De kwakkel over bouwkavels
De hele Vlaamse pers publiceerde de laatste dagen een artikel over "Bouwkavels alleen nog voor kopers met band met de streek". Een totaal verkeerde informatie.
Zowat de hele Vlaamse dag- en weekbladpers publiceerde de laatste dagen met de titel "Bouwkavels alleen nog voor kopers met band met de streek" volgend bericht: "Vanaf 1 september 2009 worden in 69 Vlaamse gemeenten en steden nieuwe bouwkavels enkel nog verkocht aan kopers die een nauwe band met de streek hebben. Dat bevestigen zowel het kabinet van Vlaams minister van Wonen Freya Vandenbossche als dat van Philippe Muyters (N-VA), haar collega op Ruimtelijke Ordening. De maatregel uit het nieuwe decreet op het grond- en pandenbeleid, dat op 1 september in werking treedt, moet betaalbaar wonen in eigen streek bevorderen. Het gaat vooral om die plaatsen waar de grondprijzen te duur zijn geworden door de stevige inwijking van buiten de streek."
(Identiek hetzelfde bericht, wellicht omdat allen het klakkeloos overnamen van Belga, gevonden in: Knack Immo, 28.08.09, Het Laatste Nieuws en De Morgen 27.08.09, De Standaard 01.09.09)
Dat bericht is een leugen. Vanaf 1 september '09 geldt helemaal niet wat hierboven staat. Dat twee ministerkabinetten dit bovendien zouden bevestigd hebben is alleen mogelijk als ze de eigen wetgeving niet kennen. Eerder zal de journalist(e) hen een andere vraag gesteld hebben, omdat hij/zij er zelf niets van kent, en dan maar geschreven hebben dat het bericht waar is, want 'zelfs bevestigd door twee kabinetten'. Er is dus in dat bericht niets waar. Sinds 1 september geldt alleen in de woonuitbreidingsgebieden in die 69 gemeenten de voorwaarde dat gronden en daarop opgerichte constructies slechts mogen worden overgedragen aan personen die volgens een provinciale beoordelingscommissie beschikken over een voldoende band met de gemeente. Van Mechelen haastte zich bij de bespreking van het decreet te melden dat het slechts om een klein aantal kavels gaat: "de woonuitbreidingsgebieden maken slechts een relatief klein deel van de totale woongebieden in Vlaanderen uit. Het gaat in totaal om maximaal 16.000 à 17.000 ha woonuitbreidingsgebied in Vlaanderen ten opzichte van een totaal van meer dan 230.000 ha woongebied. Een klein gedeelte van woonuitbreidingsgebieden zal onder de toepassing van deze maatregel vallen." Naar ingeburgerde Vlaamse gewoonte bij het maken van decreten wist hij wel niet te zeggen om hoeveel ha het in de 69 gemeenten dan echt gaat.
Volgende rechtzetting dus:
kavels in woongebied, ook in die 69 gemeenten, kunnen nog steeds vrij verkocht worden aan de hoogstbiedende, of aan wie de eigenaar maar wil, ook als de koper geen enkele band heeft met de streek.
Kostprijs onbekend
Ondertussen wordt er maar weer eens per provincie een nieuwe commissie opgericht, een van de vele nieuwe kosten die dit decreet veroorzaakt. Als u het decreet leest, waant u zich bijna in een collectivistische DDR. Een afgevaardigde van de SERV stelde op de hoorzitting dat het uitgewerkte systeem complex is en een uitgebreide administratie zal vragen. Kunnen we ons een bijkomende 'uitgebreide administratie' veroorloven, vroeg ik reeds eerder, in mijn uitvoerige kritiek op dit decreet: 'Decreet Grond- en pandenbeleid: kostprijs onbekend' (21/03/2009)
Nog een andere kwakkel
Nagenoeg alle kranten publiceerden op 24-25 augustus het bericht met de kop 'Werkgevers dagen overheid voor rechter.' Allemaal exact dezelfde kop, met hetzelfde artikel. Vermoedelijk ook klakkeloos van Belga overgenomen? Ook dat klopt niet, want de werkgeversorganisatie Voka onderzoekt momenteel of het een juridische procedure start tegen het Grond- en Pandendecreet. In het artikel moest trouwens toegegeven worden dat de kop niet klopt: "Een bron binnen Voka bevestigt dat op dit ogenblik grondig wordt onderzocht of een actie bij het Grondwettelijk Hof kans op slagen heeft. Maar hierover is nog geen definitieve beslissing genomen." Dat is dus iets anders dan 'Werkgevers dagen overheid voor rechter'. Zie bijvoorbeeld het artikel hierover in De Tijd
Maar ja, het zijn maar kranten nietwaar, voor correcte berichtgeving moet u daar niet zijn.
