15 juli 2007

Anarchie, de staat, en Somalië

Tot 1991 kreunde de Somalische bevolking onder een socialistische roofstaat, onder leiding van Mohame Siad Barre, een tiran in dezelfde klasse als Saddam Hussein, Ida Amin Dada en Mobutu. Qua mensenrechten had het land de slechtste reputatie van heel Afrika, aldus de Verenigde Naties. Eat your heart out, Joseph Desirée!

Het enige wat de economie en staat nog recht hield, was de buitenlandse hulp (waarbij overigens ook het Westen niet afzijdig bleef – hulp aan dictators is geen al te groot probleem, zelfs niet als het om socialistische dictators gaat), dat op het einde van de jaren tachtig goed bleek voor meer dan 50% van het overheidsbudget.

In 1988 brak een burgeroorlog uit, gevolgd door een staatsgreep in 1991 en een volledige ineenstorting van de staat. Sindsdien is er geen staatsgezag meer en ondanks enkele pogingen om een nieuwe regering op de been te brengen, leven de Somali’s in feite in een situatie van volledige anarchie.

Leven in anarchie, dat moet ongetwijfeld verschrikkelijk zijn! En inderdaad, de eerste jaren werden gekenmerkt door de overheersing van de “warlords” (vraag maar aan Bill Clinton, die kan je er alles over vertellen). Desondanks keerde in die periode 400.000 Somalische vluchtelingen terug naar hun land.

Toch betekent anarchie niet per definitie oorlog en conflict. In feite is de situatie in Somalië sinds het einde van de jaren negentig relatief vreedzaam. Er is geweld, maar dit is sporadisch en geïsoleerd geweld. Meer mensen sterven er in de buurlanden, landen waar er wél een overheid is. En de handel profiteert duidelijk van het gebrek aan geweld: de expansie ervan is opmerkelijk.

De realiteit is dat sinds de ondergang van de staat, zowat alle ontwikkelingsindictoren in positieve zin zijn geëvolueerd, zoals Peter Leeson hier omstandig aantoont. Een korte samenvatting:

The data depict a country with severe problems, but one which is clearly doing better under statelessness than it was under government. Of the 18 development indicators, 14 show unambiguous improvement under anarchy. Life expectancy is higher today than was in the last years of government’s existence; infant mortality has improved 24 percent; maternal mortality has fallen over 30 percent; infants with low birth weight has fallen more than 15 percentage points; access to health facilities has increased more than 25 percentage points; access to sanitation has risen eight percentage points; extreme poverty has plummeted nearly 20 percentage points; one year olds fully immunized for TB has grown nearly 20 percentage points, and for measles has increased ten; fatalities due to measles have dropped 30 percent; and the prevalence of TVs, radios, and telephones has jumped between 3 and 25 times.

Niet alleen sociaal-economisch, maar ook op andere vlakken is er opmerkelijke vooruitgang. Individuele en burgerlijke vrijheden worden nu beter gegarandeerd dan ooit. Er is vrijheid van meningsuiting en er is bewegingsvrijheid. Er zijn kranten, radio en televisiezenders, internetsites. Op dit vlak is het beter leven in Somalië dan in China. De telecommunicatiesector bloeit als nooit tevoren – mobiel telefoneren is er goedkoper dan in de rest van Afrika. Er zijn 14 luchtvaartmaatschappijen, en er zijn meer verbindingen met het buitenland dan ooit. Zeer frappant is de monetaire situatie: de inflatie is onder controle, en de koers van de munt stabiel. Frappant, omdat Somalië in een situatie van anarchie uiteraard geen centrale bank of ministerie van financiën heeft. De financiële sector is er beter ontwikkeling nu dan tijdens de regering van Barre en het werkt in het voordeel van de gewone burger: vroeger gingen de kredieten enkel naar overheidsbedrijven en politieke bondgenoten. Geen staat, geen corruptie. Rechtspraak wordt gegarandeerd door "common law" (toegegeven, waarvan een belangrijk deel van religieuze oorsprong) en door private rechtbanken (vaak gefinancierd door bijdragen van zakenmensen). De rechtspraak zal wellicht verre van perfect zijn, maar ze is tenminste snel en vrij. In België kunnen we er nog iets van leren.

Ten slotte zijn er meer scholen dan vroeger, uiteraard allemaal privaat. Nieuwe universiteiten werden opgericht in Borama, Hargeisa, Bassaso en Mogadishu (Somalië heeft er altijd maar één gehad.) En de toegang tot de gezondheidszorg is verbeterd, en bovendien zeer goedkoop.

Last but not least scoort Somalië op verschillende indicatoren beter dan de buurlanden.

Ondanks alles moeten de resultaten van deze studie in zijn context worden geplaatst. Wat in elk geval niet wordt aangetoond – en wat de auteur overigens ook ruiterlijk toegeeft - is dat anarchie beter is dan elke vorm van overheid. We moeten het anarchisme niet gaan romantiseren of idealiseren. Misschien was de situatie nog beter geweest onder een democratische overheid dan onder anarchie.

Misschien.

Maar we moeten nu ook weer niet te idealistisch in de andere richting doorslaan. Belangrijk is dat uit het overzicht blijkt dat de overheid geen monopolie heeft op wat dan ook: onderwijs en zelfs rechtspraak kunnen werken, zelfs al zijn ze volledig op private leest geschoeid. Gezien de situatie in de buurlanden van Somalië is het bovendien verre van zeker dat we een overheid krijgen die daadwerklijk beter kan doen. We moeten dus niet gaan interveniëren om persé opnieuw een staat in de steigers te zetten. Als het resultaat opnieuw een roofstaat is, dan kan Somalië beter nog een tijdje anarchistisch blijven.

Labels: , ,

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>