toegeven dat hij zijn auteur weet te kiezen, ik bedoel Melville. De passage die BHL voor ogen stond, is die waar de Pequod gevaarlijk slagzij maakt, omdat naast haar het voordek, aan één zijde een reusachtige walviskop getakeld hangt; er wordt gelukkig nog een tweede walvis gevangen en die zijn kop komt aan de andere kant, wat het evenwicht herstelt.

De ik-persoon Ishmael beschrijft de situatie:

As before, the Pequod steeply leaned over towards the sperm whale’s head, now, by the counterpoise of both heads, she regained her even keel; though sorely strained, you may well believe. So, when on one side you hoist in Locke’s head, you go over that way; but now, on the other side, hoist in Kant’s and you come back again; but in very poor plight. Thus, some minds for ever keep trimming boat. Oh, ye foolish! throw all these thunder-heads overboard, and then you will float light and right.

Even verder gaat het dan over die ogen, die zich aan de zijkanten van de kop bevinden, ongeveer zoals die walviskoppen van de Pequod.

Now, from this peculiar sideway position of the whale’s eyes, it is plain that he can never see an object which is exactly ahead, no more than he can one exactly astern. In a word, the position of the whale’s eyes corresponds to that of a man’s ears; and you may fancy, for yourself, how it would fare with you, did you sideways survey objects through your ears. You would find that you could only command some thirty degrees of vision in advance of the straight side-line of sight; and about thirty more behind it. If your bitterest foe were walking straight towards you, with dagger uplifted in broad day, you would not be able to see him, any more than if he were stealing upon you from behind. In a word, you would have two backs, so to speak; but, at the same time, also, two fronts (side fronts): for what is it that makes the front of a man — what, indeed, but his eyes?
Moreover, while in most other animals that I can now think of, the eyes are so planted as imperceptibly to blend their visual power, so as to produce one picture and not two to the brain; the peculiar position of the whale’s eyes, effectually divided as they are by many cubic feet of solid head, which towers between them like a great mountain separating two lakes in valleys; this, of course, must wholly separate the impressions which each independent organ imparts. The whale, therefore, must see one distinct picture on this side, and another distinct picture on that side; while all between must be profound darkness and nothingness to him. Man may, in effect, be said to look out on the world from a sentry-box with two joined sashes for his window. But with the whale, these two sashes are separately inserted, making two distinct windows, but sadly impairing the view. This peculiarity of the whale’s eyes is a thing always to be borne in mind in the fishery; and to be remembered by the reader in some subsequent scenes.***

Zaken die zich recht vóór hem bevonden kon Sartre dus niet zien! Mooie observatie van BHL en voor mij een bewijs dat Moby-Dick, zoals de Bijbel en Shakespeare, eindeloos citeerbaar is.
.
___________________

* De criticus Vissarion Belinsky noemde Poesjkins Eugeen Onegin "een encyclopedie van het Russische leven". Dat lijkt mij een goede definitie van een meesterwerk, of het nu muziek, literatuur of schilderkunst betreft.
** Boektitel die de parochiale ingesteldheid van de meeste Franse penseurs typeert; ik houd het, wat Sartre betreft, bij de mening van Me. Jacques Vergès: Du point de vue philosophique, j’admire Heidegger auprès duquel Sartre est un nain. Comme artiste, la grande faiblesse de Sartre a été de vouloir faire des romans à thèse, des romans d’idées, ce qui est une espèce de forme bourgeoise du réalisme socialiste auquel je n’adhère pas non plus.
*** Chapter 74: The Sperm Whale’s Head — Contrasted View

(mijn raad is om het boek in de kritische uitgave van Norton, N.Y. te kopen)
.


Labels: ,

11 Comments:

At 11/9/08 05:35, Anonymous Anoniem said...

1) Zo zijn er natuurlijk velen die sommige zaken niet willen zien, zelfs wanneer het vlak voor hun eigen neus staat. Vooral wanneer ideologie in conflict komt met empirie.

2) Ook Heidegger had daar soms last mee (zo vertelde mijn professor metafysica en moraalfilosofie vroeger), evenzeer als Sartre. En ik vermoed dat het evenzeer geldt voor Jacques Verges (accent grave), precies omdat hij een 'advokaat' is.

3) En dan zijn er nog meer die, zelfs wanneer ze 'het' wel kunnen zien, het toch niet bij de juiste naam durven noemen. Neem nu bijvoorbeeld die Texaanse cowboy die nog nooit woorden als "islamofascism" of "radical islam" heeft durven gebruiken, en die nog steeds spreekt van de "hyjacking of a religion". Er zijn natuurlijk ook prachtvoorbeelden te vinden dichter bij Brussel.

 
At 11/9/08 22:37, Anonymous Anoniem said...

@Marc Vanfraechem
Is "Pequod" een vrouwelijke naam?
Zoniet, dan is het "zijn voordek" i.p.v. "haar voordek".

 
At 12/9/08 00:28, Blogger Marc Vanfraechem said...

@johan b: Naar een schip wordt met het vrouwelijk voornaamwoord verwezen, en de naam doet er niet toe. De verheven stijl.

 
At 12/9/08 01:31, Blogger Marc Vanfraechem said...

@Marc Huybrechts: maar je ziet zonder moeite toch ook, hoop ik, dat een genie als Melville, beseffend dat de mensheid is wat zij is, nooit de werkelijkheid ...in eenvoudige puntjes zou hebben onderverdeeld?

 
At 12/9/08 04:28, Anonymous Anoniem said...

