Hoofdredacteur vertelt fabeltjes
De hoofdredacteur van Story is erin geslaagd zich als slachtoffer voor te stellen, en zo in De Standaard reklame te maken voor zijn weekblad. Hij gebruikt hierbij de trukendoos van een roddelblad. Met persvrijheid heeft dat helemaal niets te maken, en al evenmin met 'broodroof' waar hij zogenaamd riskeert het slachtoffer van te worden.
Kan u zich een hoofdredacteur zonder perskaart voorstellen? Dat is blijkbaar wat de arme Thomas Siffer overkomt, toch volgens zijn opiniestuk in De Standaard van 16 september '08 met de titel 'Hoofdredacteur vraagt perskaart'. Er zijn te lande twee journalistenverenigingen actief: de VVJ (Vlaamse Vereniging voor Journalisten) voor de algemene media, en de VJPP (Vereniging van journalisten van de periodieke pers). Beide geven perskaarten aan hun leden die (voltijds, deeltijds, als werknemer of zelfstandige) aan journalistiek doen. Die kan Siffer dus op elk moment krijgen, en hij beantwoordt zeker ruimschoots aan de voorwaarden. Wellicht heeft hij er zelfs jaren al zo een? Wat hij echter wil is een perskaart van 'beroepsjournalist'. Daarvoor moet men langs een erkenningscommissie passeren. Deze commissie bezorgt haar advies voor al of niet erkenning aan het ministerie van binnenlandse zaken, dat de vrijheid heeft om het advies al dan niet te bekrachtigen. De titel van 'beroepsjournalist' werd ingevoerd met de wet van 30 december 1963. Alleen wie sedert twee jaar zijn (hoofd)beroep maakt van journalistiek, en dit in een medium van algemene berichtgeving, kan aanspraak maken op die titel. En op bepaalde missies van het koningshuis worden dus alleen dit soort 'beroepsjournalisten' toegelaten, blijkt uit het artikel van Siffer. Voor journalisten die nog geen volle twee jaar professioneel actief zijn, creëerde de VVJ de titel van "stagiair-beroepsjournalist". Die kaart heeft Siffer nu dus aangevraagd. Dat is echter niet de 'echte' perskaart van 'beroepsjournalist', en die stagiairekaart wordt helemaal niet erkend door het ministerie van binnenlandse zaken. Het is dus helemaal niet zeker dat hij daarmee met de prins meemag, als men de regels strikt interpreteert. Trouwens, bij de aanvraag van die stagiairekaart moet men als bewijs dat journalistiek sinds minstens 3 maanden het hoofdberoep is en het hoofdinkomen vertegenwoordigt enkele documenten bijvoegen: een kopie van zijn uitgaande facturen voor de voorbije 3 maanden. (Indien men geen facturen maakt, een kopie van de rekeninguittreksels, of een overzicht van zijn inkomsten per opdrachtgever). Heeft hij daar dan blijkbaar geen bezwaren tegen kopieën van zijn fakturen in te dienen, terwijl hij zegt dat hij weigert aan collega's en concurrenten te tonen hoeveel hij voor welke opdracht heeft aangerekend?
Het vervolg van dit artikel met links naar andere websites en het opiniestuk van Siffer:
op Nieuw Pierke
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home