AANVULLENDE INFORMATIE
De lijst van de 69 gemeenten
die onder die regeling vallen voor de periode van 1 september 2009 tot en met 31 augustus 2012: Aartselaar, Affligem, Antwerpen, Arendonk, Asse, Baarle-Hertog, Beersel, Bertem, Bierbeek, Blankenberge, Boechout, Boom, Boortmeerbeek, Borsbeek, Brasschaat, Bredene, De Haan, De Panne, Destelbergen, Dilbeek, Drogenbos, Duffel, Edegem, Essen, Gent, Grimbergen, Hemiksem, Herent, Hoeilaart, Hoogstraten, Hove, Kalmthout, Kapellen, Koksijde, Kortenberg, Kraainem, Leuven, Liedekerke, Linkebeek, Lovendegem, Machelen, Meise, Melle, Merchtem, Merelbeke, Middelkerke, Mortsel, Niel, Nieuwpoort, Oudenburg, Ravels, Rumst, Schelle, Sint-Genesius-Rode, Sint-Martens-Latem, Sint-Pieters-Leeuw, Stabroek, Steenokkerzeel, Tervuren, Vilvoorde, Waasmunster, Wachtebeke, Wemmel, Wezembeek-Oppem, Wijnegem, Wommelgem, Zaventem, Zingem, Zuienkerke.
Van Mechelen minimaliseert de gevolgen van de maatregel
Minister Van Mechelen tijdens de bespreking van het decreet in de commissie: "Een hoge grondprijs gaat bijna altijd samen met een hoge migratiedruk. Beide zijn een uiting van een felle druk op woon- en bouwmarkt. De gemeenteoverschrijdende verhuisbewegingen binnen België zijn zeer groot in de rand van de grootstedelijke agglomeraties Gent, Antwerpen en Brussel. Dit is het meest uitgesproken in de Vlaamse Rand rond Brussel en ten zuiden van Leuven. Opmerkelijk is dat ook in de kustgemeenten deze migratiedruk groot is. Hier kan deze evolutie in belangrijke mate worden verklaard door op rust gestelde burgers die naar de kust trekken en daardoor de jongere gezinnen dreigen te verdringen.
Die grotere migratie-intensiteit leidt er automatisch toe dat de samenstelling van de bevolking in de getroffen gebieden sneller dan elders in Vlaanderen wijzigt, waardoor het sociale weefsel wordt aangetast. In dat kader voorziet het ontwerp van decreet in nuttige maatregelen in woonuitbreidingsgebieden die vandaag nog niet zijn omgezet naar woongebied.
Minister Van Mechelen beklemtoont dat het gaat om woonuitbreidingsgebieden en niet om gebieden die vandaag reeds als woongebied zijn ingekleurd. Het gaat specifiek om woonuitbreidingsgebieden die gelegen zijn in die gemeenten met een hoge bouwgrondprijs en een hoge migratie-intensiteit. Die gemeenten worden opgelijst in een besluit, dat driejaarlijks wordt opgesteld en dat in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. Bij de bespreking van de artikelen zal de eerste lijst van gemeenten, op grond van metingen voor de periode 2005-2007, ter beschikking worden gesteld.
In de woonuitbreidingsgebieden – dus in die opgelijste gemeenten – geldt de voorwaarde dat gronden en daarop opgerichte constructies slechts worden overgedragen aan personen die volgens een provinciale beoordelingscommissie beschikken over een voldoende band met de gemeente. Die voorwaarde geldt ook indien de overgedragen goederen binnen een periode van twintig jaar nogmaals verder worden overgedragen. De vereiste band met de gemeente wordt voldoende ruim ingevuld. De criteria hebben niet enkel betrekking op wonen of werken; er is ook voorzien in een ruime restcategorie waarin zowel sociale, familiale, economische als maatschappelijke overwegingen in aanmerking kunnen worden genomen. De optie om de maatregel te beperken tot de woonuitbreidingsgebieden is ingegeven door het feit dat dit nog geen woonzones zijn en eigenaars er dus vandaag ook geen aanspraak kunnen maken op bouw- of ontwikkelingsrechten. De proportionaliteit van de maatregel blijkt ook uit het feit dat de woonuitbreidingsgebieden slechts een relatief klein deel van de totale woongebieden in Vlaanderen uitmaken. Het gaat in totaal om maximaal 16.000 à 17.000 ha woonuitbreidingsgebied in Vlaanderen ten opzichte van een totaal van meer dan 230.000 ha woongebied. Een klein gedeelte van woonuitbreidingsgebieden zal onder de toepassing van deze maatregel vallen."