@ Marc vf

Ik heb helemaal geen probleem met Melville. Die was slim genoeg om fictioneel proza te gebruiken om zich tot ons te richten. Dat betekent dat anderen - min of meer al naar gelieven - zijn 'werkelijkheid' eindeloos kunnen analyseren en onderverdelen in puntjes.

Maar, met Sartre, Heidegger, en vooral Maitre Jacques Verges, daar heb ik veel problemen mee. Nog meer dan met die "clown" Bernard-Henry the big L. Clowns kunnen wel amusement brengen voor de mensen. Maar, sommige clowns zijn veel gevaarlijker, i.e. ze kunnen veel meer menselijke schade aanrichten - dan anderen.

 
At 12/9/08 16:28, Anonymous Anoniem said...

Kapitein Ahab had alleen nog dit ene doel in zijn leven: de witte walvis, die hem ooit een been heeft gekost....de rest bestond niet meer...verblind door zijn doel.
Heidegger met alleen het Zijn voor ogen ( al de rest waren afgeleiden, interessant misschien voor wetenschappers en journalisten) was blind voor de sociale werkelijkheid rondom hem, de kampen, de uitsluitingen, de moorden.
Sartre in zijn sociaal engagement, zijn marxisme, zijn bevrijding van het proletariaat was blind ( naast scheel) voor de goulag en Mao's exterminatiepraktijken.
BHL die clown, zou ik niet met voorgaanden willen vergelijken...die eer wil ik hem niet bewijzen, men kan ook blind zijn zonder doel, en fier met veel lawaai, naar eigen nietszeggendheid wijzen.

Frans V.

 
At 12/9/08 18:48, Anonymous Anoniem said...

@Marc Vanfraechem: "Naar een schip wordt met het vrouwelijk voornaamwoord verwezen, en de naam doet er niet toe."

http://www.onzetaal.nl/advies/het-schip.php:
"Naar onzijdige woorden wordt niet met haar maar met zijn verwezen: 'het schip en zijn bemanning', 'het bestuur en zijn beslissingen'."

http://nltaal.blog.nl/taalvraag/2006/03/31/haar_nooit_te_vroeg:
"Bij mannelijke en onzijdige woorden is het bezittelijk voornaamwoord altijd 'zijn'. De man en zijn auto, het paard en zijn hoeven. Dus het is ook: 'het citaat en zijn consequenties' en 'het schip en zijn bemanning'. Geen discussie over mogelijk."

 
At 12/9/08 22:43, Blogger Marc Vanfraechem said...

akkoord johan b.: het moest zijn zijn. Ik schreef haar, het Engelse gebruik, omdat ik aan de poëzie daarvan niet kon weerstaan.

 
At 12/9/08 23:35, Anonymous Anoniem said...

Dat de Bijbel eindeloos citeerbaar is, is een feit. Bijvoorbeeld Prediker 6,11: 'Hoe meer woorden, hoe meer onzin. En wat heb je daaraan?'. Volgens een andere vertaling luidt het: 'Hoe meer woorden, hoe meer ijdelheid. En wat heb je daaraan?'. Aangezien de twee gecorreleerd zijn maakt het allicht niet veel verschil.

 
At 13/9/08 00:52, Blogger Marc Vanfraechem said...

@ Jan Goudenmond: akkoord, maar het is wel merkwaardig dat de onderscheiden vertalingen van het vers dat u uit de Prediker aanhaalt in twee richtingen gaan (bij E-sword is dat makkelijk te zien).
De Vulgaat heeft het wel degelijk over “verba”, als vertaling voor het “λόγοι” van de Griekse tekst, en ook de “Afrikaans Ou Vertaling” zegt "woorde": Want hoe meer woorde, des te meer vermeerder hulle die nietigheid; watter voordeel het die mens daarvan?
Maar bijvoorbeeld onze Statenvertaling houdt het op “dingen”.
Voorwaar, er zijn veel dingen, die de ijdelheid vermeerderen; wat heeft de mens te meer daarvan?
De Franse Darby van hetzelfde: Car il y a beaucoup de choses qui multiplient la vanité: quel avantage en a l'homme?
En Luther : Denn es ist des eitlen Dinges zuviel; was hat ein Mensch davon?
King James ook: Seeing there be many things that increase vanity, what is man the better?

(Grieks) ὅτι εἰσὶν λόγοι πολλοὶ πληθύνοντες ματαιότητα...
(Vulgaat) verba sunt plurima multa in disputando habentia vanitatem...

 
At 13/9/08 10:47, Anonymous Anoniem said...

De Onvolprezen Naardense Bijbel ( vertaald door één man:Pieter Oussoren) geeft: Ja, hoe meer woorden daarover, des te meer ijdelheid; wat baten ze de mens.
En André Chouraqui ook in zijn eenmansvertaling brent in het Frans: Oui il existe de multiples paroles qui multiplient la fumée.Quoi de plus pour l'humain?
En in the Penguin vertaling The New English Bible luidt het:The more words one uses the greater is the emptiness of it all; and where is the advantafe to man?
En in het PlatDuits lezen we in vertaling van Karl-Emil Schade: Veel Snackere bringt ja doch nog veel Nixhaftigs.Watt hett dor de Mensch wull an?
Ik vind dit alles prachtig, en hoop dat onze Bijbelse traditie nog lang moge leven, evenals de seculiere bijbels waarvan Moby-Dick ongetwijfeld een mooi voorbeeld is. Bij dit alles nog een senryu die aansluit bij dit fragment uit Prediker:

met ouder worden
kost het steeds minder woorden
om niets te zeggen

Frans V.

 

Een reactie posten

<< Home

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>