13 februari 2006

Successierechten (deels) afgeschaft (Politiek Incorrect)

De Vlaamse regering wordt nogal vaak de stijl van een bureaucratisch 'notariaat' verweten, waar saaiheid dikwijls troef is. Dit omdat na de verkiezingen van 13 juni 2004 de drie grote 'democratische' politieke formaties gedoemd waren met elkaar samen een regering te vormen, om zo een dijk te vormen tegen de beukende electorale golven van het Vlaams Belang.

Vorige week werd die saaiheid even doorbroken door sensationaal nieuws vanuit Vlaamse hoek: Immers, de Vlaamse minister van Financiën Dirk Van Mechelen (VLD) mocht trots melden dat de successierechten deels afgeschaft zullen worden, en dit vanaf 1 januari 2007. Een ontwerpdecreet in die richting is alleszins door de ministerraad goedgekeurd. In feite gaat het om een vrijstelling van successierechten op gezinswoningen: Wanneer een der partners komt te overlijden, is het momenteel zo dat de nog in leven zijnde partner hierop successierechten moet betalen op de waarde van het geërfde deel van het huis. Die successierechten kunnen momenteel tot 27 % van de waarde van het onroerend goed oplopen, indien de erfgenaam de echtgenoot van de erflater betreft. Die nalatenschapsbelasting werd dan ook nogal geregeld terecht een 'belasting op verdriet' genoemd. Het is dan ook een goede zaak dat deze vrijstelling er komt. Alleen is het jammer dat de kinderen van de erfgenamen geen vrijstelling van de successierechten zullen verleend krijgen. Dat had tenminste een efficiënte manier geweest om 'betaalbaar wonen' te promoten, of toch alleszins veel efficiënter dan de socialistische ballonnetjes gebakken lucht zoals een belasting op onverkavelde bouwgronden zoals sp.a-voorzitter Johan Vande Lanotte enkele weken geleden nog voorstelde.

De populaire maatregel van de verlaagde successierechten is een zaak. Maar wat de Vlaamse regering echter wel vergeet is dat ze - zelfs na het Lambermontakkoord van 2001 - maar over een zeer beperkte fiscale autonomie beschikt. De Vlaamse regering is ten gevolge van de Bijzondere Financieringwet van 16 januari 1989 nog steeds voor ongeveer 88 % financieel afhankelijk van de federale begrotingskas. Voor de rest kunnen de gewestoverheden slechts in beperkte mate belastingen heffen. Het gaat hier dan om belasting op spelen en weddenschappen, geautomatiseerde speeltoestellen en de openingsbelasting op slijterijen van gegiste dranken. Ten gevolge van het Lambermontakkoord kwamen hier nog eens het kijk- en luistergeld (ondertussen afgeschaft), de successie- en schenkingsrechten, de onroerende voorheffing, de registratierechten, de belasting op inverkeersstelling, het eurovignet en ten slotte de op- en afcentiemen op de personenbelasting bij. Deze maatregelen werden conform grondwetsartikel 170 § 2 genomen.

Wanneer de Vlaamse regering nu echter beslist binnen haar beperkte fiscale bevoegdheden belastingen zoals de successierechten partieel af te schaffen, dan betekent dit uiteraard een minderinkomst - in dit geval van ongeveer 45 miljoen euro - voor deze. Het is daarom dan ook dat Vlaanderen van deze gelegenheid gebruik moet maken om haar eis tot volledige fiscale autonomie extra kracht bij te zetten, uitgaande van de filosofie dat de Bijzondere Financieringswet van 1989 haar in een te strak keurslijf dwingt. Bovendien zou die eis volledig in lijn liggen met de befaamde 5 resoluties van het Vlaams Parlement van maart 1999.

De eis tot volledige fiscale autonomie van het Vlaams Gewest is trouwens meer dan gerechtvaardigd, gezien de Bijzondere Financieringwet ook nog zorgt voor de beruchte interregionale transfers van Vlaanderen naar Wallonië en Brussel, volgens de ABAFIM-studie van vorig jaar begroot op 1,32 miljard euro op jaarbasis. Maar wanneer de successierechten worden afgeschaft, zoals nu het geval is, dan betekent dit dat de Vlaamse regering ofwel haar andere gewestelijke belastingen dient te verhogen, ofwel zich meer zal moeten toeleggen op federale begrotingsmiddelen. Iedereen kan natuurlijk al wel raden wat dit betekent... Desalniettemin blijft de beslissing om de erfenisrechten deels terug te dringen vanuit moreel en ethisch standpunt natuurlijk wel zeker toe te juichen.

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>