Stuk 2012 (2008-2009) – Nr. 5
De decreettekst hierover:
BOEK 5
Wonen in eigen streek
Artikel 5.2.1
§1. Er geldt een bijzondere voorwaarde voor de overdracht van gronden en de daarop opgerichte constructies in de gebieden die voldoen aan beide hiernavolgende voorwaarden:
1° zij sorteren onder de gebiedsbestemming “woonuitbreidingsgebied”, vermeld in het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, en dat op de datum van inwerkingtreding van dit decreet;.....
De bijzondere overdrachtsvoorwaarde houdt in dat gronden en daarop opgerichte constructies slechts (verder) overgedragen kunnen worden aan personen die blijkens het oordeel van een provinciale beoordelingscommissie beschikken over een voldoende band met de gemeente......
§2. Een persoon beschikt voor de toepassing van §1, tweede lid, over een voldoende band met de gemeente indien hij voldoet aan één of meer van volgende voorwaarden:
1° gedurende ten minste zes jaar onafgebroken woonachtig zijn geweest in de gemeente of in een aangrenzende gemeente, op voorwaarde dat deze eveneens voorkomt op de lijst, vermeld in artikel 5.1.1;
2° op de datum van de overdracht werkzaamheden verrichten in de gemeente, voor zover deze werkzaamheden gemiddeld ten minste een halve werkweek in beslag nemen;
3° op grond van een zwaarwichtige en langdurige omstandigheid een maatschappelijke, familiale, sociale of economische band met de gemeente hebben opgebouwd.
Alweer worden commissies opgericht:
§3. De provinciale beoordelingscommissie, vermeld in §1, tweede lid, wordt samengesteld door de deputatie en bestaat uit een voorzitter-jurist en personen met deskundigheid op het vlak van vormen van toewijzingsbeleid inzake wonen. Het lidmaatschap van een provinciale beoordelingscommissie is onverenigbaar met het lidmaatschap van een wetgevende vergadering, een provincieraad, een gemeenteraad, een districtsraad of een raad van een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.
2 Comments:
De optie om de maatregel te beperken tot de woonuitbreidingsgebieden is ingegeven door het feit dat dit nog geen woonzones zijn en eigenaars er dus vandaag ook geen aanspraak kunnen maken op bouw- of ontwikkelingsrechten. De proportionaliteit van de maatregel blijkt ook uit het feit dat de woonuitbreidingsgebieden slechts een relatief klein deel van de totale woongebieden in Vlaanderen uitmaken.
Mag ik erop wijzen dat in deze twee (opeenvolgende) zinnen reeds een ernstige contradictie zit ? De eerste zin zegt dat de woonuitbreidingsgebieden vandaag nog geen woonzone zijn (wat m.i. klopt). De volgende zin plaatst de woonuitbreidingsgebieden als (klein) onderdeel in het grotere geheel van het totale woongebied. De auteur treft echter geen schuld. Enkel een land als België kon kwakkels zoals "woonuitbreidingsgebieden" bedenken. De onderliggende filosofie bij de opmaak van de (vermaledijde) gewestplannen was dat het ging om een soort strategische woonreserve voor als er ooit nood aan zou blijken te zijn. Ondertussen blijkt die nood niet zo groot - er liggen honderdduizenden percelen bouwgrond in woongebied braak - maar worden deze gebieden toch uit puur populistische redenen te grabbel gegooid. De enige winnaars zijn de speculanten en vastgoedfirma's die zich in deze gebieden inkochten en voortdurend druk uitoefenen op de overheden (o.a. op het kabinet Van Mechelen, dat de geschiedenis mag ingaan als het kabinet dat de ruimtelijke ordening in Vlaanderen definitief verkwanselde) om hun meerwaarde te kunnen innen. Naïef zijn zij die denken dat dit werkelijk tot een daling van de grondprijzen zal leiden of dat die "provinciale commissie" werkelijk zal kunnen beslissen over wie al dan niet een perceel in WUG mag kopen. Het politiek dienstbetoon zal meer dan ooit de bovenhand nemen. Met dank aan (o.m.) de VLD.
Op deze site kun je trouwens van WUG'en in je eigen streek checken wat de status is. Enkele worden zowaar geschrapt maar wellicht moet er eerst nog een planschaderegeling worden uitgewerkt voor de ongelukkigen die op deze gebieden speculeerden...
http://www2.vlaanderen.be/ruimtelijk/wugatlas/uitleg/opzet_jurid.html
Deze (nieuwe) verstoring van de vrije markt zal, buiten een sporadisch lokaal effect, geen enkel positief gevolg op de grondprijs hebben, wel integendeel.
Het getuigt van bijna misdadige naïviteit te denken dat dit wel het geval zou zijn.
Een reactie posten
<< Home